A
I R 7SLProefstation voor de Groenten- en Fruitteelt onder Glas, Naaldwijk
\
Het vervroegen van Gorella door middel van korte dag-behandel i ng.
Winterteelt 197^ " 1975.
door :
ing. Wa. van Ravestijn
Naaldwijk, september 1975. No. 70V9/'75.
Proefstation voor de Groenten- en Fruitteelt onder Glas, Naaldwijk
Het vervroegen van Gorella door middel van korte dag-behandel i ng.
Winterteelt 1974 " 1975.
door : g
ing. W . van Ravestijn
Naaldwijk» september 1975. No. 704/9/'75.
I n h o u d I n l e i d i n g . Proefopzet Resultaten Discussie Samenvatti ng Bi jIagen
V r i j P r o j e c t Vari akas A -3 Kapje 22.
I n l e i d i n g
In de afgelopen drie seizoenen zijn aardbei-proeven genomen om tot een betere vroege produktie te komen» Deze proeven vonden plaats in samenwerking met het Proefstation te Wilhelminadorp en de Proeftuin te Zaltbommel.
In 1972-1973 was het meest opmerkelijke, dat in de periode tussen planten en foroeren (respectievelijk tussen 6 december en 1.0 januari) het vroege ras Glasa de bloemontwikkeling continueerde3 terwijl het
late ras Gorella gedurende die periode geen verdere ontwikkeling te zien gaf.
In het daaropvolgende seizoen (1973-1974) werd onderzocht3 of het ras
Gorella wellicht een hogere temperatuur-behoefte kon hebben. Dit bleek niet het geval te zijn,
In het afgelopen seizoen (1974-1975) is nagegaan of de foceerbaarheid afhankelijk is van het stadium3 waarin de bloemen verkeren op het mo
ment van forceren. Dit werd onderzocht3 door planten van het late
maar produktieve ras Gorella door korte dag-behandelingt vroeg tot
bloemaanleg te induceren.
Proefopzet
Door K(orte) D.(ag)-behandeling is geprobeerd de bloemaanleg te vervroegen. Gezien het oriënterende karakter van de proef is tot de volgende proef
opzet gekomen.
1. Verse Glas planten (onbehandeld) 2. Verse Gorella planten (onbehandeld)
3. Verse Gorella planten, K.D.-behandeling van 1 augustus t/m 15 septmeber 4. Verse Gorella planten, K.D.-behandeling van 16 augustus t/m
-4-Het verduisteren vond in enkelvoud plaats . In de kas werd in 4-voud uitgeplant. Elk vakje was 4 x 6 = 24 planten groot. De plattegrond is in bijlage 1 opgenomen. Enkele teeltgegevens staan in bijlage 2 en 2 a vermeld. Verduisterd werd van 1 s avonds 7 uur tot 's ochtends
7 uur. De "verduisterde" planten ontvingen dus 10 uur "dag" en 14 uur "nacht".
Behalve de kortere dagen, dus kortere assimilatie-periode, zal bij deze planten een hogere nachttemperatuur hebben geheerst en wellicht
ook een hogere grondtemperatuur. Deze gegevens werden niet gemeten. Tevens konden deze planten soms wat droger komen te staan, als ' s nachts
gedurende de verduisteringsperiode, regen viel. Wel stroomde dan het water zijdelings of naar de grond en kon Zich San verder in de bodem verspreiden. Al deze invloeden zijn niet nader geana lyseerd. Met verduisteren of K.D. -behandeling wordt dit gehele complex van verandere omstandigheden bedoeld. Op 30 juli 1974 werden enkele foto's van de planten op het wachtbed genomen (bijlage 3). Hierbij is goed te zien, dat de K.D.planten korter en meer gedronger waren
dan de niet verduisterde planten . Op dat moment was het verschil tussen C] :
wél en niet verduisterde planten al iets minder groot dan op 15 september.
