• No results found

pdf bestandOVAM_link mei 2018.pdf (10.28 MB)

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "pdf bestandOVAM_link mei 2018.pdf (10.28 MB)"

Copied!
20
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

OVAM. AFVAL-, BODEM- EN DUURZAAM MATERIALENBELEID VOOR DE PROFESSIONAL MEI 2018 | editie 26

Vlaanderen

is materiaalbewust

Vlaander

is materiaalbewust

Vlaanderen

is materiaalbewust

4

BODEM-TOPMAN EDDY VAN DYCK GEEFT FAKKEL DOOR AAN ANN CUYCKENS

12

NIEUWE SORTEERPLICHT VOOR KUNSTSTOF BEDRIJFSAFVAL

16

TOTEM MEET MILIEU-IMPACT VAN BOUWMATERIALEN

(2)

Colofon

Verantwoordelijke uitgever en hoofdredacteur

Sofie De Keyser Redactieraad

Anne Vandeputte, Jan Verheyen, Willy Sarlee, Caroline Van Gool, Ilse Pepermans, Sam Deckmyn, Karolien Van Geldre en Chloé Van Hecke Redactieadres

OVAM, Stationsstraat 110,

2800 Mechelen, ovam.link@ovam.be Foto’s

ID/ photo agency (Boumediene Belbachir & Tine Schoemaker), Kris Van Exel, Van Werven, OVAM, VIL, Shutterstock

Redactie en realisatie www.pantareinpublishing.be Wettelijk depotnummer D/2018/5024/02

Oplage 3000 ex.

De meningen die derden in dit magazine vertolken, vallen buiten de verantwoordelijkheid van de OVAM. Gegevens uit deze nieuwsbrief mag u overnemen mits de bron wordt vermeld. De OVAM en de bij deze uitgave betrokken redactie en medewerkers aanvaarden geen aansprakelijkheid voor gevolgen die zouden kunnen ontstaan uit het gebruik van in deze uitgave opgenomen informatie.

Beste lezer,

Met enige trots stel ik u de voorjaarseditie van OVAM.link voor. Ons maga- zine staat opnieuw garant voor twintig pagina’s boeiende verhalen, inter- views en beelden uit de materialen- en de bodemsector. OVAM.link is voor mij iedere keer een uitstekend excuus om het dagelijkse werk even neer te leggen en te genieten van een inspirerend interview.

Het eerste artikel van deze editie is meteen ook het opvallendste. De redactie interviewde afscheidnemend afdelingshoofd Eddy Van Dyck en zijn opvolgster Ann Cuyckens (p.4). Ann en Eddy geven hun langetermijnvi- sie op het bodembeleid in Vlaanderen. Het viel me op dat de OVAM van bij de start van het bodembeleid – intussen meer dan twintig jaar geleden – resoluut koos voor ambitieuze langetermijndoelen. Een slimme keuze, die nu al duidelijke resultaten oplevert. Daarom blijven we deze ambitie aanhouden en blijven we streven naar niets minder dan een gezonde en zuivere bodem voor iedereen. Het Vlaamse bodembeleid is bij Ann in goede handen, Eddy kan met een gerust hart met pensioen vertrekken.

Hoog mikken en vooruitkijken, het zit in het DNA van de OVAM.

Het team Vlaanderen Circulair mikt op een honderd procent afvalvrije samenleving. Het ultieme doel is een circulair Vlaanderen tegen 2050.

Daarmee slaan we een duidelijke richting in. Zo zetten we bedrijven ertoe aan om nu al te zoeken naar oplossingen die ‘toekomstbestendig zijn. Het verhaal van Van Werven, dat zachte plastics recycleert, (p.12) is daar een uitstekend voorbeeld van.

En ook TOTEM, een nieuwe tool die architecten milieuvriendelijker doet bouwen, is een fantastisch voorbeeld van hoe de combinatie van ambitie en durf betere resultaten oplevert. We namen genoeg tijd in de ontwikke- lingsfase, waardoor de tool nu in heel België ingezet kan worden.

De OVAM blijft in haar beleid hoog mikken en vooruitkijken. De resultaten van dat ambitieuze beleid blijft u lezen in dit magazine.

Veel leesplezier!

Henny De Baets Administrateur-generaal OVAM.LINK | Voorwoord

Mik hoog en kijk vooruit

Meer weten?

De OVAM is geïnteresseerd in uw vragen, opmerkingen en suggesties.

SCHRIJF ONS VIA OVAM.LINK@OVAM.BE www.facebook/ovam.be @PersAtOVAM

(3)

OVAM.LINK | Inhoud

4 Bodem-topman Eddy Van Dyck geeft de fakkel door aan Ann Cuyckens

8 “Voor sommige

afvalstromen kunnen we de hele wereld bedienen”

12 “Bedrijven die ons vroeger

weglachten, gebruiken vandaag steeds meer gerecycleerde kunststoffen”

16 Nieuwe tool voor duurzaam bouwen:

TOTEM toont milieu- impact van materialen

20 Foodsavers maakt lekkers van voedseloverschotten

GEZONDE GROND

DUURZAAM MATERIALENGEBRUIK

AFVAL RECYCLEREN

CIRCULAIRE ECONOMIE

CIRCULAIRE ECONOMIE

(4)

Ann Cuyckens werkt sinds 2000 bij de OVAM. De voorbije jaren leidde ze de afdeling Doelgroepgericht Saneren, terwijl Eddy Van Dyck aan het hoofd stond van de afdeling Bodeminforma- tiebeheer. Beide divisies versmelten vanaf 1 mei tot één afdeling, onder leiding van Ann Cuyckens.

