• No results found

De BW/MO sector maakt een forse groei door en kent een grote diversiteit

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "De BW/MO sector maakt een forse groei door en kent een grote diversiteit"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Call Datum: 3 November 2020

Call 2020-132 Best practices in BW/MO-instellingen

Vraagstelling In 2012 is in opdracht van de Nederlandse GGz het programma Kwaliteit Forensische Zorg (KFZ) van start gegaan, dat wordt gefinancierd door ForZo/JJI vanuit de Innovatiesubsidie. Sinds de oprichting van KFZ is er een groot aantal producten (o.a. instrumenten, protocollen en interventies) opgeleverd die moeten bijdragen aan de kwaliteit van de forensische zorgverlening. Het bevorderen van implementatie van deze producten heeft recentelijk meer aandacht gekregen binnen KFZ. Ook in 2021 zal de focus hierop sterker gericht zijn.

Een relevant onderwerp is de omgang met forensische cliënten binnen de Maatschappelijke Opvang en Begeleid Wonen instellingen (BW/MO) en de best practices en de do’s en don’ts hierin. De BW/MO sector maakt een forse groei door en kent een grote diversiteit. Er zijn bijvoorbeeld kleine instellingen met enkele forensische cliënten, maar ook instellingen die met grotere aantallen forensische cliënten werken. Er zijn instellingen die forensische en reguliere cliënten door elkaar heen plaatsten, maar er zijn ook instellingen die forensische en de reguliere cliënten meer gescheiden plaatsen. De diversiteit uit zich ook in diverse doelgroepen en verschillende werkwijzen bij het doen van intakes, het inschatten van risico’s en risicosignalering, het maken van begeleidingsplannen, de intensiteit en inhoud van de begeleiding, de herkomst van de cliënten (vanuit een penitentiaire inrichting, met een bijzondere voorwaarde of vanuit een Tbs- kliniek), enz.

Om de uitwisseling van positieve en negatieve ervaringen in de begeleiding/aanpak van forensische cliënten te stimuleren heeft deze call het doel om de best practices en de do’s en don’ts in het werken met forensische cliënten binnen de BW/MO instellingen te beschrijven. Een onderdeel van deze beschrijving is tevens het omschrijven van de doelgroep. Om dit project werkbaar te houden zal de beschrijving van de best practices en de omschrijving van de doelgroep beperkt blijven tot de 18 BW/MO instellingen met de grootste omzet in forensische begeleiding.

Het is belangrijk dat de participerende instellingen een goede afspiegeling vormen van het BW/MO veld en de diversiteit binnen dit veld goed tot uiting komt.

Wat wordt er gevraagd?

In het projectvoorstel voor deze call moet er onder andere aandacht worden besteed aan de volgende onderdelen:

1. Een beschrijving van de best practices en de do’s en don’ts binnen de participerende BW/MO instellingen. Deze best practices en de do’s en don’ts moeten vervolgens binnen een methodisch kader worden geplaatst

2. Een omschrijving van de doelgroep per instelling

(2)

Ad 1. Door middel van praktijkgericht onderzoek in de trant van ‘Werken in een gedwongen kader’ van Menger, Krechtig en Bosker (2016) kunnen de best practices en de do’s en don’ts in het werken met forensische cliënten binnen de BW/MO instellingen worden beschreven. Hierbij is het belangrijk dat deze best practices in een kader van methodisch handelen worden gezet. Hierbij moet tevens literatuur in het omgaan met forensische cliënten, krachtgericht en/of herstelgericht werken worden betrokken.

Belangrijke punten die tenminste aan bod moeten komen zijn:

• Hoe verloopt de ontwikkeling van een forensische visie (in de zin van forensische scherpte)1 binnen de BW/MO instellingen en hoe wordt er omgegaan met kwaliteit en kwaliteitseisen.

• Omgang met het recidiverisico van forensische cliënten, wat zijn de ervaringen en hoe wordt dit gemanaged. Wat zijn de ervaringen met risicoherkenning en risicosignalering en wat wordt hierin nog gemist.

• Hoe wordt er aangekeken tegen de werkalliantie met de forensische cliënt en hoe verhoudt dit zich met het herstelgericht en/of krachtgericht werken.