Resultaten
De generatieve ontwikkeling van de planten werd onderzocht. De eerste controle vond plaats op het moment van het begin van de verduistering. Deze planten werden op 6 augustus 1974 ontvangen. Geen van de toen onderzochte planten vertoonden enige bloemaanleg,
©
Bij de 2 controle (16 augustus) bleek nauwelijks enige bloemaanleg aanwezig te zijn. Alleen een enkele plant van het vroege ras Glasa vertoonde enige generatieve ontwikkeling. Dit ras zal zijn vroegheid dus niet uitsluitend te danken hebben aan een snelle ontwikkeling van de bloeiwijzen, zoals algemeen wordt aangenomen, maar tevens aan een vroege initiatie van de bloeiwijzen, althans in 1974. De Gorella-planten, die 14 dagen K.D. hadden ondergaan, vertoonden geen bloemaanleg.
Een maand later, op 17 september was dit beeld totaal veranderd (bijlage 5 tabel III en bijlage 5 a). Alle groepen vertoonden bloemaanleg.
Glasa, onbehandeld, was duidelijk verder generatief ontwikkeld dan Gorella "on] "onbehandeld". Veel verde*"ontwikkelde bloeiwijzen werden bij de ver
duisterde Gorella's gevonden. De generatieve ontwikkeling was verder gevorderd naarmate langer verduisterd was (dus de verduistering vroeger was begonnen). Dit beeld zette zich voort tot het uitplanten (30 oktober en 9 december). De verschillen tussen de verduisterde planten lijken in de grafiek van bijlage 5 a geleidelijken minder te worden. Men moet
hierbij echter in gedachten houden, dat bij het bepalen van het ontwikkelings stadium de hoogste graad van ontwikkeling met een 7 of 8 wordt ge
honoreerd, Uiteindelijk komen dus alle behandelingen bij dit punt aan. Vandaar dan ook, dat op deze grafiek de gegevens van 10 januari (begin forceren) zijn weggelaten. Om de verdere ontwikkeling vast te leggen, zijn de lengten van de bloeiwijze per neus gemiddeld.
Vóór 17 september verkeerden de groeipunten in stadium I (= vegetatief)
of stadium II (verbreed groeipunt). Op dat moment had het meten van de lengten weinig zin en was ook niet goed uitvoerbaar. In grafiek 5 b zijn van de
daaropvolgende controles de gemiddelde lengten van de bloeiwijzen in mm opgenomen (zie ook bijlage 5 tabel IV), waarvan de grafiek is afge-leid. Het beeld van grafiek 5 a wordt hierbij bevestigd. Opmerkelijk is ook nu weer de stilstand in ontwikkeling van de onbehandelde
Gorella-planten en van de Gorella-planten met 6 weken K.D.
Geen stilstand in de ontwikkeling werd waargenomen bij Glasa en bij Gorella met 4 weken K.D. De gemiddelde lengten van de bloeiwijzen
lag bij deze beide groepen dicht bij elkaar. Wellicht is het continueren van de ontwikkeling tussen planten en forceren in zoverre aan het ont
wikkelingsstadium gebonden, dat de bloeiwijzen met een lengte van omstreeks 7 â 8 mm wel, maar duidelijk kortere bloeiwijzen ( 4 mm) hiertoe nog
niet en met veel langere bloeiwijzen (13 mm) niet méér in staat zijn. Bij de laatste controle, 10 j anuari, werden in topbloemen bruine meel draden gevonden van zowel de hoofdgroeipunten als wel bij lager gelegen bloeiwijzen. Het beeld was als volgt :
