• No results found

Inspectierapport BSO Hoera Maasbree, locatie Dynamic (BSO) Breetse Peelweg 1c 5993NC MAASBREE Registratienummer

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Inspectierapport BSO Hoera Maasbree, locatie Dynamic (BSO) Breetse Peelweg 1c 5993NC MAASBREE Registratienummer"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Inspectierapport

BSO Hoera Maasbree, locatie Dynamic (BSO) Breetse Peelweg 1c

5993NC MAASBREE

Registratienummer 132266301

Toezichthouder: GGD Limburg-Noord

In opdracht van gemeente: Peel en Maas

Datum inspectie: 06-09-2016

Type onderzoek : Jaarlijks onderzoek

Status: Definitief

Datum vaststelling inspectierapport: 19-10-2016

(2)

Inhoudsopgave

Het onderzoek ... 3

Observaties en bevindingen ... 4

Pedagogisch klimaat ... 4

Personeel en groepen ... 6

Inspectie-items ... 7

Gegevens voorziening ... 9

Gegevens toezicht ... 9

Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ... 10

(3)

Het onderzoek

Onderzoeksopzet

Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek.

In dit inspectierapport zijn niet alle items beoordeeld, omdat er sprake is van een zogeheten risicogestuurd toezicht (RGT). Met behulp van het model risicoprofiel zijn de inspectieactiviteiten bepaald.

Beschouwing

Deze beschouwing beschrijft de resultaten van de uitgevoerde inspectie op 6 september 2016 bij BSO Hoera Maasbree, locatie Dynamic.

Na de feiten over het kindercentrum en de inspectiegeschiedenis, volgen de belangrijkste bevindingen. Deze worden elders in het rapport per hoofdstuk uitgewerkt.

Feiten over buitenschoolse opvang (BSO) Hoera Maasbree, locatie Dynamic.

Per 1 januari 2015 heeft Hoera Maasbree vier verschillende locaties in Maasbree. Te weten locatie Rabobank (dagopvang), locatie De Violier (peuterdagopvang en buitenschoolse opvang), locatie Dynamic (buitenschoolse opvang) en locatie MVC’19 (buitenschoolse opvang). De laatste twee locaties zijn tezamen BSO Sportief. BSO Sportief is met 66 kindplaatsen geregistreerd in het landelijk register, waarvan 16 kindplaatsen voor locatie Dynamic.

BSO Sportief is gesitueerd in de sportieve omgeving Breetse Peel Maasbree. Voor locatie Dynamic wordt gebruik van een groepsruimte in sportcentrum 'Dynamic'.

BSO locatie Dynamic biedt naschoolse opvang op maandag, dinsdag en donderdag. De

voorschoolse opvang en de naschoolse opvang op woensdag en vrijdag vindt plaats bij locatie De Violier.

In schoolvakanties, op schoolvrije dagen en studiedagen is BSO Hoera Maasbree de gehele dag geopend.

Inspectiegeschiedenis.

02-12-2013: onderzoek voor registratie; opname in het landelijk register voor 16 kindplaatsen.

21-05-2014: onderzoek na registratie; tekortkoming in de opvang in een basisgroep en aandachtspunt voor de kennis van de meldcode.

29-09-2015: jaarlijkse inspectie; aandachtspunt betreft het reglement oudercommissie, één onderdeel dient inhoudelijk aangepast te worden.

Bevindingen op hoofdlijnen.

Tijdens de huidige inspectie zijn er geen tekortkomingen geconstateerd.

De beroepskracht is enthousiast en betrokken, de sfeer in de groep is ontspannen en open.

Tijdens de inspectie heeft er eveneens een gesprek met de locatie-manager plaatsgevonden. Zij heeft de toezichthouder geïnformeerd over de gang van zaken binnen BSO Sportief en de gevraagde documenten t.b.v. het onderzoek direct per mail nagestuurd.

Voor verdere toelichting en opmerkingen, zie daarvoor de inhoud van het rapport en onderstaand

‘advies aan College van B&W’.

Advies aan College van B&W Geen handhaving.

(4)

Observaties en bevindingen

Pedagogisch klimaat

Tijdens de inspectie beoordeelt de toezichthouder de uitvoering van de pedagogische praktijk.

Bij het beoordelen van de observaties is uitgegaan van 4 basiscompetenties vanuit de Wet kinderopvang, waaraan de pedagogische praktijk minimaal moet voldoen,

namelijk:

 emotionele veiligheid;

 persoonlijke competentie;

 sociale competentie;

 overdracht van normen en waarden.

Pedagogische praktijk

De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.

Dit blijkt uit de pedagogische observatie die heeft plaatsgevonden op de groep. De beroepskracht handelt conform de uitgangspunten en werkinstructies in het pedagogisch werkplan.

De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid, de overdracht van normen en waarden en dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale en persoonlijke competentie te komen.

Dit blijkt uit een veelvoud van waarnemingen tijdens de pedagogische observatie die heeft plaatsgevonden op de groep.

De observatie vindt plaats op een dinsdagmiddag tijdens vrij spel.

Het is mooi zomerweer, een deel van de kinderen zijn buiten aan het spelen in de zandberg, de anderen spelen binnen. Er heerst een ongedwongen sfeer.

De beroepskracht geeft aan dat dit de eerste week van het nieuwe schooljaar is, de kinderen moeten nog een beetje wennen, alhoewel de meeste kinderen elkaar kennen van groep 1 en 2. De nieuwe kinderen tonen zich erg op hun gemak en zijn actief aan het spelen met de andere

leeftijdgenootjes, ze hebben zichtbaar plezier met elkaar. Bij vragen weten ze de beroepskracht te vinden, zij sluit op een passende wijze aan op de situatie en/of vraag van een kind.

