1/4
Advies 60/2017 van 11 oktober 2017
Betreft: Adviesaanvraag over het voorontwerp van ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 28/10/2010 betreffende de ruimtelijke informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en het voorontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende uitvoering van de ordonnantie van 28/10/2010 betreffende de ruimtelijke informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (CO-A-2017-058)
De Commissie voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer ;
Gelet op de wet van 8 december 1992 tot bescherming van de persoonlijke levenssfeer ten opzichte van de verwerking van persoonsgegevens (hierna WVP), inzonderheid artikel 29;
Gelet op het verzoek om advies van de Minister-President Vervoort ontvangen op 1 augustus 2017;
Gelet op het verslag van de heer Serge Mertens de Wilmars;
Brengt op 11 oktober 2017 het volgend advies uit:
Advies 60/2017 - 2/4
I. ONDERWERP VAN DE AANVRAAG
1. De Minister-President van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, de heer Vervoort, verzocht de Commissie advies uit te brengen over het voorontwerp van ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 28/10/2010 betreffende de ruimtelijke informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (hierna het voorontwerp van ordonnantie) en het voorontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende uitvoering van de ordonnantie van 28/10/2010 betreffende de ruimtelijke informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (hierna het voorontwerp van besluit).
2. De wijzigingen aan het voorontwerp van ordonnantie hebben geen gevolgen voor de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Artikel 2 en 3 van het voorontwerp van ordonnantie wijzigen bijlage 4 van de ordonnantie van 28 oktober 2010 betreffende de ruimtelijk informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest (hierna de ordonnantie van 28 oktober 2010) en zijn een antwoord op de verzoeken tot wijziging van de Europese Commissie.
3. Het voorontwerp van besluit dat is voorgelegd aan de Commissie is gericht op de uitvoering van artikel 18 van de ordonnantie van 28 oktober 2010.
4. Op 14 september 2013, gaf de Commissie al advies over het voorontwerp van besluit1 (hierna het advies 36/2013).
II. ONDERZOEK VAN DE ADVIESAANVRAAG 1. Actoren en hun verantwoordelijkheid
5. Artikel 5, §1 van het voorontwerp van besluit vermeldt dat de structuur van het Comité
"GeoBru" gebaseerd is op de contactpunten binnen de overheidsinstanties. Deze contactpunten zullen verschillende opdrachten hebben:
- Instaan voor de overdracht van metagegevens en verzamelingen van ruimtelijke gegevens tussen hun overheidsinstantie en het Brussels portaal voor de verspreiding van ruimtelijke informatie.
- Erop toezien dat de regelgeving inzake bescherming van de privacy wordt geëerbiedigd in elke overheidsinstantie. Artikel 5 van het voorontwerp van besluit voegt de opmerking toe van de Commissie door de aanbevolen benaming
1 http://www.privacycommission.be/sites/privacycommission/files/documents/advies_36_2013.pdf
Advies 60/2017 - 3/4
"veiligheidsadviseur" te gebruiken in artikel 5 van het voorontwerp van besluit om de personen aan te duiden van wie de functie erin bestaat erop toe te zien dat de WVP wordt geëerbiedigd2.
6. Artikel 5, §2 vermeldt dat het Comité "GeoBru" is samengesteld uit het Brussels Planningsbureau, het Brussels Instituut voor Milieubeheer, het Centrum voor Informatica voor het Brussels Gewest, Brussels Stedenbouw en Erfgoed, Mobiel Brussel en de Maatschappij voor het Intercommunaal Vervoer te Brussel (MIVB).
7. Door de talrijke actoren en het gebrek aan aanwijzingen over hun rol binnen het Comité
"GeoBru" kan niet worden bepaald welke de gegevensstromen zullen zijn, de rol en verantwoordelijkheden van de actoren als verantwoordelijke voor de verwerking3 en de modaliteiten voor de uitoefening van de rechten als bedoeld in Hoofdstuk III van de WVP.
2. Aard van de gegevens, doeleinden en proportionaliteit van de verwerkingen van persoonsgegevens.
8. De Commissie vraagt zich af welke categorieën persoonsgegevens gedekt worden door het begrip "ruimtelijke informatie". Aangezien de Commissie niet in staat is dit laatste element vast te stellen en dat bovendien de doeleinden van de gegevensverwerkingen niet zijn bepaald, is het niet mogelijk zich uit te spreken over de proportionaliteit van de verwerkingen.
3. Bewaartermijn
9. Het voorontwerp voorziet voor het Comité "GeoBru" in geen enkele bewaartermijn voor de persoonsgegevens die het zal moeten verwerken. In haar advies 36/2013, had de Commissie aanbevolen dat "dat het GeoBru-comité in het licht van artikel 4, § 1, 5° moet voorzien in passende bewaringstermijnen die in de mate van het mogelijke zullen beoordeeld worden ten opzichte van de doeleinden van de voorgenomen verwerking." Deze aanbeveling is niet in het voorontwerp opgenomen.
2 Advies 36/2013, punt 10
3In advies 36/2013, verzoekt de Commissie dat het voorontwerp uitdrukkelijk vermeldt dat het GeoBru-comité de aangeduid wordt als verantwoordelijk e voor de verwerking voor de verwerkingen in de zin van artikel 1 § 4 van de WVP. De nieuwe versie van het voorontwerp van besluit stelt niet uitdrukkelijk GeoBru aan als vera ntwoordelijke voor de verwerking.
Advies 60/2017 - 4/4
OM DEZE REDENEN,
Geeft de Commissie een gunstig advies voor het voorontwerp van ordonnantie tot wijziging van de ordonnantie van 28/10/2010 betreffende de ruimtelijke informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en een ongunstig advies voor het voorontwerp van besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering houdende uitvoering van de ordonnantie van 28/10/2010 betreffende de ruimtelijke informatie in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest gelet op de opmerkingen onder randnummers 7, 8 en 9.
De Wnd. Administrateur, De Voorzitter,
(get.) An Machtens (get.) Willem Debeuckelaere
