Delier
Acute verwardheid
Wat is een delier?
Een tijdelijke acute verwardheid, die soms enkele uren, maar soms ook enkele weken aan kan houden, noemen wij een delier. Artsen zullen zo snel mogelijk de oorzaak van de verwardheid proberen te achterhalen. De behandeling kan onder andere bestaan uit medicijnen tegen de verwardheid en de onrust.
Mogelijk is uw familielid opgenomen in Tergooi vanwege een ziekte, een ongeval en/of operatie. En heeft u gemerkt, dat uw familielid de afgelopen dagen ‘anders’ reageert.
Misschien bent u geschrokken van de toestand waarin u hem aantrof. Daarom vinden we het belangrijk u goed te informeren over dit voor u ‘vreemde gedrag’. De arts of
verpleegkundige vertelt u dat uw familielid tijdelijk acuut verward is. We verwachten dat deze verwardheid afneemt als zijn lichamelijke toestand verbetert. De periode van
verwardheid kan variëren van enkele uren tot enkele dagen en soms zelfs enkele weken.
Dit is afhankelijk van de ernst van de lichamelijke toestand van uw familielid, zijn leeftijd en zijn algehele conditie.
Wat is de oorzaak van een delier?
Acute verwardheid kan vele oorzaken hebben. Mogelijke oorzaken zijn bijvoorbeeld grote operaties of ziekten aan het hart of de longen. Ook kan een ongeluk (hersenschudding, gebroken heup), een infectie, medicijngebruik, stress, angst of te weinig slaap bijdragen aan het ontstaan van acute verwardheid. Stoornissen in de stofwisseling of een verstoorde hormoonhuishouding kunnen tevens een rol spelen bij het ontstaan van een delier. Door alcoholgebruik of het plotseling staken van alcoholgebruik kan iemand ook een delier krijgen. Ouderen hebben een grotere kans om acuut verward te raken.
Symptomen
Wat zijn de verschijnselen van een delier?
Uw familielid is soms onrustig en probeert bijvoorbeeld uit bed te stappen, infuusslangen te verwijderen of zit veel aan zijn laken te plukken. Ook kan het
tegenovergestelde voorkomen: hij kan zich stilletjes terugtrekken in tegenstelling tot wat u van hem gewend bent. Dit laatste noemt men een stil delier.
Uw familielid is niet zo helder als normaal, het lijkt alsof hij in een soort
droomtoestand verkeert. In gesprekken lijkt niet alles door te dringen, het lijkt of de dingen langs hem heen gaan. Uw familielid zakt nu en dan weg en kan zijn aandacht er niet bijhouden. Ook is het voor uw familielid moeilijk om een gesprek te voeren doordat zijn concentratie is verminderd.
Het geheugen van uw familielid functioneert minder goed. Met name informatie of dingen die kort geleden zijn gebeurd, kan uw familielid zich niet meer herinneren.
Uw familielid kan de werkelijkheid anders ervaren. Hij ziet of hoort dingen die er in
werkelijkheid niet zijn. Dit kunnen personen zijn, maar bijvoorbeeld ook beestjes.
Ook kan hij stemmen of andere geluiden horen.
Uw familielid weet misschien niet zo goed meer waar hij is en ‘is niet meer bij de tijd’.
Hij begrijpt u niet. Hij is de controle over zichzelf en de omgeving kwijt. Hierdoor kan hij zich angstig voelen en vanuit die angst soms agressief reageren.
Al deze verschijnselen zijn niet voortdurend en even duidelijk aanwezig. Vooral ’s avonds en ’s nachts neemt de verwardheid toe. Het is belangrijk dat u zich realiseert dat de
genoemde verschijnselen niet bewust gebeuren en dat uw familielid er geen invloed op kan uitoefenen.
Waaruit bestaat de behandeling van een delier?
De arts stelt zo snel mogelijk de onderliggende oorzaak van het delier vast en deze
behandelen. Dit kan in overleg met een geriater of een psychiater gebeuren. Mogelijk krijgt uw familielid ook medicijnen tegen de verwardheid en de onrust.
