• No results found

Bijlage 3 Doelstellingen van Nationale-Nederlanden ... VIII

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Bijlage 3 Doelstellingen van Nationale-Nederlanden ... VIII "

Copied!
15
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Bijlagen

Bijlage 1 Organogram ... I

Bijlage 2 Beschrijving Premiedepot... II

Bijlage 3 Doelstellingen van Nationale-Nederlanden ... VIII

Bijlage 4 Interview overzicht...IX

Bijlage 5 Macro omgeving ... X

Bijlage 6 Concurrentieanalyse ... XII

(2)

Bijlage 1 Organogram

Divisie Intermediair

LoB Sales LoB Bacair LoB Leven Individueel LoB CFO

PM hypotheken CZ Hypotheken LP PMH & CZ Actuariaat

Leven Hypotheek

Betalingen

PM LP

Kenniscentrum

Finance NN hypotheek bedrijf

Bancair

Leven Particulier CZ NN1

CZ NN 2 Staf CZ

(3)

Bijlage 2 Beschrijving Premiedepot

Voordelen

Direct lagere lasten

Premies worden uit het premiedepot betaald en er wordt gebruik gemaakt van hoog/laag premiebetaling. Hierdoor heeft een consument direct lagere lasten. Zie voorbeeld Besparing totale premiebetaling

Gegarandeerde rentevergoeding over het premiedepot

Tijdens de looptijd van het premiedepot is de afgesproken vergoeding van kracht. Bij een bank zou je niet langer dan 10 jaar geld voor een vast percentage kunnen vastzetten. Met een premiedepot van Nationale Nederlanden is het wel mogelijk om een bedrag langer dan 10 jaar vast te zetten.

Mogelijkheid tot een hoger leningbedrag

Door eigen geld mee te nemen, is het mogelijk meer geld te lenen, dan als je dat geld direct in ‘de stenen’ stopt.

Wel of geen top-opslag bij premiedepot

Bij de bepaling of er top-opslag moet worden gerekend, wordt rekening gehouden met het premiedepot, ook al kan er geen pandrecht gevestigd worden op het depot. Als bij het verstrekken van de lening een premiedepot gestort is, kan door de waarde van het depot de verstrekte lening onder de grens voor top-opslag komen. In dat geval hanteert Nationale Nederlanden een rente zonder top- opslag.

Het (restant) premiedepot is echter te allen tijde opeisbaar door cliënt. Daarom heeft Nationale Nederlanden in hun hypotheekofferte opgenomen dat bij opeising van het premiedepot door de cliënt Nationale Nederlanden gerechtigd is de top-opslag alsnog op de lening te plaatsen. Dus als de waarde van het premiedepot, het hypotheek bedrag omlaag brengt en dus niet boven de topopslag komt dan hanteren ze de rente zonder topopslag.

Voorbeeld ‘Besparing totale premiebetaling’

Ter illustratie van het effect van de verschillende mogelijkheden bij de Verzekerd spaarhypotheek, worden onderstaand de totale nettolasten vergeleken van een annuïteitenhypotheek met de beschreven varianten van de Verzekerd spaarhypotheek met een zonder premiedepot. Het principe en de werking van het premiedepot bij de optimaal spaarhypotheek is identiek aan het premiedepot bij de Verzekerd spaarhypotheek.

Nettolasten Premiedepotstorting

Nettolasten + premiedepotstorting

Annuïteitenhypotheek € 300.583 n.v.t. € 300.583

Verzekerde spaarhypotheek basis

€ 259.936 n.v.t. € 259.936

VSH hoog/laag € 241.539 n.v.t. € 241.539

Uitgangssituatie

Hypotheek bedrag: € 150.000 Hypotheek rente: 7,8%

Bruto jaarinkomen: €42.500 Belastingsvoordeel: 42%

Leeftijd: 31 jaar (vrouw)

VSH premiedepot (hoge premies uit depot)

€ 222.675 € 15.500 € 238.175

(4)

Looptijd: 30 jaar VSH premiedepot (alle premies uit depot)

€ 213.691 € 19.756 € 233.447

Assortimentsbeleid

Er zijn 2 soorten depotstortingen te onderscheiden te weten:

• depotstorting van alle premies of van een aantal volle premies

• depotstorting van een evenredig deel van alle premies

Als de looptijd van de hypotheek langer is dan de rentevast periode van de hypotheek, dan krijgt de cliënt te maken met een rentewijziging en daarmee met een gewijzigde premie. De 'beste' variant wordt verkregen als de looptijd en de rentevast periode gelijk zijn (bijvoorbeeld 20 jaar). De cliënt krijgt dan geen wijzigingen meer in zijn hypotheeklasten.