Op 1 mei nam Eddy Van Dyck na meer dan dertig jaar trouwe dienst afscheid van de OVAM. Zijn bijdrage valt haast niet te overschatten. Eddy Van Dyck stond medio jaren negentig mee aan de wieg van het Bodemdecreet en zette de voorbije jaren de bodemsanering in heel Vlaanderen mee op de

kaart. Zijn nalatenschap is in goede handen bij opvolger Ann Cuyckens: “Eddy heeft stevige fundamenten gelegd voor de bodemsanering in Vlaanderen. Nu is het aan ons om de bodem te plaatsen in een circulaire context.”

BODEM-TOPMAN EDDY VAN DYCK

GEEFT DE FAKKEL DOOR AAN ANN CUYCKENS

OVAM.LINK | Gezonde grond

(5)

GEZONDE GROND

ambitie omzetten in de praktijk bleek geen sinecure te zijn. We moesten niet alleen de bevolking meekrijgen in ons verhaal, maar ook de saneringssector ontwikkelen en de interne organisatie bij de OVAM herbekijken. Vandaag is de bodemsanering voor ongeveer de helft opgestart. De tweede helft succesvol afronden tegen 2036 lijkt me de groot- ste uitdaging die Ann te wachten staat.

Ann Cuyckens: Inderdaad, al reiken onze ambities ook verder. Een degelijk bodembeleid betekent vandaag veel meer dan sanering. Een bodem heeft immers verschillende functies: ruimte creëren, voedingsteelt, ecosystemen onderhouden… Je mag de bodem dus niet als een losstaand gegeven zien, je moet hem altijd bekijken in het kader van een circulaire omgeving. De komende jaren willen we die ruimere visie op de bodem in Vlaanderen ver- wezenlijken.

Eddy Van Dyck: Dertig jaar geleden sprak bijna niemand in Vlaanderen over bodemverontreiniging. Nu dat concept ingeburgerd is en de wetge- ving op punt staat, kunnen we inder- daad meer aspecten bekijken. Met het bodembeleid van de afgelopen jaren hebben we stevige fundamenten gelegd waar we nu verder op kunnen bouwen.

Lijkt de saneringsdeadline van 2036 u nog steeds haalbaar?

Eddy Van Dyck: Zeker, maar een ver- snelling van het bodemonderzoek en de bodemsanering bleek wel noodza- kelijk. Momenteel zitten we op beide gebieden ongeveer halfweg, maar je moet altijd een aanlooptijd inreke- nen. Daarom startten we met ver- schillende initiatieven om dat proces te versnellen.

Een van die initiatieven is een aangepast Bodemdecreet. Wat houdt dat precies in?

Ann Cuyckens: In dat nieuwe decreet is een specifi eke onderzoeks - plicht voor risicogronden opgenomen.

Vroeger waren er eigenlijk maar drie momenten waarop het verplicht was om de bodem van een risicovol terrein op verontreiniging te laten onder- Mijnheer Van Dyck, welke

uitdagingen staan uw opvolger te wachten?

Eddy Van Dyck: Toen in 1996 het Bodemdecreet werd ontworpen, was dat met een ambitieus doel: binnen de veertig jaar starten met de bodemsa- nering van alle historisch verontrei- nigde terreinen in Vlaanderen. Die

OVAM.LINK | Gezonde grond

(6)

Klopt het dat die nieuwe

onderzoeksplicht niet geldt voor iedereen?

Ann Cuyckens: Een bepaalde groep, met name particulieren, wordt inder- daad vrijgesteld. Het gaat dan om de eigenaars van risicogronden die niets te maken hebben met de bodemver- vuiling uit het verleden. De OVAM zal de onderzoeksplicht in hun plaats voor haar rekening nemen. Die bodem onderzoeken én de onder- zoeken in het kader van de nieuwe onderzoeksplicht moeten tegen 2027 afgerond zijn. Dat jaar zien we echt als een belangrijke mijlpaal: dan wil- len we voor heel Vlaanderen weten

waar de bodem verontreinigd is, zodat we ten laatste tegen 2036 de sanering overal kunnen opstarten.

De Gemeentelijke Inventaris is ondertussen bijna volledig klaar.

Was dat nodig om die deadline van 2036 te halen?

Eddy Van Dyck: Ja, want dankzij die Gemeentelijke Inventaris weten we nu waar de bodem in Vlaanderen poten- tieel verontreinigd is. Nu de inventaris zo goed als rond is, kunnen we overal onderzoeken waar de grond ook effectief verontreinigd is. Daarna kan er dan overal gesaneerd worden waar dat nodig is. Voor veel risicogronden zit het proces al in die laatste fase.

Ann Cuyckens: Van de 308 gemeen- tes in Vlaanderen zijn er vandaag 300 volledig geïnventariseerd. De reste- rende gemeentes volgen binnenkort.

Maar de Gemeentelijke Inventaris is geen statisch document. Als er in de toekomst bijvoorbeeld een omge- vingsvergunning wordt uitgereikt die een potentiële impact heeft op de bodemkwaliteit, nemen we dat erin op. Op die manier blijft de inventaris een actueel, bruikbaar instrument.

Ook nieuw is het digitale geoloket, waar iedereen kan opzoeken welke gronden mogelijk vervuild zijn. Waarom is zo’n loket belangrijk?

Ann Cuyckens: Het is belangrijk dat de kopers van een grond weten of die mogelijk verontreinigd is of niet. Als burgers hebben zij recht op die infor- matie, vinden we. Het geoloket biedt hun die informatie aan. Het bodem- attest garandeert de kopers en de potentiële kopers van een grond rechtszekerheid en bescherming.

Eddy Van Dyck: Het geoloket is ook belangrijk voor de algemene volksge- zoeken: bij een zakelijke overdracht

zoals een verkoop, bij de stopzetting van de risicovolle bedrijfsactiviteiten, en bij de periodieke onderzoeksplicht voor exploitanten van een risicoac- tiviteit. Gronden die nooit verkocht werden, zoals die in het bezit van lokale besturen of overheden, bleven zo telkens weer onder de radar. Om ook die in kaart te brengen, hebben we nu dus extra onderzoeksmomen- ten ingelast. Daarnaast voorziet het nieuwe Bodemdecreet in een grotere verantwoordelijkheid van deskundi- gen bij de uitvoering van onderzoe- ken en saneringswerken. Dat laatste is ook gekoppeld aan een expliciete kwalitatieve toets vanuit de OVAM.

