• No results found

Paddestoelenproject in Vlaams-Brabant Verslag werkjaar 2006

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Paddestoelenproject in Vlaams-Brabant Verslag werkjaar 2006"

Copied!
159
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)
(2)

PADDENSTOELENPROJ ECT IN VLAAMS-BRABANT JAARVERSLAG 2006

Onderzoek uitgevoerd door Natuurpunt Studie

In opdracht van de Provincie Vlaams-Brabant en BRAKONA

Eindverslag bijzonder leefmilieuproject 2006-2007 provincie Vlaams-Brabant

Samenstelling: Natuurpunt Studie

Auteur: Roosmar ijn Steeman

augustus 2007

(3)

INHOUD

1. Laagdrempelige inventarisatie van 60 gemakkelijk herkenbare soorten in de provincie

Vlaams-Brabant….………...………..…….………….5

2. Samenw erkingsverband met ZWAM, KAMK, Zw amvlok, PWG Zemst, PWGZW-Brabant en conservators………...….5

3. Overzicht van de dataset………..………..6

3.1 Waargenomen soorten in de provincie Vlaams-Brabant………..6

3.2 Vlaams-Brabant versus Vlaanderen………6

3.3 Aantal w aarnemingen per uurhok en aantal soorten per uurhok………7

3.4 Top 50 meest algemene soorten………..……...………9

4. Overzicht van onderzochte gebieden in Vlaams-Brabant……..……….11

5. Overzicht inventarisaties 2006……….11

5.1 Inventarisaties door de w erkgroepen ………..………..….……..11

5.2 Inventarisatie door de professionele medew erker ………...….….13

5.3 Nieuw e w aarnemers……….………13

5.4 Educatieve w andelingen door de professionele medew erker………..…...13

5.5 Inventarisatie militaire domeinen……….………...………15

6. Resultaten en conclusies………..………15

6.1 Inschatten van natuurw aarden op basis van de mycoflora………15

6.1.1 Aantal Rode-Lijstsoorten………..15

6.1.2 Rode-Lijstsoorten in Vlaams-Brabant, Vlaanderen en Nederland…...15

6.1.3 Rode Lijst-index……….17

6.1.4 Waardebepaling van gebieden aan de hand van indicatorsoorten…...20

6.2 Bijzondere parkgebieden in Vlaams-Brabant………...46

6.2.1 Warande-park ( Tervuren)………46

6.2.2 Warandebos (Kortenberg)………...47

6.3 Ontdekking van nieuw e w asplatenw eiden ………..49

6.4 Zeldzaamheid van de soorten in de provincie...………...52

7. Overzicht van de huidige verspreidingsgegevens van “de 60 soorten”………..53

7.1 Bespreking van de 60 soorten per biotoop……..……….53

7.1.1 Akkers en plantsoenen……….53

7.1.2 Houtsnippers………..53

7.1.3 Tussen mos……....……….………..53

7.1.4 Graslanden……….54

7.1.5 Bos………..56

7.1.5.1 Gemengd bos……….………..56

7.1.5.2 Loofbos………..………60

7.1.5.3 Naaldbos………...………67

7.2 Analyse en bespreking van de resultaten……….68

7.2.1 Procentueel voorkomen van de 60 soorten in alle uurhokken………...68

7.2.2 Aantal van de 60 soorten in alle uurhokken………..69

7.2.3 Waarnemingen na 1990………71

8. Algemene conclusie dataset…………..………..71

9. Verdere aanpak 9.1 Nieuw e mensen aansporen om naar paddenstoelen te zoeken………….……..72

9.2 Mycologen aansporen om andere gebieden te bezoeken……….72

(4)

9.3 Op zoek naar paddenstoelen het hele jaar door……….………73

10. Bibliografie………...73

11. Tabellen en figuren………74

10.1 Lijst met tabellen……….74

10.2 Lijst met figuren…….………...…………..75

12. Bijlagen Bijlage 1 Overzicht van de soorten uit de groep van de Agaricales (1205) die waargenomen werden in de provincie Vlaams-Brabant………76

Bijlage 2 Overzicht van de soorten uit de groep van de Aphyllophorales die waargenomen werden in de provincie Vlaams-Brabant (312)……….99

Bijlage 3 Overzicht van de soorten uit de groep van de Phragmobasidiomycetes die waargenomen werden in de provincie Vlaams-Brabant (41)……….….105

Bijlage 4 Overzicht van de soorten uit de groep van de Gasteromycetes die waargenomen zijn in de provincie Vlaams-Brabant (43) ………...106

Bijlage 5 Overzicht van de soorten uit de groep van de Ascomycotina die waargenomen werden in de provincie Vlaams-Brabant (629)……….……….…....107

Bijlage 6 Overzicht van de soorten uit de groep van de Uredinales die waargenomen werden in de provincie Vlaams-Brabant (71)………...119

Bijlage 7 Overzicht van de soorten uit de groep van de Ustilaginomyceten die waargenomen werden in de provincie Vlaams-Brabant (7)………...120

Bijlage 8 Overzicht van de soorten uit de groep van de Deuteromycotina die waargenomen werden in de provincie Vlaams-Brabant (10)……….120

Bijlage 9 Overzicht van de soorten uit de groep van de Myxomycota die waargenomen werden in de provincie Vlaams-Brabant (100)………...………121

Bijlage 10 Overzicht van de bezochte bosgebieden in Vlaams-Brabant, gerangschikt per kwartierhok + aantal onderzochte uurhokken en kwartierhokken………..123

Bijlage 11 Overzicht van de excursies door de professionele medewerker.………...140

Bijlage 12 Overzicht van nieuwe waarnemers en hun nummer in FUNBEL.………..143

Bijlage 13 Rode - Lijstcategorie 1: Verdwenen uit Nederland (VN) ………….………...….144

Bijlage 14 Rode - Lijstcategorie 2: Ernstig bedreigd (EB)……….……….……145

Bijlage 15 Rode - Lijstcategorie 3: Bedreigd (BE)………..……….147

Bijlage 16 Rode - Lijstcategorie 4: Kwetsbaar (KW)………..……….……..149

Bijlage 17 Rode – Lijstcategorie 5: Gevoelig (GE)……….……152

Bijlage 18 Overzicht van de kwartierhokken (144) waarin meer dan 100 soorten werden Waargenomen……….……156

Bijlage 19 Overzicht van de afkortingen van de waarnemers die vermeld worden in dit

rapport………..159

(5)

1. Laagdrempelige inventarisatie van 60 gemakkelijk herkenbare soorten in de provincie Vlaams-Brabant

In 2006 w erd de brochure “Paddenstoelen zoeken in Vlaanderen, een aanmoediging voor beginners” onder een breed publiek verspreid. De toestroom van w aarnemingen is dit jaar duidelijk gestegen. Terw ijl de w aarnemingen voor de atlas van de regio Leuven door slechts 80 w aarnemers gebeurden, zitten w e momenteel voor de provincie al aan 350 w aarnemers.

Te vermelden w aard is dat er in 2006 meer dan 100 w aarnemers bijkw amen. We kunnen alvast niet ontkennen dat het paddenstoelenproject succes boekt! Dit najaar w erden, buiten de vele vogelw aarnemingen, eindelijk ook w at paddenstoelw aarnemingen op de regionale mailinglijsten gepost. Een slecht vogel- maar een gunstig paddenstoelenseizoen trok de vogelkijkers het veld in op zoek naar paddenstoelen.

Dankzij de digitale fotografie kan informatie nu snel uitgew isseld w orden en is de hulp bij determinatie een stuk eenvoudiger gew orden. Vele fotografen posten hun foto’s op www . natuurfotoalbum.be en helpen elkaar bij de deter minatie van moeilijke soorten. Dankzij het natuurfotoalbum zijn er al vondsten van zeldzame soorten aan het licht gekomen.

Het project staat nu ook ver meld op de site w ww .telmee.be.

Daarnaast staan 2 van de 60 soorten, de Vliegenzw am en de Nevelzw am, op de natuurkalender (w ww .natuur-kalender.be). Dit is een initiatief dat naar voorbeeld van de Nederlanders in 2007 w erd opgestart en de mensen bew ust w il maken van de invloed van de klimaatsverandering op de natuur.

Op termijn zal er een online- invoermodule komen, naar het model van www .w aarnemingen.nl w aardoor w aarnemingen nog sneller in de databank terecht komen.

En w ie w eet komt er na “Voeren en beloeren” en “Vlinder mee” ook een “Zoek de zw am”- actie die mensen w il aansporen om in eigen tuin naar paddenstoelen te speuren. De w ebsite van www .vlindermee.be is in ieder geval een mooi voorbeeld, dat kan overgenomen w orden voor het 60-soortenproject.

2. Samenwerkingsverband met ZWAM, KAMK, Zwamvlok, PWG Zemst, PWG ZW-Brabant en conservators

De KA MK en de ZWA M stelden alle gegevens van 1981-2006 met betrekking tot de provincie Vlaams-Brabant ter beschikking aan Natuurpunt Studie onder de voorw aarden en modaliteiten van een samenw erkingsovereenkomst. Natuurpunt Studie voorzag in een financiële ondersteuning voor de w erkingskosten van beide verenigingen.

De aangeleverde gegevens door ZWAM en KA MK zullen door Natuurpunt Studie uitsluitend aangew end w orden in het kader van het atlasproject. Bij publicatie w ordt een lijst toegevoegd van de w aarnemers en dus eigenaars van de betrokken gegevens. Elke publicatie w aarin de gegevens uit de databank FUNBEL verw erkt w orden, w ordt op voorhand ter lezing en goedkeuring opgestuurd naar de voorzitters van de KAMK en ZWAM.

Een afschrift van het w erkingverslag (2007) zal ter lezing voorgelegd w orden aan de KAMK en de ZWAM vooraleer het aan de provincie Vlaams-Brabant overgemaakt w ordt.

Na publicatie van de atlas kunnen beide verenigingen vrij beschikken over de gegevens in het rapport.