1. Hoge premies geheel of gedeeltelijk uit depot (donkere deel komt uit depot, lichte deel betaalt de klant zelf):

2. Alle premies uit depot, gedurende de gehele looptijd (donkere deel komt uit depot, lichte deel betaalt de klant zelf):

3. Alle premies uit depot, gedurende een beperkte periode (donkere deel komt uit depot, lichte deel betaalt de klant zelf):

4. Een deel van de hoge periode (donkere deel komt uit depot, lichte deel betaalt de klant zelf):

5. Hoge premies en een deel van de lage premies uit het depot. (donkere deel komt uit depot, lichte deel betaalt de klant zelf)

(5)

6. Alle hoge premies uit depot, gedurende een beperkte periode (donkere deel komt uit depot, lichte deel betaalt de klant zelf):

7. Alle premies uit depot, gedurende een beperkte periode (donkere deel komt uit depot, lichte deel betaalt de klant zelf):

Proces

AANVRAAG

In het adviesgesprek adviseert de tussenpersoon de consument welke hypotheekvorm het best past bij zijn/haar behoefte. Als de relatie op basis van het adviesgesprek een offerte voor een hypotheek vraagt dan wordt het aanvraagtraject in gang gezet. De intermediair stuurt het aanvraagformulier rechtstreeks naar Service Center Hypotheken. ING Service Center Hypotheken verzorgt de Hypothekenadministratie voor de Nederlandse ING bedrijfsonderdelen, inclusief het niet-commerciële contact met klanten. Service Level Agreements (SLA's) met bedrijfsonderdelen bepalen welke werkzaamheden Service Center Hypotheken voor elke label uitvoert.

Het Service Center Hypotheken (SCH) is binnen het aanvraagproces van een hypotheekaanvraag verantwoordelijk voor: het administreren van de aanvraag, het beoordelen van de aanvraag binnen door de labels aangegeven kaders, het offreren, het completeren van de stukken, en het (laten) passeren. Daarnaast verricht het SC Hypotheken alle activiteiten verbonden aan het beheren van bestaande hypotheken.

OFFEREREN

Een offerte wordt aangevraagd door de intermediair. De intermediair stuurt de hypotheekaanvraag met gerelateerde poststukken via post, fax of mail naar de Service Center Hypotheken (SCH). Deze behandelt de aanvraag en maakt zover zij dat kunnen de offerte voor het premiedepot. Het kan ook voorkomen dat de intermediair de accountmanager inschakelt voor de offerte aanvraag voor een premiedepot. De accountmanager neemt contact op met de afdeling Commerciële Zaken Leven Hypotheken Special Relations (Robert Velthoven, Brian Wetzel en Anneke Godding-Bos). Deze rekenaars kunnen met behulp van de hypotheeksoftware Algoritme een premiedepot uitrekenen. Dit is de eerste interface waar een premiedepot met het hypotheek aanvraag in aanraking komt. De hypotheek aanvraag gaat wel naar Service Center Hypotheken maar met voorbehouden van een premiedepot. Het Service Center Hypotheken wacht met het versturen van de offerte totdat de berekening van het premiedepot binnen is. Hierna wordt de offerte naar de intermediair gestuurd.

(6)

ACCEPTEREN

De consument heeft een bepaalde periode de tijd om de offerte te accepteren. Hier gelden dezelfde regels en procedure als bij een hypotheekaanvraag. Echter als de rente verandert door bijvoorbeeld de dalrente benadering, dan veranderd ook het premiedepot.

De consument kan op drie manieren reageren op de offerte:

• Geen reactie: Na het verstrijken van de geldingsduur van de offerte, wordt de TP nog ingeschakeld voor de reden. In overleg kan de offerte nog even worden aangehouden, is dit niet meer nodig dan zal de offerte uit het systeem worden gehaald.

• Consument wenst wijziging op de offerte: de intermediair bespreekt de wijziging met de klant.

Op basis van dit gesprek kan opnieuw een adviesgesprek worden ingepland en kunnen de wijzigingen doorgegeven worden aan SCH of als het een wijziging in de berekening van het premiedepot is aan de afdeling Zaken Leven Hypotheken Special Relations.

• Consument accepteert de offerte: SCH controleert of alle voorbehouden aanwezig zijn en inhoudelijk kloppen.