~6~ I g I CD Cl N 0) I •n 131 l-H cd I S MI •<H Tai a) -hi o <ui H 0)1 1X5 Si <D a>f o> Gl id -HI •p 31 G Ml CD Xil ü I M -M I CD (1)1 A Si <d (d •P O •P M 3 CD G M (1) ft I I ! i-H a) 1 ö I a) N I o -n I rH 'iH d!-di 0 > 4-) I" 1 •' " fil (Öl «il •P a) S g a) S a) o I r—I IX) ft O •p -P 'OT a) idi+J ' Miß •a I 3 ä nia, 0 OII-rH N !l)i 0) n glO (0 •H I M 3 " a) I tr> <d «l'a c •Him 31 O M MIO 0)1 B ÄIÄ W I ! I i l-H I 0) I O IH 1X5 G I CD I eu n IrH T-J I rH *H Gl fÖ S 0)1 & •H a) o in in -i o o O O O 00 co T-i co m «N oo <r> co *1 O O CN '*H O CN O O O CO G O) •Ö •n CD •P G id £ Q) O M G <D a-; <u & l£> •P CD S •W • *. •ri CD c »H H G a) d) rH H CD •p 'd N a) > C« rH 0) Di CD G 0) 0 0) Q ÎJi a) &i ft •p H •H 0) •H en * 0) N H Cn a) CD G a» 0 &! CD •o
»
rH a) u -p M •H G CD N Cr> ra <d M n} Xi ai Cr> (d S > rd (d T3 0) > P rH Ol G rH G iH G •H a» d m •H «j 0) N CD -P «j T3 CD G o; M rH M S G <d & •n ni Q G 0) cd (d •H fd £ d G rH rH a <d O rH •n 0) a G •P cd •A 13 •p O Kyi M rd Xi -H Ä Ai a» û) •p Xi 3 Ü tH > 0 X "Ö O M G •p 0 N o !d G 0 M M Q) >Ö G O G ai N 3 CD G cd 13 § > G a) •p ft •H Q)S
tjl T3 4-i O O n3 M 0) a Cd o M G fO ts G CD M§
M 0) •P O M Cn rH m rH a! •H CD Tf 13 M • • O G i. Q Q O a) G • • Q) d)«
M CD >a rH fH ^ • G '13 G G id O 0) CD G > M X CD •P a) 0) CD CD a) X!»
IS rH rH •H G CD lO T cd G P G ». ««. M a) cd (d cd (d 3 T5 rH rH .H rH ^3 M ft id rH rH rH CD ft M a) a) 0) G»
03 id M M M 0) •a rH O 0 Q •a »H u O u ö •a fd a) 0 S CD a) CD 0! rG M rô V) en m en ft H M M M a) ft rG CD CD 0) a) •P 0) Ü > > > > •H a; m N 0) T3 •H N <y • • • • G G •H CM en H H 'S m m •H IH cd S-l Cr» 0) >0 o) ai o m rH X? G "H G CD N •n a; o > a) o .ci G co *0 G CD >Si
G 0) G ' a) M (Ö s •H N a) SSi
<0 G CD : •P ft •H CD O ' M & CD CD G û) > CD 0> 0 D> M 0) CD & .G O en •ri IH (Ö M n> m G ai a) (Ö •p CD CD Xi -H N S ~ •a g CD - M P CD Ä ai •H Cn rH G tn a) G t) (d M rH O CD £ Xî M CD •P O M tn G (ti > G a» N •n •H £ -H a) o rH X! g m N +J OJ O rd P § (0 4J 0) +> ai xi m (0 (d G d M •P G id rH Oj Ut
G CD N •n 0) O 1—! Xi U M O 0) > TS G Q) -H •P S G rH a) a; n a) •n > <d *ö G o N *r™> •H X! •P S a; g <d s 'H CD O ai ai S 0 (0 w (Ö rH o G CÖ > G 0) A! a) X) td O N O > X! rG > ft rH 1—1 G G rH (d CD "r-i CD cd rG U -H N Ü O G N en O •n Q) ftp G •H trs G a) « N ß a) Cn & (d P •H G M «C d a) •H G P M •P 0) 0 ft cd •H > •a •H M 3 CD rH CD W 0) O •P •p CD 0J M a) O Ol X! D> œ •P Ss
Het aantal bloeiwijzen per plant lag bij de laatste controle bij de onbehandelde Gorella-planten en de Gorella planten met 4 weken Korte Dag-behandeling vrijwel gelijk.
In bijlage 6 is par behandeling het gemiddelde begin van de bloeitijd opgenomen. Het vroege ras Glasa bloeide het vroegst. De bloei begon ongeveer 25 dagen na het begin van het forceren. De onbehandelde Gorella planten bloeiden ruim 14 dagen later. De begin bloei van de beide groepen met K.D.-behandeling lag hier tussenin. Door de K. D.~ behandeling werd de bloei bij Gorella dus ten opzichte van "onbehandeld" ongeveer één week vervroegd. Het verschil tussen beide K.D.-behande lingen was zeer gering ( circa 1 dag). De langere K.D. periode gaf dus een iets vroegere bloei dan de kortere K.D. periode. De achterste vakken vertoonden groei-achterstand. Daarom werden bij deze vakken (bijlage 8) alleen de eerste twee rijen beoordeeld.
