n t e
Directie BST/S&O/Jongsma Onderwerp Coffeeshopbeleid
\jrorfingen
De leden van de raad van de gemeente Groningen te
GRONINGEN
Telefoon 050 3 6 7 7 6 9 7 Bijlage(n)
1 FEB 2013
Datum Uw brief van
Onskenmerk BD 13.3494495
Uw kenmerk
Dr. J.P Rehwinkel B u r g e m e e s t e r
P o s t a d r e s Postbus 20001 9700 PB Groningen B e z o e k a d r e s Grote Markt 1 Groningen
E - m a i l a d r e s
burgemeester@benw.groningen.nl
T e l e f o o n (050) 367 76 03
Fax
(050) 367 77 51
Geachte heer, mevrouw
Hiermee informeer ik u over de stand van zaken ten aanzien van het Groninger coffeeshopbeleid.
In het regeerakkoord van 29 oktober jl. zijn afspraken gemaakt omtrent de beoogde invoering van wat in de volksmond "De Wietpas" is gaan heten. De Minister van Veiligheid en Justitie heeft in een brief aan de Tweede Kamer nadere invulling gegeven aan de uitgangspunten van het regeerakkoord.
Uitgangspunt van het nieuwe landelijke coffeeshopbeleid is dat het Besloten-
clubcriterium vervalt. De aanvankelijk beoogde gedoogvoorwaarde dat coffeeshops alleen toegankelijk mogen zijn voor leden van de betreffende coffeeshop wordt dus niet ingevoerd. De Minister houdt echter onverminderd vast aan de invoering van het Ingezetenencriterium, dat inhoudt dat coffeeshops alleen toegang mogen verschaffen en softdrugs mogen verkopen aan ingezetenen van Nederland. Dit criterium is per
1 januari jl. landelijk ingevoerd. De Aanwijzing Opiumwet van het Openbaar Ministerie is hier op aangepast.
De Minister biedt voor wat betreft de handhaving van het Ingezetenencriterium de ruimte om daaromtrent op lokaal niveau met de betrokken partners (Openbaar Ministerie en politie) afspraken te maken. In het Lokaal Driehoeksoverleg van
9 januari jl. heb ik met het Openbaar Ministerie en de politie overleg gevoerd over de wijze waarop het landelijke beleid in de stad Groningen vormgegeven moet worden.
Hierbij is afgesproken dat het Ingezetenencriterium, overeenkomstig het landelijke beleid, wordt opgenomen in het lokale coffeeshopbeleid. In het bijbehorende
handhavingsprotocol zal echter worden opgenomen dat niet actief op naleving van het Ingezetenencriterium zal worden gehandhaafd, tenzij gebleken is van overlast door buitenlandse coffeeshopbezoekers, die aanleiding geeft om het criterium strikt te handhaven.
De reden om het Ingezetenencriterium niet actief te handhaven is dat het
softdrugstoerisme in Groningen beperkt is. Uit het door Bureau Intraval verrichte
Volgvel 2 van 2
Onderwerp Coffeeshopbeleid
onderzoek naar het Groninger coffeeshopbeleid is gebleken dat slechts een klein deel ( 4 % ) v a n de bezoekers v a n de Groninger coffeeshops v a n buiten N e d e r l a n d k o m t . D a a m a a s t is uit het o n d e r z o e k gebleken dat v a n de buitenlandse coffeeshopbezoekers geen n o e m e n s w a a r d i g e overlast wordt ervaren. Gelet hierop is v a n strikte h a n d h a v i n g v a n het Ingezetenencriterium w e i n i g tot geen m e e r w a a r d e te v e r w a c h t e n v o o r de stad Groningen.
D e verwachting is daarentegen gerechtvaardigd dat strikte h a n d h a v i n g v a n het Ingezetenencriterium in Groningen de n o d i g e nadelige effecten m e t zich zal brengen.
In het kader v a n het g e n o e m d e onderzoek gaf 5 0 % v a n de buitenlandse coffeeshop-
bezoekers aan dat ze bij invoering van het Ingezetenencriterium softdmgs zullen kopen via Nederlandse vrienden die wel toegang hebben tot een coffeeshop. Een kwart van de ondervraagde buitenlandse bezoekers gaf aan dat ze in de buurt van de coffeeshops Nederlanders zullen aanspreken met de vraag of ze voor hen softdrugs willen kopen. Gelet hierop is te verwachten dat strikte handhaving van het Inge- zetenencriterium zal leiden tot toename van illegale doorverkoop van en
(straat)handel in softdrugs.
Conform de in het Lokaal Driehoeksoverleg gemaakte afspraak wordt het
Ingezetenencriterium op korte termijn opgenomen in het Groninger coffeeshopbeleid, waarbij in het bijbehorende handhavingsprotocol wordt bepaald dat niet actief op naleving van het Ingezetenencriterium zal worden gehandhaafd. Actieve handhaving van het criterium komt slechts in beeld als gebleken is van overlast door buitenlandse coffeeshopbezoekers, die aanleiding geeft om het criterium strikt te handhaven.
Het vorenstaande laat onverlet dat de bestaande AHOJG-criteria, zoals opgenomen in het bestaande beleid, onverminderd van kracht zijn en onverminderd gehandhaafd worden.
Ik vertrouw erop dat ik u hiermee voldoende heb geinformeerd.
Met^rier
dr. J.P. (Peter) Rehwinkel, burgemeester van Groningen.