• No results found

Het CDA constateert dat niet alle berichtgeving op feiten berust en willen graag feitelijk geïnformeerd worden over het wildbeheer en de rol van de Provincie Gelderland

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Het CDA constateert dat niet alle berichtgeving op feiten berust en willen graag feitelijk geïnformeerd worden over het wildbeheer en de rol van de Provincie Gelderland"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Inlichtingen bij dhr. T. Achterkamp, telefoonnummer (026) 359 8568 e-mailadres: post@gelderland.nl

Antwoord op Statenvragen PS2017-308 Arnhem, 6 juni 2017 zaaknr. 2017-007715

De leden van Provinciale Staten Beantwoording schriftelijke statenvragen Statenlid Van Steenbrugge-Spiering (CDA) over Feiten over wild

Ingevolge het bepaalde in artikel 42 van het Reglement van Orde van Provinciale Staten doen wij u hieronder het antwoord van ons college op de vragen van het Statenlid Van Steenbrugge-Spiering toekomen.

Inleiding

De afgelopen periode is er veel berichtgeving in de media verschenen over het groot wild op de Veluwe. Door deze discussie in de media, met name wat is het probleem en waar ligt dat aan maar ook wie moet wat doen, is het voor de burger totaal niet meer duidelijk wat partijen doen, o.a. de Faunabeheereenheid en de Wildbeheereenheid, en waar de provincie verantwoordelijk voor is.

Het CDA constateert dat niet alle berichtgeving op feiten berust en willen graag feitelijk geïnformeerd worden over het wildbeheer en de rol van de Provincie Gelderland.

Vragen:

Vraag 1:

Kunt u een duidelijke uitleg geven over de rol en de verantwoordelijkheid van de Provincie Gelderland en welke verantwoordelijkheid ligt bij de Wildbeheereenheid, Faunabeheereenheid, de jagers, de gemeenten en de grondeigenaren op het gebied van wildbeheer?

Antwoord 1:

Ja, de rollen, taken en verantwoordelijkheden van de verschillende partijen die bij het faunabeheer zijn betrokken, zijn door ons in beeld gebracht. De resultaten van het project zijn in december 2014 aan uw Staten aangeboden (PS2014-994). Afgezien van verwijzingen naar de Flora en faunawet en een enkel inhoudelijk detail is die uitwerking nog steeds actueel en kan deze als volgt worden

samengevat:

Het faunabeheer zelf is geen taak voor de overheid. De provincie bewaakt de instandhouding van de soorten, toetst op hoofdlijnen of de afweging van belangen goed heeft plaatsgevonden en heeft haar aandeel in toezicht en handhaving op de voorschriften van de ontheffingen. Schadebestrijding is een verantwoordelijkheid van de grondgebruikers, dat zijn onder andere de agrariërs en terreinbeheerders.

Namens deze grondgebruikers voeren jagers de schadebestrijding uit. Jagers met een zelfstandig bejaagbaar veld zijn als jachthouders verenigd binnen de lokale Wildbeheereenheid (WBE). De WBE zorgt voor onderlinge afstemming en organiseert bijvoorbeeld ook de trendtellingen van de

verschillende diersoorten.

Het populatiebeheer bij de grote hoefdieren, zoals edelherten, wordt door de jachthouders binnen de WBE uitgevoerd. Dit vergt een planmatige aanpak en de Faunabeheereenheid Gelderland (FBE) heeft een wettelijke taak om de uitvoering van al het faunabeheer te coördineren. De FBE kent een brede bestuurssamenstelling zodat de verschillende belangen goed kunnen worden afgewogen. Zij maakt faunabeheerplannen, is houder van de daarop gebaseerde ontheffingen, communiceert daarover en bewaakt de onderling gemaakte afspraken over de uitvoering. Over het gebruik van

faunabeheerplannen en ontheffingen rapporteert zij aan de provincie omdat GS in dit kader het bevoegd gezag zijn.

(2)

2 Vraag 2:

Kunt u aangeven wat de reden is van de ontstane discussie omtrent het wildbeheer?

Antwoord 2:

Nee, dat kunnen wij niet in algemene zin aangeven. Er zijn recent in de media verschillende berichten verschenen over de grote hoefdieren op de Veluwe. De aantallen edelherten en wilde zwijnen zijn over het geheel genomen hoger dan de door de Faunabeheereenheid Gelderland in haar

faunabeheerplan vastgestelde streefstanden. Dat is mogelijk de reden voor de recente aandacht.

Vraag 3:

Komen er als gevolg van de nieuwe natuurwet veranderingen in de rol van de provincie bij het faunabeleid?

Antwoord 3:

Voor het populatiebeheer bij grofwild op de Veluwe zijn er als gevolg van de Wet natuurbescherming geen veranderingen opgetreden. Voor andere vormen van faunabeheer zijn er ten opzichte van de Flora en faunawet wel veranderingen opgetreden. Ook de jacht en schadebestrijding met vrijstellingen dient plaats te vinden op basis van een faunabeheerplan.

De nieuwe wet biedt ons de mogelijkheid om op onderdelen nieuw faunabeleid maken. Naar

verwachting leggen wij uw Staten in september 2017 een agenderende Statenbrief (startnotitie) voor, waarin de inhoud en het proces van het uitvoeringskader Wet natuurbescherming, waaronder

faunabeheer, worden uitgewerkt. Wij willen dan graag met u overleggen of alle relevante onderwerpen zijn meegenomen en hoe u bij het proces betrokken wilt zijn. In onze brief Planning Statenstukken in 2017 vanuit kerntaak Vitaal Platteland van 21 maart 2017 met kenmerk PS2017-180 hebben wij u hierover geïnformeerd.

Overigens is recent aan ons een enigszins vergelijkbare vraag gesteld namens de SP-fractie

(PS2017-278), over de gevolgen van de nieuwe Wet natuurbescherming voor het faunabeleid. Graag maken wij u bij deze attent op onze beantwoording daarvan.

Gedeputeerde Staten van Gelderland

C.G.A. Cornielje - Commissaris van de Koning P.G.G. Hilhorst - secretaris

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Laat het eerste fragment van YouTube zien zonder het eind.. Vraag: ‘Wie snapt hoe

Paulus sprak deze dwa- ling tegen in Galaten 2:15-16: “Wij, van nature Joden en geen zondaars uit heidenen, weten dat een mens niet gerechtvaardigd wordt uit werken van de wet,

de wet verderven als een werkverbond. En dan de wet der liefde, en het levengevend gebod des Evangelies, op haar puinhopen oprichten. Het gebod van Sion en het gebod

noch zal de gelukkige bezitter daarvan ooit genade vinden in de ogen der wereld of in de ogen van vleselijke belijders. Ik heb iemand gekend te Thames Ditton, die een grote

Nu, wanneer een mens met zijn zonde in zulk een staat is, dat er een heimelijk welgevallen van die zonde, die de meester in zijn hart speelt, bij hem gevonden wordt en dat

Uit dit alles besluit ik, dat liegen en de leugen lief te hebben; dat alle bedrieglijkheid en leugenwonderen; alle verachting en woede tegen God en zijn

Het leven, handelen en wandelen van een begenadigde ziel, gelijk het een voorwerp van Gods verkiezing en gekochte door het bloed van de Zaligmaker betaamt, betonende

Hij die spreekt over liefde tot alle mensen, die zegt dat God de mens nooit gemaakt heeft om hem te verdoemen, maar dat alle mensen zalig zullen worden door de algemene verzoening,