• No results found

Hoofdpuntenverslag Klankbordgroep methodebesluiten 2014 e.v. voor TenneT, GTS, RNB’s d.d. 13 december 2012 Aanwezig

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Hoofdpuntenverslag Klankbordgroep methodebesluiten 2014 e.v. voor TenneT, GTS, RNB’s d.d. 13 december 2012 Aanwezig"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Hoofdpuntenverslag

Klankbordgroep methodebesluiten 2014 e.v. voor TenneT, GTS, RNB’s

d.d. 13 december 2012

Aanwezig

Mevrouw K Bouwens NMa

Mevrouw E Kahl NMa

Mevrouw K Schuiling NMa

De heer L Spee NMa

De heer M Odijk NMa

Mevrouw N Grondsma Rendo

Mevrouw I. Strijker Rendo

De heer J Van der Velde Stedin

De heer A Van der Bie Stedin

De heer D Duisenberg Stedin

De heer J Bothe Stedin

De heer JFHM Schepens Endinet De heer J. Blommaert Enexis De heer R.P.A Van der Valk LTO

De heer C.W. Jobse Dnwb

De heer J Poot Liander

De heer E.M.J Hooykaas Liander

De heer P Corton Liander

Mevrouw A Steffens Cogas

De heer L Van Vliet Westland

De heer A Van Scheijndel Westland

Mevrouw H Norrby Efet

Mevrouw Y. Gremmen Tennet

De heer F. Woessink Tennet

De heer T. Van Biert Tennet

De heer C.M. Kooij GTS

De heer F. Gräper GTS

De heer A. Wesseling GTS

Mevrouw M Van Eijkelenburg De Koepel

Agenda:

WACC

WACC

WACC

WACC

De NMa licht eerst de parameters van de WACC toe. Daarna is het woord aan Arjan Wesseling namens Netbeheer Nederland en Teun van Biert namens GTS en TenneT.

Netbeheer Nederland geeft aan dat zij onvoldoende tijd hadden voor een integrale reactie op de

onderzoeksrapporten van Brattle. Een integrale schriftelijke reactie volgt uiterlijk medio januari 2013. In de presentatie focust Netbeheer Nederland zich op het belangrijkste probleem dat zij zien: de consistentie tussen de referentieperioden. Netbeheer Nederland stelt dat de NMa/Brattle uitgaan van een inconsistente toepassing van de referentieperioden en dat dit leidt tot een te lage return on equity, en daarmee ook een te lage WACC. De impact van de inconsistentie tussen referentieperioden is groter dan de impact van de keuze tussen lange of korte termijn data. Daarnaast stelt Netbeheer Nederland dat de voorgestelde WACC ver onder de range ligt van recente WACC besluiten van andere Europese toezichthouders. De NMa merkt op dat de WACC die de NMa in 2011 heeft vastgesteld voor GTS in lijn is met de WACC-besluiten van andere

(2)

Europese toezichthouders over dezelfde periode, en vraagt of deze toezichthouders gegeven de huidige marktcondities ook niet tot een ander oordeel zouden komen (net als de NMa). BNetzA en Ofgem zouden volgens Netbeheer Nederland ook in recente beslissingen bevestigd hebben dat de huidige

marktomstandigheden noodzaken tot betere aansluiting van de referentieperiode van de risicovrije rente en de ERP. Netbeheer Nederland merkt tot slot op dat zij het onderzoeksrapport van NERA naar de WACC voor Kerst zullen toesturen aan de NMa.

TenneT/GTS richten zich in hun presentatie op het investeerdersperspectief voor de landelijke netbeheerders. Beide netbeheerders onderzoeken de mogelijkheden van deelprivatisering. Ook merken TenneT/GTS op dat het rendement op het eigen vermogen lager ligt dan het rendement op eigen vermogen van andere

gereguleerde netbedrijven. Volgens TenneT/GTS vereisen potentiële investeerders een rendement op het eigen vermogen tussen de 8% en de 14%, en hun eigen ervaring leert dat het vereiste rendement rond de 10% ligt (afhankelijk van het reguleringsrisico). TenneT/GTS merken op dat het rendement op eigen vermogen uit het Brattle rapport van 5,7% ver buiten deze range ligt. De landelijk netbeheerders geven ook aan dat investeerders een dividend willen. Bij een pay-out ratio van 60%-80% resulteert een rendement op eigen vermogen van 8%-11%. Dit is wederom hoger dan de 5,7% die Brattle berekent. Volgens TenneT/GTS volgt uit gesprekken met investeerders het beeld dat het reguleringsrisico in Nederland hoger wordt ingeschat dan in omringende landen. Liander stelt voor dat de NMa de conclusies uit de gesprekken die de NMa zelf voert met investeerders over dit onderwerp neerlegt in de methodebesluiten.

