• No results found

. 11 1

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share ". 11 1"

Copied!
31
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Health Academy

Radboudumc

81 MGZQ2 -2 MGZ-|,lntoets (Semester 1 , Q2)

Datum :

31 januari 20'18

Toetsafname :

09:00

-

11:00 uur

Deze toetsset kunt u na afloop meenemen.

ruik van een standaardrekenmachine (type casio ts Het

ALGEMENE AANWIJZINGEN EN INSTRUCTIE

.

Deze toets bestaat uit B0 meerkeuzevragen.

.

De vragen 1

-

20 gaan over Kwartaal 1 .

.

De vragen 21

-

80 gaan over Kwartaal 2.

.

De beschikbare tijd voor de gehele toets is 2 uur.

.

Controleer of uw toetsset compleet is.

.

Vermeld op het antwoordformulier duidel¡k uw naam en studentnummer.

.

Brj iedere vraag is slechts één alternatief het juiste of het beste.

.

U geeft het naar uw mening juiste antwoord aan door het ctJFER voor het betreffende alternatief te omcirkelen in uw toetsset.

.

Wanneer u alle vragen heeft beantwoord dient u uw antwoorden zorgvuldig over te brengen op het antwoordformulier. Gebruik daarvoor een zwarte of blauwe pen. Corrigeer fouten door een kruisje door het foutieve antwoord te zetten.

.

Als u een vraag open wilt laten vult u het hokje boven het vraagteken "?" in.

.

De op het antwoordformulier ingevulde antwoorden worden beschouwd als uw definitieve antwoorden, ongeacht uw omcirkelingen in uw toetsset.

.

Meer dan één ingevuld antwoord per vraag wordt als blanco geïnterpreteerd.

.

Schrijf niet buiten de invulvelden van het antwoordformulier.

.

Het gebruik van andere audiovisuele en technische hulpmiddelen is niet toeqestaan. Mocht u dergelijke apparatuur toch gebruiken, dan zal dit als fraude worden aangemerkt.

.

Op uw tafel mogen uw studenten- en registratiekaart en los schrijfmateriaal liggen. Etuis moeten van tafel.

.

Als u uw antwoordformulier vlekt, vouwt, beschadigt of de invulinstructies negeert kan de toets niet correct verwerkt worden. Vraag de surveillant in dergelijke gevallen om een nieuw blanco antwoordformulier.

De vragen worden als volgt gescoord

antwoorden: Goed Fout

Lever na afloop het antwoordformulier in. lndien u commentaar heeft op de vragen, veruvijzen we u naar de hyperlink die is opgenomen bij uw toetsindeling in uw webdossier t.b.v. het

d ig itaal studentcommentaarformulier voor deze toets.

LET OP: ZET EERST UW NAAM EN STUDENTNUMMER OP HET ANTWOORDFORMULIER!

VEEL SUCCESI 2

3 4 5

keuze-vraag keuze-vraag keuze-vraag

1

I

1 1

-1 - 1t2 - 1t3 - 1t4

0 0 0 0

Punten Punten Punten Punten

('o\ilil.loml.5-1-2018

I F M S A Nijmegen

(2)

Vraag 1

Een

24-jarige man komt

op de

spoedeisende hulp met

een

snelle ademhaling, sufheid en een hoge bloedsuiker. Volgens zijn moeder is hij de laatste twee weken flink vermagerd, moest hij veel plassen en had hij voortdurend dorst. Welke vorm van diabetes is nu het meest waarschijnlijk?

1.

Type 1

2.

Type 2

@ n¡oov

Yraag2

Bij diabetes mellitus

typel

zijn goede zelfcontrole en zelfregulatie erg belangrijk. ln

welke levensfase zal dal het meest problemen opleveren?

Adolescentie

2.

Basisschoolleeftijd

I

Boven de 60..

Vraag 3

ln onderstaande afbeelding staan de begrippen penetrantie en expressie symbolisch weergegeven. De witte vormen representeren het wild-type (gezonde) fenotype en de andere vormen het mutante (zieke) fenotype.

Welke afbeelding geeft een ziekte met een onvolledige penetrantie met variabele expressie weer?

mmmm 00000t00

t0lll0m 000r0100

ilt IV

/

Afbeelding I

2

Afbeelding ll

.Z;

Afbeelding lll

@

nrueelding lV

1

I F M S A Nijmegen

(3)

l, vraag+ 3g**--.a

BlMGZQ2-2

"T\,ó ft-&.".tctt^

d¡l..r.A^ú

ffi?

ou. û¿rrofi..,fig ?

I

ln bovenstaande familie hebben verschillende mensen een verstandelijke beperking (rode vierkantjes).

De

index, aangegeven

door het

zwarte driehoekje,

is op

dit moment 30 weken zwanger. Wat is de kans dat het ongeboren kind (P) van de index dezelfde aandoening zal hebben?

1.

<10o/o

2.

25%

50o/o

{

100o/o

Vraag 5

Een 37-jarige vrouw heeft bij de geboorte een schouderdystocie opgelopen en heeft daardoor een niet functionele rechterhand. Zij is gehuwd, heeft

2

kinderen en werkt als doktersassistente. Zij gebruikt geen medicatie.

Hoe wordt, volgens de WHO over gezondheid, haar gezondheid betiteld? Omdat de vrouw ...

@ ""n

schouderdystocie heeft, is zij ziek,

.Z

in het arbeidsproces functioneert, is zij gezond.

Xvraas

e

Bij symptoomperceptie kunnen externe factoren afleiding geven. De aandacht voor somatische informatie vermindert in dat geval door ...

@

competition of cues.

2.

negatieve affectivitieit.

,l

patient delay.

2

I F M S A Nijmegen

(4)

Vraag 7

Een patiënt heeft obstipatie, oedeem

en

koude-intolerantie.