Het begin van de oogst (bijlage 7) viel voor Glasa ongeveer 72 dagen vanaf het forceren. Gorella was duidelijk later»
Hierbij begon de oogst circa 90 dagen vanaf het forceren.
Bij het begin van de oogst was nauwelijks nog enige invloed van de K.D.-behandelingen waar te nemen.
Het percentage bloemen dat voor het eerst bloeide en uiteindelijk ook een vrucht gaf (dus zette en niet aborteerde) lag voor de beide onbehandelde groepen vrijwel gelijk en bedroeg ruim 50%.
De beide groepen met K.D.-behandeling verschilden onderling niet. Wél waren deze behandelingen wat dit betreft beduidend minder dan de onbehan delde groepen. Slechts 25% van de eerst bloeiende bloemen gaf uiteindelijk een vrucht of vruchtje.
Het percentage bloemen, dat het eerste bloeide en ook de eerste vrucht gaf, was bij Glasa het beste (41%).
Bij Gorella lag dit percentage beduidend lager. Voor de onbehandelde Gorella was dit circa 34% en voor de beide groepen met K.D.-behandeling respectievelijk 18 en 15% (respectievelijk 6 en 4 weken K.D.).
De vroegheid van. de K.D. behandelde Gorella planten kwam in het geheel Q
niet tot uiting in de 1 oogst. De oorzaak zal voornamelijk zijn gelegen in de minder goede zetting. De bloemkwaliteit was dan ook bijzonder slecht. Dit werd voornamelijk veroorzaakt door het niet goed werken
van de ruimte-thermostaat, gecombineerd met het feit, dat de aangrenzende kapjes een veel hogere nachttemperatuur ontvingen (zie bijlage 4).
-3-Op 21 februari was de kwaliteit van alle bloeiende bloemen slecht. Op 4 maart zag men bij Glasa een redelijk goede bloei. De bloem-kwaliteit van Gorella "onbehandeld" was redelijk, van de beide met Korte Dag-behandelingen duidelijk minder, vooral als de planten 6 weken Korte Dag-behandeling hadden ontvangen.
De opbrengst halverwege de oogstperiode (14 april) geeft het volgende beeld te zien (zie ook bijlage 8 tabel I)
Gemiddeld opbrengst per plant Aantal Gewicht in grammen
1, Glasa, onbehandeld 12,01 165,8 2. Gorella, onbehandeld 4,29 83,6 3. Gorella, 5 weken K.D. 5,05 97,9 4, Gorella, 4 weken K.D. 5,02 94,6
De vroegheid van Glasa kwam hierbij weer duidelijk tot uiting. Door de K.D.-behandelingen werd de oogst vervroegd, zowel in aantal als gewicht. De onderlinge verschillen tussen de beide K.D.-behandelingen was te verwaarlozen. Door de grote spreiding waren de verschillen helaas niet betrouwbaar.
Een andere maat voor de vroegheid van de oogst kan in de gemiddelde oogstdatum worden gevonden (Bijlage 8 tabel IV). Het sprekendst was de rasinvloed, Glas&was verreweg het vroegst. Door de K.D.-behandelingen kwam de gemiddelde oogstdatum iets meer naar voren te liggen. Onderling verschilden de beide behandelingen weinig. Wiskundig betrouwbaar waren dan ook alleen de rasverschillen. Bij de totaal-opbrengst (bijlage 8 tabel III) waren het vooral de rasverschillen, die groot en betrouwbaar waren.
Glasa was het laagst in produktie. De opbrengstem van de Gorellaplanten lagen dicht bij elkaar.
Hierbij gaven de onbehandelde planten de laagste en de planten met 6 weken K.D. de hoogste produktie. Hoewel de verschillen gering en niet
betrouwbaar zijn, valt toch wel een bepaalde lijn te onderscheiden. Gesteld mag dan ook wprden dat door de Korte Dag-behandelingen de neiging tot een vroege oogst aanwezig blijft zonder verlies van de totaal-produktie.
