• No results found

Postjespakken Wordt Theo Francken in 2019 Vlaams minister-president?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Postjespakken Wordt Theo Francken in 2019 Vlaams minister-president?"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

€ 2,30

74ste jaargang • nummer 03 • donderdag 18 januari 2018 Weekblad P608721 Afgiftekantoor 2099 Antwerpen X

Voor mensen met een goed hart en een slecht karakter...

Wordt Theo Francken in 2019 Vlaams minister-president?

Wat is in 2019 de rol van N-VA-goudhaantje Theo Francken? Volgens sommigen volgt hij Bart de Wever op als partijvoorzitter. Anderen zien hem in een nieuwe topfunctie in de federale regering, pakweg op Binnenlandse Zaken. Of moeten we eerder kijken naar het Martelarenplein? Huidig minister-president Geert Bourgeois wordt in juli 2019 68 jaar. Waarom zou zijn oud-kabinetsmedewerker hem niet opvolgen?

digt de nationale politieke carrière van Jan Peu- mans.

Lange tijd zag het ernaar uit dat Liesbeth Homans de nieuwe minister-president zou worden. Zij maakte in 2014 al kans, maar ze is de voorbije maanden steeds minder zichtbaar geworden. En op haar departement, Binnen- lands Beleid, maakte ze niet echt een sterke indruk. Net als de hele Vlaamse regering, die eerder een ambtenarenregering lijkt.

Niet minder dan minister

Als daar verandering in moet komen, dan zal de volgende minister-president elders moe- ten worden gezocht. En dan komen we bij de federale regering en Theo Francken uit. Zou de Vlaams-Brabander de overstap naar het Vlaams niveau wagen?

De Morgen alludeerde erop in haar editie van maandag. Francken kent het Vlaams beleid zeer goed. In een vorig leven was hij kabi- netsmedewerker van Geert Bourgeois. Franc- ken stond bekend om zijn dossierkennis. Vaak wordt vergeten dat hij een master in pedago- gie op zak heeft. De N-VA loopt al een paar jaar storm tegen het niveauverlagend onderwijs- beleid van de CD&V. Kan men in 2019 onder Francken die trend keren?

Theo Francken op het Martelarenplein zou de Vlaamse regering een nieuwe impuls geven.

Hij zou wellicht een aantal nieuwe mensen in de regering opnemen. Van Vlaams fractielei- der Matthias Diependaele is geweten dat een ministerschap lonkt.

Het minister-presidentschap zou ook een promotie zijn voor Francken, die zijn populari- teit graag verzilverd wil zien. Het zou de N-VA tevens van een mogelijk probleem verlossen bij de volgende regeringsonderhandelingen op federaal niveau. Want het is duidelijk dat Theo Francken daar in 2019 geen genoegen meer kan nemen met een functie als staatssecre- taris. De man uit Lubbeek gaat op dat niveau voor niet minder dan een ministerschap, bij voorkeur van Binnenlandse Zaken of Defen- sie. Vraag is hoe de andere partijen daarop zul- len reageren. Uiteraard is het de partijvoorzit- ter die de beslissing neemt, maar het gebeurt wel eens dat er vanuit andere politieke forma- ties bedenkingen worden geformuleerd over de aanstelling van een excellentie.

Voorzitterschap

Theo Francken aan het hoofd van de Vlaamse regering zou betekenen dat De Wever op zoek moet naar een andere partijvoorzitter. Want niemand ziet hem na 2019 nog voortdoen. Dan toch Theo Francken?

Vaak wordt gezegd dat zijn impulsiviteit een probleem zou zijn. Maar is het niet net aan de partijvoorzitter om af en toe wat straffe uit- spraken te doen? De N-VA kan natuurlijk kie- zen om een voorzitter aan te duiden die eer- der een manager is. Maar dat is in Vlaanderen geen traditie, tenzij de partij de eerste minis- ter levert. Enkel dan kan de voorzitter wat in de schaduw staan.

Het is duidelijk: de discussie over de opvol- ging van De Wever wordt dé uitdaging voor de N-VA. Alternatieven voor Francken lijken niet voorhanden, of het zou een Peter de Roover of een Jan Jambon moeten zijn.

Maar zonder in ‘jeunisme’ te vervallen: moet een partij als de N-VA het niet eerder bij een dertiger of een veerti-

ger zoeken?

Postjespakken

Fientje Moerman, de vroegere Open Vld-minister in zowel de Vlaamse als de fede- rale regering die uiteindelijk haar politieke kop moest leggen na een onfrisse affaire aangaande onwelriekende consultancyopdrachten, laat zich vandaag Rebecca Vanden Broucke noemen. Het zij zo.

Met de zegen en de hulp van haar stads- genoot Guy Verhofstadt was ze echter al een tijdje voor het Europees Parlement ‘aan het werk’ in Washington, waar ze als taak heeft de Europese instellingen aan het Ameri- kaanse Congres uit te leggen. Of dat lukt, is een andere vraag. Maar kijk, nu de Open Vld haar veiligheidsriemen aan het omgor- den is in functie van de komende verkiezin- gen, worden nog snel mogelijke ambitieuze lastigaards ‘in veiligheid’ gebracht middels lucratief wegpromoveren. Zo ‘verdwijnt’ Tur- telboom naar het Europese Rekenhof, en dus weg uit Antwerpen. En nu zal ook Fien- tje, aka Rebecca, verkassen naar een felbe- geerde job als rechter in het Grondwettelijk Hof. Etienne de Groot, ook van Open Vld en

ook oud-Kamerlid, gaat met pensioen. En zoals het in de oude politieke cultuur past, wordt niet gezocht naar een geschikte kan- didaat zonder partijkaart, maar wel naar iemand die dezelfde politieke kleuren als z’n voorganger draagt. En aldus zal geschie- den…

Ze is er overigens niet de enige met een politieke achtergrond, want zowat de helft van de rechters van het Grondwettelijk Hof heeft een politieke pedigree. Wat zegt u?

Onafhankelijke rechtspraak? Komaan, niet zwanzen; we zijn in België, hoor! Alle poli- tieke vernieuwers in de Kamer zullen met een stalen gezicht op het groene knopje drukken.

Want morgen is misschien wel iemand uit de eigen stal aan de beurt.

De populairste N-VA-politici situeren zich in de federale regering. Minister van Binnen- landse Zaken Jan Jambon en staatssecretaris voor Asiel en Migratie Theo Francken prijken steevast bovenaan de lijst van bekendste poli- tici, ook ten zuiden van de taalgrens.

Vlaamse regering in de schaduw

Het succes van de federale excellenties steekt schril af tegen dat van de ministers in de Vlaamse regering, voor de nationalisten van de N-VA toch een cruciaal beleidsniveau.

Minister-president Bourgeois is niet iemand die veel aandacht besteedt aan zijn plaats in de populariteitspolls. Maar feit is dat de N-VA- excellenties op Vlaams niveau wat in de scha- duw blijven, Ben Weyts uitgezonderd mis- schien. Liesbeth Homans is net niet spoorloos verdwenen. En Vlaams minister van Werk Phi- lippe Muyters heeft niet bepaald een onuit- wisbare indruk gelaten. Het lijkt erop dat deze legislatuur wel eens de laatste zou kunnen zijn voor de voormalige Voka-topman.

Meteen rijst de vraag: wie zal in 2019 voor de nodige schwung in de Vlaamse regering zor- gen? De kans dat de N-VA op dat niveau wordt uitgerangeerd, is zeer klein. Haar aanwezigheid in het Vlaams Parlement is zeer dominant en dat zal niet snel veranderen.

Door de voorsprong van deze partij op de nummer twee (de CD&V wellicht) wordt de grootste partij in de verdeling van de zetels via het systeem-D’hondt bevoordeeld. Een N-VA die rond 30 procent scoort in 2019, daar zal men in het Vlaams Parlement niet omheen kunnen.

Dus zullen de Vlaams-nationalisten opnieuw de minister-president mogen leveren. Wordt dat Geert Bourgeois? De West-Vlaming wordt in 2019 68 jaar. Aan het einde van de volgende legislatuur is hij 73 jaar.