De samenw erking met de w erkgroepen in de rest van de provincie w erd op punt gesteld.

Dit jaar maakten w e ook een contract op met hen w aarin zij de inventarisatie van een

aantal gebieden en het aanleveren van de verzamelde gegevens garanderen. Tegenover

deze inzet staan een financiële vergoeding, begeleiding en ondersteuning.

(6)

3. Overzicht van de dataset

3.1 Waargenomen soorten in de provincie Vlaams-Brabant

Momenteel beschikken w e over gegevens van 2481 soorten paddenstoelen voor de provincie Vlaams-Brabant. In bijlage 1-9 w orden per groep de lijsten gegeven van de w aargenomen soorten in de provincie. Deze lijsten w erden onderw orpen aan een controle op basis van de “Standaardlijst van Basidiomycota en Myxomycota van Vlaanderen en het Brusselse gew est.” (Walleyn & Vandeven, 2007). Deze standaardlijst bevat de recente naamsw ijzigingen en taxonomische inzichten. Het geslacht Collybia is bijvoorbeeld opgesplitst in 3 verschillende genera: Gymnopus, Rhodocollybia en Collybia. Een aantal namen w erden geschrapt om verschillende redenen. Het ging meestal om synoniemen, zeldzame soorten die enkel microscopisch te onderscheiden zijn of soorten die tot nu toe niet in Vlaanderen w erden w aargenomen en w aarvan geen controlemateriaal w erd bijgehouden. Voor een nieuw e soort voor Vlaanderen is bew ijsmateriaal een vereiste. Dit kan een duidelijke foto zijn, of een gedetailleerde beschrijving en/of tekening. Maar bij soorten die slechts microscopisch te onderscheiden zijn, is een exsiccaat (gedroogd mater iaal) dat bew aard w ordt in een (persoonlijk of erkend) herbarium een absolute must.

In totaal w orden in de Standaardlijst 3012 soorten vermeld. Dit aantal geldt inclusief de roestzw ammen, brandzw ammen en slijmzw ammen. De grootste en slechtst gekende groep, de ascomyceten, w ordt later opgenomen in deel 2 van de standaardlijst. De lijst van de ascomyceten zal gecontroleerd w orden door de specialisten terzake.

3.2 Vlaams-Brabant versus Vlaanderen

In Tabel 1 w ordt een overzicht gegeven van het aantal soorten per groep in Vlaanderen en in Vlaams-Brabant. Voor het aantal soorten in Vlaanderen (ook zo voor Vlaams-Brabant) w orden enkel de soorten meegerekend w aarvan het voorkomen in Vlaanderen met 100%

zekerheid gedocumenteerd is (categorie 1 checklist) en die na 1980 nog gezien w erden.

Ook soorten die in kassen en huizen w erden w aargenomen horen hierbij (categorie 4 checklist). De dataset van Vlaams-Brabant bevat gegevens vanaf 1980. In de checklist w orden de soorten die sinds 1980 niet meer w erden w aargenomen aangegeven met <’80.

In Vlaams-Brabant en ook op Vlaams niveau zijn de Agaricales (plaatjeszw ammen) het best bestudeerd. In totaal w orden 1818 soorten uit de groep van de Agaricales vermeld in de checklist. Daarvan zijn er 1674 die met 100% zekerheid in Vlaanderen w erden w aargenomen, w aarvan er 10 enkel in kassen en huizen zijn w aargenomen. Hiervan w erden er 1586 nog na 1980 w aargenomen. In de provincie Vlaams-Brabant w erd momenteel reeds ¼ van de Vlaamse plaatjeszw ammen w aargenomen.

Voor Vlaanderen w erden in totaal 598 soorten uit de groep van de Aphyllophorales genoteerd, w aarvan er 561 met 100% zekerheid w erden w aargenomen. Hiervan w erden er nog 533 na 1980 w aargenomen. Meer dan de helft van de Vlaamse Aphyllophorales w erd reeds w aargenomen in Vlaams-Brabant.

De groep van de Phragmobasidiomycetes bevat 139 soorten in Vlaanderen, w aarvan 138 met voldoende bew ijsmateriaal. Daarvan zijn er 134 die nog na 1980 w erden w aargenomen. Het mag gezegd w orden dat deze groep niet goed bestudeerd w erd in Vlaams-Brabant w ant w e komen slechts aan 31% van de Vlaamse soorten.

De groep van de Gasteromycetes w ordt vertegenw oordigd door 76 soorten, w aarvan 72 soorten nog na 1980 w erden w aargenomen. Met 60 % van de soorten zijn de Gasteromyceten goed bestudeerd in Vlaams-Brabant. De overige soorten uit deze groep zijn typerend voor de kust en de kalkstreek. Het zijn sooten die een kalkrijke zandbodem vragen en daarom niet te verw achten zijn in Vlaams-Brabant.

Uit de groep van de Myxomycota zijn 219 soorten gekend in Vlaanderen, w aarvan er 205

met zekerheid w erden w aargenomen en daarvan w erden 187 soorten nog na 1980 gezien.

(7)

In Vlaams-Brabant w erd nog relatief w einig naar myxomyceten gekeken, maar toch w erd meer dan de helft van de Vlaamse soorten w aargenomen.

Roesten en brandzw ammen w orden door w einig mensen bestudeerd. In totaal w orden 115 roestzw ammen genoteerd in Vlaanderen, w aarvan 114 met zekerheid w erden w aargenomen en 109 nog na 1980 w erden gezien. Ondanks dat deze groep w einig bestudeerd is, w erd toch 65% van de Vlaamse roestzw ammen in de provincie gezien. De groep van de brandzw ammen is w at kleiner en omvat slechts 28 soorten in Vlaanderen, w aarvan er slechts 18 na 1980 w erden w aargenomen. Uit deze groep w erden slechts 7 soorten in de provincie gezien.

Tabel 1 Overzicht van de dataset v oor de verschillende groepen uit het rijk van de fungi

Bij lage Groep Aantal soorten

Vlaams-Brabant

Aantal soorten Vlaanderen

Percentage

1 Agaricales s.l. 1182 1586 75%

2 Aphyllophorales s.l. 308 533 58%

3 Heterobasidiomyceten 41 134 31%

4 Gasteromyceten 43 72 60%

5 Ascomycotina 629 ? ?

6 Urediomyceten 71 109 65%

7 Ustilaginomyceten 7 18 39%

8 Deuteromycotina 10 ? ?

9 Myxomycota 100 187 53%

3.3 Aantal w aarnem ingen per uurhok en aantal soorten per uurhok

Momenteel beschikken w e in onze databank over gegevens van 178 uurhokken in de provincie Vlaams-Brabant. Van de 15 uurhokken w aarvan w e niet over gegevens be- schikken, zijn er 14 die slechts voor een héél klein deel in de provincie liggen. Eén van deze hokken is gelegen in de Gete-vallei en bestaat hoofdzakelijk uit verkavelingen, agrarisch gebied en populieraanplanten.

Uiteraard zal het soortenaantal hier beperkt blijven, maar met een zekere inspanning moeten er op ter mijn toch minstens 100 soorten in deze hokken te vinden zijn.

De hokken die slechts voor een héél klein deel in de provincie liggen, w orden in principe meegenomen, maar verdienen geen prioritaire belangstelling. Sinds 2006 is de beslissing gevallen om ook Brussel mee op te nemen in de verspreidingsatlas. Indien w e de hokken die op de grens gelegen zijn meenemen, resteren er slechts 2 uurhokken van het Brussels gew est. In Brussel is de CMB ( Cercle de Mycologie de Bruxelles) actief, die maandelijks excursies en determinatieavonden inricht en de Brusselse parken en bosgebieden inventariseert. Dit project kan een ideale gelegenheid zijn om de banden met de Brusselse mycologen te versterken.

In 43 uurhokken w erden minder dan 49 soorten w aargenomen. Naast agrarisch gebied, ligt een groot deel van deze uurhokken in verstedelijkt gebied. Toch kunnen parken, w egbermen en kleine bosrestanten genoeg soorten opleveren. In groot Amsterdam w erden maar liefst 1016 soorten w aargenomen. Grachtentuinen, rommelbosjes, w egbermen en vuilstorten; elke uithoek w erd hiervoor bezocht. Met als gevolg verrassende resultaten, niet minder dan 200 Rode-Lijstsoorten en zelfs soorten die als uitgestorven beschouw d w erden voor Nederland ( Chrispijn, 1999).

In 76 hokken w erden minder dan 100 soorten w aargenomen. Jalink (1999) stelt dat een

kilometerhok redelijk tot goed geïnventariseerd is, w anneer er meer dan 100 soorten van

bekend zijn. Bijkomende inspanningen moeten zich dan ook vooral richten op deze hokken.

(8)

0 10000 20000 30000 40000 50000 60000 70000 80000 90000

1 3 5 7 9 11 13 15 17 19 21 23 25

jaartalle n (1981-2006)

aantal waarnemingen

0 500 1000 1500 2000 2500 3000

1 3 5 7 9 11 13 15 17 19 21 23 25

jaartallen (1981-2006)

aantal soorten

Figuur 1 Ov erzicht van het aantal soorten dat werd w aargenomen in de uurhokken in de provincie Vlaams-Brabant

Figuur 3 Cumulatieve toename van het aantal soorten van 1981 tot 2006

Figuur 2 Cumulatieve toename van het aantal w aarne-

mingen van 1981 tot 2006

(9)

Aantal waarnemingen (figuur 2)

De databank van Natuurpunt bevat momenteel ongeveer 81.000 gegevens voor de provincie Vlaams-Brabant.