Wel kreeg men door deze K.D.-behandelingen een enigszins hoger per centage 2® soort (bijlage 8 tabel III).
-9-D i ,s c u s s i e
In deze eerste oriënterende proef met Korte Dag-behandeling van Gorella-planten om de oogst te vervroegen bij een wintertee.lt, werd een duidelijke reactie van de planten op de bloemaanleg gevonden.
De vervroeging van de bloei en de oogst vielen echter tegen. Dit werd goeddeels veroorzaakt door de slechte bloemkwaliteit van de met K.D. behandelde aardbeiplanten. Deze bloemkwaliteit werd waarschijnlijk nadelig beïnvloed door het extreme warme en natte weef in het najaar en de vroege winter. Door deze betrekkelijk hogs temperatuur ging de bloemontwikkeling vermoedelijk langer door, dan bij omstandigheden
van een meer "normaal" jaar het geval zou zijn. Het veelvuldig voorkomen van bloemen met bruine meeldraden op het moment van uitplanten, kan hiervan het gevolg zijn geweest.
Bovendien was de nachttemperatuur vanaf het forceren te hoog. Dit benadeel de nogmaals de bloem-/stuifmeelkwaliteit. Dank zij het feit, dat in
dezelfde ruimte ook onbehandelde Gorella en G1asa-p1anten stonden, werd door de bijen nog een redelijke bestuiving met vitaal stuifmeel verkregen bij de K.D.-behandelingen. Gezien de reactie van de planten lijkt het niet ongeschikt een dergelijke proef nog eens te herhalen, eventueel gecombineerd met een koelcelbehandeling. Wellicht kan hierdoor zowel de groei als ook de bloemkwaliteit worden verbeterd.
S a m e n v a t + i n g
In deze proef werden vergeleken het vroege ras Glasa ten opzichte van het late ras Gorella, waarbij een gedeelte van de Gorella-planten "Korte-Dag" ontvingen om de oogst te vervroegen.
Door de Gorella-planten 6 of 4 weken Korte Dag-behandeling te geven (respectievelijk vanaf 1 augustus of 16 augustus en dit te continueren tot lS september), werd de bloemaanleg duidelijk vervroegd en de bloem ontwikkeling gestimuleerd.
Tevens werden, vooral bij 6 weken K.D., meer bloeiwjzen gevormd. Toch viel de uiteindelijke vervroeging tegen.
-10-De beide verduisterde groepen bloeiden één week vroeger dan de contrôle Gorella-planten. De begin oogst lag voor alle Gorella planten gelijk.
Hoewel wiskundig niet betrouwbaar, was de opbrengst halverwege
de oogstperiode bij de Gorella planten met de K.D.-behandeling steeds iets hoger ten opzichte van de niet verduisterde Gorella-planten. Ook de gemiddelde oogstdatum lag bij de beide verduisterde groepen vroeger.
De totaal-opbrengst van de Gorella-planten met Korte Dag-behandeling was iets groter dan van de contrôle planten. Wel gaven de planten
©
met K.D.-behandeling iets meer 2 soort vruchten.
De verschillen tussen de beide K.D.-behandelingen waren wat de oogst betreft óf volkomen te verwaarlozen, óf vielen iets ten gunste van de 6 weken K.D. behandeling uit.
Glasa — het vroege contrôle ras — bleek inderdaad het vroegst te zijn. De vroegheid was betrouwbaar groter dan van alle Gorella planten. De totaal-opbrengst lag bij dit ras echter beduidend lager.
De gemiddelde vruchtgewichten ontliepen elkaar nauwelijks.