• Wat voor partner is de BW/MO in de samenwerking met netwerkinstellingen en hoe wordt vanuit de BW/MO aangesloten bij netwerkpartners (bijvoorbeeld de reclassering, forensische zorg instellingen, maar ook wijkagenten en gemeenten). Wat is de rol en de positie van de BW/MO in de keten.

• De centrale of decentrale plaatsing van forensische cliënten in BW/MO instellingen. Hoe verhouden reguliere bewoners zich tot de forensische cliënten, en hierbinnen ook de mogelijke contacten tussen slachtoffers en daders.

• Hoe wordt er omgegaan met de overgang tussen de (gesloten) forensische zorg en de BW/MO en is er behoefte aan een tussenvorm die de overgang zou vergemakkelijken. Wat zijn de ervaringen met het Forensisch Psychiatrisch Toezicht (FPT). Zijn er andere ervaringen om de overgang van forensische cliënten beter te laten verlopen.

• Wat vinden cliënten ervan? Aan minimaal 3 cliënten per instelling wordt gevraagd wat zij als best practice en do’s en don’ts ervaren.

In 2014 is er een onderzoek uitgevoerd naar de begeleiding van forensische cliënten in de RIBW (Place & Neijmeijer, 2014). Helaas heeft deze studie nauwelijks bekendheid in het BW/MO veld, een herhaling hiervan moet bij het huidige project worden voorkomen.

In het projectvoorstel moet kort en bondig de toe te passen methodiek voor de gegevensverzameling en de verwerking hiervan worden toegelicht.

Tevens is het belangrijk een voorlopig overzicht van de te behandelen inhoudelijke punten te presenteren. Hierin moeten tenminste de bovenstaande aandachtspunten terugkomen. Het staat de indieners vrij hier een beargumenteerde (andere) clustering in te maken en ook om

1 Zie voor de definitie van forensische scherpte: Clercx, Keulen-de Vos, Nijman, Didden, &

Nijman (in review).

(3)

aandachtspunten toe te voegen.2 Hierbij moet er rekening worden gehouden dat het eindproduct een helder, overzichtelijk en goed toepasbaar inzicht moet geven in positieve en negatieve ervaringen van medewerkers van de BW/MO instellingen in het werken met forensische cliënten. Het eindproduct dient het methodisch werken van medewerkers te ondersteunen.

Ad. 2. De omschrijving van de doelgroep moet zich richten op het doel van het verblijf van forensische cliënten per instelling.

Op te leveren product

Een overzichtelijke en goed toepasbare beschrijving die is vormgegeven in een eBook en bestaat uit:

• een (methodologische) verantwoording hoe de beschrijving van best practices en do’s en don’ts is uitgevoerd

• een overzichtelijke, heldere en toegankelijke beschrijving waarbij de best practices en do’s en don’ts, die in zoveel mogelijk van de 18 instellingen zijn verzameld, in een methodisch kader worden gezet.

Hierbij is het belangrijk dat de participerende instellingen een goede afspiegeling van het BW/MO heterogene veld vormen

• adviezen m.b.t. verspreiding/implementatie van de methodisch gekaderde best practices in de praktijk en de hiervoor noodzakelijke randvoorwaarden

• een beknopte versie van het eindproduct, deze kan bijvoorbeeld vergelijkbaar zijn aan de vorm van het Stappenplan BW/MO zijn. In deze beknopte versie kan een link of QR code worden opgenomen waarmee de volledige versie, in de vorm van een eBook, op eenvoudige wijze is te downloaden

• een beschrijving van de doelgroep per instelling (deze kan in een apart rapport worden opgeleverd)

Deadline indienen projectvoorstel

De sluitingsdatum voor het indienen van projectvoorstellen is 11 januari 2021 om 24.00 uur.

Deadline afronden project

In het projectvoorstel dient een concrete planning te worden opgenomen.

Voor deze call kan worden uitgegaan van een looptijd tussen de 12 en 18 maanden.

Beschikbaar budget

Het totaalbedrag dat KFZ ter beschikking stelt voor deze call is tussen de

€55.000-70.000. Een goed beargumenteerde begroting moet onderdeel van het projectplan zijn.

Procedure Als u wilt inschrijven op deze call, dan stuurt u een projectvoorstel in via de online applicatie www.callrondes.nl .