COMPLETEREN

Indien alle voorbehouden op de offerte aanwezig zijn en inhoudelijk kloppen en als eventueel aanvullend fiat is verkregen door CZ of CRM, zorgt de SCH voor het completeren, controleren en kopiëren van stukken ten behoeve van het hypotheekdossier en de consument

PASSEREN

Net na het passeren komt de tweede interface tussen de hypotheek en het premiedepot. De betaling van geld voor het premiedepot moet worden gestort op de rekening van Leven Hypotheken. De consument, de notaris of de afdeling Leven Hypotheken moet het geld op de desbetreffende rekening storten. Depot storten in het verleden (dit is meer dan een maand geleden vanaf heden) is niet toegestaan. Het depot dient dan herberekend te worden. Dit betekent dus ook, dat wanneer een depot meer dan een maand te laat ontvangen is, deze ook herberekend dient te worden. Ingeval van te late betaling 'rente wegens te late betaling' in rekening brengen

Betaling

R/BV/Excasso boekt het bedrag bij binnenkomst op een voorlopig remisenummer of op een

polisnummer (als het bedrag niet als depotstorting herkenbaar is). Bij deze afdeling informeren of een

depotbedrag binnen is. Als blijkt dat het depotbedrag op het polisnummer geboekt is en er (voortaan)

sprake is van 2 verschillende incassocodes (gedeeltelijke premiebetaling uit depot), dan R/BV/Excasso

verzoeken om het depotbedrag alsnog over te boeken naar een voorlopig remisenummer. Als

Nationale-Nederlanden bij de bepaling van het risico is uitgegaan van de aanwezigheid van het

premiedepot, zal dit dus, als het niet met de overbrugging wordt gefinancierd, reeds voor het passeren

van de hypothecaire lening ontvangen moeten zijn. Ingeval van te late betaling 'rente wegens te late

betaling' in rekening brengen. Binnen deze grenzen kan elke gewenste looptijd worden gekozen. Na

afhandeling zal R/BV/Incasso het depotbedrag overboeken naar VA-rekening nr. 383095 (Leven

Premiedepot). Als het geld gestort is krijgt de klant een premiedepot kwitantie met de daarbij horende

voorwaarde van het premiedepot.

(7)

NA PASSEREN

Renseignering

Met ingang van de Wet IB 2001 moet het premiedepotbedrag in box 3 als bezitting worden aangemerkt. Voor premiedepots heeft Nationale-Nederlanden de plicht om jaarlijks een opgave te doen aan de belastingdienst van:

• de waarde van het depot op 31 december van het betreffende jaar én

• de in dat jaar bijgeschreven rente.

Depot Administratie Systeem

DAS (Depot Administratie Systeem) is opgezet om jaarlijks in de maand januari gegevens aan te leveren aan BP-Rens. Doel hiervan is om een zgn. "depotbrief" te produceren. DAS levert data en cijfers aan. Daarnaast levert RSL (Relatie Systeem Leven) NAW-gegevens aan BP-Rens aan.

In DAS worden

• nieuwe depotzaken ingevoerd

• mutaties op bestaande depots gedaan

• depot royaties ingevoerd

Het is zaak om ten tijde van de DAS – BP-Rens aanlevering zoveel mogelijk "up-to-date" te zijn. De meeste invoer- en mutatiezaken worden afgehandeld door SV/LP/BV/Inc3 (kortweg BV) en dan met name door Theo de Graaf en Gerard Janson. De complexe zaken worden door SV/LP/LP3/AD

"kortweg AD" (Fred Vitters en Sjoerd Vogelaar) afgewikkeld. Verder is het zo dat indien het een ingangs- of mutatiedatum in het verleden betreft "betalingsverkeer" hiervoor geen bevoegdheid heeft en AD wel kan afwikkelen. Gevolg is dat in de maanden januari t/m maart er veel depotzaken (dossiers) door AD afgehandeld moeten worden. Dit betekent ook dat er zo snel mogelijk (correctie) depotbrieven vervaardigd moeten worden. In Word dient derhalve jaarlijks een standaardbrief klaar te staan met dezelfde tekst als welke uit BP-Rens komt.

Mutaties

Bij mutaties op polissen die leiden tot een andere premie, met name bij renteherzieningen op VSH- posten, wordt nu zoveel mogelijk het premiedepot ongewijzigd gelaten. Bij een premietoename dient de klant dit uit eigen middelen te voldoen of het premiedepot te verhogen. Bij een premieverlaging wordt het overschot teruggegeven. Indien op dat moment een bedrag in depot is gestort dat ontoereikend is voor het benodigde depotbedrag conform berekening, dan een brief en een acceptgiro naar de depothouder sturen. Op de acceptgiro het voorlopige remisenummer en het polisnummer van de depotstorting vermelden. Het depot wordt zoveel mogelijk ongewijzigd gelaten, om problemen met de klant inzake een lagere vergoedingsrente bij een kortere duur van het depot, te voorkomen.