Gemiddeld w erden per jaar 3138 w aarnemingen verricht. Het hoogste aantal w aarnemingen gebeurde in 2004, het laatste jaar voor de publicatie van de atlas van de regio Leuven. Toen w erden extra inspanningen verricht om atlashokken op te vullen en dat had duidelijke resultaten. Het is opvallend dat vanaf de jaren 90 het aantal w aarnemingen gestegen is. Vanaf dan w aren er jaarlijks meer dan 2000 w aarnemingen. Vanaf 1996 stijgt het aantal w aarnemingen zelfs boven de 3000 per jaar. De laatste jaren, sinds de start van het project in 2002, w as het aantal w aarnemingen steevast groter dan 6000 per jaar. In 2005 hadden w e een zeer slecht paddenstoelenjaar, w aardoor het aantal w aarnemingen zakte tegenover 2004. Het voorbije seizoen had zijn goede en slechte kanten. Augustus en eind oktober-november-december w aren uitzonderlijk goed. Maar van midden september tot half oktober, de paddenstoelmaanden bij uitstek, stond er bijna niets.

Aantal soorten (figuur 3)

De figuur van 1981 tot 2005 (zie rapport 2005) gaf de indruk dat de curve aan het afvlakken w as. In 2005 w erden slechts 42 nieuw e soorten w aargenomen. In 2006 ging dit aantal w eer omhoog en w erden terug 79 nieuw e soorten w aargenomen. Het einde is duidelijk nog niet in zicht. Gemiddeld w erden er in deze 26 jaar 94 nieuw e soorten per jaar w aargenomen.

3.4 Top 50 meest algemene soorten

Tabel 2 geeft het aantal uurhokken + het aantal w aarnemingen per soort voor de 50 meest algemene soorten in Vlaams-Brabant. De meest verspreid w aargenomen soort en meest gemelde soort is de Gew one zw avelkop, die w erd w aargenomen in 141 van de 178 uurhokken w aarin gegevens w erden verzameld. De meest verspreide soort komt aldus in 79% van de onderzochte hokken voor. We moeten er w el rekening meehouden dat w e maar over 105 onderzochte hokken kunnen spreken, omdat daarin meer dan 100 soorten w erden w aargenomen. In 2005 w as Gew eizw am de meest verspreide soort met 136 uurhokken. Momenteel staat Gew eizw am op de 6

e

plaats met nog steeds 136 uurhokken.

Gew one krulzoom zakt van de tw eede naar de 8

e

plaats met 133 uurhokken. Gele aardappelbovist moet de 3

e

plaats inw isselen voor het Gew oon elfenbankje met 140 uurhokken.

Daar w e in 2005 slechts konden beschikken over de w aarnemingen van de 60 soorten uit

FUNBEL, kregen w e een vertekend beeld. Het is daarom niet abnormaal dat deze 3

soorten de top 3 verlaten hebben. Het feit dat 16 van de 60 projectsoorten in de top 50

voorkomen betekent dat het om zeer algemene soorten gaat die gemakkelijk herkenbaar

zijn. De top 50 bevat ook opvallend veel soorten die over een langere periode te zien zijn,

met lang levende vruchtlichamen of vruchtlichamen die als dood materiaal het hele jaar

door herkenbaar blijven. Tonderzw ammen en berkenzw ammen zijn soorten die lang leven

en Grofplaatrussula en Plooivoetstuifzw am zijn voorbeelden van soorten die als dood

mater iaal lang herkenbaar blijven. In totaal zijn er 733 soorten die slechts in één uurhok

w aargenomen w erden, 347 soorten in 2 uurhokken, 227 soorten in 3 uurhokken, 144

soorten in 4 uurhokken, 106 soorten in 5 uurhokken en 80 soorten in 6 uurhokken. Dit w il

zeggen dat meer dan de helft van de soorten slechts in 3 uurhokken w erd w aargenomen.

(10)

Tabel 2 Overzicht van de 50 meest w aargenomen en meest v erspreid w aargenomen soorten in de Vlaams-Brabant

Nr. Latijnse naam Nederlandse naam Aantal

uurhokken

Aantal waarnemingen

1 Hypholo ma fasciculare Gewone zwav elkop 141 827

2 Rhodocollybia butyracea Gewone botercolly bia 141 351

3 Tra metes versicolor Gewoon elf enbankje 140 672

4 Ganoder ma lipsiense Platte tonderzwam 140 576

5 Laccaria laccata var.pallidifolia Gewone f opzwam 137 562

6 Xylaria hypoxylon Geweizwam 136 551

7 Gymnopus dryophilus Gewoon eikenbladzwammetje 133 468

8 Paxillus involutus Gewone krulzoom 133 551

9 Stereum hirsutum Gele korstzwam 130 659

10 Mycena galericulata Helmmycena 130 509

11 Pluteus cervinus Gewone hertenzwam 125 508

12 Scleroderma citrinum Gele aardappelbov ist 125 576

13 Auricularia auricula-judae Echt judasoor 118 341

14 Russula ochroleuca Geelwitte russula 117 639

15 Piptoporus betulinus Berkenzwam 115 417

16 Daedaleopsis confragosa Roodporiehoutzwam 114 507

17 Nectria cinnabarina Gewoon meniezwammetje 114 457

18 Dacrymyces stillatus Oranje druppelzwam 113 450

19 Inocybe geophylla v ar. geophylla Witte satijnv ezelkop 112 248

20 A manita rubescens Parelamaniet 112 754

21 Gymnopus peronatus Scherpe collybia 111 413

22 Fo mes fomentarius Echte tonderzwam 111 298

23 Lactarius quietus Kaneelkleurige melkzwam 110 368

24 Microsphaera alphitoides Eikenmeeldauw 110 253

25 Russula parazurea Berijpte russula 110 263

26 Coprinus micaceus Glimmerinktzwam 109 365

27 Bjerkandera adusta Grijze buisjeszwam 109 511

28 Lycoperdon perlatum Parelstuif zwam 109 321

29 Mycena pura Gewoon elf enschermpje 109 331

30 Psathyrella candolleana Bleke f ranjehoed 108 341

31 Crepidotus variabilis Wit oorzwammetje 108 336

32 Diatrype stigma Korstv ormig schorsschijf je 107 419

33 Armill aria mellea Echte honingzwam 107 233

34 Mycena vitilis Papilmy cena 106 282

35 Rhytisma acerinum Inktvlekkenzwam 106 274

36 Laccaria amethystina Rode koolzwam 106 373

37 Lepista nuda Paarse schijnridder 106 266

38 Mycena galopus Melksteelmycena 106 401

39 Tubaria furfuracea Gewoon donsv oetje 105 259

40 Coprinus plicatilis Plooirokje 105 255

41 Russula nigricans Grof plaatrussula 103 561

42 Clitocybe nebularis Nev elzwam 103 320

43 Rickenella fibula Oranjegeel trechtertje 103 350

44 Phallus impudicus Grote stinkzwam 102 672

45 Coprinus comatus Geschubde inktzwam 102 216

46 Schizophyllum co mmune Waaiertje 99 310

47 Xylaria polymorpha Houtknotszwam 98 362

48 A manita muscaria Vliegenzwam 95 282

49 Stereum ochraceoflavum Twijgkorstzwam 94 277

50 Calvatia excipuliformis Plooiv oetstuif zwam 92 227

(11)

4. Overzicht van onderzochte gebieden in Vlaams-Brabant

Bijlage 10 geeft een overzicht van de gebieden die bezocht w erden in de regio Leuven, met situering volgens de overeenstemmende IFBL-code (kw artierhok, groep van kw artierhokken of uurhok), de deelgemeente en gemeente.

In 2005 w erden er gegevens verzameld in 151 uurhokken en 538 kw artierhokken.

Momenteel zijn er gegevens uit 182 uurhokken en 842 kw artierhokken bekend. In vergelijking met de provincie Limburg (4.440 km²), is Vlaams-Brabant + Brussels gew est (2.106 + 161,78 km²) iets kleiner. Het aantal uurhokken en kw artierhokken is vergelijkbaar, indien w e de randhokken er allemaal bijnemen. Het aantal geïnventariseerde uurhokken in Limburg ligt vrij hoog, daar men systematisch te w erk is gegaan. De hokken w erden verdeeld onder een aantal vrijw illigers, die de verantw oordelijkheid op zich namen voor de inventarisatie van een bepaalde regio. Op die manier krijgt men een goed verspreidingsbeeld over de provincie. In Vlaams-Brabant zijn een aantal gebieden zeer goed gekend en in een aantal gebieden met mycologische potenties is nog nooit naar paddenstoelen gekeken. Deze situatie is sterk verbeterd sinds er nieuw e w erkgroepen zijn opgericht en inspanningen w orden geleverd in het kader van de atlas.

Maar als w e de vergelijking aangaan met de provincie Limburg (tabel 3), zien w e dat er nog veel extra inspanningen geleverd moeten w orden om tot een vergelijkbare inventarisatiegraad te komen.