Iedereen moet langer werken, horen we de politici zeggen, maar de kans is reëel dat Bour- geois niet voor een tweede mandaat gaat. Hij kan eventueel afscheid nemen als voorzitter van het Vlaams Parlement, want in 2019 ein-

Deze week

Dalend begrotingstekort een kwestie van geluk 2 Brusselse vrederechters misnoegd en ontmoedigd 3

Briefje aan Mgr. Luc van Looy 3

Roddels uit de Wetstraat 4

De Gentse trukendoos 7

Praten met Rutger van den Noort 11

Te dikke en te kleine Van Himst 15

(2)

Actueel 18 januari 2018

2

Uit de smalle beursstraat

Dalend begrotingstekort een kwestie van geluk

Volgens de Nationale Bank zakte het begrotingstekort in het derde kwartaal van 2017 naar slechts 0,2 procent van het bruto binnenlands product. In het tweede kwartaal was dat 0,8 procent. Over het hele jaar gezien zal België vorig jaar wel- licht een begrotingstekort van goed 1 procent van het bbp heb- ben kunnen voorleggen. Dat is een mooi resultaat, want tot voor kort had de Nationale Bank het over een deficit van 1,2 procent van het bbp.

Evenwicht niet realistisch

De nieuwste cijfers maken dat een deficit van minder dan 1 procent van het bbp in 2018 zeer realistisch is. En in de pers werd zelfs gewag gemaakt van een evenwicht aan het einde van de legislatuur. Waarmee de regering-Michel een doelstel- ling zal hebben bereikt die ze al een tijdje heeft laten varen.

Zelfs de niet echt regeringsgezinde pers - De Standaard voorop - had het over een mogelijk begrotingsevenwicht. Fake news?

Dat niet, maar toch te optimistisch. Vergeet niet dat een tekort van 1 procent wegwerken gelijkstaat aan 4 miljard euro. Of 160 miljard oude franken.

Een gigantische opdracht. De regering krijgt dit in het pre- electorale klimaat niet gedaan, want ze kon het al niet in poli- tiek rustige periodes. De verbetering van het saldo is gro- tendeels toe te schrijven aan factoren waar de beleidsploeg weinig aan te zeggen heeft. Ten eerste is er de economische groei, een internationale trend. Dat zorgt voor meer banen, dus meer belastinginkomsten en minder uitgaven voor werk- loosheid. Dat heeft op die manier een automatisch effect op de begroting.

De regering klopt zich op de borst dat de jobcreatie een gevolg is van haar beleid (lastenverlagingen voor bedrijven en dus goedkopere arbeid), maar dat is slechts een deel van het verhaal. Daarnaast is er de verlaging van de bijdrage aan de Europese begroting, die als een bonus telt. En dan zijn er de rentelasten op de staatsschuld die dalen. Die hebben de belangrijkste bijdrage geleverd tot de gedeeltelijke sanering van de publieke financiën.

Dankzij de lage rente is het begrotingstekort zowat onge- merkt weggesmolten van 3,1 naar minder dan 1 procent van het bbp. De bonus van de lage rentelasten gebruiken om de

begroting op orde te krijgen, is een constante sinds het begin van het decennium. De regeringen-Leterme en -Di Rupo deden hetzelfde. De begrotingsinspanning in de periode 2010-2018 laat zich kort samenvatten: niks, nul, noppes, niente, nada, zero. De regeringen hebben gewoon veel geluk gehad.

Niet gesneden in uitgaven

De positieve conjunctuur lijkt nog een tijd aan te zullen hou- den, dus zal het tekort zeker blijven dalen. En natuurlijk is een kleiner deficit op zich een goede zaak. Maar gezien de gun- stige conjunctuur zou deze regering een veel beter palmares moeten voorleggen.

Indien er echt was bespaard, hadden we nu een begrotings- overschot, zoals in Duitsland. En dat is cruciaal om de komende pensioenkosten te financieren.

Wat de regering-Michel vooral heeft nagelaten, is de begro- ting op orde krijgen door de uitgaven te doen dalen. Dat gebeurde in deze legislatuur enkel in 2015. In 2016 bleef de groei van de uitgaven op 0 procent. In 2017 en 2018 stijgen de uitgaven op jaarbasis echter opnieuw met 1 procent van het bbp. In 2019-2020 zouden de uitgaven richting 2 procent van het bbp toenemen. Dat voorspelt de Nationale Bank; het resultaat van de laatste vooruitzichten hangt af van wat de vol- gende regering doet. Maar feit is dat er niet gesneden wordt aan de uitgavenkant. Het enige positieve is dat de uitgaven niet sterker toenemen dan de economische groei. Een unicum sinds 2007, het jaar voor het uitbreken van de financiële crisis.

Angélique VAnderstrAeten Vorige week werd zowaar bericht dat de regering-Michel aan het einde van de legislatuur dan toch een begro-

tingsevenwicht zou kunnen voorleggen. Weinig realistisch. Het saldo zal in het beste geval onder het tekort van -1 procent van het bbp zakken. En daar heeft de regering weinig verdienste aan.

Daar zijn de racisten weer

Allez vooruit, we waren plots weer met z’n allen, die Vlamingen toch, verschrikkelijk racistisch nadat een Antwerps meisje met Filipijnse roots tot miss België werd verkozen.

Angeline Flor Pua is een schoonheid, spreekt Nederlands, woont in Wilrijk. “Miss Bel- gië mikpunt van racisme op sociale media”, kopte De Morgen maandag. Andere kranten sloofden zich uit om nog politiek correcter te doen, in informatie zowel als in de com- mentaarstukken.

De Standaard sprak over “een rist racistische reacties” en gaf drie voorbeeldjes: ‘Miss poep- chinees’, ‘Miss België van de Frietchinees’, ‘Die naam, en uit Borgerroco, wat is daar nu nog Belgisch aan’, klonk het onder andere. Bron:

Bram Sebrechts, woordvoerder van Gelijkekan- sencentrum Unia. Meteen weten we vanwaar de wind komt. Uit de hoek waar ze even ver- geten zijn dat het de vierde keer is in goed tien jaar tijd dat een gekleurde schoonheid als Miss B. werd verkozen. Eerder al waren er de Congo- lese Laura Beyne, Tatiana Silva (met Kaapver- dische roots) en Zeynep Sever (Turkse roots).

Herinnert iemand zich dat hier toen een volks- opstand uitbrak?

Dat er “kleur” komt in de amusementswe- reld, het zal wel. En dat er al eens scheef wordt getwitterd, het hoort bij de volksverheffende parades van de nieuwe media waar ook de kip- pen zonder kop hun ei kunnen leggen.

Dat de Filipijnse zelf zei nooit last te hebben gehad van racisme - “Ik woon al zeven jaar in Borgerhout en wordt er altijd vriendelijk aan- gesproken op straat” - was evenmin een aan- sporing om de verontwaardiging wat te dim- men. De progressieve krant De Morgen schreef dat Miss België het mikpunt van racisme was geworden. Die krant citeerde nog twee tweets:

“Vree Belgisch. Miss België daar moet je geen Belgische voor zijn” en “Hopelijk is het geen ladyboy”… Dezelfde Sebrechts toonde zich tevreden over de massale verontwaardiging die volgde op Het Schandaal.

Breydel

Wie zich ronduit belachelijk maakte, in zijn

poging om de strafste analist te zijn, is Peter Mijlemans in Het Nieuwsblad. Of wat moeten we denken van zijn niet eens subtiele poging om de zaak extra aan te dikken (“geen klein beetje medeburgers begon onmiddellijk en openlijk hun zwartste gal te spuwen”) en - niet eens subtiel - een link meende te moeten leg- gen tussen die “kwetsende karavaan” en de Vlaamsgezinde partijen, want de rotte toma- ten kwamen er omdat “iemand verkozen is die niet rechtstreeks afstamt van Jan Breydel”.

Overal ook werd Miss België-organisa- trice Darline Devos geciteerd, want die rea- geerde “geschokt” op de informatie. Ook hier een kleine nuance: de dag nadien gaf ze toe zelf niets van boosaardige reacties te heb- ben gezien. Ze kreeg dus een voorzetje toe- gespeeld, met de vraag dat balletje binnen te koppen. Veel heviger was de reactie aan Frans- talige kant. Alwéér een Vlaamse winnares! Het is bijna grappig. Toch? Maar dat verhaal kreeg minder weerklank.

Dat ook de N-VA snel op de kar der veront- waardigden sprong, is begrijpelijk. Meteen en heel snel werd Unia (het vroegere Centrum voor Gelijke Kansen) ontwapend. Staatssecre- taris voor Gelijke Kansen Zuhal Demir (N-VA, Koerdische roots) wist duidelijk wél van waar de wind kwam. “We moeten hier massaal tegen ingaan… er moet een mentaliteitswijzi- ging komen… Kijk, we bewijzen met de steun aan dat meisje dat we een open samenleving zijn.” Op zich lijkt dat een statement vol poli- tieke correctheid, maar het is wel efficiënt om de grijpers van Unia tilt te doen slaan.