1. Ga naar de website www.callrondes.nl en registreer u.

2. Een registratie vereist goedkeuring, daarom wordt aangeraden dit uiterlijk enkele dagen voor de deadline al te doen.

2 Zie hiertoe onder andere het rapport Ontwikkelingen in forensisch beschermd wonen van Andersson, Elffers en Felix uit 2018.

(4)

3. Nadat uw registratie is goedgekeurd klikt u op openstaande calls en vervolgens op voorstel indienen.

De Programmacommissie KFZ beoordeelt de projectvoorstellen uiterlijk op 16 februari 2021 en nodigt vervolgens de beste voorstellen uit voor het indienen van een gedetailleerd projectvoorstel. Op basis van de gedetailleerde projectvoorstellen vindt de eindbeoordeling plaats. De definitieve toekenning aan de betreffende partijen zal plaatsvinden in april 2021.

Voor meer informatie over de procedure, de voorwaarden en de formats die in de applicatie gebruikt worden, zie: www.kfz.nl. Voor vragen over de procedure kunt u een e-mail sturen naar info@kfz.nl.

Wie mag indienen? (Afgevaardigden van) zorginstellingen bij wie de Directie Forensische Zorg forensische zorg inkoopt. Ook mogen wetenschappelijke instituten samen met een praktijkinstelling een projectvoorstel indienen.

Nadere informatie Voor nadere informatie kunt u contact opnemen met Ed Hilterman (e-mail:

ehilterman@efp.nl, tel: 030-2910010).

NB: de uitvoering van deze KFZ Call, kan extra werkzaamheden met zich mee brengen dan die direct in het projectvoorstel beschreven staan, met name wanneer het gaat om promotie- of implementatiewerkzaamheden (bijv. het presenteren in een implementatienetwerk of opstellen van een implementatiemonitor).

Literatuur

Clercx, M., Keulen-de Vos, M., Nijman, H., Didden, R., & Nijman, H. (in review). What is so special about forensic psychiatric professionals? Towards a definition of forensic vigilance in forensic psychiatry

Andersson, Elffers en Felix (2018). Ontwikkelingen in Forensisch Beschermd Wonen: Rapportage over de instroom in, inzet van en doorstroom vanuit forensisch beschermd wonen. Den Haag:

Ministerie van Justitie en Veiligheid (Directoraat-Generaal Politie, Straffen en Beschermen).

https://www.rijksoverheid.nl/documenten/rapporten/2018/12/14/ontwikkelingen-in- forensisch-beschermd-wonen

Place, C. & Neijmeyer, L. (2014). Begeleiding van forensische cliënten in de RIWB. Utrecht: Trimbos Instituut. https://www.trimbos.nl/docs/102040b8-cc83-4ccc-a128-9ad020706f82.pdf Menger, A., Krechtig, L., & Bosker, J. (2016). Werken in een gedwongen kader: Methodiek voor het

forensisch sociaal werk. Amsterdam: SWP.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Gescheiden ouders die hun kin- deren ondersteunen tijdens de opvoeding (leuke dingen doen samen, luisteren naar de problemen van het kind,…) en weinig tot geen ruzie maken over

Uit de SiV-gegevens blijkt dat kinderen een hogere levens- tevredenheid hebben wanneer ouders samen spreken over de kinderen en weinig of geen ruzie maken. Uit de SiV-gegevens van

In de nieuwe constellatie was kortom de persoonlijke normatieve motivatie dominant en werd deze ondersteund door de economische motivatie (de angst voor meer boetes).. Ook wat

De oplossing en zeer veel andere werkbladen om gratis te

Voor sommige instrumenten zijn voldoende alternatieven – zo hoeft een beperkt aantal mondelinge vragen in de meeste gevallen niet te betekenen dat raadsleden niet aan hun

Het toepassen van dagelijks 16 uren licht en 8 uren donker (16L:8D), met een intensiteit van 150-200 lux heeft een positief effect op de melkproductie, groei en vruchtbaarheid

Een verkenning van mogelijke maatregelen voor het mitigeren en/of wegnemen van de effecten als door de kantoorontwikkeling niet volledig aan de eisen die de doelsoorten stellen