Bij

welke vorm van schildklierdysfunctie passen deze symptomen?

,(.

hyperthyreoÏdie.

@

hypottryreoÏdie.

Vraag

I

Nociceptoren

zijn

betrokken

bij de

pijnprikkel

maar nemen alleen

potentieel

gevaarlijke pijnprikkels waar. Wat is hiervoor de beste verklaring?

1.

Nociceptoren hebben een hoge drempelwaarde.

2.

Nociceptoren hebben een hoge transductie.

@

ruociceptoren vertonen adaptatie.

X

Vraag 9

Morfine activeert de p-opioïdreceptor. Welke kanalen worden hierdoor gesloten in de postsynaptische membraan?

1.

Calciumkanalen.

2.

Kaliumkanalen,

Vraag 10

Het aangeboren immuunsysteem wordt geactiveerd doordat het patronen herkent.

Hierbij

zijn

grofweg twee

types

patronen

te

onderscheiden namelijk DAMPs en PAMPS. Een voorbeeld van een'danger-associated molecular pattern' (DAMP) is ...

,1.

bacterieel celwandproduct.

@

uraatkristal.

/

virusantigeen.

v( Vraag 11

Bij een patiënt is er een verdenking op een artritis veroorzaakt door een bacterie. Er wordt een gewrichtspunctie verricht voor verdere diagnostiek.

Welk type immuuncellen zijn er naar alle waarschijnlijkheid in het gewrichtsvocht te zien bij microscopische beoordeling?

1.

B-lymfocyten.

2.

Neutrofiele granulocyten.

3.

Natural killercellen.

3

I F M S A Nijmegen

(5)

BlMGZQ2-?

Vraag'12

Bij patiënten met een ovariumcarcinoom en een bepaald double strand-DNA-break repair-defect kan dood

van de

tumorcellen

tot

stand worden gebracht door een PARP-inhibitor. Deze PARP-|nhibitor remt namelijk de ...

/f.

base-excision repair.

2

double strand break DNA-repair.

I

mismatch-DNA repair.

@

single strand break DNA-repair.

I

Vraag

13 |

îou,^^¿.r

Testosteron zorgt voor potentie en kracht en vergroot zo de kans op nageslacht op

jong volwassen leeftijd. Waarom kan testosteron op hoge leeftijd

toch antagonistische pleiotropie laten zien?

@ O.O"t

de evolutiedruk onvoldoende heeft plaatsgevonden op het latere leven.

.Z

Omdat er accumulatie van schade in de testes optreedt.

3.

Omdat testosteron met de jaren steeds meer oxidatieve stress geeft.

¡a Vraag 14

Een 92-jarige vrouw heeft last van goedaardige geheugenklachten

die

passen bij

haar leeftijd

en

niet wijzen

op

een dementie.

Toch

zijn

er bij

haar tekenen van eiwitaggregatie in de vorm van amyloïde plaques te vinden.

Dit komt doordat amyloid ...

1.

alleen samen met tau-aggregatie voorkomt.

2.

een biomarker voor geheugenklachten is.

3.

een normaal verouderingsmechanisme is.

Vraag 15

Welk van de onderstaande bewegingen in de knie is het meest lastig uit te voeren bij uitval van de m. biceps femoris?

/

Abductie.

2.

Exorotatie.

@

rtexie.

Vraag 16

Welke beweging wordt vergroot bij een laesie van de mediale enkelbanden?

74

Dorsaalflexie.

@

Eversie.

,3r

lnversie.

I

Planlaidlexie.

4

I F M S A Nijmegen

(6)

Yraag'17

Een 40-jarige vrouw gaat een stukje fietsen in Limburg. Haar ademfrequentie stijgt hierbij van 12 naar 20 per minuut en haar adem-minuut-volume loopt op naar 10 liter per minuut. Hoeveel bedraagt haar teugvolume?

1.

200

ml. r-- , 0[

o

@)

;õó;r. rã.<¡ti( ' T

=.

!(Yt;a(' 3.

830 ml.

4.

1250 ml.

Vraag 18

Onderstaande microscopische afbeelding toont cellen die karakteristiek zijn voor een

'fatty streak'. De cellen ondergaan

veranderingen

door het proces

van

atherosclerose. Uit welke cellen zijn deze karakteristieke cellen ontstaan?

/

Endotheelcellen.

Z

Gladde spiercellen

3.

Lymfocyten.

@

Macrofagen.

Vraag 19

Een

22-jarige

vrouw heeft

sinds

twee

dagen

last van

toenemende

pijn in

de

rechteronderbuik.

Welk

buikorgaan komt vanwege

zijn

ligging

in

aanmerking als veroorzaker van deze pijn?

,(

De lever.

@

Het caecum.

.3.- Hel colon sigmoïdeum.

¿¿( Het ileum.

5

b p

!*F

ï

I r) a t

t 'l

å ì l Ð t r t

# î I ? r t

rt '!{,

{

rl \ ülb

I F M S A Nijmegen

(7)

BlMGZQ2-2

I

vraag

zo I ,3,ra-*t

Koolhydraten worden op meerdere plaatsen in het maag-darmsysteem afgebroken.

De

vertering

van

complexe koolhydraten gebeurt door middel

van

enzymen die worden afgescheiden door de pancreas en door de ...

@

dunne darm.

2.

lever.

X

maag.

.4

speekselklieren.

Vraag2l

A

2OO nm

ln bovenstaande EM-opname worden verschillende delen van de cel aangeduid, die ieder hun eigen rol spelen in de cellulaire homeostase, ln welk deel van de

cel

wordt glycogeen opgeslagen? Dat

is

het deel van de cel dat aangegeven wordt met de letter ...