Verstandiger alleszins dan de reactie van

Vlaams minister van Cultuur Sven Gatz (Open Vld), die opriep om de ruggengraat van dit racisme te breken. De kans dat dit lukt – we spreken over een erg klein aantal schunnige reacties – is nihil. Omdat racisme nu eenmaal van alle tijden en van alle oorden is.

Dat men het aanpakt is oké, als dat tenmin- ste rationeel gebeurt, en zonder veralgeme- ningen die moeten dienen als politieke stra- tegie tegen politieke tegenstanders (‘guilty by association’). Dat laatste lag er bij dit incident vingerdik op.

Nuance

De poging van Unia om nog maar eens over de schreef te gaan, is mislukt. En de verstan- digste mensen ter linkerzijde hebben dat inge- zien. Maandagavond zetten Bart Schols en filo- soof Patrick Loobuyck in De Afspraak de toon:

nuance, alstublieft!

De Morgen nuanceerde dinsdag opvallend dat het géén xenofobe reacties “regende” na de missverkiezing. Dat de winnares niet werd

“bedolven” onder haat. Dat Unia ten onrechte sprak over een “nieuw dieptepunt”, dat van een stortvloed bij nader toezien op Twitter “weinig te merken” viel. Dat de Franstalige kritiek op de

“Vlaamse” Miss veel omvangrijker was. Dat het eigenlijk maar ging om “een klein aantal pro- blematische berichten”. Dat er op sites waar lezersreacties nog kunnen (zoals Het Laatste Nieuws) nauwelijks commotie was. Ook pro- fessor Alain van Hiel (UGent) gaf toe dat het om een “eerder klein aantal ontsierende geluiden”

ging. Een storm in het waterglas van de soms

“asociale media”, opgeklopt door een handvol mensen die in een soort constante conflictmo- dus leven. En door de klassieke media die (te) gretig berichten over dit soort berichten (reac- tiejournalistiek).

Wie zette het mediatreintje in beweging?

“Verschillende jongeren”, en bij nader toezien ook jurist en opiniemaker Matthias Dobbe- laere-Welvaert, aldus De Morgen. Die postte een tiental reacties en koppelde die aan een commentaar over “Arm Vlaanderen”. Zijn tweet plofte neer op de redactietafels van de klas- sieke media, en in de hoofdkwartieren van de politieke partijen.

In de loop van maandag deden de sociale media hun werk: na de these kwam de anti- these. Twitteraars nuanceerden het racisti- sche drama. “Media moeten stoppen met het gedrag van enkele marginalen op te pom- pen tot een zaak van staatsbelang”, schreef Jeroen Denaeghel, voormalig hoofdredac- teur van P-Magazine. “Het heeft er alle schijn van dat Denaeghel gelijk heeft”, besluit Remy Amkreutz in De Morgen. Hij schrijft ook dat Miss België-organisatrice Devos, ingeschakeld in het korps van de verontwaardigden, zondag geen flauw benul had waarover de heisa ging.

Garen spinnen

“De walgelijke opmerkingen zijn telkens

relatief klein in aantal”, gaf ook commenta- tor Bart Eeckhout toe, duidelijk met tegenzin.

Verbazend toch hoe een hoofdredacteur maar blijft proberen garen te spinnen bij elk incident, en in een bredere analyse – en goed dat die worden gemaakt – toch ongenuanceerd blijft inhakken op de discriminatie van mensen van buitenlandse oorsprong in onderwijs, werk- gelegenheid en armoedebestrijding. Hij ver- geet dan nog huisvesting, cultuurparticipatie en andere paramaters.

Maar wat Eeckhout schrijft, is irrationeel en onjuist. Is ook die discriminatie niet vooral een marginaal fenomeen? Tenminste, als men aanvaardt dat een massale en onophoudelijke instroom van nieuwkomers en vreemdelingen onvermijdelijk tenminste tijdelijk gepaard gaat met achterstand, en met een kloof die rapper gedicht wordt in krantenkolommen dan in de realiteit van eender welke samenleving. Statis- tieken kunnen dienen om die kloof vast te stel- len en ze verstandig aan te pakken. Ze kunnen ook dienen om onzin te verkopen.

Laat ons ongenadig zijn voor drek en blubber borrelend uit de smerige onderbuik van onze samenleving. (‘Weer een Marokkaan minder’, na een ongeval met een quad, ‘Weer een Turk minder’, na dood bij aanslag in Turkije). Jan Segers (Het Laatste Nieuws) heeft gelijk: bot en aantoonbaar racisme moet streng worden aangepakt. En mag publiekelijk worden ver- oordeeld. Maar het mag niet worden misbruikt om een volledige samenleving te beledigen, of om politieke tegenstanders onder de gordel te stompen. Staatssecretaris voor Gelijke Kansen Zuhal Demir kondigt een ‘interfederaal actie- plan tegen racisme en discriminatie’ aan. Best oké, als dat debat met nuance wordt gevoe(r)d.

AnjA Pieters

30 dagen zonder zagen

(3)

Actueel

18 januari 2018 3

Bijwijlen ziende blind

Mijnheer de herder,

Gij hebt u vorige week een zeldzame keer uitgesproken over een maatschappelijk thema dat de gemoederen al lang beroert en nog lang zal beroeren. Het gaat over het al dan niet terugsturen van vluchtelin- gen, waarbij gij prompt komt zeggen dat het terugsturen van mensen altijd een verkeerde beslissing is. Gij vindt dat gezinnen van vluch- telingen en migranten die hier verblijven, niet zomaar mogen teruggestuurd worden naar hun land: “De klemtoon moet op inte- gratie liggen.” Gij beseft goed dat het thema van vluchtelingen en migranten bij iedereen leeft en daarom meent gij dat de ‘Belgische’

bisschoppen niet kunnen blijven toekijken.

“Want”, zegt gij, “dit gaat over een morele kwestie, die ons diep raakt.” Gij zegt daarom dat het vooral de bedoeling moet zijn om de mensen hier te laten integreren en te zorgen dat ze hier hun plaats vinden: “Het gaat toch niet over zulke geweldige aantallen dat we dat niet kunnen.”

Hoewel gij voor de wetgeving ter zake begrip zegt te hebben, vraagt gij u toch af of de wetgeving over regularisatie en de voor- waarden om asiel te krijgen wel die is die we moeten blijven hanteren. Daarbij zit het u dwars dat de vluchtelingenproblematiek hard wordt gespeeld, zeker in het politieke bedrijf tussen partijen. Gij moet u wel realise- ren dat politieke partijen de voelsprieten zijn van wat in de samenleving leeft en wat daar effectief aangevoeld wordt, en de spreekbui- zen van de kiezers zijn. En daar stelt gij dan weer vast dat de toon tegenover vluchtelin- gen vaak erg bitsig kan zijn. Meer nog, gij vreest een ondergrond van racisme, omdat het in onze volksaard zou liggen dat wij als volk niet zo extravert zijn, waardoor het voor veel mensen moeilijk zou zijn te aanvaarden dat mensen met een andere geschiedenis en cultuur in hun buurt komen wonen.

Met alle respect, monseigneur, maar ik moet daar een aantal kanttekeningen bij plaatsen. Ten eerste over de ‘niet zo gewel- dige aantallen’. Alle cijfers zijn relatief, natuurlijk, maar gij moet toch weten dat veel

‘schapen’ van uw kudde uit (vooral) volks- buurten daar een heel andere ervaring mee hebben. Heel vaak herkennen zij hun eigen buurten van hun jeugd niet meer en mis- sen de gezelligheid en veiligheid van weleer, precies omdat de toevloed van vele nieuwe- lingen gewoonweg veel te groot is. En dan heb ik het niet enkel over de grote steden, maar ook al over kleinere gemeenten. Men- sen kruipen dan in hun schulp en nemen een haast verschansende houding aan, of ze verhuizen als dat binnen hun mogelijkhe- den ligt. Dàt wegzetten als een ‘ondergrond

voor ‘racisme’, vind ik er ver over. De door- sneeburger is helemaal niet racistisch en kan best een nieuwkomer en iets exotisch verdra- gen. Voorwaarde is wel dat die mensen zich aanpassen aan onze zeden en gewoonten, onze taal leren, gaan participeren aan ons gemeenschapsleven en een extra inspan- ning leveren om er echt bij te willen horen.

Dat gebeurt wel, maar véél en véél te weinig en in sommige wijken en bij sommige bevol- kingsgroepen zelfs helemaal niet.