OVAM.LINK | Gezonde grond

(7)

bodemdeskundigheid die we hier heb- ben opgebouwd en die wereldwijd erkend wordt.

Ann Cuyckens: Vandaag heeft elk land zijn eigen bodemrichtlijnen. In sommige regio’s is de aanpak van bodemverontreiniging zeer minimaal, of bijvoorbeeld hoofdzakelijk toege- spitst op de aanpak van stortplaat- sen. Terwijl de bodem zoveel meer is. Een algemene bodemrichtlijn zou die verschillen weg kunnen werken.

Momenteel proberen we Europa te overtuigen van het nut daarvan. Het actuele probleem van de klimaatop- warming kan een goede hefboom zijn om ook de bodem weer op het Euro- pese voorplan te krijgen.

Eddy Van Dyck: De bodem ligt trou- wens aan de grondslag van verschil- lende actuele kwesties. Neem nu de vluchtelingencrisis: die is deels het

gevolg van het Afrikaanse bodempro- bleem. Of denk aan de overbevolking:

in 2050 zullen we met bijna tien mil- jard mensen zijn. Hoe ga je die mon- den allemaal voeden? Ook dat is een probleem dat nauw samenhangt met het bodembeleid.

Meneer Van Dyck, welke raad wilt u uw opvolger nog meegeven?

Eddy Van Dyck: Probeer de bodem- sanering in Vlaanderen tot een goed einde te brengen. En blijf de bodem op de maatschappelijke kaart zet- ten door continu te vernieuwen en het belang ervan te verbreden. Bur- gers, bedrijven en overheden moe- ten beseffen dat onze bodem even belangrijk is als de lucht die we in- ademen en het water dat we drin- ken. Ik wens alleszins de OVAM en de bodemafdeling in het bijzonder nog een mooie toekomst!

zondheid. En verder denk ik dat het een rol kan spelen in het bewustma- kingsproces waarover Ann al sprak.

Het geoloket wijst burgers op het belang van een gezonde bodem in de bredere maatschappelijke context.

We moeten zorg dragen voor onze bodem zoals voor ons water en onze lucht.

Meneer Van Dyck, wat beschouwt u als de belangrijkste realisatie in uw loopbaan?

Eddy Van Dyck: Ik ben blij dat ik de bodem in Vlaanderen mee op de kaart heb kunnen zetten. (glimlacht) Als geoloog kan je bijna niets mooiers wensen. Al heb ik dat natuurlijk niet alleen gedaan, maar samen met mijn collega’s.

En wat is volgens u de belangrijkste ontwikkeling in het bodembeleid van de voorbije jaren?

Eddy Van Dyck: Ik denk aan de opstart van de bodemsanering, maar ik vind ook de recente verbreding van onze bodemvisie een belangrijke mijlpaal. Van een eng perspectief dat enkel op verontreiniging focuste, zijn we geëvolueerd naar een visie waarbij het nut van de bodem altijd binnen de circulaire economie en het bredere ecosysteem wordt bekeken.

Welke wens koestert u voor het bodembeleid in Vlaanderen en bij uitbreiding wereldwijd?

Eddy Van Dyck: Het zou goed zijn mocht Europa één algemene bodem- richtlijn vastleggen voor alle deelsta- ten. Ik ijverde destijds voor zo’n Euro- pese bodemkaderrichtlijn, geschoeid op Vlaamse leest. Helaas is die toen door een kleine minderheid tegenge- houden. Vandaag lijkt Europa weer oren te hebben naar zo’n algemene richtlijn. Vlaanderen kan daarin een voortrekkersrol spelen met de

OVAM.LINK | Gezonde grond

(8)

OVAM.LINK | Duurzaam materialengebruik

VLAANDEREN ALS INTERNATIONALE AFVALHUB:

TROEVEN EN VALKUILEN

Vlaanderen heeft meer dan één troef in huis om een internationaal knooppunt voor recyclage te worden. Dat blijkt uit een studie van VIL, het innovatieplatform voor de logistieke sector. Al zijn er nog heel wat (logistieke) struikelblokken die we eerst moeten wegwerken.

“VOOR SOMMIGE

AFVALSTROMEN KUNNEN WE DE HELE WERELD

BEDIENEN”

(9)

OVAM.LINK | Duurzaam materialengebruik DUURZAAM MATERIALENGEBRUIK

Drie jaar geleden startte het Vlaams Instituut voor de Logistiek (VIL) met het project Flanders Recycling Hub.

Steve Sel, projectleider bij VIL: “De Vlaamse logistieke sec- tor doet het goed dankzij onze gunstige ligging en onze goed uitgebouwde zeehavens. Vlaanderen gooit ook hoge ogen op het vlak van recyclage. Wereldwijd horen we zelfs tot de absolute top.”

Waarom die twee troeven, een bloeiende afvalsector en een sterke logistieke sector, niet met elkaar combineren?

“Zo kwamen we op het idee van een internationale recy- clagehub”, vertelt Steve Sel. “Zo’n hub vervult twee func- ties. Enerzijds is het een aankomstpunt voor internationale afvalstromen. Anderzijds vertrekken er ook grondstofstro- men naar het buitenland.”

Moeizame import

In het kader van zijn studie zette VIL een partnerschap op met de OVAM, VITO (Vlaamse Instelling voor Technologisch Onderzoek) en VLAIO (Agentschap Innoveren en Onderne- men). Samen met 25 Vlaamse bedrijven rolden ze vijf test- cases uit die de mogelijkheden én de knelpunten van zo’n internationaal afvalproject moesten blootleggen.