Tabel 3 Vergelijking van de inv entarisatiegraad van de provincie Limburg en Vlaams-Brabant

Limburg Vlaam s-Brabant

Aantal kwartierhokken 2421 2456

Aantal geïnventariseerd 1382 849

Percentage geïnventariseerd 57% 35%

5. Overzicht inventarisaties 2006 5.1 Inventarisaties door de werkgroepen

a) VMV

03/06 Plantentuin - Meise 07/10 Mollendaalbos - Bierbeek b) KAMK (www.kamk.be)

30/09 Militaire domeinen Schaffen en Diest c) Afdeling Velpe-Mene (Georges Buelens) Park Pellenberg, Meldertbos, Koebos, Bruulbos d) ZWAM (www .zwamleuven.org)

03/09 De Merode - Kortenberg 10/09 Mollendaalbos - Oud-Heverlee 17/09 Dassenaarde - Molenstede 01/10 Meerdaalbos - Bierbeek 22/10 Heverleebos - Oud-Heverlee 28/10 Bertembos - Bertem

05/11 Chartreuzenbos - Linden

12/11 Mollendaalbos - Oud-Heverlee

21/01 Kastanjebos - Winksele

04/03 Meldertbos - Meldert

29/04 Kastanjebos - Winksele

(12)

0 5 10 15 20 25

jan feb maa apr mei jun jul aug sep okt nov dec

e) HAM (Raf Leysen)

26/08 Wijngaardberg - Wezemaal 17/09 Dassenaarde

f) Zuid-West Brabant

06/09 Scoutsdomein “La Fresnaye”

20/09 Hallerbos Kampendaal 24/09 Begijnenbos

27/09 Zevenbronnen 01/10 Weikes (Hallerbos) 04/10 Achtdreven (Hallerbos) 08/10 Hoge bermweg (Hallerbos) 11/10 Hanenbos

15/10 Destelheide 18/10 Maasdalbos

22/10 Kriekske (Hallerbos) 25/10 Zevenbronnen 29/10 Kleetbos / Laborelec 05/11 Taborberg Dilbeek 08/11 Gaasbeek

g) Paddenstoelenw erkgroep Landen

Figuur 4 Overzicht van het aantal dagen per maand dat er door de paddenstoelenwerkgroep

Landen naar paddenstoelen werd gekeken.

h) Paddenstoelenw erkgroep Zemst 03/05 Kollinten

6/09 Bloso-domein Hofstade 13/09 Steentjesbos

11/10 Kollinten

18/10 Ter Linden, weg naar kasteel Kampenhoutse baan

25/10 Bloso-domein Hofstade

i) Paddenstoelenwerkgroep Zw amvlok 12/09 Buggenhoutbos

31/10 Liedekerkebos

(13)

5.2 Inventarisaties door de professionele medewerker

In Bijlage 11 w orden de inventarisaties (datum+gebied) van 2006 van de professionele medew erker opgelijst. De inventarisaties van 2007 moeten nog in de centrale databank w orden gebracht.

Het is reeds duidelijk dat vanaf 2006 meer tijd is geïnvesteerd in jaarrond-inventarisatie.

Ondanks het magere voorjaar van 2006, w erd er toch voldoende aandacht aan besteed om soorten in kaart te brengen die in het voorjaar verschijnen.

5.3 Nieuwe w aarnemers

In 2006 zijn er opmer kelijk veel nieuw e vrijw illigers van start gegaan met het zoeken naar paddenstoelen en het doorgeven van hun w aarnemingen. Deze nieuw e tendens w erd gezet doordat w aarnemingen op mailforums belanden en op die manier moedigen vrijw illigers elkaar aan om naar paddenstoelen te gaan zoeken. Voor de vogelkijkers viel er overigens in het najaar w einig te beleven. Daarom hingen zij hun verrekijkers op de rug en begonnen aan de speurtocht naar paddenstoelen.

De zoektocht naar w asplaten w erd een w are hype in Oost-Brabant (zie jaarverslag Natuurpunt Studie). Er w erden zelfs speciale speurtochten naar w asplaten ingericht (zie 5.3).

In Bijlage 12 w ordt een overzicht gegeven van de w aarnemers die w aarnemingen doorgaven in 2006. De atlas van de regio Leuven w as gebaseerd op de w aarnemingen van 79 personen. We kunnen stellen dat een vrij beperkte kring van specialisten de zeer w aardevolle regio Leuven inventariseerde. Voor de provincie Vlaams-Brabant w illen w e beroep doen op een breder publiek, om zoveel mogelijk gebieden in kaart te brengen.

Momenteel w erden zw ammengegevens genoteerd en doorgegeven door 350 personen.

Het aantal w aarnemers is in 2006 met 70 w aarnemers toegenomen (20%). We mogen concluderen dat de studie van zw ammen in de lift zit.

5.4 Educatieve w andelingen door de professionele medewerker

Ook dit najaar gingen er w eer w andelingen door voor een breed publiek (overzicht in tabel 4). De w andeling in het Laarbeekbos w erd aangevraagd door het Davidsfonds. Naast de culinaire interesse, w as het publiek toch ook zeer geïnteresseerd in de natuur- en esthetische w aarde van de zw ammen. De paddenstoelenbrochure w erd verspreid en er w erden talrijke foto’s gemaakt. Uiteindelijk kw am zelfs de bosw achter meeluisteren.

aantal veldwerkdagen

Maart 2

April 1

Mei 1

Augustus 5

September 12

Oktober 17

November 14

December 1

Januari 3

Februari 2

Maart 7

April 3

Mei 3

Juni 4

Juli 7

(14)

De jaarlijkse excursie in het Hellebos sprak w eer nieuw e mensen aan en leverde w eer nieuw e interessante soorten op voor het gebied.

Het traditionele paddenstoelw eekend van JNM ging dit jaar door in het Pajottenland. Het domein van Gaasbeek en het Leerbeekbos w erden grondig onderzocht en gefotografeerd.

Dit jaar w as het w eekend zelfs volzet met 30 deelnemers.

Natuurpunt Asse organiseerde dit jaar een paddenstoelexcursie, w aar ook veel nieuw e gezichten te zien w aren.

De ZWAM-dag van JNM is een nieuw initiatief dat de verschillende afdelingen over heel Vlaanderen w il aanmoedigen om naar paddenstoelen te kijken. In Neigembos kreeg JNM Pajottenland begeleiding. De JNM-ers moeten nu alleen nog aangemoedigd w orden om hun gegevens door te sturen. Enthousias me is er niet tekort, maar de gegevens stromen niet binnen.

De Hazenberg is het schoolvoorbeeld van hoe paddenstoelen goede indicatoren zijn voor natuurw aarden. De Hazenberg is een droog hellinggrasland, op een voor malige akker, dat extensief begraasd w ordt door paarden. Hier ging een thema-excursie over natuurbeheer door, met toelichting over het beheer van de Hazenberg en het verkregen resultaat. De honderden Papegaaizw ammetjes zijn prachtig om te zien. Bovendien w erd op de beheersexursie zelf, een vijfde w asplaat gevonden: Weidew asplaat. Vanaf die dag is de Hazenberg dus officieel erkend als w asplatengrasland.

Op 4 en 5 november w erd een ouw e sokkenw eekend georganiseerd in Averbode bos &

Heide in samenw erking met Noah Janssen van Natuurpunt Beheer. Dit w eekend w erd opengesteld voor mensen uit de streek en ouw e sokken (ex-JNM). De opkomst w as niet groot, maar er w erd w el veel gezien. Noah Janssen die het natuurbeheerplan zal maken voor dit gebied, heeft ons naar de mooiste plaatsen geleid en dit leverde heel w at interessante soorten op. Dankzij deze inventarisatie kan er bij het beheer ook rekening gehouden w orden met zeldzame zw ammen.

Op 26 november w erd in alle percelen van de Koeheide grondig gezocht naar w asplaten, knotszw ammen en aardtongen door 10 gedreven mensen.

Tabel 4 Overzicht van de educatieve wandelingen in de provincie Vlaams-Brabant

Datum Plaats Aantal deelnemers

14-10-2006 Laarbeekbos Jette 30

15-10-2006 Hellebos, Kampenhout 20

21-10-2006 Domein Gaasbeek (JNM) 30

22-10-2006 Asse ter Heide 18

28-10-2006 Neigembos (JNM) 10

29-10-2006 Thema-excursie Hazenberg 22

04-11-2006 Averbode bos en heide 8

26-11-2006 Koeheide Bertem 10

5.5 Educatieve avonden en voordrachten door professionele medewerker 26 september

Lezing rond graslandpaddenstoelen voor de deelnemers aan de cursus natuurbeheer in regio Leuven

19 oktober

Speciale vondsten in de regio Leuven voor vrienden Heverleebos en Meerdaalwoud 17 november

Voorstelling atlas regio Leuven 4 februari

Lezing op Brakona-contactdag over stand van zake project en speciale vondsten in Vlaams-Brabant

(15)

5.5 Inventarisatie m ilitaire domeinen

Met de hulp van Luc Vervoort, die onder andere meew erkt aan de inventarisatie van de planten van de militaire domeinen in Schaffen en Diest, kregen w e de toestemming en begeleiding van commandant Jannes om de mycoflora van beide militaire domeinen te inventariseren. Beide domeinen bleken zeer interessant en w erden in het najaar van 2006 door specialisten van KAMK bezocht. Wanneer een w andeling lang op voorhand vastgelegd w ord, kan het voorvallen dat de periode niet ideaal gekozen is. De inventarisatie viel net in de grote droogteperiode van september. Desondanks w erden toch w eer nieuw e soorten gevonden, op nattere plaatsen (zoals bijvoorbeeld in de sporen van tanks).

Datum Plaats Aantal soorten (2005 + 2006)

29-09-2006 Citadel, Diest 144

29-09-2006 Vliegveld, Schaffen 88

6. Resultaten en conclusies

6.1 Inschatten van natuurw aarden op basis van de mycoflora

6.1.1. Aantal Rode-Lijstsoorten

In Figuur 5 w ordt het aantal Rode-Lijstsoorten in de uurhokken in Vlaams-Brabant w eergegeven. Figuur 5 deelt de hokken w aarin Rode-Lijstsoorten voorkomen op in 5 klassen. In 35 hokken w erden geen Rode-Lijstsoorten w aargenomen. In 56 hokken w erden 1-6 Rode-Lijstsoorten w aargenomen, in 44 hokken 7-17, in 28 hokken 18-34, in 21 hokken 35-81 en in 11 hokken w erden meer dan 81 Rode-Lijstsoorten w aargenomen. Bijna de helft van de uurhokken met meer dan 82 Rode-Lijstsoorten ligt in de regio Leuven, de best onderzochte regio in de provincie.

Tabel 5 geeft het aantal Rode-Lijstsoorten per uurhok w eer, over een periode van 26 jaar (1981-2006), voor de 30 “beste” (6.1.2) uurhokken. Bij elk hok w orden de meest interessante gebieden voor paddenstoelen vermeld.

Het aantal Rode-Lijstsoorten is hier gebaseerd op de Nederlandse Rode Lijst (Arnolds en Kuyper, 2004), daar de voorlopige Vlaamse Rode Lijst is opgesteld voor een beperkt aantal geslachten. Het nadeel is w el dat een aantal soorten, vooral deze van oude loofbossen op zw aardere bodem, zeldzamer zijn in Nederland. In totaal w erden er in Vlaams-Brabant 20 soorten w aargenomen uit de categorie Verdw enen in Neder land.