Integratie, jawel, en waarom niet. Wij mogen kansen geven, maar het moet niet van één kant komen. Misschien moet gij ook eens een boodschap richten aan de nieuw- komers met de beleefde vraag om in die zin een inspanning te doen. De nazaten van dui- zenden Vlamingen die destijds uitweken naar alle hoeken van de wereld, zijn allang geen Vlamingen meer, maar volwaardige burgers van hun nieuwe thuis, precies omdat hun ouders hen op het hart drukten dat ze het zouden kunnen maken als ze daar onver- wijld hun best voor zouden doen. De nieuwe Miss België is daar overigens ook een mooi bewijs van.

Ten tweede iets over de wetgeving, die broodnodig is. Gij weet ook dat de intentie van niet elke vluchteling altijd even zuiver op de graat is, helaas. Een bewijs hiervan is vaak de kieskeurigheid om hier wel en daar geen asiel te willen aanvragen, alleen al omwille van de sociale en/of economische voordelen.

Bovendien kan een samenleving maar goed functioneren als er duidelijke regels zijn die voor iedereen gelden. En als die regels crite- ria stellen om te mogen blijven of niet, dan is dat zo en moet men zich niet laten drijven op sentiment en de emotie van het moment. Gij moet toch ook weten dat een opengrenzen- beleid uitzichtloos is, niet alleen voor dege- nen die de toevloed moeten trosteren, maar ook voor hen die komen en alleen maar een onzeker en werkloos bestaan tegemoet gaan.

In tal van gevallen is terugsturen billijk en gerechtvaardigd, en zijn de regels duidelijk.

Streng, maar rechtvaardig. Er zijn grenzen, letterlijk en figuurlijk.

Ik raad u dus aan, monseigneur, niet te soft en niet te naïef te zijn. Ik respecteer uw bood- schap van menslievendheid, maar ik pleit er tegelijk voor dat de bisschoppen in hun weelderige paleizen zich realiseren dat de toestand ernstig is en bij het eigen godsvolk niet altijd als leuk wordt ervaren, zeker als bepaalde nieuwkomers wetten en gewoon- ten meebrengen die zij ook aan onze men- sen willen opleggen. Samenleven kan pas als aan beide zijden handen worden uitgesto- ken zonder dat iemand erin spuwt. Akkoord?

Briefje aan Mgr. Luc van Looy

Ook voor de vrederechters en de politie- rechters werd de hervorming van BHV een miskleun. In alle provincies krijgen de vrede- rechters en de politierechters een eigen direc- tiecomité en een eigen korpschef, die het rechtstreekse aanspreekpunt zijn voor het ministerie van Justitie en die behoorlijk wat armslag hebben. Niet zo in Brussel en Halle- Vilvoorde. Daar werd een zeer ingewikkelde regeling uitgewerkt, waarbij de vrederechters en politierechters onder de voogdij staan van de voorzitters van de Nederlandse en Fransta- lige rechtbank van eerste aanleg. Zowel voor de Brusselse kantons als voor de kantons met faci- liteitengemeenten (Kraainem, Sint-Genesius- Rode en Meise) treden de Franstalige en de Nederlandstalige rechtbankvoorzitters geza- menlijk op als korpschef voor de vrederechters.

Twee bazen

Zo’n systeem met twee bazen werkt niet.

Vooreerst omdat die bazen vandaag een totaal verschillend temperament hebben en daardoor niet goed overeenkomen. De Franstalige recht- bankvoorzitter Luc Hennart is flamboyant en sterk politiek geëngageerd. Zijn Vlaamse tegen- hanger Alfred van Winsen is veel bedachtza- mer. Mede door hun zeer verschillend tempe- rament en hun belastend takenpakket wordt een collegiaal gezag sterk bemoeilijkt. In wer- kelijkheid worden de vrederechters in Brussel in grote mate aan hun lot overgelaten. Beide voorzitters spitsen zich toe op de problemen in de eigen rechtbank en hebben geen tijd om zich op een doeltreffende wijze in te laten met de vele noden van de vredegerechten, laat staan dat ze de noden van deze diensten aan- kaarten bij het ministerie van Justitie.

Gevolg is dat de Brusselse vrederechters zich stiefmoederlijk behandeld voelen. Er is voor hun diensten te weinig budget en de griffies lopen leeg. In heel wat Brusselse kantons is er een groot gebrek aan personeel en kunnen de vrederechters de werklast nauwelijks nog aan.

Dit leidt tot burn-outs en dus tot een steeds zwaardere werklast voor de rechters en grif- fiers die overblijven. De beloftes van de Minis- ter ten spijt, geeft het gerechtelijk beleid geen blijk van een doortastende materiële onder- steuning (informatica, wetboeken, …) noch van een ernstig personeelsbeleid.

Water aan de lippen

Er is een fusie op til van de Brusselse vrede- gerechten en van enkele kantons in de Vlaamse Rand, maar niemand vindt het nodig om dit op een ernstige manier voor te bereiden of om de rechters te begeleiden. Van enige commu- nicatie met het ministerie van Justitie is geen sprake. Binnen afzienbare tijd wordt boven- dien het takenpakket van de vrederechters ver- zwaard: ze worden bevoegd voor alle geldelijke betwistingen tot 5.000 euro, wat dubbel zo hoog is als het grensbedrag van vandaag. Maar deze nakende uitbreiding van de bevoegdheid zorgt niet voor een instroom van nieuw perso- neel. Het gaat om een zoveelste besparings- operatie. En dan heeft de minister van Justitie

Brusselse vrederechters misnoegd en ontmoedigd

In 2012 werd het Brussels gerecht hervormd op maat van de Franstaligen: in plaats van een duidelijke splitsing van het gerechtelijk arrondissement BHV, bleef Halle-Vil- voorde een aanhangsel van Brussel en kregen de Franstalige magistraten er gevoelig meer bevoegdheden dan voordien. Overal kregen we gerechtelijke arrondissementen op provinciale basis, behalve in Vlaams-Brabant: het kleine arrondissement Leuven mocht niet samengaan met Halle-Vilvoorde, zodat de Vlaams-Brabanders de trein van de modernisering aan zich zagen voorbijgaan.

Nieuwsfeit van de week

ook nog plannen om een belangrijk takenpak- ket van de arbeidsgerechten (de collectieve schuldenregelingen) over te hevelen naar de vredegerechten.

Vandaag reeds staat het water bij vele Brus- selse vrederechters aan de lippen. Ze kunnen hun werk amper nog aan en ze zijn van oordeel dat de kwaliteit van hun vonnissen ten zeerste lijdt onder de enorme werklast. Het ongenoe- gen is dermate groot dat meerdere rechters vervroegd met pensioen willen gaan. Ze vrezen bovendien dat niemand nog bereid zal zijn om te postuleren voor zo’n slecht omkaderde job.

Ze voelen zich niet gesteund door hun overste en willen daarom een structurele oplossing: vermits het dubbel voorzitterschap niet werkt, willen ze, net zoals in de rest van het land, een aparte structuur voor de vrederech- ters, waarbij deze magistraten hun eigen korps- chef kunnen verkiezen. Geef ze eens ongelijk.

Er is geen enkele objectieve reden waarom de vrederechters in Brussel niet correct verte- genwoordigd worden en totaal anders behan- deld worden dan deze in de rest van het land.

Politierechtbanken

Ook bij de Nederlandstalige politierechtbank is er een probleem. Hier geen duovoorzitter- schap, omdat er aparte Nederlandstalige en Franstalige rechtbanken zijn. De Nederlands- talige politierechters van Brussel en Halle-Vil- voorde ressorteren onder Van Winsen en de Franstalige politierechters uit Brussel zitten onder het gezag van Hennart.

Hier is het probleem vooral dat aan Neder- landstalige kant een leegloop bezig is. Vroe- ger waren er in het Brussels Gewest 11 Neder- landstalige politierechters en 3 Franstalige. De politierechtbank was toen nog taalgemengd en men vond onvoldoende tweetalige kan- didaten aan Franstalige kant. Bij de splitsing van BHV eisten de Franstaligen dat de Brus- selse politierechtbank zou gesplitst worden, zodat ze à volonté eentalig Franstalige rech- ters en tientallen Franstalige griffiebedienden konden benoemen. De Vlaamse magistraten werden weggepromoveerd, zodat er vandaag nog amper drie overblijven. Daarvan is er één langdurig ziek, en gaat er één binnenkort met pensioen, zodat vanaf maart één politierech- ter al het werk moet doen.