A€F.

c

D B

B

c

D

v.

e) r.

fr

<R!îP-..x"wft$e'*(

'lr-,^

ct¿f.,r*rt{:zr.-rtt

Yraag 22

Het endoplasmatisch reticulum verzorgt niet alleen allerlei metabole processen, maar

in

onderdelen daarvan worden

ook

moleculen opgeslagen

die snel

beschikbaar moeten zijn. Dit betreft...

O

calcium.

2.

glycogeen.

,3

vrije vetzuren.

6

I F M S A Nijmegen

(8)

Vraag 23

Het aantal en de vorm van veel intracellulaire organellen variëren afhankelijk van het celtype waarin zij hun functie moeten vervullen.

Bovenstaande elektronenmicroscopische opname

laat een

organel

zien in

een

urotheliale cel. Welk organel is dit?

C

colg¡-apparaat.

Z

Mitochondrion.

,?.

Peroxisoom.

6Yraag 24

Tijdens translatie bindt

een

tRNA-molecuul

aan het

bijbehorende codon

in

het mRNA. Welke moleculaire interacties tussen het tRNA en het mRNA zijn voor deze bind ing verantwoordelijk?

1.

Elektrostatische interacties.

2.

Hydrofobe interacties.

3.

Waterstofbruggen.

Vraag 25

De driedimensionale bouw van een eiwit bestaat uit enkele herkenbare elementen.

Welke secundaire structuur komt het meest voor in de transmembraandomeinen van eiwitten?

De alfa-helix.

Z

De bèta-strand

3.

De bèta-sheet.

7

I F M S A Nijmegen

(9)

B1MGZQ2.2

Vraag 26

Enzymen die bijdragen aan de vertaling van de genetische informatie dienen op de juiste manier te worden aangestuurd. Welk enzym heeft een promoter nodig om met

^de synthese te beginnen?

Q

or.rn potymerase.

Z

Ribosoom.

*@

RNA polymerase

Yraag 27

leder eiwit

zal een

specifieke route door

de cel

moeten afleggen

om de

juiste eindbestemming te bereiken. Afhankelijk van de uiteindelijke cellulaire localisatie zal een eiwit gemaakt worden door de vrije

of de

ER-gebonden ribosomen. Het eiwit collageen wordt gemaakt door de ...

@

fn-gebonden ribosomen. e.J,rb,1

ß¿rc€X,t

coy

Z

vrt¡e ribosomen.

a,tii,it^ iUr"/

I

Vraag

28 2 î-.s^-1.)

Een bepaald eiwit is als gevolg van een mutatie die leidde tot

een

aminozuurverandering terecht gekomen

in de

mitochondriën, waar

het

niet thuis hoort.

Waar in het eiwit bevindt die aminozuurverandering zich hoogstwaarschijnlijk?

.y.

C-terminus

cdfr^

@ u-terrinus

¡cr,r-

I

I F M S A Nijmegen

(10)

Vraag 29

De onderstaande figuur toont de structuur van een rijp mRNA, dat voornamelijk tot expressie komt in de lever, en het bijbehorende gen. De stippellijnen geven de relatie tussen het DNA en het mRNA aan. De kleuren tonen de verschillende onderdelen van het gen en het mRNA.

mRNA 5 3',

\\

a tr

-L.

DNA 5' 3'

X

ln het brein komt een alternatief gesplicede variant van het hier getoonde mRNA tot expressie, ln dit brein mRNA ontbreekt het 3de exon, dat uit 300 nucleotiden bestaat.

Wat is het gevolg hiervan voor het brein-eiwit in vergelijking met het lever-eiwit? Het brein-eiwit...

@

freeft een andere C-terminus, omdat een ander stopcodon wordt gebruikt.

Z.

heeft een andere N-terminus, want er wordt een ander startcodon gebruikt.

.l

is 100 aminozuren kleiner, omdat een stuk open reading frame ontbreekt.

.H

is identiek aan het lever-eiwit, omdat het 3de exon buiten het open reading frame ligt.

Vraag 30

Posttranslationele modificaties

zijn van groot

belang

voor het

reguleren

van

de

functie, de intracellulaire lokalisatie en de levensduur van een eiwit.

Welk van onderstaande posttranslationele modificaties is vooral geassocieerd met de levensduur van een eiwit?

f.

Fosforylering.,rr,t'-'$^"

/

Glycosylering.

DUA

{*¡.w.,.

(-;R

3.

Ribosylering. ?

@

Uniquitinylering.

qe\

^

-:uxî.¡-,'l

X

Vraag 31

Het Golgi-systeem is essentieel om bepaalde eiwitten naar hun bestemming in de cel

te brengen. Welke van de onderstaande groep van eiwitten worden hierbij geholpen door dit organel?

1

.

Celmembraanreceptoren.

2.

Mitochondriële eiwitten.

3.

Transcriptiefactoren.

I

I F M S A Nijmegen

(11)

81MGZQ2.2

Vraag 32

2 iâ.&h y-,iaire-

a*bralc

Tijdens

de

celdeling zorgen microtubuli voor een deel van

de

machinerie die de erfinhoud van de cel gelijk over de dochtercellen verdeelt. ln de bovenstaande figuur zijn drie soorten microtubuli te onderscheiden. Nummer 3 is een ...

,(,

astrale microtubu I us.

@

t<inetochore microtubulus.

3:

polaire microtubulus.

Vraag 33

Een verhoging van de concentratie adrenaline in ons lichaam maakt een vecht- of vluchtreactie mogelijk. Adrenaline werkt

via G

eiwit-signalering.

Waar in de

cel bevindt zich de adrenerge receptor?

.(

ln de kern.

2:

ln het cytosol.

@

ln de celmembraan.

Vraag 34

De meeste medicijnen grijpen aan op G eiwit-signalering. Als dat resulteert in een verlaagde activiteit van het enzyme fosfolipase C, zal dat voornamelijk leiden tot een

k'

afname in de cAMP-concentratie.

@

verandering van de activiteit van protein kinase C.

