• No results found

Acute verwardheid: Delier

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Acute verwardheid: Delier"

Copied!
12
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Medisch Centrum André Dumont Stalenstraat 2a

B 3600 Genk Campus Sint-Jan

Schiepse bos 6 B 3600 Genk

Campus Sint-Barbara Bessemerstraat 478 B 3620 Lanaken T +32(0)89 32 50 50

F +32(0)89 32 79 00 info@zol.be

Campus Maas en Kempen Diestersteenweg 425 B 3680 Maaseik Ziekenhuis

Oost-Limburg Campus Sint-Jan Campus Sint-Barbara Campus Maas en Kempen Medisch Centrum André Dumont

Acute verwardheid:

Delier

(2)

Inhoudsverantwoordelijke: dr. H. Daniels (Geriater)

| Maart 2021

Beste patiënt en familielid, Sommige patiënten lijden tijdens een ziekenhuisopname of na een ingreep tijdelijk aan acute verwardheid. Een andere naam voor acute verwardheid is delier.

Mogelijk bent u geschrokken van de toestand waarin u uw familielid aantrof. Daarom vinden wij het belangrijk om u goed te informeren over dit

‘vreemd gedrag’ dat hoort bij een delier.

U kunt in deze brochure lezen wat acute verwardheid is, hoe dit kan behandeld worden en wat u kan doen om uw familielid te helpen.

Heeft u na het lezen van deze brochure nog vragen, aarzel dan zeker niet om deze te stellen. De behandelende arts en verpleegkundigen van de afdeling geven u graag meer uitleg.

INHOUDSTAFEL

1. Wat is een delier? 3

2. Oorzaken? 3

3. Kenmerken of verschijnselen van delier 4

4. Behandeling 6

5. Wat u kunt doen als partner, familielid of kennis 7 6. Wat doen na het doormaken van

een delier? 8

(3)

01 WAT IS EEN DELIER?

Tijdens een opname in het zie- kenhuis kunnen mensen zich anders gaan gedragen. De per- soon die u kent reageert anders en is onrustig. Het is moeilijk een gesprek met hem/haar te voeren.

Hij/zij begrijpt u niet en denkt op een andere plaats te zijn. Deze toestand is tijdelijk en heet een delier.

De periode van verwardheid kan variëren van enkele dagen tot enkele weken. Als de lichamelij- ke toestand verbetert, neemt de verwardheid meestal na enkele dagen af. Hoe lang het duurt, hangt af van:

• De leeftijd van de patiënt.

• De algemene conditie van de patiënt.

• De vooraf bestaande aandoe- ningen.

• De ernst van de lichamelijke aandoening.

02 OORZAKEN?

Een delier kan vele oorzaken heb- ben. Patiënten die ouder zijn dan 60 jaar hebben een hoger risico op een delier. Zeker wanneer ze in het verleden werden geconfron- teerd met een CVA, een hersen- tumor, wanneer ze reeds gekend zijn met geheugenproblemen of een psychiatrische aandoening zoals depressie hebben doorge- maakt. Stoornissen in de zintuige- lijke waarneming, zoals een slecht zicht of gehoor, vergroten even- eens het risico op delier.

Misschien heeft u weleens van een alcoholdelier of ontwennings- delier gehoord? Het is voor ons belangrijk om te weten of uw partner, familielid of kennis graag af en toe alcohol drinkt. Hetzelf- de geldt ook voor de inname van slaapmedicatie, medicatie om rus- tig te blijven en pijnstillers. Neemt uw partner, familielid of kennis deze medicatie? Dan weten we graag hoe vaak en hoeveel?

(4)

Vaak wijst een delier op een on- derliggend lichamelijk probleem.

Zo kunnen een slechte voedings- toestand, een tekort aan vocht, urineretentie (het niet volledig kunnen ledigen van de blaas), obstipatie of allerlei infecties, het ontstaan van een delier uitlokken.

Andere belangrijke oorzaken zijn onvoldoende behandelde pijn,

‘grote’ operaties, ziekten aan het hart of de longen, stoornissen in de stofwisseling of hormonen.

Daarnaast kan een ongeluk (her- senschudding of trauma), medi- catiegebruik (nieuwe opgestarte medicatie of het plots stopzetten van medicatie), stress, angst of te weinig slaap, bijdragen tot het ontstaan van een delier.

