Sportdienst Zandhoven

(1)

Sportdienst Zandhoven

Sportcomplex Het Veld

Schildebaan 22B – 2240 Zandhoven tel. 03/410.16.65

sport@zandhoven.be

(2)

Algemene dagindeling

Uur Omschrijving

09.00u Aankomst school in sportcomplex “Het Veld” + wisselen schoenen + jassen en rugzakken wegzetten + alle groepen naar de sporthal

09.15u Korte briefing en gezamenlijke opwarming in de sporthal onder leiding van de leerkracht LO

09.30u – 10.00u Sport 1 10.00u – 10.30u Sport 2 10.30u – 10.45u Pauze 10.45u – 11.15u Sport 3 11.15u – 11.45u Sport 4 11.45u – 12.45u Middagpauze 12.45u – 13.15u Sport 5 13.15u – 13.45u Sport 6 13.45u – 14.00u Pauze 14.00u – 14.30u Sport 7 14.30u – 15.00u Sport 8

15.00u – 15.15u Schoenen wisselen in kleedkamers + rugzak inladen 15.15u Vertrek naar school

Dagindeling per groep

De leerlingen worden verdeeld in 8 groepen (4^de tot en met 6^de leerjaar = 70 lln.).

Uur Groep 1 Groep 2 Groep 3 Groep 4 Groep 5 Groep 6 Groep 7 Groep 8

09.15u Korte briefing + gezamenlijke opwarming in de sporthal

09.30–

10.00u

Indoor kubb Dans Judo Smart goals Pickleball Gouret Matbal Speedminton 10.00–

10.30u

Speedminton Indoor kubb Dans Judo Smart goals Pickleball Gouret Matbal 10.30–

10.45u 10.45–

11.15u

Matbal Speedminton Indoor kubb Dans Judo Smart goals Pickleball Gouret 11.15–

11.45u

Gouret Matbal Speedminton Indoor kubb Dans Judo Smart goals Pickleball 11.45–

12.45u 12.45–

13.15u

Pickleball Gouret Matbal Speedminton Indoor kubb Dans Judo Smart goals 13.15–

13.45u

Smart goals Pickleball Gouret Matbal Speedminton Indoor kubb Dans Judo 13.45–

14.00u 14.00–

14.30u

Judo Smart goals Pickleball Gouret Matbal Speedminton Indoor kubb Dans 14.30–

15.00u

Dans Judo Smart goals Pickleball Gouret Matbal Speedminton Indoor kubb

15.15u Vertrek naar school

(3)

Waar vinden we alles?

GGez

Begeleiding: leerkracht of begeleidende ouder

Omschrijving per activiteit

KUBB INDOOR

 Het speelveld is een rechthoek van ongeveer 6 m op 3 m.

 Op de eindlijn van beide teams staan 5 houten plankjes (van 10cm op 15cm) op 1 rij naast elkaar.

De plankjes (torens) worden geplaatst in de breedte. In het midden van de middenlijn staat een groter plankje met een kroon: 'de koning'.

 Er wordt gespeeld met jongleerballetjes.

 De spelregels:

 Het spel wordt gespeeld met 2 teams van 1, 2 of 3 spelers.

 De teamspelers verdelen de 6 ballen evenredig onder elkaar.

 Twee spelers (1 van beide teams ) werpen gelijktijdig één bal naar de koning. Wiens bal het dichtst bij de koning ligt (maar zonder daarbij de koning te raken) mag het spel beginnen.

 Het team (team B) dat mag beginnen werpt de 6 ballen van achter de eigen eindlijn naar de torens van het andere team. Er moet onderhands geworpen worden.

 Het is de bedoeling om alle torens van het andere team omver te werpen.

 Een toren die geraakt wordt maar niet omvalt en hierbij gedraaid wordt moet terug recht op de eindlijn gezet worden (herstelling).

 Vervolgens moet team A het aantal ballen dat gelijk is aan het aantal omver geworpen torens naar de speelhelft van team B werpen (plaatsbepaling)

 De omvergevallen plankjes/torens worden dan op de speelhelft van team B gezet op de plaats waar de ballen beland zijn. (De ballen tellen nog niet mee als ‘geworpen ballen’). De plankjes worden net achter de bal gezet en worden nu in de hoogte geplaatst.

 Als een teruggeworpen bal (na 2 kansen) buiten de speelhelft van team B belandt mag team B het plankje zetten op een zelf te bepalen plaats op de eigen speelhelft. Dit evenwel buiten een straal van 1 'in de lengte liggende koning' van de koning.