Bijlage 1
PLATTEGROND AARDBEIPROEF 1974-1975
Noord
Variakas A-3; Kapje 22
M— ai o s~ CL <D XJ S= CL» -P •r* 3 00 O < CL. Buiten de proef II III IV II o •=c 4 CL. III iy Buiten de proef ö 0) •p ß <ö. r-H O) Buiten de IV 16 15 III 14 II 13 IV 12 11 II 1.0 III Buiten de proef a a) •p a <d H & kO f-<u o %-Ou aj •a c a> 4-> *r-CQ A CD 4-> C (O r— Ql O LT> I •= Glasa onbehandeld II = Gore11a onbehandeld III = Gorella K.D.-behandeling
van 1 augustus t/m 15 september IV = Gorella K.D.-behandeling van 16 augustus t/m 15 september 1 t/m 16 = volgnummers van de vakken
Controle planten voor stadium-onderzoek vóór het forceren in het hoofdpad poten ( 4 x 10 planten)
Bijlage 2
Gedurende de verduistering is tengevolge van de storm op 7 september het verduisteringsplastic gedeeltelijk van de planten gewaaid.
Op 8 september was het onmogelijk de schade te herstellen in verband met de aanhoudende storm.
9 december 1974 Planten in Naaldwijk ontvangen 10 december 1974 Planten gepoot
9 januari 1975 Wit plastic gelegd; bijmest monster genomen Vanaf 10 januari 1975 met forceren begonnen
's-Nachts belicht vanaf de nacht van 10 januari op 11 j anuari 1975 Vanaf 10 januari 1975 CO^ gedoseerd; concentratie circa 0,15% Op 31 januari 1975 CO^ gemeten; bewolkt weer, droog.
10.30 uur achter concentratie 0,175 midden concentratie 0,151 voor concentratie 0,125
ramen circa 10 cm open
15.00 uur achter concentratie 0,142 midden concentratie 0,142
voor concentratie 0,142 ramen dicht Einde belichting
Bijen van
6 februari , 1975
7 februari - 7 april 1975 Op 7 februari de planten extra aangetrapt
7 april 1975 Vrij veel vruchtrot 14 april 1975 Veel vruchtrot.
£$i;jlacfe 2a
PROEFSTATION VOOR DE
GROENTEN- EN FRUITTEELT ONDER GLAS
Zuidweg 38, Naaldwijk - - «
Telefoon (01740) 26541*
AMALYSEVERSLAG
BASIS- EN BIJMEST ONDERZOEK
; ' r
do Heer Proefstation voor de Groenten- en
Fruitteelt onder Glas, Naaldwijk t.b.v. intern verslag 704/1975
Brief no. ' Y4/ 1Ü"V"V/üjN Datum ontv, 1 6-11 -74 Datum verz. 26-11-74
AARD VAN DE GROND TOESTAND ZOUT VOEDINGSTOESTAND
Nummer Object Orga nischs stof Kool zure
kalk pH KCL iJzer nium Alumi* Slib
Totaal zout
Chloor Stikstof Fosfor* water Fo«for-AL Kali
Magne sium Mani aktia! * * irktt *** • * • *# ** it* ** ###* #* 56 5.6 0.4 6 . 5 1 »5 1 .8 5-5 24.- 2.9 4*5
Voof een globale beoordeling van de analysecijfers zie toelichting ' Advies A_^afd.^20; : ' Spoel de grond 2 uur uit»
werk per are : 25 kg. koolzure kalk intensief door de grond.
Geef voor de aardbeien per are : 5 kg. kalksalpeter.
Laat voor liet bijmesten de grond opnieuw onderzoeken.
' De Directeur.
Uitgedrukt in procenten van de droge grond.
Deze bepalingen zijn in waterfiltraat verricht volgens de 1:2 volume-extractmethode. Chloor, stikstof, kali en mag nesium zijn opgegeven in milli-equivalenten (MVAL) per liter extract. De geleidbaarheid is opgegeven in millimho bij 25°C. Fosfor is opgegeven in milligrammen P per liter extract Uitgedrukt in delen per miljoen (d.p.rn.) in het Morgan extract.
.Bijlage 3 (1)
FOTO'S OP 30 OKTOBER 1974 GENOMEN
Foto 1 : negatief nr. 22.976-20 :
l - « Ï Â ..
