Bepaal de moleculeformule van deze verbinding. Bepaling moleculeformule van het actieve bestandsdeel: C X H y O z + O 2 ßà H CO 2

3. Rotenon, het actieve bestandsdeel van een insecticide, bestaat uit koolstof, waterstof en zuurstof.

Bij volledige verbranding van 50,09 mg van deze verbinding ontstaat er 25,17 mg water en komt er 71,12 ml koolstofdioxide vrij bij 100.000 Pa en 20°C.

• Bepaal de moleculeformule van deze verbinding

Bepaling moleculeformule van het actieve bestandsdeel:

CXHyOz + O2 ßà H20 + CO2

n(H20) = 1,4 mmol n(CO2) = 2,9 mmol n(H) = 2,8 mmol n(C) = 2,9 mmol m(H) = 2,9 mg m(C) = 35,1 mg m(CxHy) = 37,9 mg

m(0z) = m(CXHyOz) - m(CxHy) = 12,2 mg n(0z) = 0,763 mmol

C23H22O6

Examen chemie 1 Structuur van materie 10 januari 2020

1^ste academische Bachelor Industriële Wetenschappen

DEEL 1 : OP TE LOSSEN MET PERIODIEK SYSTEEM DER ELEMENTEN/ZONDER REKENMACHINE !

I. Gegeven : ammoniumnitraat – berylliumchloride – carbonaation - fosforzuur

1. Noteer de Lewisstructuurformule van elke verbinding

Vermeld welk type binding(en) deze verbindingen bevat(ten) ( = correct) ; Meerdere antwoorden mogelijk !

Ammoniumnitraat Berylliumchloride Carbonaation Fosforzuur

o

Apolaire

covalente binding

o

Coördinatief

covalente binding

o

Datief covalente binding

o

Donor- acceptor binding

o

Ionbinding

o

Metaalbinding

o

^Polaire

covalente binding

o

^Apolaire

covalente binding

o

Coördinatief covalente binding

o

Datief covalente binding

o

Donor- acceptor binding

o

Ionbinding

o

Metaalbinding

o

^Polaire

covalente binding

o

^Apolaire

covalente binding

o

Coördinatief covalente binding

o

^Datief

covalente binding

o

^Donor-

acceptor binding

o

Ionbinding

o

Metaalbinding

o

^Polaire

covalente binding

o

^Apolaire

covalente binding

o

Coördinatief covalente binding

o

^Datief

covalente binding

o

^Donor-

acceptor binding

o

Ionbinding

o

Metaalbinding

o

^Polaire

covalente binding

2. Wat is het sterisch getal en de ruimtelijke structuur van deze verbindingen ?

Ammoniumnitraat Berylliumchloride Carbonaation Fosforzuur Formule :

o

^XY2

o

^XY3

o

^XY4

o

Andere :

o

Niet te bepalen Sterisch getal :

Ruimtelijke structuur:

Formule :

o

^XY2

o

^XY3

o

^XY4

o

Andere :

o

Niet te bepalen Sterisch getal : 2

Ruimtelijke structuur: lineair

Formule :

o

^XY2

o

^XY3

o

^XY4

o

Andere :

o

Niet te bepalen Sterisch getal : 3

Ruimtelijke structuur:

trigonaal planair

Formule :

o

^XY2

o

^XY3

o

^XY4

o

Andere :

o

Niet te bepalen Sterisch getal : 4

Ruimtelijke

structuur: tetraëder

3. Welke verbindingen zijn apolair/polair ?

Welke verbindingen lossen op/lossen niet op in water ? Motiveer telkens uw antwoord !

Ammoniumnitraat Berylliumchloride Carbonaation Fosforzuur

o

^Apolair

o

^Polair

o

Oplosbaar in H2O

o

Onoplosbaar in H2O

o

Niet te bepalen Motivatie :

Ionbinding à polair Roosterkrachten <

Dipoolkrachten H2O à oplosbaar in H2O

o

^Apolair

o

^Polair

o

Oplosbaar in H2O

o

Onoplosbaar in H2O

o

Niet te bepalen Motivatie :

Polair covalente bindingen maar symmetrisch

molecule à apolair à niet oplosbaar in in H2O

o

^Apolair

o

^Polair

o

Oplosbaar in H2O

o

Onoplosbaar in H2O

o

Niet te bepalen Motivatie :

Ion is een geladen deeltje à polair à oplosbaar in H2O

o

^Apolair

o

^Polair

o

Oplosbaar in H2O

o

Onoplosbaar in H2O

o

Niet te bepalen Motivatie :

Polair covalente bindingen en niet symmetrisch

molecule à polair à oplosbaar in H2O

III. Bespreek de hybridisatie van mierenzuur.

Geef van elk atoom aanwezig in het mierenzuur :

• Een schets van de gehybridiseerde toestand waarbij de elektronenconfiguratie weergegeven is.

• Vermeld het type hybridisatie alsook het aantal, het type en de bezetting van de hybride-orbitalen en niet gehybridiseerde p-orbitalen

• Bepaal het aantal en het type bindingen

• Leid de ruimtelijke structuur af.

Mierenzuur Atoom 1 =

H Atoom 2 = C Atoom 3 = O1 Atoom 4 = O2

Schets

Gehybridiseerde Toestand

4 sp³-hybride-orbitalen

Type hybridisatie

Geen hybridisati

e

sp²-hybridisatie sp²-hybridisatie sp³-hybridisatie Aantal/Type/Bezettin

g hybride-orbitalen (sp²)¹(sp²)¹(sp²)¹ (sp²)¹(sp²)²(sp²)² (sp³)²(sp³)²(sp³)¹(sp³)

1

Aantal/Bezetting niet gehybridiseerde p-

orbitalen

(pz)¹ (pz)¹

Aantal/Type bindingen : 4 σ- en 1 π-binding Ruimtelijke structuur : trigonaal vlak

Lewisstructuurformule :

Examen chemie 1 : Structuur van materie 10 januari 2019

1^ste academische bachelor Industriële Wetenschappen

DEEL 2 : OP TE LOSSEN MET PERIODIEK SYSTEEM DER ELEMENTEN/MET REKENMACHINE !

1. Voor welk van de hieronder vermelde processen bedraagt de energieverandering -5,45 . 10^-19 Joule ?

Bereken tevens de golflengte van het licht (in nm).

Motiveer uw antwoord door gebruik te maken van de hieronder vermelde formule :

∆E = h.f = 2,18.10^-18(1/nb2- 1/na2) met h= 6,63. 10^-34 Js.

o

^{H(1s1) H(2s1)}

o

^{H(2s1) H(1s1)}

o

^{H(2s1) H+ + e-}

o

^{H+ + e- H(2s1)}

o

Geen van deze mogelijkheden

Motivatie : berekening energieverandering :

Energieverandering is negatief elektron gaat van een hoger naar een lager energieniveau. Hierbij komt energie vrij.

∆E = 2,18.10^-18

!

_"^!_!

−

_#^!_!

$

= - 5,45 . 10^-19 Joule Berekening van de golflengte van het licht :

∆E = h.f = h.c/ λ = ^{!6,63.10−34}₍^{. 3.10+8 '} = - 5,45 . 10^-19 Joule λ = 365 nm