De NMa stelt dat Brattle in het fase 2 rapport uitgaat van consistente periodes. De NMa geeft naar aanleiding van de presentaties aan dat zij van mening is dat het belangrijk is om óf een korte termijn focus te hanteren óf een lange termijn focus. De NMa is het met NERA eens dat een lange termijn focus beter is. Brattle past dit ook toe in het fase 2 rapport. De NMa constateert dat de discussie lijkt te gaan over de interpretatie wat een lange termijn is.

Vanuit de netbeheerders worden gedurende de presentaties ondermeer de volgende overwegingen ingebracht:

• De netbeheerders merken op dat zij in het fase-1 rapport van Brattle bepaalde zaken ziet staan, waar in het fase-2 rapport verder niet op in wordt gegaan. In dit verband wordt onder andere het regulatoir risico genoemd en de referentieperiode voor de riskfree rate.

• Er wordt gesproken over de herfinancieringcyclus die netbeheerders doorlopen. De netbeheerders geven aan dat een meetperiode van 3 jaar voor de risicovrije rente geen recht doet aan de herfinancieringcyclus die doorgaans 5 tot 10 jaar duurt (en meer in de buurt van de 10 jaar ligt). Er zou dus met een

meetperiode van 5-10 jaar gerekend moeten worden, volgens de netbeheerders.

• De NMa vraagt hoe zich dit verhoudt tot een historische ERP met een meetperiode van >100 jaar. De netbeheerders geven aan dat ook voor de historische ERP een meetperiode van 5-10 jaar gehanteerd zou moeten worden. Specifiek de regionale netbeheerders geven nog aan dat de Europese focus hier ook niet correct is, omdat de investeerders in regionale netbeheerders nationaal georiënteerd zijn.

• De NMa merkt op dat netbeheerders door de jaren heen verschillende stellingen over de meetperiode hebben ingenomen in hun zienswijzen op de ontwerpmethodebesluiten. GTS geeft aan dat dit voor haar niet het geval is: zij heeft altijd gesteld dat uitgegaan moet worden van een lange termijn visie met 10 jaar data. Daarnaast geven de netbeheerders aan dat zij nu sterk focussen op de methodologische keuzes omdat het verschil tussen een korte termijn focus en een lange termijn focus niet eerder een impact heeft gehad zo groot als nu.

(3)

• Stedin geeft dat het uitgangspunt van de NMa dat de WACC gebaseerd op een A-rating niet juist is, omdat door de lagere vaststelling van de WACC de netbeheerders die niet zullen behouden. Een te lage WACC zorgt voor lagere inkomsten zonder dat daar lagere rentekosten voor de netbeheerders tegenover staan. Hierdoor zakken de netbeheerders door de ratio’s heen, waardoor ze de A-rating niet kunnen behouden. Hierdoor wordt investeren weer duurder. Dit creëert een neerwaartse spiraal en is ook in strijd met de uitgangpunten van de wetgever die investeringen wil stimuleren, zoals recentelijk in de Verzamelwet is voorgesteld aan het parlement. Volgens de netbeheerders komt door de lage WACC de wettelijke taak van de netbeheerder in gevaar. Daarnaast worden in ieder geval allerlei anticiperende investeringen die de regionale netbeheerders doen vooruitlopend op mogelijke toekomstige

ontwikkelingen, onmogelijk. Stedin benadrukt dat de rating van een netbeheerder output is van o.a. de WACC en geen input daarvoor. Liander noemt Finland als voorbeeld waar het met het

investeringsklimaat fout is gegaan door een te lage WACC. De NMa vraagt Liander om dit voorbeeld nader toe te lichten. Liander zal hier nog op terugkomen.