Z

verhoogde

Ca2*-concentratie. (+?.-o1ps+Ar-

|r

&*

1

l(,

10

L'\^-Lþ AVL

I F M S A Nijmegen

(12)

X Vraag 35

Veel eiwitten uit de enzym-gekoppelde signaleringscascades zijn bekend geworden omdat

ze

in gemuteerde vorm verantwoordelijk zijn voor het ontstaan van kanker (bijvoorbeeld RAS en RAF). Wat

is

het mechanisme waarmee het ERK eiwit, een MAP-kinase zii n werkinq uitoefent? ERK

/

bindt aan een geactiveerde groeifactorreceptor en activeert vervolgens RAS.

¿ Z

stimuleert de lipidesynthese in het endoplasmatisch reticulum.

S

wordt geactiveerd door een MAP-kinase-kinase.

{

Vraag 36

5',

2o

4',

Hierboven

ziet u

een tekening van

de

suiker-component uit

de

bouwstenen voor nucleïnezuren. De weergave bevat nog niet alle atomen die verbonden zijn met de

2', 3'

en

4'

koolstofatomen. Op welke plek bevindt zich de voor ribonucleïnezuren karakteristieke OH-g roep?

1.

Op de 2'-plek.

2.

Op de 3'-plek.

3.

Op de 4'-plek.

Vraag 37

Personen waarbij

het

DNA-schadeherstel-systeem, bijvoorbeeld

ten

gevolge van

mutaties

in

betrokken genen,

niet

optimaal

kan

functioneren,

laten een

grote

diversiteit aan ziektebeelden zien. Zo kan het hyper-lgM syndroom bij de mens te wijten zijn aan een uracil-DNA glycosylase (UNG) deficiëntie.

Bij welke type DNA-schadeherstel is het UNG enzym betrokken?

@

Aase-excisieherstel. |ÍÇl?

/

Direct herstel. Rar'þ'rnr"-s ^":"¡

.l

T r ansles ie-synth ese. . tr¿--.f <r¡'- fJ Ul"- çd'4"øtr.^z OH

I

Çr'

I

H H

c

I

2',||

H

c

I

I'

11

I F M S A Nijmegen

(13)

B1MGZQ.2-2

Vraag 38

Gezonde groei van het aantal cellen vereist een zeer nauwkeurige verdubbeling van

het

nucleaire DNA voordat

de cel deelt in

twee dochtercellen. Hierbij

zijn

vele jQRlicatie-enzymen betrokken. Het enzym ligase ...

(!

knoopt de Okazaki-fragmenten aan elkaar.

,Z

voegl. nieuwe nucleotiden toe aan het uiteinde van de groeiende streng.

.?.

zorgt voor RNA-priming van de DNA-synthese.

Vraag 39

Celgroei tijdens de ontwikkeling, bij herstel van weefselschade en bij het optreden

van

kanker

wordt

nauwkeurig gereguleerd

door met name

cycline-afhankelijke kinases (Cdk's) en hun bijbehorende cyclines.

Eén van de

karakteristieken

van

Cdk'-eiwitten

wordt tijdens de

celcyclus op

kenmerkende wijze veranderd. Welke eigenschap is dat?

Activiteit

/

Lokalisatie.

,f

Stabiliteit.

l.

Vraag 40

Bij de

vorming

van het

bouwplan

van het

menselijk lichaam

is er

sprake van segmentatie

van

weefsels.

Stel dat de

segmentatie

van het

weefsel

dat

de

wervelkolom gaat vormen in het begin goed verloopt, maar dat er in de laatste fase toch wat misgaat. Op welk niveau zijn er dan afwijkingen te verwachten in de vorm van de

wervels? ^

A

o C"r"""i *':u =e'&**u''

Z Thoracaal ù*twl,r"'l

+Q*þ ot-u*2

.@ Lumbaat

,t

,..'rÃ+rn-ï

"â¿*i¿' A<,t--'L

Vraag 41

Toxoplasma gondii is een parasiet die zich onder andere in kattenpoep kan bevinden en die kan leiden tot een infectie bij de moeder en haar ongeboren kind. ln welke fase van de zwangerschap geeft een infectie met toxoplasma het grootste risico op het overlijden van het kind door ernstig aangeboren afwijkingen aan organen?

Dat is tijdens de ...

@

embryonale fase.

2.

foetale fase.

3.

pre-embryonale fase.

12

I F M S A Nijmegen

(14)

Yraag 42

Tijdens een kijkoperatie in de buik wordt in een patiënt een vlies dat de navel en de lever met elkaar verbindt waargenomen. Dit is een overblijfsel van de embryonale ophangband van de ...

,{.'

einddarm.

2.

middendarm.

@ voordarm. ¡-v/,îuve

'rnt

ptfr,

-"t^.r,

aLQy'ín lcíj"'ø>ulrwr"

Vraag 43

Cellen

die

afkomstig zijn van

de

neurale lijst worden ook

wel

beschouwd als de vierde kiemlaag. Het

zijn

bijzondere cellen

die door het

ontwikkelende embryo migreren en een grote verscheidenheid aan weefsels vormen.

Tot welk weefsel kunnen cellen afkomstig van de neurale lijst zich ontwikkelen?

r(

Bloedvaten.

!

Nagels.

,X,

Pigmentcellen.

@ ratgktieren. t-u*.--^

!

¡a Vraag 44

Een buitenbaarmoederlijke zwangerschap in de eileider kan het gevolg zijn van een

te vroege

innestelling

van de

conceptus.

Welke

structuur voorkomt normaal gesproken een te vroege innestelling?

1.

Endometrium.

2.

Trophoblast.

3.

Zonapellucida.