In bijlage 13, 14, 15, 16 en 17 w orden de Rode-Lijstw aarnemingen uit de provincie, in de verschillende categorieën, opgelijst. In totaal w erden 20 soorten w aargenomen die verdw enen zijn uit Nederland (bijlage 13); 90 soorten zijn ernstig bedreigd (bijlage 14); 79 soorten zijn bedreigd (bijlage 15); 177 soorten zijn kw etsbaar (bijlage 16) en 172 soorten zijn gevoelig (bijlage 17).

6.1.2 Rode-Lijstsoorten in Vlaams-Brabant, Vlaanderen en Nederland

De Rode-Lijstsoorten die in meer dan 8 uurhokken w erden w aargenomen kunnen voor de provincie Vlaams-Brabant in principe van de Rode Lijst geschrapt w orden, daar ze niet meer in de categorie “zeldzaam” zitten voor de provincie (zie 6.5).

De meest opmerkelijke soort uit de categor ie “Verdw enen uit Nederland” is Fayodia bisphaerigera, die in Europa vooral bekend is van naaldbos. Maar in oude zure

beukenbossen komen w el vaker naaldbossoorten voor, ook qua houtzw ammen (Walleyn et al., 2005).

In de categorie “ Ernstig bedreigd” gaat dit over 10 soorten. Potloodrussula (Russula lepida)

komt zelfs in meer dan 1/3 van de hokken voor en is dus plaatselijk algemeen. Deze soort

is kenmerkend voor de provincie, daar ze de voorkeur geeft aan lemige bodems. Op de

Rode Lijst voor Vlaanderen staat deze soort vermeld als “Momenteel niet bedreigd”

(16)

(Walleyn & Verbeken, 1999), hoew el de soort elders in Vlaanderen veel zeldzamer is dan in Vlaams-Brabant. In Limburg w ordt de soort vermeld als zeldzaam (Lenaerts, 2004).

Figuur 5 Ov erzicht van het aantal Rode-Lij stsoorten in de uurhokken van Vlaams-Brabant Uit de categorie “Bedreigd” hebben w e 15 algemenere soorten voor de provincie. De Gele stekelzw am (Hydnum repandum) is eveneens een typerende soort voor de provincie, die zw aardere bodems verkiest. Deze soort staat als “Kw etsbaar” op de Rode Lijst van Vlaanderen. In Vlaams-Brabant is de Gele stekelzw am “Vrij algemeen” terw ijl deze soort in Limburg zeldzaam is (Lenaerts, 2004).

In de categorie “Kw etsbaar” zijn 69 van de 177 soorten niet zeldzaam in de provincie Vlaams-Brabant. Het Waaiertje (Schizophyllum commune) is een zeer algemene soort die saprotroof leeft op dood hout, vooral van Populier en Beuk. In Vlaanderen is er geen reden om deze soort op de Rode Lijst te plaatsen. De Kostgangerboleet (Xerocomus parasiticus) is minder algemeen dan zijn alomtegenw oordige gastheer de Aardappelbovist. Maar deze soort is toch een algemene verschijning in Vlaanderen. In Nederland w il men extra aandacht schenken aan deze soort in oktober via het tel- mee-project (w ww .telmee.nl). In Nederland merkt men dat deze soort sinds de jaren 60 opmer kelijk achteruitgaat. Het is niet gew eten w at de oorzaak hiervan kan zijn, maar de soort staat om die reden op de Rode Lijst.

In de categorie “Gevoelig” zijn slechts 23 van de 172 soorten algemeen in de provincie Vlaams-Brabant. Het Plooivliesw aaiertje (Plicatura crispa) is een neofyt die eind jaren tachtig voor het eerst in Vlaanderen w erd w aargenomen. De eerste vondst voor Vlaams- Brabant gebeurde in 1987 in het Bruulbos in Lovenjoel. Dan w as het w achten tot 1992 w anneer de soort terug opdook in Liedekerke en Meerdaalbos. Pas vanaf 2002 is de soort

“zeer algemeen” te noemen in Vlaams-Brabant.

In Nederland vermoedt men dat de explosieve toename van deze soort, die afkomstig is uit

NW- Europa, te w ijten is aan klimaatsopw arming ( RIVM, 2004). Nog een soort die zich

duidelijk uitbreid in Vlaanderen en Nederland is de Prachtmycena (Mycena crocata). Deze

soort, die zijn grootste verspreiding heeft in Vlaams-Brabant (voorkeur voor zw aardere

bodems), zit momenteel nog in de Nederlandse categorie “Gevoelig”, maar zal door zijn

uitbreiding w ellicht uit de Rode Lijst verdw ijnen. Deze mycena leeft saprotroof op

bladstrooisel van Beuk en w erd begin 1980 voor het eerst in Vlaanderen w aargenomen, te

(17)

Water maal-Bosvoorde (Walleyn, 2004). In 2006 w erd de soort voor het eerst in de regio Leuven w aargenomen en de eerste w aarnemingen voor Limburg dateren eveneens van na de publicatie van de atlas (2004).

6.1.3 RL-index

De Nederlandse RL- index (Jalink, 2002) houdt rekening met het feit dat niet alle soorten even sterk bedreigd zijn. Aan de categorieën van de Rode Lijst w orden punten toegekend:

1 punt voor een gevoelige soort 2 punten voor een kw etsbare soort 3 punten voor een bedreigde soort 4 punten voor een ernstig bedreigde soort 5 punten voor een verdw enen soort

Op deze w ijze zijn gebieden goed en vrij objectief met elkaar te vergelijken.

Er blijft nog het probleem van de grote verschillen in inventarisatiegraad. Het is praktisch onmogelijk om hiervoor een compenserende factor in te voegen. Een meer systematische inventarisatie naar de toekomst toe, blijft de enige oplossing. Volgens Jalink (2002) is een kilometerhok redelijk goed onderzocht als er meer dan 100 w aarnemingen gedaan w erden.

Kw artierhokken met minder dan 100 w aarnemingen zijn slecht onderzocht te noemen.

Tabel 6 geeft een overzicht van de 81 kw artierhokken (w aarin meer dan 100 w aarnemingen w erden gedaan) in de 30 meest w aardevolle uurhokken (tabel 5).

De uurhokken en kw artierhokken zijn in tabel 5 en 6 gerangschikt volgens de Rode Lijst- index, omdat w e er vanuit gaan dat dit het beste criterium is om de natuurw aarde van gebieden objectief met elkaar te vergelijken (Jalink, 2002).

Tabel 5 Top 30 van de meest w aardev olle uurhokken, met het aantal soorten, aantal Rode-Lij stsoorten en Rode-Lijstindex

Nr Uurhok Aantal soorten

Aantal RL- soorten

RL- index

Interessante gebieden

1 d5-56 982 145 348

Walenbos, Horst, Beninksberg, Troostembergbos

2 e5-33 844 131 313

Hev erleebos, Kouterbos, ’t Zoet Water

3 e4-38 577 112 281

Park en Arboretum (Terv uren)

4 e4-56 648 116 261

Zoniënwoud, Ganzepootv ijver (Hoeilaart)

5 e5-43 756 102 238

Meerdaalbos (Bierbeek, St.-Joris-Weert)

6 d5-45 658 94 235

’s Hertogenheide, Wijngaardberg, Vorsdonkbos, Eikelberg

7 e5-11 742 97 228

Warande, Eikenhof, Merodebossen (Kortenberg)

8 e5-34 762 101 227

Meerdaalbos, Mollendaalbos, Bremberg (Bierbeek)

9 d4-55 710 99 219

Nationale plantentuin (Meise)

10 e4-57 523 82 184

Zoniënwoud, Groenendaal (Hoeilaart)

11 e5-15 473 68 173

Chartreuzenbos (Holsbeek)

12 f4-14 627 83 167

Bosreserv aat Vroenenbos & Zaadboomgaard, Rilroheide, Steenputbeek (Halle)

13 e5-14 574 66 150

Kesselberg, Chartreuzenbos

14 d5-51 566 68 133

Torf broek, Silsombos (Kampenhout)

15 e5-25 581 60 133

Bruulbos, Koebos (Lovenjoel)

16 e5-23 474 55 128

Egenhov enbos, Arboretum Hev erleebos

17 e4-47 384 54 125

Zoniënwoud (Ouderghem, Watermael-bosv oorde, Groenendaal)

18 f4-15 416 54 119

Zev enbronnen (Dworp)

19 e4-48 442 52 114

Kapucijnenbos (Jezus-Eik), Zoniënwoud, Keienberg (Terv uren), Hengstenberg (Hoeilaart), Ketelheide, Smeiberg (Ov erijse)

20 e5-44 428 47 114

Mollendaalbos (Bierbeek)

(18)

21 d5-28 418 47 112

Av erbodebos, Weefberg (Averbode)

22 d6-31 448 51 111

Catselt, Vinkenberg (Zichem), Ford Leopold, Molenv eld (Diest), Asdonk (Tessenderlo)

23 e4-21 621 50 108

Liedekerkebos, de Vallier (Liedekerke)

24 d5-55 334 44 105

Beninksberg (Wezemaal)

25 d4-48 469 48 98

Bloso-domein, Vriezenbroek (Hofstade), Schiplakenbos, Steentjesbos (Elewijt)

26 e5-12 428 42 94

Molenbeekv allei (Veltem-Beisem), Kastanjebos (Herent), Eikenbos (Bertem)

27 e5-32 353 42 91

Magrijsbos (Loonbeek), Oude kliniek, Langerodebos (Neerijse), bosreserv aat Putten v an den Ijzeren weg, Doode bemde (Oud-Heverlee)

28 d5-57 350 40 88

Walenbos (Alsberg) (Houwaart)

29 d4-57 428 39 84

Floordambos (Melsbroek)

30 d4-23 448 35 83

Lippelobos (Malderen)

Bijna de helft van de 30 beste uurhokken is gelegen in de regio Leuven. De gebieden die in de 30 beste hokken liggen, zijn voor een groot deel bekende trekpleisters voor de mycologische w erkgroepen en/ of de paddenstoelw erkgroepen van Natuurpunt, daar ze bekend staan om hun natuurw aarde.