Bijstorting

Ingeval van (bij)storting tijdens de looptijd, wordt over het nieuw gestorte bedrag een rentevergoeding

betaald die gelijk is met de duur van het premiedepot van de dan geldende hypotheekrente. Als er geen

wijziging plaats vindt met betrekking tot het huidige depot, dan moet er een nieuw depot worden

afgesloten. Vindt er ook een mutatie plaats met het huidige depot dan kan de storting meegenomen

worden in het nieuw te vormen depot. Als er sprake is van een bijstorting in een bestaand premiedepot

wordt de nieuwe depotrente met de oude depotrente (gewogen) gemiddeld

(8)

Rest duur depot wijzigt niet

Er is hier sprake van een 'zuivere verhoging' van het depot. De berekening geschiedt conform nieuw sluiten voor de toename van (de premies in) het depot op basis van duurafhankelijkheid. Er wordt een nieuw depot ingevoerd.

Rest duur depot wijzigt

De duur van het depot kan hierbij verkort of verlengd worden. Het behelst dan een niet-zuivere verhoging van het depot. De oorspronkelijke depot-akte moet ingenomen worden en er moet een nieuwe akte voor het nieuwe depot afgegeven worden. De aanvangswaarde van het nieuwe depot is in alle gevallen gelijk aan de extra storting vermeerderd met de vervangingswaarde van het lopende depot.

Boetebeding bij beëindigen van premiedepot

Sinds 1-07-1995 is er in de akte van premiedepot een boeteclausule opgenomen. Deze clausule houdt in, dat er een boete in rekening gebracht kan worden indien de verzekerde of enig ander bevoegde het tegoed op de rekening opeist of indien deze de verzekering op een onnatuurlijke wijze laat beëindigen.

Uitgekeerd wordt dan de restantwaarde van het depot minus de berekende boete. Deze waarde kan groter zijn dan de vervangingswaarde. Met andere woorden, afkopen en nieuw sluiten kan voordeliger zijn. Hier is weinig tegen in te brengen. Ingeschat wordt, dat de kans dat dit fenomeen bewust uitgebuit wordt, klein is.

Een boetebeding wordt berekend, indien ten tijde van de opheffing van het depot het rentepercentage van het bestaande depot bij sluiten lager is dan het rentepercentage welke gehanteerd wordt voor nieuwe depots. De boete is dan gelijk aan het verschil tussen de contante waarde van de premies die na de opheffing van de rekening tot de in de polis genoemde einddatum nog zouden vervallen, berekend op het rentepercentage ten tijde van sluiten (r1) en de contante waarde van diezelfde premies berekend op basis van het rentepercentage voor nieuwe depots (r2).

Dit zonder rekening te houden met een hoog percentage gedurende 20 jaar en daarna 3%. Met (n-m) wordt dan uiteraard bedoeld de restduur van het depot. Met andere woorden, er wordt een boete berekend indien r2 > r1.

In formule:

(9)

Bijlage 3 Doelstellingen van Nationale-Nederlanden

Verhogen klanttevredenheid

Nationale-Nederlanden streeft er naar om in 2008 nummer 1 aanbieder te worden van financiële diensten voor het intermediair. Daarom wil Nationale-Nederlanden een hoge klanttevredenheid bereiken. In het onderzoek is deze klanttevredenheid verwoord in de discrepantie tussen de verwachting en de ervaring van de klant.

Risico beheersing en compliance

Voor Nationale-Nederlanden is het essentieel dat klanten vertrouwen hebben in het bedrijf. Een betrouwbare reputatie is een voorwaarde om zaken met Nationale-Nederlanden te willen doen. Het beleid van ING is daarom gericht op het handhaven van haar goede reputatie, betrouwbaarheid en integriteit. Om dit te kunnen realiseren is het goed naleven van wet- en regelgeving van overheden, toezichthouders van de branche, maar ook het naleven van eigen regels voor Nationale-Nederlanden essentieel. Een goede risicobeheersing betekent een optimaal beheersbare organisatie, waar minder fouten en kosten worden gemaakt.

Verkoop winstgevende producten

De afgelopen jaren waren niet alle producten van Nationale-Nederlanden voldoende winstgevend. Het doel is daar verandering in te brengen. Nationale-Nederlanden kan dit bereiken door de kostprijs van het product te verlagen of de verkoopprijs aan te passen. Het doel is dat de producten in ieder geval concurrerend zijn.

Realiseren van een netto groei

Onder netto groei wordt door Nationale-Nederlanden een groei van de portefeuille verstaan. Dit betekent dat er meer nieuwe producten moeten worden verkocht dan er opgezegd worden. Netto groei zal bereikt moeten worden door een hogere nieuwe productie én het behouden van bestaande klanten.