'T ©kï
**•/* f"> vf *
Foto 2 : negatief nr. 22.976-21 Overzicht proefveld bij
Gorella; 6 weken Korte Dag behandeling
n o e f n u . 2 2 . 9 7 6 - 1 9 ü;ie 1 proefveld bij Gorella;
4 vrek en Korte Dag-behandeling
'oto 4 negatief nr. 22.976-18 Deel proefveld bij Gorella; onbehandeld
• ' .* » • *. w • »
FOTO'S op 30 oktober 1974 genomen Bijlage 3 (3) Foto 5 negatief no. 22.976-12/13 Detail ve Gorella; (f K.D-behan Foto 6 "HB • • 1-i; J
i*.
'•'% fHNnegatief no. 22.y7i.-15 ; Detail veldje met Gorella; 4 weken K.D.
•«3ÇL-X .
>v-.. \
Foto 7 :
negatief no. 22.976-16/17 Detail veldje met Gorella
',} ' onbehandeld
rt \ .
-Bijlage
4-TEMPERATUURGEGEVENS PER DECADE
o o
Temperatuur in C Temperatuur m C maximum minimum 9 uur 14 uur
2 decade december 12,6 8,6 9,4 11,0 3e 'decade deceniber 12,7 8,1 9,2 11,3 Ie decade januari 13,5 8,1 9,3 13,2 2e decade januari 18,0 14,0 15,4 16,8 3® decade januari 17,4 10,7 13,4 16,1 Ie decade februari 19,4 12,0 15,0 18,4 2e decade februari 19,3 13,8 15,8 17,2 3 6 decade februari 22,3 15,0 16,2 21,4 Ie decade maart . 22,1 11,4 13,8 20,1 2® decade maart 19,4 11,7 15,6 17,8 3e decade maart 24,3 11,2 14,7 20,2 Ie decade april 25,8 11,3 20,9 22,9 2e decade april 25,8 11,1 16,8 20,7 3e decade april 2.9,2 13,9 19,2 26,1 Ie decade mei 29,6 15,8 18,3 25,9 2e decade mei 27,3 14,5 20,1 23,1 3e decade mei 19,4 13,1 17,4 26,0
Bijlage 5
/
SAMENVATTING VAN DE GEGEVENS VAN HET STADIUM-ONDERZOEK
Tabel 1. Aantalgroeipunten per 10 planten (vegetatieve- en generaiieve
groeipunten)
6 augus 16 augus 17 sep 30 okto 9 decem 10 janu
tus tus tember ber ber ari
1. Glasa onbehandeld 43 - 6' 36 - 6 53 128 140 137
2. Gorella onbehandeld 26 - 10 23 - 12 27 55 64 86
3. Gorella, 6 weken K.D. - 2 5 - 6 46 91 106 94
4. Gorella, 4 weken K.D. - - 30 67 88 85
43-6 wil zeggen : totaal 43 groeipunten, waarvan 6 in delen die uitlopers aan het vormen zijn •
Tabel 2. Aantal bloeiwijzen per 10 planten
1. Glasa onbehandeld 0 4 29 120 121 128
2. Gorella onbehandeld 0 0 13 51 60 81
3. Gorella, 6 weken K.D. - 0 33 84 100 93
4. Gorella, 4 weken K.D. • - - 12 67 81 82
Tabel 3. Gemiddeld stadium van alüflrhoofdgroeipunten (neuzen of kronen)
berekend over 10 planten
. Glasa onbehandeld 1,0 1,2 3,6 6,5 7,6
Gorella onbehandeld 1,0 1,0 2,1 5,6 7,1
. Gorella, 6 weken K.D. - 1,0 6,2 7,7 8,0
. Gorella, 4 weken K.D. - - 5,2 7,5 7,8
Tabel 4 Gemiddelde lengte van alle hoofdgroeipunten (neuzen of kronen)
berekend over 10 planten
1. Glasa onbehandeld 0,39 3,64 7,01 11,24