“De meeste cases toonden potentieel, maar ondertussen weten we ook waar het schoentje wringt”, vertelt Steve

Sel. “De afvalinstroom naar Vlaanderen vormt nog een groot obstakel omdat de import vaak moeizaam verloopt.”

Uit de studie bleek dat er bij internationale rederijen veel onduidelijkheid en wantrouwen heerst rond afvaltrans- port. “Veel rederijen weigeren bijvoorbeeld om gevaarlijke afvalstromen te vervoeren, omdat ze denken dat die per defi nitie gelijkstaan aan ‘gevarengoed’ (goederen of mate- rialen die een gevaar kunnen vormen voor gezondheid, veiligheid of bezit, red.). Wat niet altijd het geval is. Ook voor het transport van gewone afvalstromen bedanken ze soms.”

Imagoprobleem

Daar komt nog bij dat de defi nitie van wat (gevaarlijk) afval is, verschilt van land tot land. “Eenzelfde afvaltrans- port kan bijvoorbeeld geweigerd worden op de as tussen de landen A en B, maar wel toegelaten worden tussen de landen C en D. Die grote verschillen binnen de internati- onale wetgeving moeten dringend weggewerkt worden.”

Volgens Steve Sel ondervindt de import niet alleen hinder van praktische problemen, maar is het ook een kwestie van mentaliteit: “Rederijen hebben nog te weinig voeling met de afvalsector. Daardoor kampt afval binnen de mari- tieme sector met een imagoprobleem.” De Vlaamse afval- sector zal de communicatie met de rederijen dus moeten

Bron: Eurostat.

Vlaanderen als internationale afvalhub: de cijfers

In vergelijking met de buurlanden heeft België vandaag slechts een bescheiden aandeel in de invoer en uitvoer van afval voor eindverwerking.

Export naar niet-EU-landen

Nederland Duitsland België

0 500 1000 1500 2000 2500 3000 3500 4000

Import uit niet-EU-landen

Import Export

Afval voor eindverwerking en verwijdering (kton, 2014)

(10)

OVAM.LINK | Duurzaam materialengebruik

verbeteren. “Ook de havens kunnen een rol spelen in dat proces door rederijen en andere havenbedrijven te infor- meren en te sensibiliseren.”

Vlaams kwaliteitsmerk

Mocht Vlaanderen zich kunnen ontwikkelen tot een inter- nationale afvalhub, zou dat ook onze eigen circulaire eco- nomie ten goede komen. “Bedrijven die meegaan in het cir- culaire verhaal zullen de volgende jaren veel sterker staan.

Het hergebruik van grondstoffen is immers niet alleen duurzaam, het is ook economisch interessant. Binnen de recyclagehub willen we daarom ook ons eigen afval tot nieuwe grondstoffen verwerken. Die ‘lokale’ grondstoffen kunnen een stimulans vormen voor industriële bedrijven om zich in Vlaanderen te vestigen en niet naar het buiten- land te verhuizen.”

Op termijn is het de bedoeling om een Vlaams kwali- teitsmerk voor recyclage uit te bouwen, dat bedrijven in het binnen- en het buitenland charmeert. “We hebben in Vlaanderen zoveel kennis rond materiaalbeheer en recy- clage in huis. Veel Vlaamse bedrijven bieden vandaag al afvaloplossingen aan die bijna nergens op de wereldmarkt te vinden zijn. Die knowhow verzilveren op de buiten- landse markt, ook dat willen we met een internationale afvalhub realiseren.”

Concreet project

Een van de cases uit de studie van VIL kreeg zelfs al een concreet vervolg. “Het proefproject met Vanheede Environ- mental Logistics (zie kader hiernaast) is opgepikt door onze collega’s van Multimodaal Vlaanderen, dat bedrijven de juiste mobiliteitskeuzes helpt te maken”, vertelt Steve Sel. “Zij nodigden verschillende concurrerende afvalbedrij- ven en afvalverwerkers uit voor een rondetafelgesprek.

Daar hebben ze samen het engagement uitgesproken om afvalvervoer via de binnenvaart mogelijk te maken, onder meer door voldoende afvalgewicht bijeen te sprokkelen om zo’n vervoer winstgevend te maken.”

Steve Sel hoopt dat er nog meer concrete projecten voort- vloeien uit de studie van VIL. Hij is er in elk geval van over- tuigd dat Vlaanderen zijn potentieel als internationale hub de volgende jaren zal vergroten. “Hoever dat potentieel reikt, is voorlopig koffi edik kijken. Voor bepaalde afvalstro- men, zoals edelmetaalhoudend afval, zal Vlaanderen de hele wereld kunnen bedienen. Voor andere stromen lijkt het me waarschijnlijker dat onze actieradius zich tot de ons omringende landen zal beperken.”

Afvalstromen met potentieel

PLASTIC

• België: tiende grootste exporteur van plasticafval ter wereld

• Export van plasticafval uit Vlaanderen: 130 miljoen dollar

• In 2013 ging 57 procent van de uitvoer van plastics naar China en Hongkong

• In 2013 werd er 264 000 ton plasticafval vanuit België naar China en Hongkong afgevoerd

PAPIER EN KARTON

Omvangrijke hoeveelheden oud papier en karton worden uitgevoerd, vooral naar Nederland en China.

• Handelswaarde van de uitvoer naar China: 113 miljoen euro

GEVAARLIJK AFVAL

• Sinds 2007 voert België meer gevaarlijk afval uit dan in

97 procent van de uitvoer van gevaarlijk afval gaat naar Nederland, Duitsland en Frankrijk.

(11)

OVAM.LINK | Duurzaam materialengebruik

DE VIJF CASES

uit het VIL-onderzoek

Pallets uit gerecycleerd afval

De bedrijvengroep Sureca (Sustainable Reusable Carriers) onderzocht of het mogelijk is om pallets uit gerecycleerd afval te maken, als een duurzaam alter- natief voor pallets van hout en plastic.