Verminderen van kosten

Indien Nationale-Nederlanden in staat is de kosten te verlagen, dan kunnen de producten goedkoper

gemaakt worden, wat de concurrentiepositie van Nationale-Nederlanden versterkt.

(10)

Bijlage 4 Interview overzicht

LoB Bancair Commerciële software

Product management hypotheken x Product management hypotheken x

Accountmanager x

Klant Commerciële software

Accountmanager x

Accountmanager (mail) x

Accountmanager (mail) x

LoB leven Indivdueel Kennis Communicatie Betalingen ICT Offertesoftware rentemethode rendement

Comerciele Zaken Hypotheken NN/NO x x x x

Comerciele Zaken Hypotheken NN/NO x x x x

CZ hypotheken x x x x x

Commerciele Zaken/CZ Leven Par x x x x x

Commerciele Zaken/CZ Leven Par/ rekenaar x x x

Comm. Staf LI/Act&VT team x x x x

LP/Euro 1/Rekenen 1 x x x

DI/Finance/Controlling Bancair x x

Directie Bancair/Onderst x

DI/Finance/Controlling LP x x

LP/Betalingsverkeer/Incasso 1 x

Kenniscentrum LI x x x

Kenniscentrum LI/ondersteuning x

LP/Betalingsverkeer/Incasso 2 x

(11)

Bijlage 5 Macro omgeving

Demografie en Sociale factoren

De markt voor spaarproducten is de laatste jaren sterk in ontwikkeling. Dat heeft verschillende oorzaken. Als men de leeftijdsopbouw van de Nederlandse bevolking bekijkt, zijn er in verhouding tot een halve eeuw terug procentueel bezien minder jonge en meer oude mensen (Nederland 'vergrijst').

Zowel mannen als vrouwen worden in ons land ouder. De tijd dat iemand pensioengerechtigd is, wordt daarmee langer. Verder is de gezondheid van ouderen beter geworden en zijn hun wensen en mogelijkheden met het toenemen van de welvaart groter geworden. De oude dag is niet langer de tijd waarin men blij mag zijn als aan de eerste levensbehoeften voldaan is. Dat geldt met name voor de zogenaamde babyboomers die met pensioen beginnen te gaan. Zij sparen om later als actieve senioren financieel onbezorgd te kunnen leven. Gebleken is dat deze groep het spaargeld niet opmaakt, maar ook tijdens het pensioen doorspaart. Ook hoogbejaarde mensen zetten hun spaargedrag voort: als reserve (voorzieningen bij invaliditeit bijvoorbeeld) of voor een schenking of erfenis aan de kinderen.

Hier zou Nationale-Nederlanden op kunnen inspelen

Regels

Hypotheekproducten zijn een lange tijd steeds ingewikkelder geworden. Allerlei constructies zijn er verzonnen om een op de klant toegesneden, mooi product aan te bieden.

Uit het onderzoek uitgevoerd door IG&H blijkt echter dat een aantal ontwikkelingen erop wijzen dat producten in de toekomst weer simpeler zouden kunnen worden. Volgens het door IG&H uitgevoerd onderzoek zit fiscaliteit achter de versimpeling in hypotheekland. De aanwezige kans dat fiscale aftrekbaarheid in de toekomst afgebrokkeld gaat worden door de overheid zal betekenen dat Nederland, net als in veel omringende landen, voor een groot deel terug zal gaan naar de simpele annuïteitenleningen. Landen waar dit heeft plaatsgevonden zijn de Verenigde Staten en Engeland.

Combiproducten zullen verdwijnen omdat deze vanuit fiscale regelgeving minder aantrekkelijk worden. (Kruszel en Reenen, 2004). Als de bovengenoemde trend zich daadwerkelijk gaat doorzetten zal ook Nationale-Nederlanden hier hinder van ondervinden, omdat het premiedepot als ondersteunend product fiscaal gedreven is.

Tot 1 januari 2004 kon de rente over de financiering van de aankoop van de eigen woning volledig worden afgetrokken, voor zover deze financiering niet hoger was dan de koopsom van de eigen woning plus de overdrachtskosten. Nu is de aftrekbaarheid van de rente beperkt tot (koopsom + kosten) -/- (verkoopprijs -/- hypotheekschuld). Mensen met een overwaarde konden dus tot 1 januari 2004 hun overwaarde in een premiedepot stoppen om zo van een maximale renteaftrek te kunnen genieten. Tegenwoordig kan men de overwaarde wel in een premiedepot storten en het bedrag extra bijlenen, maar de hogere hypotheek lening mag niet fiscaal worden afgetrokken. Hierdoor is het minder interessant geworden om een premiedepot te gebruiken.