Tabel 6 De kwartierhokken (81) uit de 30 best geïnventariseerde hokken, waarin meer dan 100 soorten w erden w aargenomen.

Nr Kw artier- hok

Aantal soorten

Aantal RL- soorten

RL-index Interessante gebieden

1 d5-56-41 685 87 211 Walenbos - De Dolaag (Houwaart) 2 d4-55-32 640 88 201 Nationale plantentuin (Meise)

3 e5-33-31 576 79 193 Kouterbos, Zoet water (Oud-Heverlee) 4 e4-56-22 377 77 184 Zoniënwoud, Ganzepootvijver (Hoeilaart) 5 d5-45-24 407 61 156 ’s Hertogenheide & Kloesebos (Gelrode) 6 e5-15-11 418 58 149 Chartreuzenbos (Holsbeek)

7 e5-11-34 473 64 143 De Warande, Eikenhof-Merodebossen (Kortenberg)

8 d5-51-31 514 61 135 Torfbroek, Silsombos (Kampenhout) 9 e5-11-33 516 56 132 De Warande, Eikenhof, Merodebossen

(Kortenberg)

10 e5-43-12 460 53 118 Meerdaalbos (Bierbeek, St.-Joris-Weert) 11 e5-43-24 426 48 114 Meerdaalbos (Haasrode, Bierbeek)

12 d5-56-42 467 47 107 Walenbos, De Dolaag, Kwade Poel (Houwaart) 13 e4-56-42 373 49 105 Zoniënwoud (Kersselaerspleyn), Kornelisdreef,

Schone beukweg

14 e5-33-23 404 42 100 Heverleebos (Vaalbeek, Oud-Heverlee) 15 e5-34-41 326 37 98 Mollendaalbos (Haasrode, Bierbeek) 16 d5-56-24 424 42 96 Walenbos, Kwade Poel (Houwaart) 17 e4-47-33 264 38 94 Groenendaal (oefenrenbaan) – Arboretum

(Hoeilaart)

18 d5-45-14 364 42 93 Vorsdonkbos (Aarschot) 19 e5-44-11 381 38 91 Mollendaalbos (Bierbeek)

20 e5-34-32 420 39 87 Bremberg, Mollendaalbos (Haasrode) 21 d5-45-33 310 33 86 Wijngaardberg (Wezemaal)

22 d5-55-12 262 35 84 Beninksberg (Wezemaal) 23 d4-23-42 444 35 83 Lippelobos (Malderen) 24 e5-25-41 433 37 77 Bruulbos (Lovenjoel) 25 e5-14-12 314 33 76 Kesselberg (Kessel-Lo)

26 e4-57-11 231 32 76 Zoniënwoud, Groenendaal (Hoeilaart)

(19)

27 e5-43-11 371 33 75 Meerdaalbos (St.-Joris-Weert)

28 e5-32-42 268 32 72 Bosreservaat Putten van den Ijzeren Weg (Oud- Heverlee)

29 d5-56-13 192 28 71 Kasteel Van Horst (St.-Pieters-Rode) 30 d4-55-31 246 33 68 Nationale plantentuin (Meise)

31 e4-48-11 313 31 68 Kapucijnendreef en arboretum (Tervuren) 32 e5-34-34 377 31 67 Mollendaalbos (Haasrode)

33 d6-31-11 358 34 66 Catselt (Zichem) 34 e5-14-24 386 30 66 Lindenbos (Linden)

35 e4-38-23 139 28 66 Park en arboretum (Tervuren) 36 e5-33-14 230 27 66 Heverleebos (Oud-Heverlee) 37 d5-57-31 229 28 62 Walenbos, Alsberg (Houwaart) 38 e5-34-11 150 21 57 Mollendaalbos, Bremberg (Bierbeek) 39 f4-14-41 180 21 54 Hallerbos: Dries, Kampendaal (Halle) 40 e4-21-14 384 22 53 Liedekerkebos (Liedekerke)

41 f4-14-23 224 23 52 Bosreservaat Vroenenbos & Zaadboomgaard, Hallerbos, Kapittel (Halle)

42 e5-25-23 294 21 50 Bruulbos, Koebos (Lovenjoel) 43 e5-23-43 238 21 47 Heverleebos, Arboretum (Heverlee) 44 f4-15-14 178 20 46 Zevenbronnen (Dworp)

45 e5-33-21 269 18 46 Heverleebos (Oud-Heverlee)

46 d5-45-23 177 18 46 Eikelberg, Kloesebos, Vorsdonkbroek (Gelrode) 47 d4-57-44 271 19 45 Floordambos (Melsbroek)

48 e5-12-21 187 18 41 Kastanjebos (Veltem-Beisem) 49 e4-57-12 163 18 41 Groenendaal, Hoeilaart 50 e4-38-34 268 17 38 Arboretum (Tervuren)

51 e4-56-24 124 23 36 Zoniënwoud, Ganzepootvijver (Hoeilaart) 52 d4-48-42 261 16 34 Steentjesbos (Kampenhout)

53 e5-33-13 136 15 33 Heverleebos (Oud-Heverlee)

54 d4-48-24 175 16 32 Steentjesbos, Schiplaken, Hof ter Linde (Kampenhout)

55 d5-28-32 132 13 32 Averbodebos, Weefberg (Averbode) 56 e4-57-14 129 14 29 Zoniënwoud Koudedelle (Hoeilaart) 57 d6-31-22 154 12 29 Dassenaarde, Molenstede, Asdonk (Diest) 58 d5-55-13 112 13 27 Dunbergbroek (Holsbeek)

59 e4-21-12 242 12 27 Liedekerkebos, de Vallier (Liedekerke)

60 e5-33-44 151 12 27 Meerdaalbos, bosreservaat Grote konijnenpijp (Haasrode)

61 e5-34-14 188 10 24 Mollendaalbos (Bierbeek, Bremberg) 62 e4-47-21 106 10 20 Zoniënwoud (Ouderghem, Tervuren) 63 e5-43-22 130 8 20 Meerdaalbos (Haasrode)

64 e5-34-33 146 9 19 Mollendaalbos (Bierbeek)

65 d5-28-34 168 7 19 Weefberg en Merodebossen (Averbode)

66 e4-38-43 107 7 19 Kapucijnenbos, Zevenster (Jezus-Eik, Tervuren) 67 e5-34-43 217 11 18 Mollendaalbos (Haasrode)

68 f4-14-34 146 11 18 Hallerbos, bosreservaat Jansheideberg (Halle) 69 d4-57-42 119 9 18 Floordambos (Melsbroek)

70 d5-56-34 196 9 17 Troostembergbos (Houwaart) 71 e5-14-22 108 6 17 Chartreuzenbos (Holsbeek) 72 d4-48-11 130 10 16 Vriezenbroek (Hofstade)

73 e5-23-14 129 7 15 Egenhovenbos, Arboretum Heverleebos 74 e5-34-22 136 7 14 Meerdaalbos (Vaalbeek)

75 e5-25-43 132 7 14 Bruulbos (Lovenjoel)

76 e5-12-14 103 7 14 Molenbeekvallei (Veltem-Beisem) 77 e5-32-41 102 8 13 Oude kliniek, Langerodebos (Neerijse) 78 e5-23-41 109 6 13 Heverleebos (Heverlee)

79 e5-25-32 115 5 11 Koebos, Park (Lovenjoel)

(20)

80 e5-12-42 102 5 11 Bertem

81 f4-14-43 125 5 10 Hallerbos (Halle)

Meer dan de helft van de best onderzochte kw artierhokken (48) ligt in de regio Leuven. Dit heeft natuurlijk ook veel te maken met de extra inspanningen in de regio de jongste jaren.

Bijlage 18 geeft een overzicht van de 144 kw artierhokken in Vlaams-Brabant w aarin meer dan 100 soorten w erden w aargenomen. Slechts in 17% van de bezochte kw artierhokken w erden meer dan 100 soorten w aargenomen.

6.1.3 Waardebepaling van gebieden aan de hand van indicatorsoorten

Paddenstoelen blijken scherpe indicatoren te zijn voor bepaalde factoren in het milieu. Met hun zeer kleine sporen kunnen paddenstoelen zich snel en gemakkelijk verspreiden, en nieuw e geschikte terreinen koloniseren. Het is w el zo dat w aarschijnlijk pas een aantal jaar na vestiging vruchtlichamen w orden gevormd. Milieuveranderingen in een terrein zullen door veranderingen in de mycoflora vrij snel zichtbaar w orden. Planten reageren doorgaans langzamer op milieuveranderingen, zij verspreiden zich minder snel en kunnen enige tijd stand houden onder gew ijzigde milieuomstandigheden. In “ Paddestoelenvriendelijk Natuurbeheer” van P.J. Keizer (2003), w orden indicatorsoorten voor verschillende biotooptypen besproken.

Hieronder w orden per biotooptype enkele indicatorsoorten en hun verspreiding in de provincie w eergegeven. De belangrijkste en meest w aardevolle indicatorsoorten w erden geselecteerd, zodanig dat de meest w aardevolle gebieden voor het betreffende biotooptype vermeld w orden. De ecologie van de soort w ordt kort besproken met een vermelding van de bodem die door de soort geprefereerd w ordt. De zeldzaamheidsklassen voor de provincie Vlaams-Brabant zijn berekend aan de hand van de meest verspreide soort (zie hoofdstuk x).

Figuur 6 geeft de bodemdistricten in de provincie Vlaams-Brabant w eer.