Maritieme import van edelmetaalhoudend afval

Vlaamse bedrijven zoals Umicore zijn gespecialiseerd in de verwerking van edel- metaalhoudend afval. In deze case werden de verschillende struikelblokken (bv.

commercieel en operationeel) voor de import van zo’n afvalstroom geanaly- seerd.

Brandstof uit afval vermarkten

Brandstof uit afval kent vandaag slechts een beperkte afzetmarkt. Met het oog op een optimale valorisatie gingen de OVAM en de industriële sector na of SRF (Solid Recovered Fuel) ingezet kan worden als vervangingsbrandstof bij indus- triële bedrijven.

Meer metaalschroot uit afgedankte voertuigen

Vlaanderen beschikt over een performant recyclagenetwerk voor metaal- schroot. Maar het aantal afgedankte voertuigen dat aangeboden wordt voor ontmanteling zit in een dalende lijn. De betrokken partijen onderzochten hoe ze het tij kunnen keren.

Afvaltransport via de binnenvaart

Vanheede Environmental Logistics zette samen met Blue Line Logistics een bin- nenvaartschip met afvalcontainers in van Laakdal over Antwerpen naar Izegem, en omgekeerd. Op termijn kan dit project rendabel zijn en ook als blauwdruk dienen voor soortgelijk afvaltransport via de binnenvaart. Dat zou jaarlijks 77 700 vrachtwagenritten over de Antwerpse ring kunnen uitsparen.

1111

2222

3333

44

55

(12)

OVAM.LINK | Afval recycleren

Nieuwe sorteerplicht voor kunststof bedrijfsafval vanaf 1 juni

“BEDRIJVEN DIE ONS VROEGER

WEGLACHTEN, GEBRUIKEN VANDAAG STEEDS MEER GERECYCLEERDE

KUNSTSTOFFEN”

(13)

OVAM.LINK | Afval recycleren AFVAL RECYCLEREN

Bij Van Werven geven ze al sinds 2006 een tweede, derde of zelfs vierde leven aan afval van harde kunst- stoffen. In de vestiging in Wijnegem sorteert Van Werven al langer harde kunststoffen volledig uit. Vanaf mei 2018 opent het Nederlandse bedrijf de allereerste recyclagefabriek voor gebruikte harde kunststoffen op Vlaamse bodem.

Stap 1:

Bedrijven leveren kunststofafval aan bij Van Werven

Oude, afgedankte kunststoffen stro- men vanuit verschillende bronnen bij Van Werven binnen. Een groot deel komt van intercommunales en gemeentes, die het afval van burgers inzamelen. Daarnaast kloppen kunst- stofproducenten zoals IEC (Innova- tion, Engineering and Construction) uit Riemst bij Van Werven België aan om hun kunststofresten te verwer- ken. Ook afvalinzamel- en sorteer-

bedrijven leveren harde kunststoffen aan. Ze zijn vaak lid van Go4Circle, de bedrijfsfederatie van de circulaire economie.

Volgens Peter Brughmans, consul- tant materiaalgebruik bij Van Werven, kunnen de bedrijfsfederaties een belangrijke rol spelen. “Begin dit jaar sloten we bijvoorbeeld een samen- werkingsverband af met KURIO (een initiatief van de Belgische vereni- ging van fabrikanten van kunststof- leidingsystemen) om de gebruikte buizen te laten recycleren en om te zetten in nieuwe hoogwaardige grondstoffen. Een buizenproducent als Pipelife maakt de materiaalcirkel vandaag dan ook helemaal rond: zij nemen ‘nieuwe’ grondstoffen van ons af die we onder meer maakten uit hun eigen kunststofafval.”

De nieuwe sorteerwet voor kunststof- fen juichen ze bij Van Werven dan ook toe. “Door de gebruikte kunststoffen aan te bieden voor recyclage, helpen

bedrijven mee om de cirkel rond te maken. Dat is goed voor het milieu.

Ook marketinggewijs kunnen bedrij- ven daar voordeel uit halen”, vertelt Peter Brughmans. “Maar die circulaire economie zal er niet vanzelf komen.

Zoals bij alle grote veranderingen is sturing in het begin noodzakelijk. De nieuwe sorteerverplichting is dan ook een stap in de goede richting.”

De kwaliteit van de aangeleverde kunststof blijft wel een pijnpunt waar bedrijven nog aan moeten werken.

“Bedrijven leveren hun kunststofafval soms zeer slordig af”, verzucht Peter Brughmans. “Tussen het recycleer- bare kunststofafval vinden we vaak nog ander materialen, die we eerst moeten wegfi lteren.” Deze vuilfractie weegt ook op het logistieke proces en de bijbehorende kosten: tien procent vervuiling betekent ook tien procent nutteloos vervoer. “Aan onze klanten zeg ik altijd: behandel je afgedankte materialen met evenveel zorg als je nieuwe producten.”

Vanaf 1 juni zijn Vlaamse bedrijven verplicht om folies, recycleerbare

harde kunststoffen en geëxpandeerd polystyreen (piepschuim) selectief

aan te bieden voor recyclage. Met die nieuwe wet wil Vlaanderen de

circulaire economie de wind in de zeilen geven. Maar wat gebeurt er met

die ingezamelde kunststoffen? Peter Brughmans van recyclagebedrijf Van

Werven toont de kringloop van afval tot nieuwe grondstof.

(14)

Stap 2:

Van Werven verwerkt kunststofafval tot nieuwe, hoogwaardige grondstoffen Het ingezamelde kunststofafval wordt bij Van Werven gesorteerd, gewassen, verkleind en uiteindelijk gescheiden in vijftig verschillende grondstoffen, van grove kunststofkorrels tot fi jne poeders. De norm ligt zeer hoog.

Peter Brughmans: “De kwaliteit van onze secundaire grondstoffen moet even goed of zelfs beter zijn dan die van primaire grondstoffen.” Omdat grondstoffen in een circulaire eco- nomie steeds rondgaan, ligt ook hier de verantwoordelijkheid deels bij de leveranciers van het kunststofafval.