Economie

Na een aantal goede jaren is de rek uit de hypotheekmarkt. Cijfers van IG&H tonen aan dat het aantal

hypotheken dat per jaar in Nederland afgesloten wordt, over zijn hoogtepunt heen is. De lage rente

heeft de negatieve invloed van de economie nog enigszins kunnen opvangen, maar zaken als een

verminderde hypotheekaftrek en een inmiddels weer oplopende rente maken duidelijk dat een groei

niet te verwachten valt. Omzetwinsten van hypotheekverstrekkers zullen dus ten koste van de

(12)

concurrentie behaald worden. Nu al is 75% van het marktaandeel van nieuwe hypotheken in handen van slechts vijf concerns, te weten Rabobank, ING Bank, SNS Reaal, Fortis en ABN AMRO.

Het aantal premiedepots is ook afhankelijk van de marktrente. Bij een hoge marktrente krijgt de klant een hoge rentevergoeding. Maar met een lage marktrente krijgt de klant een lage vergoeding.

Het spaartegoed van particulieren is in 2005 uitgekomen op 210 miljard euro. Dit blijkt uit cijfers van het CBS. Sinds 2001 is het spaartegoed met gemiddeld 10 procent per jaar relatief sterk toegenomen.

Tussen 1997 en 2000 bedroeg de jaarlijkse toename nog 5 procent. De sterkere groei in de afgelopen jaren hangt samen met de onzekere economische situatie. Die onzekerheid zet huishoudens aan tot sparen en het matigen van de bestedingen. Beleggen heeft als alternatief voor sparen sinds 2001 veel van zijn aantrekkelijkheid verloren. Na deze onzekere periode zullen mensen het spaargeld weer gaan besteden. Hier moet Nationale-Nederlanden op inspelen.

Ook spelen veranderingen in de welvaart een grote rol. De conjunctuur beïnvloedt in sterke mate het spaargedrag. In tijden van economische neergang sparen de consumenten beduidend meer dan in tijden met een positief of optimistisch economisch klimaat.

Technologie

ICT is een belangrijke katalysator om succesvol te kunnen opereren op de hypotheekmarkt. Je wint er

misschien de oorlog niet mee, maar je gaat als hypotheekverstrekker finaal onderuit als je besluit om

af te haken in de investeringsrace (Reenen en Hoekman, 2005). De laatste tijd is er een hernieuwde

belangstelling voor gebruik van het internet bij het benaderen van de consument. De verwachting is

dat, nu het internet (na de hype eind jaren 90) eindelijk volwassen is geworden, steeds meer

consumenten het medium ook voor financiële diensten zullen gaan gebruiken. Intermediair en

verzekeraar zullen moeten nadenken hoe ze het beste op deze ontwikkeling in kunnen spelen. Een

mogelijke oplossing voor het intermediaire model is een stuk ondersteuning van verzekeraar aan het

intermediair door middel van webmodules. Modules die direct gekoppeld zijn aan de back-office van

de verzekeraar voor bijvoorbeeld inkijk of premieberekening. Door een dergelijke oplossing ontstaat

een win-win situatie voor zowel verzekeraar en intermediair. Intermediairverzekeraars moeten

oppassen om de boot bij deze ontwikkelingen niet te missen. De consument is er in toenemende mate

klaar voor en de (technologische) ontwikkelingen gaan snel (Bos, 2005).

(13)

Bijlage 6 Concurrentieanalyse

Macht van de afnemer

De marges van intermediairs staan door de huidige marktontwikkelingen in toenemende mate onder druk. Naast de inkomenskant wordt het intermediair ook geconfronteerd met oplopende kosten. Door toedoen van de Wet Financiële Dienstverlening en het toezicht door de Autoriteit FM worden hogere eisen gesteld aan het intermediair in termen van deskundigheid, bedrijfsvoering, informatievoorzieningen en zorgplicht richting consument. Naast hogere opleidingskosten en noodzakelijke investeringen in ICT zullen de advies- en administratiekosten voor het intermediair door deze wet- en regelgeving sterk toenemen. Bovendien krijgt de intermediair vanaf 1 januari 2007 te maken het feit dat de eenmalige uitkering van provisies gedeeltelijk komt te vervallen en plaats neemt voor een gedeelte doorlopende provisie. Dit houdt in dat zij over 10 jaar hun provisie van de klant krijgt uitbetaald. Dit zal gevolgen hebben voor de liquiditeitspositie van intermediair.