Het is opvallend dat op vele plaatsen in de reliëfrijke provincie Vlaams-Brabant, zanderige toppen (Diestiaanheuvels) in de Leemstreek. Hierdoor zullen soorten met een specifieke voorkeur voor zandgrond, ook voorkomen in de Leemstreek. De gebieden w aar die scherpe gradiënt tussen zand en leem en droog en nat ligt, zijn dan ook het soortenrijkst.

Figuur 6 Bodemdistricten in de prov incie Vlaams-Brabant

Naaldbossen

De overheersende boomsoorten in de Vlaamse bossen zijn zow el door de mens als door

natuurlijke omstandigheden bepaald. Van nature uit zouden naaldbomen slechts een

(21)

miniem deel van het Vlaamse bos uitmaken. Hun sterke aanw ezigheid is economisch te verklaren. Ze zijn er voor de productie van zaaghout (constructies), industriehout (voornamelijk plaatmaterialen) en tot omstreeks 1990 ook voor mijnhout. Deze laatste doelstelling is w eggevallen sinds de sluiting van de steenkoolmijnen in de provincie Limburg, maar het heeft vanzelfsprekend nog steeds een belangrijke invloed op het bosbeeld.

De voornaamste naaldboomsoorten in Vlaanderen zijn Grove den (Pinus sylvestris), Corsicaanse den (Pinus nigra subsp. laricia), Fijnspar (Picea abies), Lork (Larix decidua) en Douglasspar (Pseudotsuga mensiesii). Van nature zijn enkel de Jeneverbes (Juniperus communis) en Grove den (Pinus sylvestris) met zekerheid inheems in Vlaanderen.

Jeneverbes is zeldzaam en (bijna) nergens dominant. Grove den is daarentegen massaal aangeplant en reeds enkele eeuw en in gebruik in de Vlaamse bosbouw . Gezien zijn grote verspreidingsgebied in Europa is het moeilijk te verdedigen dat hij helemaal uitheems zou zijn in Vlaanderen.

Naaldbossen kunnen grote betekenis hebben voor paddenstoelen. In Nederland zijn meer dan 300 soorten kenmerkend voor naaldbossen, w aarvan 80% bedreigd is (Arnolds & Van Ommering, 1996).

Van de geregeld aangeplante naaldbomen, heeft Grove den de meeste begeleiders.

Dennenbossen die rijk zijn aan mycorrhizasymbionten liggen doorgaans op voedselarmere bodems. Ondergroei is in dennenbossen met veel mycorrhizasymbionten afw ezig, daar ondergroei duidt op verrijking met stikstof. Jonge stadia van naaldbossen, tot 30 jaar, zijn het rijkst aan mycorrhizasymbionten in onze streken, w aar de stikstofdepositie hoog is.

Voor het behoud van w aardevolle naaldbossen, dient men aldus, periodiek nieuw e percelen met jonge Grove den aan te planten, of natuurlijke verjonging te stimuleren door selectieve kap. Verw ijderen van strooisel kan ook een gunstig effect hebben, om de verruiging tegen te gaan.

a) Mycorrhizasym bionten

Natuurbeheerders stimuleren het kappen van naaldhout op de zandgronden in Vlaanderen ten voordele van heideherstel. Het staat vast dat Grove den van nature uit op dit ogenblik slechts ten hoogste sporadisch en marginaal zou voorkomen, indien er nooit w as aangeplant. Maar het aantal symbionten dat voorkomt bij Grove den, verdedigt zijn natuurlijke positie in Vlaanderen.

In Averbodebos en Heide w erd dit jaar een inventarisatiew eekend georganiseerd en w erden een aantal zeldzaam gew orden mycorrhizasymbionten bij Grove den w aargenomen. Het voorkomen van een aantal Rode-Lijstsoorten kon de beheerders overtuigen om niet alle dennen te kappen.

Russula turci

Bres.

Jodoformrussula

Mycorrhizasymbiont van Den in naaldbossen op kalkrijk zand of leem.

Waarnemingen in alle bodemdistricten. In de Rode Lijst van Nederland als “Ernstig bedreigd” en in de Rode Lijst voor Vlaanderen als “Bedreigd” (Walleyn & Verbeken, 2000).

De Jodoformrussula komt in Vlaams-Brabant, waar hij matig algemeen is, opvallend meer voor dan in de rest van Vlaanderen. In Limburg is deze soort zeldzaam (5 uurhokken sinds 1986).

De achteruitgang is vermoedelijk een gevolg van verzuring en/ of vermesting.

Functionele groep Em

Uurhokken voor 1990 4 Uurhokken sinds 1990 13

Frequentie MA

(22)

Russula drimeia Cooke Duivelsbroodrussula

Mycorrhizasymbiont van Den of Spar op voedselarme, zure, zandige bodem.

Waarnemingen in alle bodemdistricten. In Rode Lijst van Nederland als “Kwetsbaar” en in Rode Lijst voor Vlaanderen als “Achteruitgaand” (Walleyn & Verbeken, 2000).

De Duivelsbroodrussula is in Vlaams-Brabant matig algemeen, maar in de Antwerpse Kempen en in Limburg is het een algemene soort (18 uur sinds 1986) hokken. De achteruitgang is het gevolg van vermesting.

Tricholoma imbricatum (Fr.:Fr.) P. Kumm.

Fijnschubbige ridderzwam

Mycorrhizasymbiont van Grove den op voedselarme bodems.

In Rode Lijst voor Nederland als “Bedreigd” en in Rode Lijst voor Vlaanderen als “Kwetsbaar”

(Walleyn & Verbeken, 2000).

Waarnemingen in de Kempen en de Zandleemstreek: te Haasrode, Mollendaalbos (ZWAM, e5-34- 32, 1991); te Kessel-Lo, Kesselberg (ZWAM, e5-14-12, 2000), te Testelt (KAMK, d5-38-14, 2002); te Aalst, Kravaalbos (Zwamvlok, d4-52-14, 2005); te Aarschot, Gijmel (RS, d5-36-14, 2006); te Molenstede, Dassenaarde (RLe, d6-31-22, 2006); te Averbode (RS & WV, d5-28-42, d5-28-34, 2006).

De Fijnschubbige ridderzwam is zeldzaam in Vlaams-Brabant. Deze soort komt nog het meest voor in de Kempen.

Functionele groep Em

Uurhokken voor 1990 6 Uurhokken sinds 1990 12

Frequentie VA

Functionele groep Em

Uurhokken voor 1990 0 Uurhokken sinds 1990 7

Frequentie Z

(23)

Functionele groep Em Uurhokken voor 1990 0 Uurhokken sinds 1990 4

Frequentie ZZ

Functionele groep Em

Uurhokken vóór 1990 0 Uurhokken sinds 1990 2

Frequentie ZZZ

Suillus variegatus

(Sw.:Fr.) Kuntze

Fijnschubbige boleet

Mycorrhizasymbiont van voornamelijk Grove den en Zwarte den, op strooiselarme, voedselarme, droge, zandige bodems, ook onder vliegdennen op de heide. In Rode Lijst van Nederland als

“Bedreigd” en voor Vlaanderen als “Kwetsbaar” (Walleyn & Verbeken, 2000) in verband met achteruitgang door vermesting.

Waarnemingen in de Kempen en de Zandstreek: te Averbode (KAMK, d5-28-00, 1981); te Tervuren, Keienberg (PH, e4-48-21, 1987); te Gelrode, ’s Hertogenheide (ZWAM, d5-45-24, 1991, 1993, 1997); te Oud-Heverlee, Kouterbos (JM, e5-33-31, 1994); te Tremelo, Bolloheide (WC, d5-33-42, 2002).

De Fijnschubbige boleet is zeldzaam in Vlaams-Brabant. In Limburg en de Antwerpse kempen is deze soort matig algemeen. De meest recente vondst van deze soort komt vanuit de Bolloheide (foto), een uniek en vrij authentiek relict van het oorspronkelijk groot heidegebied dat zich van Bonheiden tot Baal uitstrekte. Op de Bolloheide werden nog een aantal bedreigde (zie heide) soorten waargenomen. Een regelmatig bezoek aan de Bolloheide zal wellicht nog heel wat interessante vondsten opleveren.

Suillus granulatus (L.: Fr.) Roussel.

Melkboleet

Mycorrhizasymbiont van Grove den en Zwarte den in jonge dennenbossen, op droge, strooiselarme matig zure tot basische, vaak kalkhoudende zandgrond. In Rode Lijst van Nederland als “Kwetsbaar”

en in Rode Lijst voor Vlaanderen als “Bedreigd”.

Waarnemingen in alle bodemdistricten:

te Meise, plantentuin (HdM, ADK, d4-55-32, 1990);

te Linkebeek (AK, e4-55-23, 1994);

te St.-Genesius-Rode (AK, e4-55-23, 1996);

te St.-Genesius-Rode, Laborelec (PZWB, e4-55-00, 2002);

te Everberg, tuin (RS, e4-28-24, 2006);

te Averbode, parking vijvers (RS & WV, d5-28-44, 2006).

De Melkboleet is zeldzaam in Vlaams-Brabant, maar in de rest van Vlaanderen is hij nog veel zeldzamer. In Limburg is deze soort sinds 1990 nog maar op 1 plaats waargenomen.

Suillus collinitus (Fr.) Kuntze Valse melkboleet

Mycorrhizasymbiont van Grove den in vrij jonge naaldbossen, op droge, kalkhoudende, basische zandgrond. In de Rode Lijst van Nederland als “Kwetsbaar” en in de Rode Lijst voor Vlaanderen als

“Zeldzaam”. Achteruitgang door verzuring, vermesting en veroudering van bossen. Gebrek aan mogelijkheid tot verjonging van naaldbossen.

Waarnemingen in de Zandleem- en Leemstreek:

te Ternat, parking Ikea (RW & MV, e4-12-41, 1994;

RS, e4-12-43, 2004); te Ezemaal, tuin (MA, e6-41-31, 2005).