Een recyclagebedrijf kan immers geen hoogwaardige grondstoffen tevoor- schijn toveren uit afgedankte spullen gemaakt van inferieure, goedkope kunststoffen. Een doordacht aan- koopbeleid is dus cruciaal.

Tot voor kort werd het kunststofaf- val dat Van Werven inzamelde gesor- teerd in Vlaanderen en daarna in de Nederlandse fabriek gerecycleerd. De gerecycleerde grondstoffen werden dan gedeeltelijk weer in België afge- zet. Maar vanaf mei wordt het kunst- stofafval volledig lokaal verwerkt in de splinternieuwe recyclagefabriek

in Lanaken. “Voor de bouw van zo’n nieuwe fabriek heb je als recyclage- bedrijf veel afval nodig”, vertelt Peter Brughmans. “Dat volume groeit in Vlaanderen dankzij de nieuwe inza- melplicht voor kunststoffen, die opge- nomen is in het VLAREMA (Vlaams Reglement betreffende duurzaam beheer van Materiaalkringlopen en Afvalstoffen) en de ambitieuze afval- wetgeving.”

Stap 3:

Kunststofproducenten gebruiken secundaire grondstoffen

Van Werven levert de grondstoffen onder meer aan bedrijven uit de auto- en de meubelindustrie en aan de bouwsector. Een trouwe Vlaamse afnemer is het West-Vlaamse Raff

Plastics, dat de gerecycleerde grond- stof tot korrels omsmelt, die op hun beurt als grondstof dienen voor nieuwe producten.

Het logistieke proces van Van Wer- ven verbruikt minder CO2 dan dat voor primaire kunststoffen, onder meer omdat het bedrijf zich voor de inzameling en de afzet beperkt tot de Europese markt. Toch ziet Peter Brughmans hier nog ruimte voor ver- betering. “We willen de afstand tot de kunststofproducenten zo kort moge- lijk houden, maar daarvoor moeten de lokale volumes groot genoeg zijn.

In Vlaanderen zijn die volumes er de voorbije jaren fors op vooruitgegaan.

De nieuwe sorteerverplichting zal die trend alleen maar aanzwengelen.”

Bij de kunststofproducenten zag Peter Brughmans de voorbije jaren een mentaliteitswijziging: het oude wantrouwen voor gerecycleerde kunststoffen is bijna volledig verdwe- nen. “Toen we tien jaar geleden aan- klopten bij bedrijven met de vraag of ze onze gerecycleerde grondstoffen wilden gebruiken, lachten ze ons vaak weg. Vandaag maken diezelfde fi r- ma’s hun producten steeds vaker van gerecycleerde kunststoffen, omdat de wetgeving hen daartoe stimuleert.

Maar bedrijven lijken ook te besef- fen dat secundaire grondstoffen van even goede kwaliteit kunnen zijn als primaire.”

OVAM.LINK | Afval recycleren

(15)

OVAM.LINK | Afval recycleren

Commissie stuwt Europa verder richting circulaire economie

Zes Europese afvalrichtlijnen ondergingen in december 2017 grote wijzigingen. De Europese Commissie bracht die aan in het kader van de Circular Economy Package 2018, een bundel maatregelen waarmee de EU de transitie naar een circulaire economie wil versnellen. Voor Vlaanderen, als Europese koploper in afvalrecyclage, blijven de veranderingen beperkt. Een overzicht van de belangrijkste wijzigingen.

1. Strengere verplichtingen voor selectieve inzameling van stedelijk afval

De Europese lidstaten krijgen strengere normen opgelegd voor de inzameling van stedelijk afval zoals plastics, karton en glas. Vanaf 2023 moet ook bioafval selectief ingezameld worden.

Daarnaast werden de richtlijnen voor de uitgebreide producentenverantwoordelijkheid (waarbij de pro- ducent verantwoordelijk is voor de terugname, recy- clage en eindverwerking van zijn producten) in heel Europa gelijkgeschakeld. De afspraken die EU-lidsta- ten met producenten maken over hun producenten- verantwoordelijkheid moeten voortaan aan dezelfde minimumcriteria voldoen. De Commissie stelde ook een actieplan op om het hergebruik van goederen te stimuleren, bijvoorbeeld via kringloopwinkels.

Tegen 2024 moet hiervoor een doelstelling klaarlig- gen. Een gelijkaardig actieplan werd opgesteld om de voedsel afvalberg te verkleinen.

Verder scherpte de Commissie de Europese recycla- gedoelstellingen aan: tegen 2035 moet elke lidstaat 65 procent van zijn afval recycleren. (Ter vergelijking:

in 2015 lag de recyclagegraad in Vlaanderen op 63 procent.) De vier gangbare methodes om recyclage- percentages te berekenen, werden herleid tot één methode.

2. Nieuwe recyclagepercentages voor verpakkingen

De Commissie voerde nieuwe recyclagedoelstellingen in voor verpakkingen, maar vanuit Vlaams oogpunt zijn die weinig ambitieus. Verpakkingsproducenten krijgen daarnaast een uitgebreide producentenver- antwoordelijkheid opgelegd (zie punt 1).

3. Nieuwe maatregelen om storten tegen te gaan Het Europese stortverbod werd verder uitgebreid.

Vanaf nu mag ook afval dat gescheiden wordt ingeza- meld en/of dat kan gerecycleerd worden niet langer naar een stortplaats. Vanaf 2035 mag nog maximum 10 procent van het stedelijk afval gestort worden. (Ter vergelijking: Vlaanderen stort vandaag slechts 1 pro- cent van zijn stedelijk afval.)

(16)

OVAM.LINK | Circulaire economie

De bouwsector verbruikt wereldwijd 40 tot 50 procent van alle beschik- bare grondstoffen. Materiaalgebruik is daarbij een belangrijke factor: 10 tot 30 procent van de totale milieu- impact van een gebouw wordt bepaald door de materiaalkeuzes.