03 KENMERKEN OF VERSCHIJNSELEN VAN DELIER

Volgende verschijnselen kunnen voorkomen:

Verlaagd bewustzijn: de patiënt is niet zo helder of alert als normaal. Het lijkt alsof hij/

zij in een soort droomtoestand verkeert. Hij/zij staart doelloos voor zich uit. Het is moeilijk om zijn/haar aandacht vast te hou- den en hij/zij dwaalt af van het onderwerp tijdens het gesprek.

Hierdoor verloopt het contact soms moeilijk. Dit noemt men ook verandering in het bewust- zijn en aandacht.

Geheugenstoornis: mis- schien heeft u iets verteld wat hij/zij na korte tijd alweer is vergeten. Het lijkt alsof zijn/

haar geheugen hem/haar in de steek laat.

(Motorische) onrust: vaak is de patiënt met een delier onrustig. Hij/zij plukt aan de lakens, trekt aan kabels en lei- dingen of probeert zelf uit bed te komen. Sommige patiënten willen weg, pakken hun kof- fers, worden achterdochtig of

(5)

kunnen zelfs agressief worden.

Het tegenovergestelde kan ook voorkomen, namelijk dat de patiënt juist helemaal niet meer beweegt of heel ver- traagde bewegingen maakt.

Waarnemings- en denk- stoornissen: de patiënt met een delier kan de werkelijkheid anders ervaren. Hij/zij ziet of hoort dingen die er niet zijn, zoals het zien van beestjes of horen van stemmen of gelui- den. Ook kan hij/zij het idee hebben dat mensen hem/haar willen vergiftigen of de patiënt kan achtervolgingswanen heb- ben. Door de patiënt worden deze zaken als waarheid erva- ren en ze kunnen dan ook zeer beangstigend zijn.

Stoornissen in de oriënta- tie: meestal is de patiënt met delier gedesoriënteerd in tijd, persoon en ruimte. Hij/zij weet met andere woorden niet goed waar hij/zij is of welke dag het is. Het kan zijn dat hij/zij even niet goed meer weet wie u bent.

(6)

04 BEHANDELING

De behandeling bestaat uit drie onderdelen:

• De arts probeert zo snel moge- lijk de onderliggende oorzaak van het delier vast te stellen en te behandelen.

• Er worden ondersteunende maatregelen aangeboden tijdens het verdere verblijf van de patiënt.

• De symptomen worden medi- camenteus behandeld.

De patiënt en u ontvangen in- dien nodig een ondersteunende deliermap. In deze map kan u bijkomende informatie over delier terug vinden, maar ook tips en oefeningen die u kunnen helpen in de omgang met uw partner, familielid of kennis.

Het helpt als u, wanneer u op bezoek komt, met deze map aan de slag gaat. De ergotherapeut of verpleegkundige van het geria- trisch liaison team zal u de nodige uitleg komen geven om u alvast op weg te helpen.

(7)

05 WAT U KUNT DOEN ALS

PARTNER, FAMILIELID OF KENNIS

De volgende adviezen zijn be- doeld als hulpmiddel voor u. U kan hiermee aan de slag gaan om uw partner, familielid of kennis in zijn/haar situatie te ondersteunen waardoor het contact kan verbe- teren.

• Als u op bezoek komt, zeg dan wie u bent en wat u komt doen. Herhaal dit zo nodig.

• Vertel de patiënt dat hij/zij in het ziekenhuis ligt en zeg ook waarom.

• Spreek rustig en in korte dui- delijke zinnen.

• Stel eenvoudige vragen.

Bijvoorbeeld “Heb je goed ge- slapen?” en niet “heb je goed geslapen of ben je veel wakker geweest?”

• Te veel vragen kan de onrust doen toenemen.

• Bezoek is erg belangrijk, maar te veel mensen (meer dan 2 personen) of een te lange be- zoektijd ineens, werkt vermoei- end en verwarrend.

• Bent u met meerdere perso- nen, ga dan aan één kant van het bed of stoel zitten, zodat

de patiënt zich op één punt kan richten.

• Let erop dat de patiënt zo nodig zijn bril en/of gehoor- apparaat gebruikt en dat deze proper zijn. Let er ook op dat er voldoende batterijen voor het gehoorapparaat meegege- ven worden.