Functionele groep Em

Uurhokken voor 1990 2 Uurhokken sinds 1990 3

Frequentie ZZ

(24)

De Valse melkboleet is zeer zeldzaam, met slechts 2 gekende vindplaatsen in Vlaams-Brabant. In Limburg gebeurde voorlopig slechts 1 waarneming.

Cortinarius semisanguineus (Wulfen in Jacq. : Fr.) Fr.

Pagemantel

Mycorrhizasymbiont van jonge naaldbomen, vooral Den, maar ook Spar, Douglasspar en Lork, op voedsel- en humusarm zand. Deze soort staat op de Rode Lijst van Nederland als bedreigd.

Waarnemingen in alle bodemdistricten: te Aarschot, ‘s Hertogenheide (ZWAM, d5-45-00, 1987); te Holsbeek, Chartreuzenbos (ZWAM, e5-15-11, 1989); te Sint-Joris-Weert, Meerdaalwoud (DG, e5- 43-12, 1998; JM, e5-43-24, e5-43-11, 2002); te Wezemaal, Beninksberg (JM, d5-55-12, 1998); te Tremelo, Bolloheide (RS, d5-33-42, 2005); te Keerbergen, Pommelsven (RS, d5-32-22, 2005); te Averbode (RS & WV, e5-28-24, e5-28-41, e5-28-42, 2006); te Pellenberg, park UZ (GB, e5-25-23, 2006).

In Vlaanderen is deze soort niet algemeen, in Limburg en de Kempen is ze matig algemeen.

Cortinarius grevillei (Klotzsch: Fr.) Singer Gele ringboleet

Mycorrhizasymbiont van Lork, op zure zandgrond. In Nederland als “Kwetsbaar” wegens achteruitgang door verzuring en vermesting.

Waarnemingen in alle bodemdistricten.

De Gele ringboleet is vrij algemeen in Vlaams-Brabant, in Limburg en de Antwerpse kempen is deze soort zelfs algemeen.

Functionele groep Em

Uurhokken vóór 1990 2 Uurhokken na 1990 6

Frequentie Z

Functionele groep Em

Uurhokken vóór 1990 7 Uurhokken na 1990 29

Frequentie VA

(25)

Functionele groep Sk Uurhokken vóór 1990 4 Uurhokken na 1990 4

Frequentie ZZ

b) Saprofyten

Marasmiellus perforans (Hoffm.: Fr.) Antonín Sparrenstinktaailing

Saprotroof op naalden van Spar, op kalkrijke, zandige bodem.

In Nederland als “Bedreigd” en voor Vlaanderen als “Ernstig bedreigd”.

Waarnemingen in alle bodemdistricten:

te Heverlee (GMF, e5-23-00, 1982);

te Bierbeek, Mollendaalbos (ZWAM, e5-34-32, 1982);

te Oud-Heverlee, Heverleebos (ZWAM, e5-23-43, 1987);

te Vaalbeek, Heverleebos (ZWAM, e5-33-21, e5-33-23, 1988);

te Sint-Joris-Weert, Meerdaalbos (DG, e5-33-43, 1997);

te Groenendaal, arboretum (ZWAM, e4-38-00, 1998);

te Hoeilaart (ZWAM, e4-57-11, 1998);

te Averbode (WV & RS, d5-28-41, d5-28-42, d5-28-32, 2006).

De Sparrenstinktaailing is zeer zeldzaam in Vlaanderen, maar in Wallonië is hij algemeen. Daar Spar een exoot is, zijn de soorten die hiermee geassocieerd worden, geen prioritair te beschermen soorten.

Loofbossen, lanen en parken

Loofbossen vormen de belangr ijkste groeiplaatsen voor paddenstoelen, zeker de helft van de soorten komt in loofbossen voor (Arnolds & Van Ommering, 1996; Stortelder et al., 1999).

Bijzondere mycorrhizasymbionten staan op de meest voedselarme plaatsen, met een dunne tot ontbrekende strooisellaag en geringe vegetatiebedekking: open plekken en moshellinkjes.

In bossen op rijkere bodem, zoals klei of leem, spelen mycorrhizasymbionten een minder belangrijke rol. De belangrijkste plaatsen zijn lanen, hellingen en w inderige plaatsen, w aar de bladeren geen kans kr ijgen om te blijven liggen.

Beuk (Fagus sylvatica)

Beuk heeft de voorkeur voor diepere, al dan niet kalkhoudende, vochtige leemgronden. De natuurlijke verspreiding van Beuk in Vlaanderen is moeilijk te achterhalen als een gevolg van de sterk menselijke beïnvloeding. De kern van het verspreidingsgebied valt grotendeels samen met de Leemstreek (Van Landuyt et al., 2006). Kijken w e naar de verspreiding van Beuk in Vlaanderen dan zien w e dat de provincie Vlaams-Brabant de grootste oppervlakte aan beukenbossen en dreven bezit.

Mesofiele bossen met voorjaarsflora bezitten het grootste aantal soorten planten en Rode- Lijstsoorten en genieten de beste bescherming in Vlaanderen, w ant hun oppervlakte is beperkt. In Vlaams-Brabant is de soort in 2 bostypes te vinden: de ‘Gierstgras- Beukenbossen’ (Zoniënw oud) en de Eiken- Haagbeukenbossen (Bertembos, Hallerbos, Meerdaalbos). Het gaat hier doorgaans om oude bossen. Ze w orden o.a. verstoord door verzuring en vermesting veroorzaakt door atmosferische deposities (Dumortier et al., 2003).

a) Mycorrhizasym bionten

Russula virescens (Schaeff.) Fr.

Ruwe russula

Mycorrhizasymbiont van voornamelijk Beuk. In Nederland staat deze soort als “Bedreigd” op de

Rode Lijst. “Momenteel niet bedreigd” in Vlaanderen (Walleyn & Verbeken), maar vermoedelijk

achteruitgaand als gevolg van vermesting en/of verzuring.

(26)

Functionele groep Em Uurhokken vóór 1990 1 Uurhokken sinds 1990 4

Frequentie ZZ

Waarnemingen in alle bodemdistricten, behalve in de Kempen.

De verspreiding van Russula virescens, een typische beukenbegeleider, overlapt grotendeels met de hokken waarin grote oude beukenbestanden te vinden zijn. Deze soort kent zijn grootste verspreiding in Vlaams-Brabant. In Limburg is deze soort eerder zeldzaam.

Tricholoma ustale (Fr.:Fr) P. Kumm.

Beukenridderzwam

Mycorrhizasymbiont van Beuk, vooral in lanen, op voedselarme tot matig voedselrijke, zandige of lemige bodems. Als “Kwet sbaar” op Nederlandse Rode Lijst, in Vlaanderen “Momenteel niet bedreigd”. Waarnemingen in alle bodemdistricten.

De Beukenridderzwam is vrij algemeen in Vlaams-Brabant, terwijl hij in de rest van Vlaanderen matig algemeen is en in Limburg zeldzaam.

Cortinarius calochrous var. calochrous (Pers.: Fr.) Fr.

Fraaie gordijnzwam

Mycorrhizasymbiont van Beuk op kalkrijke bodem. In Rode Lijst voor Nederland als “Uitgestorven”.

In Vlaanderen is het voorkomen beperkt tot de provincie Vlaams-Brabant.

Waarnemingen in de Leemstreek:

te Oudergem, Zoniënwoud (HV, e5-37-30, 1989);

te Hoeilaart (DG, e4-56-22, 1993; RW, e4-47-33, 1999);

te Tervuren (DG, e4-38-00, 1999);

te Dworp, Zevenbronnen (PZWB, f4-15-14, 2001, 2002).

De laatste waarneming in Vlaams-Brabant dateert van 2002. Het is wenselijk dat de plaatsen waar deze soort is waargenomen worden opgevolgd.

De Fraaie gordijnzwam behoort tot de groep van de Phlegmaciums of smeerhoeden. Deze zijn allen zeldzaam in Vlaanderen en de plaatsen waar ze nog voorkomen dienen beschermd te worden.

b) Saprofyten

Oude bomen en dood hout vormen een habitat voor honderden soorten zw ammen. Recent is het aanbod van dood hout in Belgische en Nederlandse bossen toegenomen. Walleyn en Veerkamp (2005) stelden een lijst op met kensoorten, aandachtssoorten en doelsoorten voor soortenrijke bossen in België en Nederland, w aarvan w e er hier tw ee bespreken.

Functionele groep Em

Uurhokken vóór 1990 11 Uurhokken sinds 1990 21

Frequentie VA

Functionele groep Em

Uurhokken vóór 1990 6 Uurhokken sinds 1990 25

Frequentie VA

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Deze soort wordt in de recente Rode Lijst van Nederland niet meer vermeld, in Rode Lijst voor Vlaanderen als “Achteruitgaand” (Walleyn &amp; Verbeken, 2000).. De Duivelsbroodrussula

Deze zolders zijn reeds door vleermuizen in gebruik, maar kunnen – mits optimale inrichting en voorkomen verstoring – mogelijk een voldoende compensatie vormen. Om dit na te

Hoewel in de loop van voorgaand project (Jacobs et al. 2010) en door gericht onderzoek door vrijwilligers (vnl. Guelinckx 2001 en Merckx &amp; Berwaerts 2010) heel wat gegevens

Voor het meerjarenplan 2020 - 2025 zal ten gunste van de provincie Vlaams-Brabant overgegaan worden tot de jaarlijkse heffing van 171, 75 opcentiemen op de onroerende voorheffing

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (gewijzigd met besluit van de Vlaamse

Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 30 maart 2018 over de beleids- en beheerscyclus van de lokale en provinciale besturen (gewijzigd met besluit van de Vlaamse

Overwegende dat overeenkomstig artikel 43, §2, 10° van het Provinciedecreet, de provincieraad bevoegd is om te bepalen welke overheidsopdrachten moeten beschouwd worden als

Volgens de literatuur heeft de soort een voorkeur voor vochtige, matig voedselrijke, lemige, humusrijke bodems, maar hij komt zowel onder matig zure als basische omstandigheden