Naast genoemde beperkingen bieden de huidige ontwikkelingen ook kansen voor het intermediaire kanaal. Door de toenemende adviesgevoeligheid van veel hypotheken zal dit kanaal marktaandeel winnen ten koste van banken en direct writers (Kruszel en Reenen, 2004). Het intermediair is namelijk bij uitstek geschikt om te voldoen aan de toenemende vraag naar deskundigheid en professionaliteit.

Met name grote professionele kantoren en specialisten zullen hun positie hierdoor verder verbeteren.

In de huidige intermediairmarkt wordt de distributie al sterk gedomineerd door een relatief beperkt aantal grote partijen. Bij een machtstoename van het intermediaire kanaal kunnen zij meer eisen en verlangen van hypotheekverstrekkers. Als Nationale-Nederlanden niet meer inspeelt op dienstverlening voor het intermediair zal het intermediair met andere marktpartijen in zee gaan. Dit alles leidt tot een verschuiving in de machtsbalans tussen Nationale-Nederlanden en het intermediair.

De blokvorming binnen het intermediairkanaal is al enige jaren gaande, maar zal door de huidige ontwikkelingen, zoals hierboven is besproken, in een stroomversnelling geraken. Nederland telt momenteel ruim 200 intermediairbedrijven met meer dan 1 vestiging (Kruszel en Reenen, 2004).

Verder ontstaat door de stijgende complexiteit en hogere administratieve lastendruk een groeiende behoefte aan support en krachtenbundeling binnen het intermediairkanaal. Voor veel intermediairs wordt het moeilijk om zelfstandig te voldoen aan de professionaliteit van de toezichtwetgeving.

Daarnaast zullen de noodzakelijke investeringen in kennisontwikkeling, ICT en procesintegratie alleen worden terugverdiend indien er sprake is van voldoende schaalgrootte. Het belang van supportnetwerken, inkooporganisaties en franchise organisaties zal hierdoor verder toenemen en ook franchise- organisaties zullen hun netwerken mede hierdoor met succes verder uit kunnen bouwen.

Kleine lokale intermediairs kunnen niet meer voldoen aan de eisen die de markt aan hen stelt. Zij hebben de keuze of te groeien, wat vaak lastig is, of hun bedrijf te verkopen. Een andere optie is dat ze zich aansluiten bij een inkooporganisatie, wat de concentratievorming bevorderd.

Substituten

Op de markt zijn verschillende substituten te onderscheiden, te weten: extra begin storting,

spaarrekening, internetspaarrekening, annuïteiten spaardeposito en een koopsom, waarbij de

(internet)spaarrekening het beste alternatief is, omdat deze vergelijkbare vergoedingen geeft op de

spaartegoeden. Voor een verdere toelichting wordt verwezen naar bijlage 2

(14)

Extra premiestorting

Het is mogelijk om éénmalig of meerdere keren een extra premiestorting op de polis te doen. Een extra premiestorting is een extra inleg van de spaarpremie. De maximale hoogte van de extra premiestorting(en) is beperkt door de bandbreedte. Als gevolg van deze extra storting(en) wordt het kapitaal, benodigd om aan het einde van de looptijd de hypothecaire lening af te lossen, versneld opgebouwd (duur opbouw blijft gelijk, de lasten worden lager). Het doen van extra stortingen op de gemengde verzekering van de spaarlening is een aantrekkelijke mogelijkheid voor de relatie om de lasten te verlichten. Het voordeel van een extra storting boven een extra aflossing op de hypotheek ligt in het behoud van de maximale fiscale aftrekbaarheid van de rentelasten en optimaal gebruik van de vrijstelling (van inkomstenbelasting) van de gemengde verzekering. Om fiscale redenen dient de extra storting uit eigen middelen te zijn voldaan.

Spaarrekening

Spaarrekeningen kunnen onderverdeeld worden in spaarrekeningen zonder beperkende voorwaarden en spaarrekeningen met beperkende voorwaarden

Spaarrekening zonder beperkende voorwaarden

Geld op een dergelijke spaarrekening kan opgenomen worden wanneer de klant het nodig heeft of de klant kan het geld laten staan zolang hij wil. Hier staat tegenover dat een rente wordt vergoedt die relatief laag is en die de bank op elk moment kan wijzigen.

Spaarrekening met beperkende voorwaarden

Voor deze spaarrekeningen gelden veel dezelfde kenmerken als voor de spaarrekening zonder beperkende voorwaarden. Dit soort spaarrekeningen wijken af, omdat er beperkende voorwaarden worden gesteld, bijvoorbeeld: een minimum eerste storting, minimum vereist tegoed om rente te verkrijgen of een maximaal vrij opneembaar bedrag per maand. Ook worden in deze categorie de bonus-, extra en plusspaarrekeningen ondergebracht. Bij deze spaarrekeningen krijgt de klant naast een basisrente onder bepaalde voorwaarde ook nog een bonusrente.