Omdat de minister van Justitie de kaders van de magistraten om besparingsredenen syste- matisch voor 10 procent onderbezet laat en de politierechtbanken van Halle en Vilvoorde meetellen voor deze berekening, vrezen de politierechters dat de vacature in Brussel lang- durig open zal blijven en dat de rechters uit Halle-Vilvoorde zullen moeten bijspringen in Brussel. Bij de politierechtbank van Vilvoorde wordt dan weer geklaagd over een structureel gebrek aan personeel. Ook de Nederlandsta- lige politierechters voelen zich in de steek gela- ten en zijn vragende partij voor een eigen struc- tuur en een eigen korpschef, zoals dat overal in het land is voorzien.

BVG

Ook in Nederland

Grote titels in de Nederlandse gazetten: bezorgers PostNL schamen zich kapot voor late kerst- post. Het is nauwelijks te geloven, maar sommige postbodes zijn deze week nog altijd bezig met het bezorgen van kerstkaarten. “Ik heb na de kerst meer kerstkaarten bezorgd dan ervoor”, meldde een Nederlandse postbode via Facebook.

Een en ander zou te maken hebben met het invoeren in december van een nieuwe sorteer- methode, die het de sorteerders gemakkelijker had moeten maken maar net het omgekeerde effect had. Het sorteren ging minder vlot en er werden meer fouten gemaakt. Trouwens, die sor- teerders vragen zich af waarom dit systeem net in december werd ingevoerd, zowat de druk- ste periode van het jaar.

Och, de Nederlanders mogen zich nog gelukkig prijzen. Een lezer van ’t Pallieterke meldde ons vorige week dat hij net een nieuwjaarskaart ontvangen had, afgestempeld in december 2014 - let op het jaartal. Bovendien dient opgemerkt dat deze lezer niet de juiste bestemmeling was; dat was iemand in een andere postzone met een straatnaam gelijkend op het adres van onze lezer. En dan zeggen dat ons aller Bpost o zo graag PostNL had overgenomen. Nederland is aan een ramp ontsnapt.

(4)

Twee maten en…

Op hetzelfde moment wil de Europese Commissie Polen straffen voor de ingrijpende aanpassingen van de rechterlijke macht op voorstel van de Poolse regering, waarmee de politiek invloed krijgt op de benoeming of het ontslag van rechters, onder meer bij … het Grondwettelijk Hof.

Volgens de Nederlandse EU-dictator Tim- mermans is dat niet rechtsstatelijk: het tast de scheiding der machten aan, de basis van de rechtsstaat. Hij wil de wet weg, en wil via sancties de Polen dwingen om de wet in te trekken. België zal niet op de vingers getikt worden door de niet-verkozen bazen à la Timmermans en Tusk en drankorgel Junc- ker van Europa.

Ons land is immers een trouwe vazal van de EU-leenheren en danst vrolijk naar het EU- pijpen, ook inzake immigratie, jawel. Polen is dat niet, want stribbelt fors tegen inzake de immigratiepolitiek. Men zoekt dat land dus om het te kunnen sanctioneren. Met twee maten en twee gewichten meten, noemt men dat.

Harde cijfers

Het debat over de Soedan-rel en de rol van Theo Francken (N-VA) daarin, was natuurlijk groot nieuws vorige donderdag. Hoewel de meerderheid intussen al gered was en terug helemaal in de pas liep, met Wouter Beke en Nahima Lanjri op kop, moest iedereen toch nog eens zijn zeg komen doen.

Allemaal heel voorspelbaar en obligaat met voors en tegens die we dagen voordien al in de media hadden kunnen vernemen.

Wie echter in het oog sprongen, waren Filip Dewinter (VB) en Hendrik Vuye (V&W, ex-N- VA). Zij pakten Francken niet over de Soedan- kwestie, maar wel over het gevoerde immi- gratiebeleid van deze regering. “Want”, zei Dewinter, “de rel geeft de regering de kans op zijn minst de indruk te wekken en de per- ceptie te creëren dat zij er heel hard, heel streng en heel kordaat tegenaan gaat, wat niet de waarheid is.”

Met behoorlijk wat harde en ontegenspre- kelijke cijfers kwamen zij aantonen dat het erkenningspercentage voor asielzoekers ver- dubbeld is onder Michel-Francken tegenover Di Rupo-De Block, dat er respectievelijk 84,5 procent en 81,5 procent vrijgelaten illega- len zijn en dat er nu 7 procent meer nieuwe vreemdelingen per jaar zijn dan toen… Nie- mand sprak dat tegen. Men zweeg en Theo Francken tokkelde ‘afwezig’ op zijn slim- foon. En Hendrik Vuye kwam tot de conclu- sie dat “vandaag is gebleken dat het beleid dat wordt getweet en het beleid dat wordt gevoerd twee verschillende werelden zijn”.

Motie tegen motie

De linkse oppositie wilde de CD&V uit haar tent lokken door een vertrouwensmotie in te dienen tegen Theo Francken. Zij waren zo naïef te geloven dat CD&V hiermee in gewe- tensproblemen zou geraken na hun felle uit- halen van de voorbije weken tegen Francken.

Roddels uit de Wetstraat

Dossier 18 januari 2018

4

Omdat een eenvoudige motie die vraagt om over te gaan tot de orde van de dag werd ingediend door de meerderheid en omdat zo’n motie voorrang heeft op een motie van aanbeveling of een motie van wantrouwen, was de geest meteen uit de fles.

Meerderheid tegen minderheid werd aldus bepaald dat Theo Francken mag aanblijven als staatssecretaris en dat het dreigement van Bart de Wever om in het andere geval de regering te verlaten niet in dovemansoren was gevallen. Integendeel.

De kar gekeerd

In een pakket maatregelen over ‘werk’

werden vorige week ook de ‘mysterycalls’

goedgekeurd, waarmee CD&V een trofeetje binnenhaalde. Sociale Inspecteurs mogen zich bij bedrijven binnenkort voordoen als (potentiële) klanten of werknemers om dis- criminatie aan te tonen.

Bedrijven kunnen dus beter op hun hoede zijn nu big brother zich komt moeien met de aanwerving van personeel door de vrijheid van keuze bij het aanwerven te beknotten.

Barbara Pas van het VB was het niet eens met de bewering dat er discriminatie bij de aanwervingen en op de werkvloer zou zijn.

Ze nam er een interview met Zuhal Demir (N-VA-staatssecretaris) op doorbraak.be uit 2014 bij om dat kracht bij te zetten: “Ik citeer de interviewer: ‘Een job zoeken met een ach- ternaam als Demir of Abou Jahjah, makke- lijk is anders.’

Waarop mevrouw Demir antwoordde:

‘Ik geloof er niet in dat er een structurele discriminatie is op de werkvloer. Een ver- standige werkgever kijkt niet naar de naam van een sollicitant, die kijkt naar talenten en competenties.’ Het interview ging ver- der. Mevrouw Demir wees op de alarme- rende cijfers van allochtonen in het onderwijs en op het gebied van werkloosheid, waarop de interviewer nog eens aandrong met de vraag: ‘Er is dus toch een structureel pro- bleem?’ Mevrouw Demir antwoordde daarop onmiddellijk: ‘Maar dat is niet te wijten aan discriminatie. Wie dat beweert, moet toch nog maar eens concreet zeggen waaruit die bestaat.’”

Aldus de staatssecretaris van Gelijke Kan- sen, die dat donderdag niet tegensprak en wellicht in alle stilte hoopte dat niemand terugdacht aan haar eigen uitspraak in de Kamer in 2015 tegen minister Peeters, toen ze nog geen staatssecretaris was: “De methode stuurt een verkeerd signaal uit naar de werkgevers en wekt de indruk van een heksenjacht.” Ook nu bleef het op alle ban- ken oorverdovend stil. Pas begreep dan ook niet dat als er geen structureel probleem is, dat men toch zulke verregaande maatre- gelen neemt. N-VA stemde dus vrolijk mee.

Meer nog, een illuster onbekend N-VA- Kamerlid dat enkele maanden geleden nog vreesde voor een heksenjacht, kwam nu zelfs openlijk Kris Peeters feliciteren: “Mijnheer de minister, ik wens u te feliciteren voor het mooie werk dat u hebt gepresteerd, ook wat betreft de mysterycalls.” Waarvan akte.

We shall overcome

Politiek speelde een belangrijke bijrol, al had ik er niet meteen mee te maken. Ik was nog onderbureauchef met een reputatie bij de boekhouding van het Instituut van de Gemeenschappelijke Diensten van de BRT- RTB.

