1
Schildwachtklier procedure
Schildwachtklierprocedure
Borstkankercellen of melanoomcellen – melanoom is een vorm van huidkanker – kunnen losraken van de tumor. Deze cellen worden dan meestal afgevoerd via de lymfebanen. Als eerste komen ze dan in de schildwachtklier. In de lymfeklieren kunnen ze uitgroeien tot een uitzaaiing.
Het lymfestelsel
Naast bloedvaten hebben we in ons lichaam een lymfestelsel. De lymfevaten nemen vanuit het lichaamsweefsel lymfe op: dit vocht neemt afvalstoffen op en voert deze af via de lymfeklieren. Dit noemen we ook wel lymfeknopen. Deze lymfeklieren zijn belangrijk om ontstekingen in het lichaam tegen te gaan. Het zijn belangrijke filters in het afweersysteem van het lichaam. De lymfeklieren zuiveren het lymfevocht, daarna komt het in de
bloedbaan. Ook losgeraakte borstkankercellen of melanoomcellen voert het lichaam meestal af via de lymfebanen. In de lymfeklieren kunnen deze cellen uitgroeien tot een uitzaaiing.
Wat is een schildwachtklier?
De schildwachtklier noemen we ook wel poortwachtklier of sentinel node. Het is het eerste opvangstation van de lymfe-afvoer in het gebied van de tumor. Deze klier staat dus via een lymfevat in rechtstreekse verbinding met de tumor. De klier vormt de toegang tot de andere lymfeklieren. Daarom noemen we dit de schildwachtklier. Bij borstkanker bevindt de schildwachtklier zich meestal in de oksel, een enkele keer naast het borstbeen. Bij het melanoom zit de schildwachtklier meestal in de oksel of lies, afhankelijk van waar het melanoom zich bevindt.
2
Doel van de schildwachtklierprocedure
De eerste lymfeklier waar een tumor kan uitzaaien, willen we opsporen en onderzoeken.
Dit doen we via de schildwachtklierprocedure. Als de patholoog tumorcellen vindt in de schildwachtklier, bestaat de kans dat ook de andere lymfeklieren zijn aangetast. Het kan dan noodzakelijk zijn ook de overige lymfeklieren in dat gebied te behandelen.
In het verleden verwijderden we bij alle patiënten met borstkanker alle lymfeklieren uit de oksel. Het verwijderen van deze klieren noemen we een okselkliertoilet of
okselklierdissectie. Deze behandeling kan vervelende bijwerkingen hebben. Bijvoorbeeld:
pijn in de oksel, een opgezette arm (oedeemarm), bewegingsbeperking. Door alleen de schildwachtklier te verwijderen en op tumorcellen te onderzoeken is de volledige okselklierbehandeling vaak niet nodig.
Voorbereiding
Voor de schildwachtklierprocedure is geen speciale voorbereiding nodig. Meld ons wel als u zwanger bent of misschien zwanger bent.
Onderzoek
Op de afdeling Nucleaire Geneeskunde spuiten we een kleine hoeveelheid radioactieve stof in. Dit doen we bij borstkanker vlak achter de tepel, bij een melanoom rond de huidtumor of rond het oude litteken ervan. Deze prik kan een kort moment pijnlijk of gevoelig zijn. De radioactieve vloeistof stroomt door de lymfevaten naar de schildwachtklier.
Met een scan gaat de nucleair geneeskundige na in welk gebied de schildwachtklier zich bevindt. Deze scan maken we ongeveer twee uur nadat we de radioactieve vloeistof bij u ingespoten hebben. Bij ongeveer vijf procent van de patiënten vinden we vanwege technische redenen de schildwachtklier niet. Dit zegt niets over of er wel of geen uitzaaiingen zijn.
3
De operatie
Op de dag van de schildwachtklierprocedure of één dag erna doen we de operatie. Eerst brengen we u onder narcose. Daarna spuit uw chirurg in het gebied van de tumor of bij het oude litteken een kleine hoeveelheid blauwe vloeistof in. Deze kleurstof stroomt door naar de schildwachtklier en kleurt deze blauw. Met een kleine operatie kunnen we de
schildwachtklier nu verwijderen. Uw chirurg spoort de juiste klier op met een geigerteller.
Dit is een detector die radioactiviteit herkent. De operatie duurt ongeveer een halfuur.
Na de behandeling
De uitslag
De verwijderde klieren sturen we naar de patholoog. De patholoog kijkt onder de
microscoop of er tumorcellen aanwezig zijn. Ongeveer een week na de operatie komt u bij uw chirurg op de polikliniek voor de uitslag en bespreekt u samen met uw arts de verdere behandeling.
Bijwerkingen
We dienen u slechts een kleine hoeveelheid radioactieve vloeistof toe. Deze hoeveelheid geeft geen bijwerkingen en is niet gevaarlijk voor u en voor de mensen in uw omgeving.
De blauwe vloeistof die we bij u inspuiten kan een verkleuring geven van de huid. Deze verkleuring kan een paar maanden tot een jaar zichtbaar blijven. Het lichaam scheidt de blauwe vloeistof weer uit, daarom kan uw urine en ontlasting de eerste dag na de
procedure er blauw of groen uitzien. Bij sommige mensen veroorzaakt de blauwe vloeistof of de radioactieve vloeistof een allergische reactie, maar dit is zeldzaam.
Contact
U kunt het Mammacentrum en de mammacareverpleegkundige bereiken tijdens
kantooruren: Mammacentrum Tergooi, locatie Hilversum, routenummer 51, T 088 753 16 40
Heeft u acute problemen buiten kantoortijden? Neem dan contact op met de afdeling Spoedeisende Hulp, locatie Hilversum, T 088 753 15 60.
Contact
Mammacentrum T 088 753 16 40
klantcontactcentrum@tergooi.nl Ma t/m vr 08:00 – 16:30 uur
4
Radiologie / Nucleaire Geneeskunde T 088 753 15 00
Ma t/m vr 08:00 - 16:30 uur