Judozaal

Judo SPORTHAL + KLEEDKAMERS (- 1)

Kubb indoor

Speedminton

Gouret Pickleball

Matbal

Smartgoals

DANSZAAL (+ 2) Dans

(4)

 Nu is het de beurt aan team A om de 6 ballen te werpen. Alvorens zij naar de torens van team B mogen werpen moeten zij eerst de eigen torens (die nu op de speelhelft van team B staan) omver werpen. Als dat lukt wordt het respectievelijke plankje uit het spel gehaald. Een plankje dat geraakt wordt maar niet omvalt en hierbij gedraaid wordt blijft in die positie staan en wordt niet hersteld in tegenstelling tot een toren op de eindlijn. Als er dan nog ballen over zijn mag team A naar de torens van team B werpen.

 Team B moet op haar beurt het aantal ballen van het aantal torens dat team A heeft kunnen omver werpen naar de andere speelhelft werpen (plaatsbepaling) om aldaar de plankjes terug te plaatsen. Nu begint de tweede ronde.

 Team B moet nu, alvorens naar de overgebleven torens op de eindlijn van team A te werpen, eerst de eigen plankjes op de andere speelhelft proberen omver te werpen.

 Indien een team er niet in slaagt om de plankjes af te werpen, mag het andere team op hun beurt dichterbij komen om te werpen. De tijdelijke werplijn komt dan ter hoogte van het plankje dat het dichtst bij de middenlijn staat.

 Het team dat als eerste alle torens van het andere team heeft kunnen omver werpen, mag naar de koning werpen. Het team dat als eerste de koning kan omver werpen is gewonnen. Naar de koning moet altijd geworpen worden van achter de eindlijn.

 Als de koning hierbij (of tijdens het spel) geraakt wordt maar niet omvalt en hierbij gedraaid wordt blijft deze gedraaid staan.

 Als een speler de koning (per ongeluk) omver werpt alvorens dit is toegelaten verliest zijn team het spel.

 Materiaal:

 Indoor-kubb spelen

 Kleine kegels voor markering van het terrein

 Jongleerballen

 Begeleiding: leerkracht of begeleidende ouder

SPEEDMINTON

De speeder wordt onderhands in het spel gebracht en wordt door de partner terug gespeeld. Er is geen net maar de bedoeling van het spel is om de speeder in de speelzone van de tegenstander te laten vallen zodat de tegenstander er niet in slaagt de speeder correct terug te slaan.

 Raakt de speeder de lijn van de speelzone wordt dit als

‘binnen’ beschouwd.

 Telkens de speeder de grond raakt wordt een punt toegekend.

De service gaat telkens naar de speler die het winnende punt scoorde.

 Een set wordt gespeeld naar 15 punten. Bij 14-14 stand wordt er doorgespeeld tot er 2 punten verschil zijn.

 Wedstijdduur : 3 winnende sets (maximaal dus 5 sets).

 Na een set is het de verliezende speler die de eerste service van de nieuwe set krijgt.

 In plaats van een wedstrijd te spelen kan je ook de uitdaging aangaan om de speeder zo lang mogelijk correct naar elkaar te spelen.

 Materiaal:

 speedmintonrackets

 speeders

 afbakenpotjes

(5)

PICKLEBALL

 Pickleball wordt gespeeld met een 'paddle' en een 'wifflebal'. Het balletje bevat gaatjes en is ook zeer licht.

 De bal wordt van achter de achterlijn in het spel gebracht en moet 1 x botsen bij de tegenstander en 1 x bij de serveerder. Daarna mag de bal ook zonder bots gespeeld worden.

 Je kan een wedstrijd 1 tegen 1 of 2 tegen 2 spelen waarbij enkel diegene die aan de opslag is punten kan scoren. Een wedstrijdset gaat tot 11 punten en 3 winnende sets.

 Je kan ook proberen om met je partner(s) de bal zo lang mogelijk over en weer te spelen.

 Materiaal:

 pickleballpaletjes

 balletjes

 Begeleiding: leerkracht of begeleidende ouder MATBAL

 Op x-aantal m van beide achterlijnen ligt in de breedte-richting van het speelveld een mat.

 Spelers en doel van het spel:

 6 tot 8 veldspelers en 1 keep (er mag gewisseld worden met behulp van reserves).