Op 6 november van het jaar tevoren had ik een inventariscontrole gedaan bij de gewes- telijke zender Liège Palais de Congrès. In het Nederlands en met in mijn jaszak De Stan- daard met de titel “Vlaanderen betoogt” (de dag voordien in Antwerpen). De Walen waren niet razend, maar wel verbijsterd, want zo’n provocatie hadden ze nog niet meegemaakt.

De Leuvense kwestie werd begin 1968 dan ook dagelijks opgerakeld tussen de medewerkers in een tweetalig instituut. Aan directe actie kon ik niet meedoen, want tij- dens de dag moest ik werken aan het toen bekende adres: Eugène Flageyplein 18 te Elsene. In mijn Mechelen begonnen de acties in de katholieke scholen en de leerlingen van het middelbaar onderwijs volgden graag sta- kingsoproepen om “Leuven Vlaams” te steu- nen (en niet naar school te moeten).

Vooral de katholieke technische school deed mee, onder impuls van leraar (later VU- volksvertegenwoordiger) Joos Somers; vader van de huidige Mechelse burgemeester - ooit met de harde hand - die in 2012 ontdekte dat hij allochtoon stemvee nodig had zodat hij op één nacht multikuller werd.

Op zaterdagavond 3 februari 1968 kon ik eindelijk meestappen in een grote Mechelse betoging. We eindigden in een propvolle Zaal Volksbelang en luisterden naar de toespraak van de ster: de zogenaamde leider van de Leuvense studentenrevolte en de Mechelse zoon van NMBS-ingenieur Jan Goossens. Was dat een afknapper! Goossens junior keek op het podium alleen maar naar zijn voeten en hij leuterde een onsamenhangend betoog over kapitalisme, studentenlonen en nauwe- lijks iets over Leuven Vlaams aan elkaar. De temperatuur zakte, maar ging weer omhoog bij de Vlaamse Leeuw, en het echte kookpunt - teken des tijds - werd bereikt bij onze strijd- hymne ”We shall overcome”.

Doet hij het of doet hij het niet?

Ik herinner me wat later nog een gevoel van triomf in ons bureautje toen we op de tran- sistor hoorden dat eerste minister Van den Boeynants de handdoek in de ring gooide en er nieuwe verkiezingen op komst waren.

De Vlamingen bij de omroep bespraken één onderwerp diepgaand: “Doet hij het of doet hij het niet?”

Niet, want Maurice de Wilde kreeg een negenennegentig procent zekere verkies- bare plaats op de VU-lijst in Brussel aange- boden, maar dat was één procent te weinig voor hem, want BRT-personeelsleden moes- ten ontslag nemen als ze op een Kamerlijst stonden en konden nog niet terugkeren naar de omroep. Ik ging naar één verkiezingsmee- ting van de VU in mijn stad; in de achterzaal van een café waar tijdens de oorlog door een andere Vlaams-nationale organisatie duchtig vergaderd werd, wat ik niet wist.

Toespraken door Wim Jorissen en arron- dissementsvoorzitter Michel Servaes (Storm- leider Zwarte Brigade en tien jaar doos na de oorlog, wat ik wel wist). Een VU-lidkaart heb ik daarom nooit aangeschaft. Maar wel de dag van de verkiezingen blij dat de VU van 12 naar 20 zetels ging in de Kamer.

Die andere en sociale omroep

Feitelijk overschaduwde in Vlaanderen de Leuvense kwestie de hele contestatieher- rie in de VS en in Frankrijk. Bij de RTB was er wat commotie, maar aan Vlaamse zijde bleef het windstil. Er waren ‘volksvergaderingen’

waar nauwelijks een kat met een hoed op verscheen. Vooral salonsocialiste Annie De- clerck, dochter van de Antwerpse gouverneur Richard en later deeltijdshofdame van la reine Paola, voerde het woord en eiste ‘inspraak’.

Feitelijk onnodig.

Stond de kop en het gedrag van de baas je niet aan, dan stapte je op. Examens bij

de omroep werden maandenlang via radio en televisie aangekondigd. Aan het examen voor opsteller-boekhouder namen dat jaar

… dertig jongelui deel. Binnen zes maan- den na hun indiensttreding was de helft van de geslaagden al weg; vooral de mannen die elders meer konden verdienen in de gouden jaren zestig. Vandaag de dag zouden er zich 3.000 kandidaten aanbieden. Alleen zijn er nu geen examens meer. Een positief gevolg van 1968 was dat voor de eerste keer onder- bureauchefs concurreerden met universi- tairen van buitenhuis voor een functie van bestuurssecretaris i.p.v. een nepexamen à la tête du client af te leggen zoals tot dan toen de gewoonte was. Gevolg: drie geslaagden (onder wie uw dienaar) en zevenentwintig gebuisden.

Even uitweiden. Vanaf dat ogenblik orga- niseerde de omroep vijfentwintig jaar lang fatsoenlijke en strenge anonieme examens.

Iedereen die het juiste diploma bezat, mocht deelnemen. Of denkt u dat ondergetekende anders de kans had gekregen televisiepro- gramma’s te maken? Dat sociaal beleid ver- dween in 1995. De omroep kon voortaan selecteren wie bij een aanwervingsprocedure mocht solliciteren en iedereen asociaal ter- zijde schuiven met een drogreden; wegens bijvoorbeeld ‘geen ervaring’. Laffe politici lie- ten betijen tijdens discussies over de hernieu- wing van de beheersovereenkomst in 2007.

Minister van Media Geert Bourgeois stak liever zijn kop in de grond. Er zit nu al een hele generatie gebeiteld aan de Reyers omdat ze iemand “kende”. Diploma’s tellen niet meer.

De medewerkster van de racistische web- stek Kif Kif werd door zender Brüssel gekozen tussen 120 zorgvuldig geselecteerde vrien- den. Hoeveel mensen zouden voor een baan redacteur sociale media opgedaagd zijn als de asociale VRT een fatsoenlijk en echt exa- men had georganiseerd? 1.200?

Misschien wel 12.000! Dan was het maar zo. Iedere Vlaming moet belasting betalen voor die omroep en iedere Vlaming (met het juiste diploma) heeft het recht de kans te krij- gen zijn/haar bekwaamheid te bewijzen bij een zender die voor de strafrechter thuishoort wegens discriminatie.

Rijbewijs

1968 was het jaar dat ik, zoals velen, naar de politie stapte, op erewoord verklaarde dat ik kon rijden en veertien dagen later mijn rij- bewijs kreeg. Ik wist dat het stuur van een auto vooraan en niet achteraan stond. Tot 31 december 1968 kreeg iedereen het docu- ment zonder verdere plichtpleging. Het week- blad Time, dat zelden een regel over dit land publiceerde, schreef dat het de waanzin nabij was bijna een miljoen mensen een rijbewijs te geven zonder dat ze ooit één kilometer hadden gereden. Time voegde er kwaadaar- dig aan toe dat in heel West-Europa auto’s als mussen uit elkaar stoven als ze een wagen met een rood-wit nummerbord zagen ver- schijnen.

Moderne wiskunde

En dan was er nog een debat dat hoog oplaaide bij vrienden in het onderwijs. In 1964 had de eentalige unitaire onderwijs- minister Janne (PS, natuurlijk) bepaald dat vanaf 1968-1969 “moderne wiskunde” gedo- ceerd mocht worden in de humaniora: een nieuwe en schrikkelijk abstracte methode uit de koker van de grote wiskundige Geor- ges Papy.

Toevallig was de man ook senator voor de PS geweest en logebroeder, maar dat had er uiteraard niets mee te maken. De opvolgers van Janne durfden dat besluit niet ongedaan maken, dus voerden de ‘kameraden’ en ‘broe- ders’ onverkort de bevelen van de partaai en de loge uit in het vrijzinnig atheneum waar ik humaniora had gevolgd. Tezamen met het VSO brak die pedagogische waanzin de rug van het rijksonderwijs (nu gemeenschaps- onderwijs).

Het herstelde zich nooit meer. Met de idi- otie van geen Nederlands spreken in de klas, is in het GO inmiddels een nieuw dieptepunt

bereikt. Jan neckers

Mijn 1968

Ze zijn begonnen, de herinneringen van de oud-strijders van 1968. Dan kunnen die van mij er ook maar bij.

(5)

Actueel

18 januari 2018 5

Echo’s uit de Koepelzaal

Hoofs

We leven in verwarrende tijden. Het is al seksuele intimidatie wat de klok slaat. Enkele Franse dames beginnen zelfs te vinden dat het wat minder mag, want natuurlijk houden de meeste vrouwen wel van mannelijke aandacht.