De beroepskracht laat actief merken dat zij het kind begrijpt en reageert daar adequaat op.

Er worden wekelijks activiteiten georganiseerd zoals knutselen, bakken, sporten.

Er wordt gewerkt met thema`s, in de vakantie periode was dit 'Landen'. Aan de muur hangt nog de wereldkaart waarop de kinderen een stip hebben gezet op het land waar ze ooit zijn geweest. De beroepskracht vertelt enthousiast over het onderwerp en geeft aan dat dit thema bij de kinderen heel goed ontvangen is.

Het spelmateriaal is zichtbaar en bereikbaar voor kinderen. Zij moeten aan de beroepskracht vragen of zij met bepaalde spelmateriaal mogen spelen; ander materiaal mogen zij zelf pakken. De kinderen kennen de afspraken hierover.

De beroepskracht zet zich in voor een positieve sfeer door zorg voor de inrichting en aankleding

(5)

Conclusie:

De pedagogische praktijk voldoet aan de eisen uit de Wet Kinderopvang.

Gebruikte bronnen:

 Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (locatieverantwoordelijke)

 Interview anderen (beroepskracht)

 Observaties (06-09-2016)

 Pedagogisch werkplan (2016-02, Pedagogisch werkplan Hoera Maasbree BSO Sportief)

(6)

Personeel en groepen

Binnen dit hoofdstuk zijn de beroepskrachten gecontroleerd op een passende beroepskwalificatie en een geldige verklaring omtrent het gedrag (VOG).

Daarnaast is de beroepskracht-kindratio en de opvang in basisgroepen beoordeeld.

Verklaring omtrent het gedrag

De door de toezichthouder beoordeelde verklaring omtrent gedrag (VOG) voldoet aan de eisen van de Wet Kinderopvang.

Op deze locatie is geen stagiaire aanwezig, deze voorwaarde is dan ook niet beoordeeld.

Passende beroepskwalificatie

De door de toezichthouder gecontroleerde beroepskracht beschikt over een passende beroepskwalificatie.

Opvang in groepen

Bij BSO Sportief Maasbree wordt gewerkt met 4 basisgroepen. De kinderen zitten in deze basisgroep gedurende het fruit- en drinkmoment, direct na afloop van school.

De basisgroepen zijn als volgt ingedeeld:

naam groep leeftijd kinderen maximale groepsgrootte aantal beroepskrachten Dynamic 6-7 16 1

MVC -A 7-9 20 1 of 2 MVC- B 9-11 20 1 of 2 MVC- C 11 en ouder 10 1

Op locatie Dynamic worden dus alleen kinderen uit basisschool groep 3 opgevangen.

Er kunnen maximaal 16 kinderen gelijktijdig aanwezig zijn en er is altijd 1 vaste beroepskracht op de groep.

Conclusie:

Er wordt voldaan aan de gestelde eisen uit de Wet Kinderopvang die gelden voor opvang in groepen.

Beroepskracht-kindratio

Uit de aanwezigheidslijsten van de kinderen en de roosters van de beroepskrachten van week 26, 27, 29 en 36 (2016) en tijdens de inspectie blijkt dat de beroepskracht-kindratio op locatie Dynamic voldoet aan de eisen vanuit de Wet Kinderopvang.

Gebruikte bronnen:

 Verklaringen omtrent het gedrag (beroepskracht 12 mei 2015)

(7)

Inspectie-items

Pedagogisch klimaat

Pedagogische praktijk

De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Personeel en groepen

Verklaring omtrent het gedrag

De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013.

(art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.

(art 1.50 lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)

Passende beroepskwalificatie

Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.

(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen

Ieder kind behoort bij een basisgroep.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

(8)

De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

Beroepskracht-kindratio

De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:

- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar.

- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.

Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en

peuterspeelzalen)

OF De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:

- 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en

peuterspeelzalen)

Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio.

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)

(9)

Gegevens voorziening

Opvanggegevens

Naam voorziening : BSO Hoera Maasbree, locatie Dynamic

Website : http://www.hoerakindercentra.nl

Aantal kindplaatsen : 16

Gegevens houder

Naam houder : Stichting Hoera kindercentra

Adres houder : Ruijsstraat 20

Postcode en plaats : 5981CM PANNINGEN

Website : www.hoerakindercentra.nl

KvK nummer : 14119365

Aansluiting geschillencommissie : Ja

Gegevens toezicht

Gegevens toezichthouder (GGD)

Naam GGD : GGD Limburg-Noord

Adres : Postbus 1150

Postcode en plaats : 5900BD VENLO

Telefoonnummer : 088-1191200

Onderzoek uitgevoerd door : A. de Graaf Gegevens opdrachtgever (gemeente)

Naam gemeente : Peel en Maas

Adres : Postbus 7088

Postcode en plaats : 5980AB PANNINGEN

Planning

Datum inspectie : 06-09-2016

Opstellen concept inspectierapport : 17-10-2016

Zienswijze houder : Niet van toepassing

Vaststelling inspectierapport : 19-10-2016 Verzenden inspectierapport naar houder : 19-10-2016 Verzenden inspectierapport naar

gemeente : 19-10-2016

Openbaar maken inspectierapport : 26-10-2016

(10)

Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum

De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.

De houder heeft geen gebruik gemaakt van de gelegenheid een zienswijze in te dienen.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1

(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1