13

I F M S A Nijmegen

(15)

BlMGZQ2-2

Vraag 45

utt cf-Ltr.-rr,i-^ cL:^cr¡,a; z<rl. (<r<oLxk r._â

)Z

De bovenstaande figuur toont een blastocyst. Welke cel zal zich ontwikkelen tot de olacenta?

0 c"ln

Z CelB

Vraag 46

Hieronder zijn drie verschillende weefsels zichtbaar. Welk weefsel voldoet aan de

onderstaande omschrijving?

"Dit weefsel is een

gespecialiseerde

vorm

van bindweefsel,

dat door de

typische elastische consistentie

van de

extracellulaire

matrix

weerstand

kan bieden tegen druk zonder

blijvende veranderingen te ondergaan."

,4* '{ .t

*

r|'

¡ô .s

l'* *

A B

a

F ç "*a

,7 !- r )'* *

-_,

t 2 r''

a

:--s:#

ñ,{,ü,,

+ f :

.

a

,1

-.

ì I

ü t ã r

a

*

Dit is het weefsel in

1.

afbeelding A.

@

afbeelding B.

3.

afbeelding C.

t

B

<!.r-'';.¿t>rtu¿!-X

A

-7

I **

c

e¡v,9 wnrL u..(, fu Þ..-.-.,-<{

¡vccþr,h, _ a*rr.+,$fl.o (y*

14

I F M S A Nijmegen

(16)

I

Vraag

47

'3'i.'.¿o.u!c*

Welke functie hebben de cellen in onderstaande microscopische afbeelding?

rlÈst

+

*t Td

{.r:

$

-:

¡¡ ß

rl

¿r$f*-

r í"i,*

.

{

ß

*

Uitvergroting

De cellen die zichtbaat zijn in de uitvergroting ...

.l

dragen bij aan de afirueer tegen bacteriële infecties.

,Z

lagocyteren LDl-cholesterol dat via de bloedbaan het weefsel binnenkomt

@

zorgen voor warme-isolatie van het lichaam.

Vraag 48

Het enzym lysyloxidase speelt een belangrijke rol in de vorming van collageen. Dit enzym modificeert een lysineresidue, zodat er ...

@

een aldehyde gevormd wordt.

Z

een hydroxylgroep gevormd wordt.

,l

direcl een crosslink tussen lysineresiduen gevormd wordt.

x

Vraag 49

ln het

geval

van

mucopolysaccharidosen worden bepaalde enzymen

niet of

in

mindere mate tot expressie gebracht. Deze enzymen zorgen er normaal gesproken voor dat glycosaminoglycanen worden ...

1.

afgebroken.

2.

gemodificeerd.

3.

gesynthetiseerd.

15

I F M S A Nijmegen

(17)

81MGZQ2.z

Vraag

50 tro*

Ðtct'c<ó

ln een experiment wordt vergeleken hoeveel gedifferentieerde cellen er ontstaan bij

de deling van

fibroblasten

ten

opzichte

van

multipotente stamcellen

die

een

asymmetrische celdeling ondergaan.

Wat zal naar alle

waarschijnlijkheid het resultaat zijn? Het aantal gedifferentieerde cellen gevormd vanuit fibroblasten is, ten opzichte van de multipotente stamcellen, ...

@gehalveerd.

Ø

verdubbeld. ,rc^ tu<c¡tp/"-,-

/

vewiervoudigd

A

gelijk.

.-û*..ü¡ó&¡fr,

+tø.nw,, c'x¿"¡nuffiaç

M.â -, W hl

Ut"r&."h ¿ 2^

,eA.L ¿fo."<"j -

4

Vraag 51

Dit is een opname van de bovenkant van de tong waarlangs grote stukken voedsel schuren tijdens het eten. Welke twee typen basisweefsel zorgen gezamenlijk voor een verstevigde bovenlaag van het tongweefsel?

.(

Meerdere enchondrale kraakbeenlagen die omringd zijn door een perichondrium van bindweefsel.

S

Meerdere lagen gladde spiercellen met daaronder bindweefselpapillen.

@

Meerlagig onverhoornd epitheel, met daaronder losmazig bindweefsel in de vorm van bindweefselpapillen.

16

I F M S A Nijmegen

(18)

Vraag 52

tr

Bij

nummer

1 is

het

t

;

f,J

{i

Bovenstaande afbeelding toont

de

wand van

een

bloedvat lumen te zien met daarin veel erytrocyten .

Het weefsel

dat

direct aan het lumen grenst bestaat uit ...

@

eentagig plat epitheel.

Z

meerlagig overgangsepitheel.

.X

zes lagen endotheelcellen.

{

zes normaal gevormde gladde spiercellagen.

17

I F M S A Nijmegen

(19)

B1MGZQ2.2

Vraag 53

Als

je

dichtbij een kampvuur

zit

zul

je

rookdeeltjes inademen. De cellen

van

het basisweefsel dat

de

luchtweg bedekt kunnen deze rookdeeltjes terug naar boven wegwerken, zodat

je de

rook eruit hoest. Bovenstaande electronenmicroscopische

opname toont die cellen

(aangeduid

met nummer 1) met hun

bijzondere

membraanuitstulpingen aan de apicale zijde van de cel.

Wat is de correcte benaming van dit type cellen?

@

Eenlagige epitheelcellen met cilia.

2.

Eenlagige epitheelcellen met microvilli.

18

I F M S A Nijmegen

(20)

I

Vraag 54

\t

.{

D

Rondom

de

luchtwegen

in

het halsgebied

treft

men verschillende typen bind- en

steunweefsel

aan. Dit

basisweefsel

kan zljn functie

uitoefenen

dankzij

de samenstelling van de extracellulaire matrix. Welk type bind- en steunweefsel wordt aangeduid met nummer 5?

k

Hyalien kraakbeen.

.Z'

Mukeus klienrueefsel.

Perictrondrium. li ,',,'r{.. ¡r,r' -lçtt.t i<t:¿,,,r fl¿.,,r

4.