Om architecten, aannemers en pro- jectontwikkelaars te helpen om duurzame keuzes te maken, ontwik- kelden de drie Belgische gewesten de TOTEM-tool (Tool to Optimise the Total Environmental impact of Mate- rials). Eind februari, tijdens Batibouw, stelden de OVAM (Roos Servaes en Evi Rossi), Leefmilieu Brussel en Service Public de Wallonie de tool voor aan het grote publiek.

Objectief en nauwkeurig

Met TOTEM beschikt de bouw sector nu over een rekenmodule om de milieu- prestaties van gebouw elementen of gebouwen te vergelijken en uitein- delijk te verbeteren. Koen Feyaerts, project engineer bij VK Architects &

Engineers, is alvast opgetogen over het nieuwe instrument. “Vroeger tast- ten we vaak in het duister over de milieu-impact en de duurzaamheid van bouwmaterialen. Het was bijvoor- beeld zeer moeilijk om te achterhalen wat nu het duurzaamst is: bouwen met een betonnen of met een stalen

NIEUWE TOOL VOOR DUURZAAM BOUWEN

TOTEM TOONT MILIEU-

IMPACT VAN MATERIALEN

Tot voor kort bestond er geen objectieve manier om de milieu-impact van verschillende bouwoplossingen te vergelijken. Met TOTEM komt daar verandering in. “Bij elk ontwerp vergelijken we de verschillende materiaalopties.

Dat kan nu ook met de online tool”, vertelt Koen Feyaerts van VK Architects & Engineers.

Roos Servaes en Evi Rossi van de OVAM stellen de TOTEM-tool voor.

(17)

OVAM.LINK | Circulaire economie CIRCULAIRE ECONOMIE

structuur. In vakpublicaties liepen de meningen daarover sterk uiteen. Met de TOTEM-tool kunnen we dat soort vragen binnenkort eindelijk op een objectieve en eenvormige manier beantwoorden.”

Ook Tom Rommens, Sustainability Manager bij Gyproc (Saint-Gobain), ziet de voordelen van een eenduidig meetinstrument voor de hele bouw- sector. “Wij zijn gespecialiseerd in sys-

temen van gipskartonnen platen voor binnenwanden en plafonds. Daarbij buigen we ons al geruime tijd over de levenscyclus van onze producten: hoe kunnen we die zo duurzaam moge- lijk maken? De gegevens die we in de loop van de jaren verzamelden, zitten nu ook vervat in de TOTEM-tool.”

Bij VK Architects & Engineers vertrou- wen ze al vanaf de eerste ontwerp- fase van een gebouw op de tool.

“Onze architecten bekijken bij elk nieuw ontwerp wat de duurzaamste keuzes zijn. Als we bijvoorbeeld een vloer ontwerpen, inclusief isolatie en afwerking, vergelijken we de ver- schillende materiaalopties voor elk onderdeel. Dat kan nu ook met de TOTEM-tool. Zo weten we hoe we de duurzaamste keuzes kunnen maken.

Bovendien berekent de tool de totale milieukost heel nauwkeurig, in euro per vierkante meter.”

(18)

WORLD

RESOURCES FORUM

CLOSING LOOPS

TRANSITIONS AT WORK

24-27

FEB 2019

ANTWERP BELGIUM

FLANDERS MEETING & CONVENTION CENTER ANTWERP

WRF and OVAM invite interested organisations to design and submit a workshop proposal. Proposals can be submitted until 30 June 2018 via

Information about registrations will follow shortly via the same website.

www.wrf-antwerp2019.be

WORLD RESOURCES FORUM

OVAM.LINK | Circulaire economie

De tool doet architecten dus stilstaan bij de milieu-impact van hun ont- werpkeuzes. Ook aan de kant van de materiaalproducent kan TOTEM het duurzaam bouwen een boost geven.

Tom Rommens: “Dankzij de tool weten we wat onze inspanningen om de milieu-impact van onze producten te verminderen precies opleveren. Nu we die informatie zwart-op-wit heb- ben, zullen we ze ook gebruiken als verkoopargument bij architectenbu- reaus.”

Zeventien milieucriteria

TOTEM beoordeelt alle fases in de levenscyclus van een gebouw of gebouwelement afzonderlijk, zoals ontginning, transport en productie.

In elk stadium verbruikt een element immers hulpbronnen. De uitstoot die daarbij ontstaat, heeft een impact op het milieu. “Als gebruiker kan je die duurzaamheidsverschillen per indivi- dueel stadium ook heel precies bekij- ken”, vertelt Koen Feyaerts. “De tool

maakt gebruik van zeventien criteria om de totale milieuscore te bepalen, zoals verzuring, uitputting van de grondstoffen, klimaatverandering en fi jnstofvorming.”

Iedereen in de bouwsector kan de TOTEM-tool gratis gebruiken. Ook de geïnteresseerde particulier kan ermee aan de slag. De handleiding is een- voudig. Koen Feyaerts: “We testten bij VK Architects & Engineers de bètaver- sie zelfs zonder een gebruiksaanwij- zing. Na een uurtje experimenteren vonden we vlot onze weg in de tool.”

TOTEM kan zowel voor particuliere huizen als voor kantoorgebouwen gebruikt worden. Ook bij de renovatie of uitbreiding van een gebouw komt de tool van pas, want hij analyseert ook afzonderlijke gebouwelementen.

Omdat het gaat om een online tool kunnen gebruikers volop informatie met elkaar uitwisselen. Koen Feyaerts:

“Stel dat je binnen je architectenbu- reau steeds dezelfde basisopbouw

gebruikt bij een ontwerp, dan kan je dat online uploaden in TOTEM, zodat alle medewerkers van je kantoor er makkelijk toegang tot hebben.”