Om te voorkomen dat uw familielid uit bed valt of infuusslangen verwijdert, is het soms nodig dat we beschermende maatregelen nemen. Hierbij valt te denken aan bedhekken die we omhoog zetten of het gebruik maken van fixatiemateriaal. Dit soort maatregelen
bespreken we van tevoren met u. In noodsituaties kan het echter voorkomen dat hier gebruik van wordt gemaakt voordat er overleg met u heeft kunnen plaatsvinden. We bespreken die situatie dan zo snel mogelijk met u.
De verpleegkundigen van de afdeling ondersteunen en begeleiden uw familielid. Zo nodig vragen zij hierbij advies aan een gespecialiseerde verpleegkundige van de geriatrie of de psychiatrie.
Wat kunt u doen?
In het contact met uw familielid is een aantal punten belangrijk. Als u onderstaande adviezen volgt, kan het contact hierdoor verbeteren.
Bezoek is erg belangrijk. Door de aanwezigheid van de naaste familie of vrienden kan uw familielid zich veiliger en rustiger voelen. Om vermoeidheid te voorkomen, kan het van belang zijn te overleggen met de verpleegkundigen over hoe vaak, hoe lang en hoeveel bezoek mogelijk is.
Als u op bezoek komt, zegt u dan wie u bent, waarom u komt en herhaal dit zonodig.
Ga, als u met meer personen komt, zoveel mogelijk aan één kant van het bed zitten, zodat uw familielid zich op dat punt kan richten. Dit is minder verwarrend voor uw familielid.
Zorg ervoor dat hij zonodig zijn bril of gehoorapparaat draagt. Overleg dit wel eerst even met de verpleegkundige.
Vertel uw familielid dat hij ziek is en in Tergooi ligt.
Spreek rustig en in korte duidelijke zinnen.
Stel eenvoudige vragen, bijvoorbeeld ‘Heeft u goed geslapen?’ en niet ‘Heeft u goed geslapen of was u vaak wakker?’
Breng vertrouwde voorwerpen mee, zoals foto’s, eigen kleding. Een klok en/of kalender kan ook helpen ter oriëntatie.
Probeer uw familielid bij het hier en nu te betrekken door bijvoorbeeld de krant mee te nemen.
Stel geen vragen over het recente verleden, praat over het nu of over het verre verleden.
Het is beter voor uw familielid als u niet meegaat in de ‘vreemde’ waanideeën of met de dingen die hij hoort of ziet, maar er niet zijn. Probeer uw familielid niet tegen te spreken, maar probeer zo mogelijk duidelijk te maken dat uw waarneming anders is.
Maak er geen strijd van. Praat over bestaande personen en echte gebeurtenissen.
Probeer dit niet ‘uit het hoofd’ te praten.
U hoeft niet steeds te praten, het is vaak al goed dat u aanwezig bent. Probeer een steun te zijn door uw aanwezigheid en/of door simpelweg zijn hand vast te houden.
Vertel wanneer u weggaat en wanneer u terugkomt of wie er na u komt. Schrijf dit eventueel voor hem op.
Nadat uw familielid van zijn delier is hersteld, kunt u hem vertellen over wat er de afgelopen periode met hem is gebeurd. Vaak kan uw familielid zich nauwelijks iets herinneren van die periode en heeft hij het ervaren als een angstige periode.
Vragen?
Als u vragen heeft, kunt u die zonder aarzeling stellen aan de verpleegkundigen van de afdeling. Zij zullen u zo goed en duidelijk mogelijk informatie verstrekken.
Contact
Dag- en Valpoli T 088 753 11 90
Ma t/m vr 08:00 – 16:30 uur
Geriatrie - Polikliniek T 088 753 11 90
klantcontactcentrum@tergooi.nl Ma t/m vr van 08:00 – 16:30 uur
Intensive Care
T 088 753 12 80 (Hilversum) T 088 753 20 91 (Blaricum) 24 uur bereikbaar
Psychiatrie - Afdeling T 088 753 23 59
ma t/m vr 08:30 - 17:00 uur
Psychiatrie - Polikliniek T 088 753 13 20
Ma t/m vr 08:00 - 16:30 uur
Verpleegafdeling - Geriatrie B14 T 088 753 21 25
Ma t/m vrij van 08:00 – 20:00 uur