Iets helemaal anders is de situatie op bepaalde terreinen, zoals in het “hellegat” Brussel, waar naar verluidt al eens vrouwen minder flatte- rende opmerkingen krijgen of verdergaand worden lastiggevallen. Uit een vraag van Ann Brusseel (Open Vld) mocht blijken dat negen op tien vrouwen dergelijke ervaringen hebben.

Het ei van Columbus dat men in Brussel heeft gevonden, is het lanceren van een app om het probleem in kaart te brengen.

Ann Brusseel vroeg zich af of dat ook in Vlaanderen zinvol zou kunnen zijn. Minister Homans ziet weinig heil in versnipperde initi- atieven, is voorstandster van meer sensibilise- ring en solidariteit, en ze verwees naar de fede- rale campagne ter zake van Zuhal Demir. Katia Segers (sp.a) en Elke van den Brandt (Groen) zien wel iets in het Brusselse ding. Segers haalde er wereldwonder Oprah bij die zich tegen seksueel grensoverschrijdend gedrag heeft uitgesproken. Piet de Bruyn (N-VA) wist toch op te merken dat politie en parket ook een rol hebben te spelen. Niet in de sluikste en meest omfloerste bewoordingen kon iets wor- den vernomen over “gebrekkige opvoeding”

en “machocultuur”. Inderdaad, niet iedereen is in een hoofse traditie tot wasdom gekomen.

Misschien kan wat culturele dialoog uitkomst bieden.

Krapte

Topregio Vlaanderen, land van harde wroe- ters, een ondernemersparadijs, schijnt intus- sen om te komen in het werk. In die mate zelfs dat er geen werknemer meer te vinden zou zijn. Axel Ronse (N-VA) wil de krapte op de arbeidsmarkt verder aanpakken. Een en ander ligt volgens hem aan al die luie donders van werklozen en bruggepensioneerden die dankzij eeuwigdurende en riante uitkeringen maar wat uit hun neus liggen te vreten. Minis- ter Muyters kwam verzekeren dat Vlaanderen al een zeer sterk arbeidsmarktbeleid voert en dat alles wat binnen de Vlaamse bevoegdhe- den ligt nog grootser en beter zal worden “uit- gerold”. Yasmine Kherbache (sp.a) wees op de “mismatch” die er bestaat tussen de nog steeds 200.000 werkzoekenden en de vele niet-ingevulde vacatures.

Het is wel degelijk een punt dat er ook iets fout zit met de kieskeurige mentaliteit aan werkgeverszijde. Alleen jammer dat de linker- zijde dan weer meteen vervalt in gezeur over integratie en zo. Laten we in ieder geval maar wat wachten met grote uitbundigheid over ons werkzame Vlaanderen.

Internationaal

Met zijn maritieme karakter, goede ligging en open economie heeft Vlaanderen nogal wat internationale belangen. Onze geschiedenis illustreert dat ten overvloede. Het is dan ook toe te juichen dat een internationale strategie wordt ontwikkeld en ontplooid. Ter behande- ling was een voorstel van resolutie over het thema. Het buitenlandbeleid gaat breder dan economie. Jan van Esbroeck (N-VA) noemde zaken zoals Brexit en Catalonië. Vlaanderen kan internationaal niet actief genoeg zijn. Rode draad in de bespreking was het verder uitbou- wen van de “parlementaire diplomatie”.

Ward Kennes (CD&V) wees op de vorde- ringen van de buitenlandcommissie, de nau- were samenwerking van het Parlement met de Vlaamse buitenlanddiensten en de verbe- tering die nog kan worden geboekt als “fede- raal” wat dienstbaarder zou zijn voor “Vlaams”.

In dat verband blijft het aanslepende probleem van de achterhaalde protocollijst die het diplo- matieke gewicht van de Vlaamse deelstaat lichter maakt dan zou horen. Chris Janssens (VB) ergert zich eraan dat dat maar niet opge- lost raakt. Toch zou het VB, dat weer eens niet mocht meespelen, de resolutie goedkeuren.

Terecht was men het zo “kamerbreed” eens over de internationale ambities.

Als het goed is, zeggen we het ook, zoals u weet. En het lijkt erop dat toch een “Vlaande- ren rules the waves”-gevoel heerst.

Terugkeer naar boerenverstand in het onderwijs

In De Morgen stond vorige week zaterdag een opmerkelijk artikel. ‘Ouderwets blijkt het beste’, was de kop boven een artikel over ons onderwijs, nota bene. Vloeken in de linkse kerk? Een beetje wel. Maar ook veel lezers van die krant weten dat het tijd is voor bezinning.

Remy Amkreutz had het over een studie van Amerikaanse academici in het vakblad

‘The Review of Educational Research’. Een ver- gelijkend onderzoek van 328 andere studies.

Wat is de belangrijkste conclusie? Om de kloof tussen zwakke en sterke leerlingen te verkleinen, schieten we weinig op met peda- gogische nieuwlichterij. Scholen die terug- keren naar de ‘directe instructie’ slagen daar beter in. Dat bevestigt althans Pedro de Bruyckere van de Arteveldehogeschool in Gent, vaak geraadpleegd als opiniemaker inzake onderwijs, maar niet meteen een

“ouderwetse” welweter.

Conservatief

Directe instructie gaat ervan uit dat er een

‘gemeenschappelijke basis’ wordt gelegd.

Een invalshoek die ook in Vlaanderen weer

“meer begint te leven”. “Veel onderwijsmen- sen zullen het als conservatief of ouderwets beschouwen, maar het heeft een grote meer- waarde om leerlingen de basiskennis van een vak te laten opdoen”, aldus De Bruyckere.

De progressieve premisse dat leraars vooral mentor of coach moeten zijn om de leerlin- gen zelfontdekkend of onderzoekend te leren leren, en dat we moeten geloven in “natuur- lijke nieuwsgierigheid en zelfredzaamheid van het kind” onder begeleiding van de “leerkracht als stimulerende begeleider”, worden door de Amerikaanse studie fundamenteel bijgesteld.

Ook NRC Handelsblad pleitte vorige week voor “klassiek klassikaal onderwijs”. En tegen ouders die menen dat hun kinderen het

“vooral ‘leuk’ moeten hebben en dat juffies en meesters entertainers moeten zijn”.

Onderwijsvernieuwers, die ook in Vlaande- ren ruim baan kregen voor hun theorieën, zul- len zich in hun koffie hebben verslikt, bij het lezen van zo’n inzichten.

In Vlaanderen is Koen Daniëls (N-VA) al lan- ger voorstander van directe instructie, aldus Raf Feys van Onderwijskrant. In mensentaal uitgedrukt: van onderwijs zoals het tientallen jaren in Vlaanderen “normaal” was, en goede resultaten opleverde. Daniëls verwijst naar onze resultaten in het internationale PISA- onderzoek van de OESO.

Ook ontwikkelingspsycholoog Wim van den Broeck (VUB) zegt dat. Onderwijs is voor hem al te lang ideologisch aangestuurd. Studen- ten pedagogie van Vlaanderen worden door veel van hun pedagogen progressief gestuurd.

Voor Dirk van Damme (pedagoog en OESO- expert) getuigen veel uitspraken over nieuwe eindtermen en leerplannen van vandaag ach- terhaalde onderwijskundige concepten (con- structivisme, overtrokken pedagogisch opti- misme, te radicale verwerping van kennis,

naïeve visie op abstractie).” Voor een meer uitgebreide analyse van de problematiek kan de lezer terecht bij Raf Feys (www.bloggen.

be/onderwijskrant), een uitgesproken criticus van het modernisme in ons onderwijs.

Verfrissend

Het is verfrissend dat een progressieve krant als De Morgen bijna een volle bladzijde vrijmaakt om te informeren over de studie. De inhoud (informatie) staat wel haaks op het woord ‘ouderwets’ in de titel (waarom niet

‘traditioneel’? – red.), op de keuze van een

‘kazernefoto’ en op het bijschrift (“alle kinde- ren luisteren braaf naar de leraar”). Aanvul- lende “duiding” door een verbitterde eind- redacteur?

Opstand

Misschien wordt het tijd voor een positieve opstand tegen de dogma’s van de Vlaamse onderwijsbazen (koepels, proffen, hyperpro- gressieve pedagogen).

De progressieve ontscholingsbeweging is al een halve eeuw oud. Ze culmineerde in tal van vernieuwingen, met als uitschieter de invoe- ring van het Vernieuwd Secundair Onderwijs.