• Breng een klokje of wekker mee van thuis, dit is herken- baar en helpt hem/haar om zich terug te oriënteren in tijd.

• Probeer de patiënt te betrek- ken in het hier en nu, bij- voorbeeld door een krant of een foto van het gezin of de partner mee te brengen.

• Het is beter voor de patiënt dat u niet meegaat met de dingen die de patiënt hoort of ziet. Probeer de patiënt niet tegen te spreken, maar wel duidelijk te maken dat uw waarneming anders is. Maak er geen ruzie over. Praat met de patiënt over bestaande perso- nen en echte gebeurtenissen.

• Vertel wanneer u de volgende keer op bezoek komt en schrijf het op.

(8)

06 WAT DOEN NA HET DOORMAKEN VAN EEN DELIER?

Uit studies blijkt dat ongeveer de helft van de patiënten zich de verwarde periode herinnert.

Dit kan zeer beangstigend zijn of schaamte oproepen bij de patiënt.

Daarom is het belangrijk om deze periode achteraf met uw partner, familielid of kennis te bespreken.

Uit onderzoek blijkt ook dat per- sonen na het doormaken van een delier, geheugenklachten kunnen hebben als restverschijnsel of als uiting van een eerder onopge- merkte onderliggende geheugen- stoornis.

Het is daarom aangewezen om na het doormaken van een delier een opvolging te voorzien, dit kan georganiseerd worden via het dagziekenhuis geriatrie. Hier krijgen zowel de patiënt als u de mogelijkheid om ervaringen te bepreken. Bovendien is het dan mogelijk om in een vroeg stadium eventuele geheugenproblemen op te sporen en tijdig te starten met een behandeling en/of opvolging.

De huisarts kan voor u een afspraak maken op het nummer 089/32 55 21 met de vermelding

‘opvolging na delier tijdens hos- pitalisatie’. Het kan zijn dat het geriatrisch liaison team reeds een afspraak maakte voor u. Deze afspraak zal u dan mee krijgen bij het ontslag.

Indien er medicatie zou zijn op- gestart in het ziekenhuis kan de huisarts deze, zo mogelijk, afbou- wen.

Deel, bij elke volgende opname, ook steeds mee dat patiënt bij een vorige opname verward is geweest. Met deze informatie kunnen wij in de toekomst een nieuwe episode vermijden of beperken door het toepassen van preventieve maatregelen of door het vroegtijdig herkennen en be- handelen van een actief delier.

(9)

NOTITIES

(10)
(11)
(12)

www.youtube.com/user/ZOLziekenhuis Schrijf u in op onze nieuwsbrief via www.zol.be.

www.twitter.com/ZOLziekenhuis www.facebook.com/ZOLzh www.ZOL.be

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Met name informatie of dingen die kort geleden zijn gebeurd, kan uw familielid zich niet meer herinneren.. Uw familielid kan de werkelijkheid

Iemand is snel afgeleid door prikkels uit de omgeving wanneer hij/zij verbaal of nonverbaal reageert op geluiden of bewegingen die geen betrekking op hem/haar hebben en die van

● Het is beter voor de patiënt wanneer u niet meegaat in de ‘vreemde’ waanideeën of met de dingen die de patiënt ziet of hoort, maar die er niet zijn. Probeer de patiënt

Bij grote onrust of opstandig gedrag, welke een gevaar vormen voor de patiënt of dienst omgeving, kan het voor de veiligheid van de patiënt nodig zijn dat er een

Omdat deze episode van verwardheid grote impact kan hebben is met u een bezoek aan het post-delier spreekuur besproken.. Tijdens dit spreekuur wordt gecontroleerd of het

De acute verwardheid (delier) die uw familielid doormaakt brengt verschillende risico’s met zich mee, onder meer een verhoogd risico op vallen.. Daarom is er in overleg

Het is mogelijk dat u, in overleg met de verpleegkundige, buiten bezoektijden aanwezig bent en/of participeert in de zorg rondom uw naaste.. In sommige situaties doen wij mogelijk

De voortdurende aanwezigheid van een vertrouwd persoon is goed voor het gevoel van veiligheid en waardoor deze beschermende maatregelen misschien niet nodig zijn.. Verwarde