Meer opties, meer gebruiksgemak TOTEM is geen voltooid, statisch pro- duct: elke dag worden er nieuwe materialen en gebruiksopties aan toegevoegd. “Dat is cruciaal”, bena- drukt Koen Feyaerts. “Door de mate- riaalsoorten regelmatig bij te werken, blijft de tool actueel.” Op termijn wordt TOTEM ook gekoppeld aan de federale EPD-databank (Environmen- tal Product Declaration). “Zo kunnen we straks ook de milieu-impact van installaties, zoals warmtepompen, vergelijken met de tool.”

De makers sleutelen nog volop aan het gebruiksgemak van hun instru- ment. “Zo moet het eind 2018 moge- lijk zijn om een 3D-bestand uit ons tekenprogramma te uploaden in de tool”, vertelt Koen Feyaerts. “Dan zul- len we de duurzaamste materiaalkeu- zes voor een volledig gebouw in een kwartiertje kunnen berekenen.”

In Nederland werkt men al langer met een gelijkaardige tool. Ontwer- pers en architecten zijn daar zelfs verplicht om de milieu-impact van hun materiaalkeuzes te berekenen. De Nederlandse overheid legde ook een drempelwaarde voor de milieuscore vast, waaraan grote bouwprojecten minimaal moeten voldoen. “Ook in Vlaanderen lijkt het me een logische volgende stap om niet alleen voor het energiepeil van een gebouw bepaalde milieuvereisten vast te leggen, maar ook voor de materiaalkeuzes”, vertelt Tom Rommens. “Op die manier kan milieuvriendelijk bouwen in ons land echt de wind in de zeilen krijgen.”

www.totem-building.be

(19)

WORLD

RESOURCES FORUM

CLOSING LOOPS

TRANSITIONS AT WORK

24-27

FEB 2019

ANTWERP BELGIUM

FLANDERS MEETING & CONVENTION CENTER ANTWERP

WRF and OVAM invite interested organisations to design and submit a workshop proposal.

Proposals can be submitted until 30 June 2018 via

Information about registrations will follow shortly via the same website.

www.wrf-antwerp2019.be

WORLD RESOURCES FORUM

DESIGN YOUR OWN WORKSHOP

AT THE WORLD

RESOURCES

FORUM 2019!

(20)

OVAM.LINK | Circulaire economie

CIRCULAIRE ECONOMIE

FOODSAVERS MAAKT LEKKERS VAN VOEDSELOVERSCHOTTEN

In Vlaanderen gooien we elk jaar naar schatting 907 000 ton voedsel weg. Bij Foodsavers, een initiatief van KOMOSIE tegen voedselverspilling, vinden ze dat zonde. Van sommige reststromen kan je immers heel lekkere producten maken. Met de Restjesfabriek werd niet alleen bewezen dat het kan, maar ook dat het commercieel haalbaar is. Maak kennis met bierdrafkoekjes en oesterzwamkroketten.

Caroo Torfs van KOMOSIE (Koepel van milieuondernemers in de soci- ale economie): “Een goed voorbeeld zijn de steeltjes van oesterzwammen.

Die zijn perfect eetbaar, maar omdat ze iets taaier zijn gooien landbouw- bedrijven ze meestal weg. Bij Food- savers verwerkten we deze resten in lekkere bitterballen, burgers en maal- tijdkroketten. Ook bierdraf, een vezel- rijk restproduct van bier, kreeg bij ons een tweede leven als basisproduct voor koekjes en granola.”

Caroo en co moesten niet lang zoeken naar voedselbedrijven die hun over- schotten wilden afstaan. “Zij betalen

veel geld om hun voedselresten te laten verwerken. Door de resten in nieuwe producten te laten omzetten, kan ook de voedselproducent een graantje meepikken van Foodsavers.”

KOMOSIE wil in de eerste plaats een brug slaan tussen voedseloverschot- ten en de sociale economie. “Voor ons proefproject werkten we samen met sociale werkplaats De Winning in Lummen. Op basis van dat project

ontwikkelden we een toolbox met recepten en ondernemersinfo voor sociale-economiebedrijven die ook met voedseloverschotten aan de slag willen.”

De oesterzwamballetjes en de bier- drafkoekjes van Foodsavers krijgen in elk geval een vervolg: “Circulair aan de slag met voedseloverschotten heet het project dat we indienden voor de subsidiecall van Vlaanderen Circulair, en het kreeg groen licht. Binnenkort gaan we dus nog meer voedselbedrij- ven matchen met sociale-economie- bedrijven om voedseloverschotten te verwerken.”

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In juli en augustus 2017 hebben diverse gesprekken plaatsgevonden tussen Groningen en PwC over de bevindingen 2016 in relatie tot het controlebudget voor 2017 en komende

Dat betekent dat alle energie die in onze stad door huishoudens, bedrijven en instellingen wordt gebruikt duurzaam wordt opgewekt.. Bij voorkeur wekken we energie zoveel

De waardering en ondersteuning van mantelzorgers en het coachen van vrijwilligers die mantelzorgers ondersteunen wordt uitgevoerd door Humanitas als vrijwilligersorganisatie.. In

Van het Rijk ontvangen we voor 2018 €17,6 miljoen voor de 'klassieke' re-integratie en de nieuwe doelgroepen (mensen met een arbeidsbeperking die anders waren ingestroomd in de SW

Burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen hebben op 22 maart 2Q13 :ggn aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het veranderen van de voormalig

De uitreiking vindt plaats op donderdag 28 januari 2010 op het stadhuis te Groningen, Grote Markt 1. en duurt van 18.00 –

Aan het realiseren van een extra woning in ruil voor de sloop van voldoende m2 niet oorspronkelijke gebouwen zijn in het beleid 'Extra woningen op erven' zes voorwaarden

Naast toepassingen voor privaat gebruik, worden soms nieuwe toepassingen gelanceerd die zich perfect lenen voor communicatie tussen burger en stadsbestuur.. Momenteel kunnen zaken