• No results found

Vraag nr. 28 van 20 april 1999 van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 28 van 20 april 1999 van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 28 van 20 april 1999

van de heer LUK VAN NIEUWENHUYSEN VZW Brussel 2000 – Regeringsvertegenwoordiging Als ik het goed voorheb, maakt mevrouw Anne Van Asbroeck deel uit van de VZW Brussel 2000, als vertegenwoordiger van minister Stevaert. Intussen is mevrouw Van Asbroeck lid geworden van het Vlaams Parlement.

Meent de minister dat het opportuun is dat een parlementslid als vertegenwoordiger van de rege-ring optreedt ?

Antwoord

Ik wil er vooreerst op wijzen dat de aanwijzing van de vertegenwoordigers van de Vlaamse Gemeen-schap in de VZW Brussel 2000 een verantwoorde-lijkheid is van de gehele Vlaamse regering onder voorzitterschap van de minister-president, en dus niet uitsluitend van de Vlaamse minister van Brus-selse Aangelegenheden.

Het aanwijzen van vervangers voor de effectieve leden van de VZW Brussel 2000 wordt geregeld door artikel 7 van de statuten. Nadere voorwaar-den worvoorwaar-den hierbij niet gesteld.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Dit decreet werd in het Belgisch Staatsblad van 30 september 1999 gepubliceerd en heeft derhalve rechtskracht vanaf 10 oktober – met name tien dagen na publicatie – tot

Thans blijkt dat de afwerking van de ring moet worden uitgesteld omdat er eerst nog een milieuef- fectrapport (MER) moet worden opgemaakt1. E e n verkeersstudie zou

Ingevolge de bepalingen van het besluit van de Vlaamse regering van 31 juli 1990 op de vaststel- ling van het pakket uren-leraar in het voltijds ge- woon secundair

De afdeling Inspectie Werkgelegenheid kan, in het kader van haar bevoegdheden, te allen tijde con- trole uitoefenen op de toepassing van het Septem- berdecreet en bij vaststelling

Met toepassing van artikel 83 van het besluit van de Vlaamse regering van 13 november 1991 houdende uitvoering van het de- creet van 19 juni 1978 betreffende het Nederlands-

Artikel 167, § 1 van de Grondwet bepaalt : de Ko- ning heeft de leiding van de buitenlandse betrek- k i n g e n , onverminderd de bevoegdheid van de ge- meenschappen en de gewesten

Tijdens de vergaderingen waarop alle gemeen- schappen en gewesten aanwezig zijn, is het de gewoonte dat iedereen zijn eigen taal spreekt.. Wanneer de commissaris-generaal op

Enerzijds kan het ter plaatse gedumpt zijn door oevergebruikers en anderzijds kan het aange- spoeld zijn waarbij het, zoals in de vraag wordt ge- suggereerd, afkomstig kan