Straf geordend bindweefsel. ,,r,...,,-r., r,{ I .V.' Yetweefsel.

:6.,

*

I

19

I F M S A Nijmegen

(21)

BlMGZQ2-2

Vraag 55

- '{.,¡F

Bovenstaande

foto is een

lichtmicroscopische opname

van een

dwarsdoorsnede door een stuk humaan bot. Welk weefsel, en dus welke cellen en structuren, zijn hier zichlbaar?

O

Circulaire botlamellen met osteocyten en hun canaliculi.

2.

Endesmaal gevormd botweefsel met vele osteoclasten.

.l

Lamellair volwassen botweefsel met vele osteoblasten.

20

I F M S A Nijmegen

(22)

Vraag 56

Welke van de onderstaande structuren toont een bloedvat?

@

StructuurA

Y*

tQ."aZ

Z

Structuur B

e!^.t

,,3r Structuur C ef.tlú""f

^*k%"^

21

I F M S A Nijmegen

(23)

BlMGZQ2-2

Vraag 57

.2

De

bovenstaande electronenmicroscopische

foto laat een deel van een

actieve kliercel zien. Dat dit een actieve kliercel is kun je vooral zien omdat ...

.(

er veel glad endoplasmatisch reticulum aanwezig is.

Ø ",

veel ruw endoplasmatisch reticulum te zien is.

3.

het gebied in de kern met euchromatine redelijk groot is.

./(.

het gebied in de kern met heterochromatine groot is.

Vraag 58

Bij een bepaalde vrouwelijke meiose ontstaan er in totaal vier haploïde dochtercellen, waarvan er drie chromosoom 14 missen. Wat is er gebeurd tijdens deze meiose?

[*

1

.

N on-d isj u n ctie tijdens meiose ¡ .

Â.*r.z

¿¿Qr-;acx-",'\

2

Non-disjunctie tijdens meiose ll. Ê..,-.y tcr{r,.".,-

O

Verstoorde crossing-over tijdens meiose l.

/

Verstoorde cytokinese na meiose

ll.

a.^úuL¿.n,¡

\4 pr,n{.irr.L <rr(&.^,cl-a.,¿¿-..o.ìL

r*Íp;i1ã

_

^fi\24,:,¿_"/

J, J,

@"ol 0.0

22

1J\Ç'-t-,.uG'

I F M S A Nijmegen

(24)

Vraag 59

ln het onderstaande figuur staat een stukje van de coderende streng van het GJB2

gen, met daarbij de dertien

aminozuren (aangegeven

met de

standaard

éénlettercode) waarvoor

dit

DNA codeert. Hierin zijn vier verschillende zeldzame genetische varianten met een pijl aangegeven, die elk bij minder dan 1 op de 1000 mensen worden gevonden. De bijbehorende letter verwijst naar de beschrijving van de genetische varianten daaronder. Bij beantwoording van deze vraag kunt u gebruik maken van het cirkeldiagram van de genetische code.

a b d

t tIr

c eo3 ãf

TACTGTATG AAG GAA ATG GGA ATG TTT GGC ATA GTG AGT TAT CTG

MKEMGMFG]VSYL

Variant a:

De aangegeven nucleotide (A) is veranderd in een andere nucleotide (C).

Var¡ant b:

De aangegeven nucleotide (T) is verdwenen

Variant c:

De aangegeven nucleotiden (AGT)zijn vervangen doorde nucleotiden CGA

Variant d:

De aangegeven nucleotide (C) isveranderd in een andere nucleotide (T)

Welk van deze

varianten gecodeerde eiwit?

\\

.f,

c

gxf,

A G

U

c

A

U

U

G

A

c c

u

G A

.d

A

G

c

u G

o ¡cu

\

et

f

¿c

?e

heeft naar

veruachting

het

grootste

effect op

het

1.

Variant

a

'wvJ>y"-¡>z:

d.-kvr*-

cx<,r)

-4

atyu-,kn a<*,1

Ø

Variant

b

dq-Q.t'

-., llr.n otl-:4t

3.

Variant

ct¿ær¿æ- -

1t"."¡.1,.^¡, [t"-^^^-,.-r<

4.

Variant

d

"rntâ.,.-,'4

23

I F M S A Nijmegen

(25)

B'IMGZQ2-2

Vraag 60

il-1

t-3

I t-3 |-4

ilt-1 llt-4

Meerdere leden van de familie uit de stamboom hiernaast lijden aan een erfelijke

vorm van vroeg

intredende

staar. Welk van de

familieleden

zal naar

alle waarschijnlijkheid niet dezelfde mutatie dragen als l-3?

,z

il-1ll-3

3.

ll-4

4.

lll-1

A Aq

Vraa 61

c{c^

a

A AA

Ar'

C(

A ßb

Het SLCITAS gen ligt op chromosoom 12. Mensen die heterozygoot zijn voor een missense-mutatie in dit gen kunnen op latere leeftijd doof worden. ln de stamboom hiernaast staan twee jonge kinderen; hun vader

is

drager

van een

heterozygote SLCITAS mutatie. Hoe groot is de kans dat eventuele kinderen van persoon A, de zus van de vader van de kinderen, deze mutatie zullen dragen?

Vrijwel 0%

12,50/o 25o/o 50o/o 1.

2.

@ Ø

24

I F M S A Nijmegen

(26)

I

Vraag 62

152Ë I

cenlromeer YIII

I

I

cenlromeer llll

131>=

20

Een jongen met ernstige aangeboren afwijkingen blijkt een gedeeltelijke trisomie van chromosoom

20 te

hebben.

Zijn

moeder

is

draagster

van een

gebalanceerde translocatie tussen de chromosomen 4 en 20 (zie het figuur hierboven), waardoor er twee translocatiechromosomen

te

herkennen

zijn in haar

karyotype.