 Het veld is ingedeeld in twee vakken: een aanvalsvak en een verdedigingsvak.

 In het aanvalsvak spelen 3 à 4 spelers die proberen een doelpunt te maken door de bal naar de eigen keeper (op de mat) te spelen.

 Een doelpunt is gemaakt als de bal rechtstreeks in de handen van de keeper wordt gespeeld.

 De keeper mag springen om de bal te vangen, maar moet met beide voeten op de mat landen!

 Het vangen van de bal in meer dan een keer is toegestaan.

 Als de bal met een stuit wordt gespeeld, dan telt het doelpunt niet.

 Komt de bal via de handen van een of meerdere verdedigers rechtstreeks (dus zonder stuit) in handen van de keepster, dan is dit doelpunt geldig.

 De partij die een doelpunt tegen heeft gekregen, mag de wedstrijd in het aanvalsvak vanaf de zijkant van de middellijn hervatten, ook hierbij mag de bal niet rechtstreeks naar de keeper worden gespeeld.

 Balbehandeling

 Er mag niet worden gelopen met de bal

 De bal mag niet worden geschopt

 De bal mag niet worden overgegeven, deze dient over te worden gespeeld

 De bal mag niet uit de handen worden geslagen

 De bal mag niet met de vuist worden gespeeld

 Valt een leerling met de bal, dan mag zij de bal doorspelen, terwijl zij op de grond ligt.

 Een speelster mag de bal niet langer dan 10 seconden in haar bezit hebben!

 Niet toegestaan is:

 Een tegenstandster de bal uit handen slaan, te nemen of te lopen.

 Het wegduwen, omverlopen, vasthouden of afhouden van een tegenstandster.

 De tegenstandster te passeren door ‘alleenspel’. Dit houdt in: De bal over het hoofd of via de grond spelen voorbij de tegenstandster en de bal hierna weer zelf als eerste bemachtigen.

 Een tegenstandster belemmeren in het vrij gebruik van haar lichaam. Er mag niet met beide armen worden omklemd, worden ingehaakt of over een speler worden heen gehangen.

 Materiaal:

 2 matten

 Kegels

 Partijvestjes

 Bal

GOURET

 De term 'Gouret' wordt gebruikt voor een spel dat in Canada op ijs wordt gespeeld en ringette heet, hier speelt men het op een veld in de sporthal.

(6)

 Het doel is de ring in het doel te krijgen van de tegenstander

 2 ploegen van 6 spelers, waarvan 1 keeper.

 Spelregels:

 De stok (gouret) mag niet hoger komen dan heuphoogte

 Tijdens het passen of naar het doel schieten moet de Gouret met twee handen worden vastgehouden . één hand mag ook bij verplaatsing zonder de ring.

 Spelers mogen de ring onderscheppen met de voet maar dienen met de gouret dan weer verder te spelen.

 Meest voorkomende fouten zijn obstructiefouten of Gouret tussen de benen vasthouden en duwen.

 Spelers en keeper hebben maar 5 sec om de ring weer in het spel te brengen .

 Wat mag niet ?

 Op de ring staan of vasthouden onder de voet

 Gouret gooien om de ring af te stoppen

 Contact tussen twee spelers

 Materiaal:

 gouretstokken

 2 doelen

 Partijvestjes

 ring

SMARTGOALS

Smartgoals wordt gegeven door een monitor van de sportdienst (Bert Schuerwegen) JUDO

Judo wordt gegeven door een monitor van judo- en jujitsuclub Juzando (Ivo Vleugels) DANS

Dans wordt gegeven door monitor van de sportdienst (Jessie Leysen)

Wie zorgt er voor wat?

SCHOOL

 Alle leerlingen en leerkrachten/begeleidende ouders brengen hun picknick en drankje voor tijdens de pauze mee.

 Belangrijk is dat alle leerlingen en leerkrachten sportschoenen bij hebben met kleurvaste zool en die nog nooit buiten gedragen werden.

 Opwarming en afsluiting door leerkracht LO.

 Minimum 5 begeleiders voor de verschillende sporten.

 Verzekering via de school

 Kostprijs: € 350 vaste kost ongeacht het aantal leerlingen + € 5 per leerling vanaf de 71^ste leerling

SPORTDIENST

 Huur infrastructuur

 Sportmaterialen

 Lesgevers voor judo, dans en smart goals

 Algemene coördinatie ter plaatse

 Drankje tijdens de middagpauze (in de cafetaria)

 Draaiboek