Internetspaarrekening

Een internetspaarrekening wordt beheerd door de klant via internet en deze kan wel of geen beperkende voorwaarden hebben. Doordat alle handelingen (overschrijven, afboeken, etc.) uitsluitend via internet kunnen worden verricht en er geen papieren afschriften worden verstuurd, bespaart de bank kosten. Op die manier kan een hogere rente geboden worden.

Annuïteitendeposito

Bij de annuïteitendeposito wordt door de klant een eenmalig bedrag ingelegd. Gedurende de looptijd

ontvangt de klant maandelijks een vast bedrag dat voor een deel uit de inleg en voor een deel uit rente

bestaat. Na afloop van de afgesproken termijn is het potje leeg. Dit deposito kan gebruikt worden als

(aanvulling) op het inkomen of betaling van premies.

(15)

Concurrentieoverzicht

Rente vergoeding Gekoppeld aan hypotheek

Verschil in rentes hoog / laag

Optimaliseer tool Staffel Looptijd Maximale storting Minimale storting

Bijstorting Opname

Nationale Nederlanden

Hyp -/-1,5 % Nee Ja Nee Ja Max 30 jaar, na 20 jaar 3% CW van alle premies geen Geen min, nieuw

depot

Renteverlies

Westland Utrecht

Polisvergoeding -/- 2 %

Ja Nee Ja Nee, Max 30 jaar, na 20 jaar een

herberekening

CW van alle premies 2000 Min 400 en vast vergoeding

Renteverlies + 1

% kosten

Postbank Darmrente -/-

0,25%

Nee Nee Nee Nee 30 jaar na 20 jaar 3% CW van alle premies 1500 (min. 3

jaarpremies)

Pas als leeg is, min 1500

Renteverlies + 1

% kosten

ING Bank Hyp -/-1,5 % Nee Ja nee ja 30 jaar na 20 jaar 3% CW van alle premies geen Geen min, nieuw

depot

?

ABN Amro Hyp -/-1,5 % Ja Nee nee Nee Min 1 jaar, max zolang de

verzekering loopt

CW van alle premies 1 jaarpremie Niet mogelijk Tot 5 jaar kosten aan verbonden

Bouwfonds Hyp -/-1,5 % Ja Nee CW van alle premies ? Renteverlies Storten in

bestaand depot + Rente verlies

renteverlies

SNS Bank Hyp -/-1,5 % Ja Nee Ja Max 15 jaar rentevast CW van alle premies

Rabobank Hyp -/- 2 % Nee CW van alle premies

Obvion Hyp -/- 1,5 % Nee CW van alle premies

Aegon Hyp -/- 1,5 % Nee CW van alle premies

Delta Lloyd Afhankelijk van kapitaal marktrente

Ja Nee n.v.t. n.v.t. CW van alle premies 2500 1250 Vrij opneembaar

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

AL ONZE WERKZAAMHEDEN WORDEN UITGEVOERD ONDER DE ALGEMENE VOORWAARDEN GEDEPONEERD BIJ DE KAMER VAN KOOPHANDEL EN FABRIEKEN TE ROTTERDAM INSCHRIJVING HANDELSREGISTER: KVK

De beheerorganisatie maakt - wanneer uitplaatsing mogelijk wordt - afspraken met de zorgdrager over welke categorieën DA voor uitplaatsing in aanmerking komen en op welke

Garden Depot wijst alle verantwoordelijkheid af voor schade of letsel als gevolg van het niet nauwgezet volgen van deze handleiding en het niet in acht nemen van

Projectbureau Zeeweringen wees aannemers tijdens het startoverleg extra op het belang van het goed plaatsen van de paddenschermen en het voorkomen van het blijven staan van plassen

betonplaten werd veel puin in de bodem aangetroffen, zowel op de open plek als in het toegangspad naar deze plek.. Uit een in 2015 uitgevoerd onderzoek blijkt dat de

Academische experten van de onderzoeksgroep onderwijs en arbeidsmarkt van het Onderzoeksinstituut voor Arbeid en Samenleving (HIVA) presenteren, in het kader van het door

"Een depot is in beginsel hermetisch, wij wilden er een open en toegankelijk gebouw van maken, veilig voor de kunst maar zo uitnodigend mogelijk naar bezoekers toe. Ondanks

Na de mobilisatie, door het uitbreken van de Eerste Wereldoorlog, kwamen op 7 april 1915 de eerste Wielrijders Gouda binnen.. Onder de naam Wielrijders- Depot werden