Het

eerste bestaat

uit bijna heel

chromosoom

4, met een

stukje

van de

lange

arm

van chromosoom 20. Het tweede translocatiechromosoom bestaat uit chromosoom 20, met een stukje van de korte arm van chromosoom

4.

De pijlkoppen met nummers geven de cytogenetische band aan waarin de translocatie heeft plaatsgevonden.

Wat is de correcte weergave van het karyotype van deze vrouw?

1

.

46,XX,t(4;20Xq 1 3.1 ;p15.2)

Z.

46,xx,t(4;20)(p1 3. 1 ;q1 s.2)

-@

+o,xx,t(4;20)(p1 5.2;q1 3. 1 )

./(

46,XX,t(4;20)(q 1 5.2',p13.1)

I I

I T

I

I

I

4

T

25

I F M S A Nijmegen

(27)

81MGZQ2.2

Vraag 63

SNP

rs351855

ligt in het

FGFR4

gen en is

geassocieerd

met

verschillende fenotypes.

De

genotype frequentie

van deze SNP in

verschillende populaties, afkomstig uit Afrika (AFR), Amerika (AMR), Oost Azië (EAS), Europa (EUR) Zuid Azië (SAS) is hieronder weergegeven (snapshot 1O0OGenomes browser).

Population

1 000GENOMES :phase_3 :AF R

1 000GENOMES:phase_3:AMR

1 000GENOMES :phase_3 :EAS

1 000GENOMES:phase_3:EUR

1 000GENOMES :phase_3 :SAS

Genotype: frequency (count)

GIG: 0.79a

(525)

GIA: 0.192(127) GIG: 0.481

(167)

clA: 0.418 (145) GIG: 0.286

(144)

GIA: 0.502 (253) GIG:0.497

(250)

clA: 0.417 (210) GIG:0.372

(182)

clA: 0.485 (237)

AIA: 0.01a (9)

AIA: 0.101 (35) AlA,: 0.212 (107) AIA: 0.085 (43)

AIA: 0.1a3 í0)

Hieruit volgt dat de frequentie van allel

A

(afgerond op

3

decimalen) voor de AFR populatie is

... d

qt=

gor.-r q= e rrð ptq

= I

1.0,103.

2. 0,110. @ ??"2rtn(,t

@ o,tlz.

4.

0,219.

5.

0,318.

Vraag 64

SNP rs429358 ligt in het APOE gen en het C allel van deze SNP is geassocieerd met

de

ziekte van Alzheimer.

De

huidige frequentie

van het

rs429358

C allel in

de Europese populatie is ongeveer 18o/o. De Europese populatie is groot en groeit snel.

Hoe zal deze populatiegroei de toekomstige frequentie van het rs429358 C allel in de Europese populatie beïnvloeden?

1.

Die zal dalen.

@

Oiezal niet veranderen.

3.

Die zal stijgen.

26

I F M S A Nijmegen

(28)

Vraag 65

Een 33-jarige man is

al

maanden erg moe. Onlangs zag hij ook wat bloed bij de ontlasting. Zijn vader heeft darmkanker gehad. Hij is bang dat hij dat nu ook heeft. Dit is een voorbeeld van ...

@

attributie.

Z.

generalisatie.

7.

self-efficacy.

Vraag 66

ln het eerste

levensjaar

van een kind vinden er al een aantal

belangrijke ontwikkelingstaken plaats. De responsiviteit van ouders of verzorgers is in deze fase

de

basis voor het gevoel van veiligheid

dat

kinderen ontwikkelen en

speelt

een belangrijke rol bij de ontwikkeling van een goede .,.

,/

hechting.

individualisatie.

@

zeffredzaamheid.

Vraag

67

ne^""r-\

Zo\c3l

2cgtx_o,n--

Als we het over coping hebben dan hebben we het over de cognitieve, emotionele en gedragsreactie

op

stressoren. Onze

wijze van

coping

is voor een groot

deel aangeleerd. Een voorbeeld van een cognitieve reactie ontstaan door modeling is om bij een lichte hoofdpijn ...

.a(

een afspraak te maken met de huisarts omdat je hebt gelezen dat dat verstandig is.

Ð ""n

paracetamol in te nemen omdat je ouders dat ook altijd deden.

@

te denken 'niet zeuren maar doorgaan'omdat je ouders ook zo dachten.

./(

te denken aan een hersentumor omdat een vriend dat bleek te hebben.

Vraag 68

ln het stress-copingmodel zijn de primaire en secundaire appraisal van een stressor van belang. Het ontbreken van sociale steun en een sociaal netwerk speelt een rol bij de ...

zt

primaire appraisal.

6

secundaire appraisal.

27

I F M S A Nijmegen

(29)

BlMGZQ2-2

Vraag 69

Stress kan lichamelijke

en

psychische klachten veroorzaken, verergeren of in stand houden.

Om de

primaire inschatting

van een

stressor

ten

positieve

te

kunnen

beïnvloeden bij het meedelen van slecht nieuws is het vooral belangrijk om ...

@

naar de cognitieve reactie te vragen.

2.

ontspanningsoefeningen aan te bevelen.

3.

te adviseren er veel met anderen over te praten.

Vraag 70

Een 53-jarige man met HIV heeft vele onprettige ervaringen in het ziekenhuis achter de rug. Hoewel het tegenwoordig met de medicatie die hij krijgt aardig goed met hem

gaat, is hij vanaf een week voor zijn

controleafspraak

toch altijd weer

wat zenuwachtig en gespannen. Deze spanningsklachten zijn in dit geval

klassiek gecond itioneerd.

2.

operant geconditioneerd

Vraag 71

Gedragsverandering

is

lastig.

Om in de

bewustwordingsfase

de

motivatie voor

gedragsverandering te verhogen kan het beste ...

e

O" balans worden opgemaakt van voor- en nadelen van het huidige gedrag.