• Er wordt in het verlengde van het voorgaande punt voorgesteld dat de NMa met investeerders zou moeten praten. De NMa geeft aan dit geregeld te doen.

• Naar aanleiding van een vraag van de NMa over hoe zij de derde stelling van NERA moet interpreteren (gemiddelde van korte/lange termijn data is onder bepaalde situaties een optie) geven netbeheerders aan dat het belangrijker is dat er uitgegaan wordt van een lange termijn focus.

• De netbeheerders merken op dat het zinvol is om de verschillen tussen bedrijfstakken in de bepaling van de WACC tot uitdrukking te laten komen. De NMa geeft aan dat dit is meegenomen in de bepaling van bepaalde factoren, zoals de asset bèta.

• De netbeheerders stellen tevens vast dat het zinvol is om te onderzoeken of de verschillen in de reguleringssystematieken aanleiding zijn om tot andere keuzes te komen bij de vaststelling van de WACC. De NMa geeft aan dat ze dit thans aan het onderzoeken is. De netbeheerders vragen wanneer zij de mogelijkheid krijgen om hierop te reageren. De NMa geeft aan dat de resultaten van het onderzoek worden verwerkt in de ontwerpmethodebesluiten en partijen daar hun zienswijzen op kunnen indienen. De NMa zal aan het begin van de zienswijzenperioden een informatiebijeenkomst organiseren waarin zij inhoudelijke zaken kan toelichten. De NMa geeft aan dat het netbeheerders nu al vrij staat om hun visie te delen. GTS merkt daarbij op dat zij van mening zijn dat de eventuele invoering van omzetregulering geen reden is om de WACC bij te stellen, omdat in het huidige besluit is vastgelegd dat tariefregulering geen reden hiervoor is. TenneT sluit zich hierbij aan.

• LTO Noord Glaskracht merkt tot slot op dat het probleem is dat de WACC moeilijk te voorspellen is. Zij acht het belangrijkste dat de WACC objectief vast te stellen is en blijft.

Afspraken:

- Netbeheer Nederland stuurt zo snel mogelijk, maar voor medio januari, een schriftelijke reactie op het Brattle rapport toe.

- Netbeheer Nederland stuurt volgende week het rapport van NERA toe. - Liander stuurt een verduidelijking van de Finland-problematiek toe.

- De NMa organiseert na publicatie van het ontwerp methodebesluit een bijeenkomst om de keuzes in het ontwerp methodebesluit toe te lichten (waaronder de keuzes die voor de WACC zijn gemaakt).

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Een langere periode geeft investeerders meer stabiliteit, maar als de cijfers tussentijds niet aangepast kunnen worden heeft TenneT een voorkeur voor een kortere periode.. Ook als

3 Desgevraagd door de NMa geeft TenneT aan tijdig, dat wil zeggen rekening houdend met het tijdspad van de NMa, met verdere concrete voorstellen te komen voor een aantal in

pagina 2 van 3 De klankbordgroep zal zolang als mogelijk gezamenlijk gedaan worden voor regionale netbeheerders (E en G), TenneT en GTS, zowel netbeheerders als afnemers.. Waar

Ten aanzien van de laatste bullet heeft TenneT gesteld dat het onderwerp 'doelmatigheidsprikkels bij besteding veilingopbrengsten' geen onderdeel kan uitmaken van de regulering van

Liander en Rendo zijn van mening dat de kosten voor netverliezen niet (goed) te schatten en beïnvloeden zijn, onder meer door de onervarenheid van mensen en onzekerheid bij de

Ook geeft TenneT aan dat productieverkoop niet meer op basis van marginale kosten plaatsvindt, maar op basis van integrale kosten.. Producenten rekenen kosten door die het gevolg

NERA antwoordt dat dit symmetrisch zou moeten zijn, maar dat er nu een reden De noodzaak voor de huidige afweging betreft het grote verschil tussen de korte en de lange

ACM merkt op dat beschermingsmaatregelen juridisch voor alle netbeheerders gelden en vraagt of Netbeheer Nederland bewust het onderwerp zelf niet aankaart voor de agenda en of