Recente uitlopers zijn onder meer de plei- dooien voor ‘Scholen zonder punten’ en de publicatie ‘De Nieuwe school in 2030’ van het Departement Onderwijs, VLOR en de Koning Boudewijnstichting (2014).

Vandaag is het opmerkelijk hoe Hilde Cre- vits volop meevaart met dat schuitje van de vernieuwers. Ze is “blij”… Want vanaf volgend schooljaar leren alle leerlingen in het gemeen- schapsonderwijs (maar straks “misschien” ook in het vrij onderwijs) een nieuw vak: burger- schap. Het zweepje van de democratie. Alsof dat niet kan worden geïntegreerd in taalvak- ken. Of in geschiedenis en aardrijkskunde, die best weer wat meer lucht en licht zou- den mogen krijgen om kinderen en scholie- ren te vormen die zich kunnen oriënteren in tijd en ruimte.

Ouderwets

Terug naar de Amerikaanse studie. Op de webstek van De Morgen zijn de reacties ver- deeld (wat moet dat dan in een veel ruimer Vlaanderen zijn?).

“Ik keer altijd terug naar de essentie van leerKRACHT… recht door zee, voor iedereen gelijk lijkt inderdaad beter uit te komen dan te focussen op geslachten en rassen en wat nog allemaal! (1) De vooruitgang op wetenschap- pelijk vlak is er vaak gekomen door mensen die ‘ouderwets’ onderwijs hebben gevolgd (2). Een school moet geen strafkamp zijn,

“maar nu is de slinger te ver aan de andere

kant doorgeslagen” (3). “Een leraar die de touwtjes in handen heeft en niet probeert de beste vriend van de leerlingen te zijn is mis- schien niet zo heel slecht?”

Oei, moeten we nu aan doemdenken doen?

Geenszins. Relativeren is hier op z’n plaats.

Sommige critici van het artikel in De Mor- gen hebben ook een punt. Aan ‘ouderwetse’

leerkrachten (de titel is van De Morgen) heb- ben we geen behoefte. Onderwijs mag en moet meer zijn dan “gewoon goede resulta- ten” halen (1). Het mag aandacht vragen voor humanisme en sociale rechtvaardigheid (2).

En het mag al zeker meer zijn dan “traditioneel gepapegaai” (3) en het kweken van “volgzame fabrieksarbeiders” (4).

Anderen maken van de kritiek op de onder- wijsvernieuwing een karikatuur. Wie, in gods- naam, vraagt er nog dat leraars weer “met lat- ten op de vingers mogen slaan” en “ezelsoren opzetten”, of “lessen mogen aframmelen”.

Niemand, toch?

Conclusie

Mogen we ervan uitgaan dat structuur weer wat meer aandacht mag krijgen in het onder- wijs? Dat warm gezag er nodig is, zoals thuis, in elke sportclub en elk bedrijf? Laat die enkele schuimbekkende ouders het maar afbollen.

Tablets, multimedia, activerende werkvor- men, allemaal goed en wel, maar mogen onze kinderen nog leren lezen, schrijven en reke- nen? Leuk misschien voor de goeroes van Facebook, Twitter, enzovoort, maar efficiënt?

Leveren VSO en andere onderwijsvernieuwin- gen een nieuw soort “slimme en betere mens”

af? Mag de cultuuroverdracht vandaag nog wat verder gaan dan het laatste liedje van K3? En mag het vertrouwen in de leraars wat groter?

Is het wiskunde- en taalonderwijs (met uit- zondering van het Engels misschien) vandaag wat het vroeger was? Om nog te zwijgen over inzichten in geschiedenis en aardrijkskunde.

Mogen zelfstandig werken, groepswerkjes, knippen en plakken even worden geëvalu- eerd? Leren, en nu en dan ook iets memo- riseren in plaats van alles op te zoeken, mag het nog?

Als we een tandarts of een architect raad- plegen, hebben we toch graag dat die hun materie zo’n beetje kennen, niet?

Geld

We ronden af met een tip voor Hilde Crevits (CD&V). Kijk even noordwaarts, daar schrijft de commentator van NRC (9 januari) dat onderwijs in Nederland best meer budget mag krijgen. “Daar zal een bedrag bij moeten om recht te breien wat er is gaan schorten aan het onderwijs in taal en rekenen. Erkende basis- vakken mogen wel wat kosten.” Welnu, voor- komen is beter dan genezen. Als Hilde Crevits dat niet inziet, kan Koen Daniëls (onderwijs- specialist N-VA) dat vanaf 2019 misschien

doen. AnjA Pieters

Maghreb TV hengelde naar Vlaamse subsidies

Wie op de Franstalige webstek van de zender de contactgegevens opzoekt, vindt een adres in Vorst (Brussel). Op dat adres vinden we de vzw Almaghreb TV. De vzw werd in 2008 opge- richt door drie personen, onder wie Moham- med Tijjini. Op Twitter omschrijft hij zichzelf als

‘PDG’ of grote baas van de zender. (PDG staat voor président-directeur général.)

In de Nederlandstalige media wordt amper iets geschreven over die man. Tijjini werkte naar eigen zeggen op het kabinet van wijlen Rufin Grijp (SP), als jurist voor het OCMW van Anderlecht en voor de gemeente Vorst, en stapte in 2006 naar tvbrussel met een voor- stel voor een programma over (en voor) de

‘Maghrebijnen’.

In 2009 richtte Tijjini ook een bvba op:

Almaghreb-TV of AMTV.

Rel in de media

Nog geen jaar geleden, in het voorjaar van

2017, beweerde de Marokkaanse journaliste Sofia El Harti in de Franstalige media dat er onregelmatigheden gebeurd waren bij de zender. Tijjini diende op zijn beurt klacht in tegen de dame wegens laster. Het is woord tegen woord. Als er een gerechtelijk onder- zoek gestart werd, dan gebeurde dat alvast in alle stilte.

Subsidies

Wel zeker is dat Maghreb TV naar Vlaamse (!) subsidies hengelde. Eigenlijk te gek voor woor- den, aangezien het Nederlands niet de voer- taal is op de zender.

Toch legde bevoegd minister Sven Gatz (Open Vld) in eerste instantie een subsidie vast ter waarde van 60.500 euro. Op vraag van Vlaams Parlementslid Willy Segers (N-VA) moest Gatz antwoorden dat hij uiteindelijk beslist heeft geen subsidie toe te kennen aan het project van Maghreb TV: ‘Het definitieve

projectvoorstel voldeed onvoldoende aan mijn verwachtingen. Er waren op inhoudelijk en budgettair vlak te veel onduidelijkheden om de subsidie met voldoende vertrouwen op een goede afloop te kunnen toekennen. Ook de samenwerkingsverbanden stonden nog niet op punt.’ Het is (eindelijk) een verstandige beslis- sing van Gatz. thierry Debels Ik weet niet of u al eens gekeken heeft naar een uitzending van Maghreb TV? De tele-

visiezender is te ontvangen via Proximus en Telenet. Een hinderpaal is natuurlijk dat we niet echt tot de doelgroep van de zender behoren.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Aan het onderzoeks- bureau Dimarso werd de opdracht gegeven om in Vlaanderen, Wallonië, Nederland, Frankrijk, Duitsland, Zweden en Ierland aan een representatief staal van de

De gemiddelde duur van verplaatsingen naar geslacht en arbeidssituatie (werkende 18- tot 75-jarigen, uren en minuten per week)... Deeltijds werkende vrouwen halen vaak hun kinderen

wen op een tijdspanne van 11 jaar meer dan 6 uur loonarbeid ingeleverd hebben voor huishoudelijk werk, terwijl voltijds werkende vrouwen steeds meer buitenshuis werken en

Vergelijking respondenten van TOR ’99 met die van APS ’99, TOR ’98 en de Vlaamse bevolking naar onderwijsni- veau, geslacht en leeftijd.. Bevolking ‘97 TOR ’98 APS ’99

Maria Altmann begint er alvast niet goed aan door een jonge en wat onhandige advocaat (Ryan Reynolds) onder de arm te nemen, maar als die groeit in zijn job en ze samen

Het wekte dan ook geen verbazing toen paus Franciscus aankondig- de dat hij eind mei samen met patriarch Bartholomeos in Jeru- zalem de historische ontmoeting van

Dat zijn 80.000 (bekende) Vlamin- gen die zeggen dat de euthanasiewet moet wor- den aangepast, zodat mensen die lijden aan de- mentie en deze aftakelende processen niet tot het

Het is vijf jaar geleden dat Hugo Claus uit het leven stapte voor Alzheimer hem volledig in zijn greep had.. 'We zien nu tientallen patiënten per jaar die dezelfde