2.

de gezondheidswinst na de gedragsverandering worden aangegeven.

3.

de negatieve gevolgen van het huidige gedrag worden aangegeven.

aVraagT2

Een 78-jarige man had in zijn werkzame leven een hoge functie in het bedrijfsleven.

Nu

merkt

hij dat zijn

vermogen

om

problemen

te

analyseren

de

laatste jaren

geleidelijk achteruit

is

gegaan.

Dit

komt

bij

ouderen vaak

voor. De

belangrijkste oorzaak hiervoor is het afnemen van de ...

1.

flexibiliteit in denken.

/.

motivatie.

3.

self efficacy.

Vraag 73

Toename van sociaal kapitaal beïnvloedt de gezondheid. Dit komt doordat mensen meer ...

1.

autonomie ervaren.

@

bereid zijn elkaar te helpen.

3.

zelf kunnen kiezen.

28

I F M S A Nijmegen

(30)

YraagT4

Een man heeft

een

chronisch ziekte

en

heeft daarbij ondersteuning nodig voor dagelijkse activiteiten. Binnen

de

participatiesamenleving gaat men

er

van uit dat deze ondersteuning geregeld wordt in de vorm van ...

f.

huisartsenzorg.

Z

maalschappelijk werk.

@

mantelzorg.

,1

wijkverpleging.

Vraag 75

De afgelopen jaren is er een stijging van het aantal mensen dat een gezonde leefstijl nastreeft. Wat is een sociaal culturele verklaring voor deze stijging? Er zijn meer mensen die zich met een gezonde leefstrjl bezig houden omdat ...

1.

de inkomensongelijkheid daalt.

2.

de prijs van gezonde voeding is gedaald.

@

een gezonde leefstijl de norm is geworden.

¡

Vraag 76

Tijdens een responsiecollege over de verzorgingsstaat betoogt een student dat er in

Nederland veel misbruik is van uitkeringen. Hij kan het weten, want zijn vader heeft een eigen zaak, waar personeelsleden zich vaak ziek melden terwijl ze niet ziek zi)n.

Ook is het moeilijk om personeel te vinden terwijl er toch veel werklozen zijn. Die zijn te beroerd om te werken. Een andere student gaat daar tegenin. Haar moeder heeft

altijd hard gewerkt, maar krijgt tegenwoordig na een ongeluk

een

arbeidsongeschiktheidsuitkering. Zij zou graag aangepast werk doen, maar zij komt nergens meer aan de bak.

ln bovenstaande situatie is sprake van een verschil in referentiekader. Binnen welk sociaal proces wordt het referentiekader ontwikkeld?

1.

Etikettering.

2.

Normalisatie.

3.

Socialisatie.

4.

Stigmatisering

29

I F M S A Nijmegen

(31)

BlMGZQ?-2

VraagTT

ln 1850 lag het

Nederlandse sterftecijfer

voor

longtuberculose

rond de

3000

sterfgevallen per miljoen inwoners. Honderd jaar later was dit sterfte cijfer gedaald tot 200 per miljoen inwoners. Wat is de belangrijkste verklaring voor deze daling van het sterftecijfer?

y'

Aanlegvan drinkwaterleidingen en riolering.

Z.

lnzicht in de werking van de tbc-bacterie.

p

Uitvinding van antibiotica.

@

Uitvinding van BCG-vaccinatie tegen tuberculose.

Vraag 78

De uitvinding van de koelkast heeft bijgedragen aan de daling van de steffte aan een CVA. Wat is hiervoor de belangrijkste verklaring?

Door de koelkast ...

1.

bederft het voedsel minder snel.

Ø

¡. conservering met zout overbodig geworden.

3.

kunnen mensen meer groente en fruit consumeren.

Vraag 79

Het gebruik van app's om gezond gedrag te stimuleren neemt toe. Zo zijn er app's die een effect lijken te hebben op beweging en voedsel-inname. Directe feedback en soms beloning lijkt hierbij het gedrag te veranderen.

Hoe wordt proces van 'het zich eigen maken'van het nieuwe gedrag aangeduid?

e

lnternalisatie.

"/

Sociale controle.

,l

Verandering van normen en waarden.

Vraag 80

ln

1917 was de levensverwachting van Nederlandse mannen en vrouwen ongeveer 50 jaar. Honderd jaar later is dat rond de 80 jaar. Wat is de belangrijkste verklaring voor deze spectaculaire stijging van de levensvenryachting?

,f.

Daling van de geboortecijfers.

Z

Toename van de welvaart.

@

Verbetering van de gezondheidszorg.

30

I F M S A Nijmegen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Daarom hebben we onderzocht of er naast ontwikkelingen in rechtshandhaving ook demografische, sociale of economische ontwikkelingen zijn die mogelijk een (aanvullende) verklaring

• Hierin is uitgegaan van de formatie zoals in 2019 begroot waarin voor 2020 de tijdelijke uitbreiding voor het exact project niet meer zijn meegenomen.. • Er is geen

schoolprogramma en de medezeggenschapsraad moet instemmen met de inhuur. De inzet van derden is op zich geen probleem, zolang de eigen leraren hierbij goed betrokken worden. Ook

[r]

Smallstonemediasongs.com printed &amp; distributed by KoormuziekNL, Dordrecht - www.koormuziek.nl Vermenigvuldigen van deze bladmuziek zonder toestemming van de uitgever is

Burgemeester en wethouders van de gemeente Velsen maken be- kend dat zij in de periode van 24 december 2013 tot en met 3 ja- nuari 2014 de volgende aanvra- gen voor

regeling gewijzigd; verlengging niet

Stijging van het aantal werkzoekende uitkeringsgerechtigde volledig werklozen 1 Voor de eerste keer in een eerste trimester sinds 2013 stijgt het aantal werkzoekende