2. Gorella onbehandeld 0,22 1,76 3, 3,74
3. Gorella, 6 weken K.D. 2,15 10,72 13,58 12,88
4. Gorella, 4 weken K.D. 1,03 6,92 7,98 12,37
Tabel 5. Gemiddeld stadium van het verst-ontwikkelde groeipunt per
plant (berekend over 10 planten)
1. Glasa, onbehandeld 1,0 1,2 3,6 6,9 7,7
2. Gorella, onbehandeld 1,0 1,0 2,3 6,2 7,7
3. Gorella, 6 weken K.D. 1,0 i,.o 6,2 7,9 8,0
4. Gorella, 4 weken K.D. 1,0 1,0 5,2 7,5 7,8
Tabel 6. Gemiddelde lengte van het langste groeipunt per plant (berekend
over 10 planten) . Glasa onbehandeld 0,39 5,02 8,21 11,85 Gorella onbehandeld 0,24 2,15 4,59 7,91 Gorella, 6 weken K.D. 2,15 11,61 13,58 13,20 « Gorella, 4 weken K.D. 1,03 7,02 8,45 12,64 I t
z ö O to 2 O a c ctf > •H CÖ -P m a? r~i O r& •H S Q) O CÖ lT\ a) so CÛ iH :?? « tl P rÛ iH • « ai & J*1 r"*i rH t3 <i> Ö a c t) as o> © C A X -M d <n a> eu Ä S> S a> G fi o vo •**• G 0 I I I 1 el n) c3 H H ri CÖ H H ri w a? a> <D C\5 M M rH O O O O O O O CÖ •H T> CÖ -P CO cd 4--» a) « * ai r~1 O fH -I•> OJ C* r~ O x O 0\ O O PA o\ «s^ i>-CO """"•Sk, vo co vN VO M M M > M M > M > M M
25 24 23 22 2 1 20 19 16 17 16 15 14 13 1 2 1 1 10 9
8
7 6 5 4 3 2 1 lengte in mmBylage Gemiddelde lengte van de
bloeiwyzen per "neue" in mm
Glasa - onbehandeld Gorella - onbehandeld Gorella - 6 weken k.b. Gorella - 4 weken k.b.
u Q •P O (4 t>0 43 a cd rH ft CD G © ft ft O c X • 0 rH O cdnjw +» ß Ö «Î CÖ «a! TS Ü 1/N © M Ri H :p> m CT\ ir\ t r\ <r T-13 0 •P 43 <0 CO vo r 1-'-C a CÖ CÖ > h» Tl Tj t) rH H (4 Tl 0) Q) 0J rH Ti -P +» 0) Ö W tö Ti cd •H *H ß 43 pj ps cd © Tj Ti Ä h (4 O ß CU 0! ,Q O > > c 0 1 1 I 1 cd cd cd pH rH r~! Cd rH rH rH CO S) 0) <D «ä M M M rH O O O Ü C O O ö rH 0) Cd ft +» PM C O ca c CS Ad BJ +s rt t! I fi) rH O ß O O IA CVJ ON CO \o ur\ w*\ <v
T TT nr TV tli Qt&sulk. e**J!>. b IAJUJ*i
,
k.o h. %\^
uU*n, h. jo. t6f <67 /Ä. /W. <4* ^1/U ^^*'/<?
W <*-1+ Si,,) ' 4/ à äl 3^o«/(fwv OLP^*^ lci*-i,>\fr^ /j &J, b -d0-' <?#.l/. oi^o ocj&Lc / f. khsà'ùc+^C'Lt. W? w> *
?*°
7*3 ^JJQ4/usi, fff t. ^ //>£' /^T<P SJ, & 979 99- & ê rfo.
^
//^ ' JlOOjJ/ *}(>, v 3/3, 0 • *&k <? «<r //, s" »•3 //.J0h?cyLtd<^>Ts\. f^AsTSKj*^ Uj 3&.Z b 6 1$. b é//.J
S. Ç'try^d. (PSJ i-9^ S.if < a P .
Is/lsbO <>JLj~JÏJI*^sl- ZUJ^S^, L-U/tolis.
\ \ j : Jsx*L
,
'A. *<-<J oLc /Iao „ s-rv i/£»jx$>c JV c^Jc*Â >-vC^ ^Èjst JLsÊL.'l^C^^vO-di ^.o, ^ f" i-Bijlage
6-Ie BLOEI
Vanaf 20 januari * _ _ _ — - .
7 — U i t e r s t e n
totaal/aan plan- -,—r v ^ f gemiddeld minimum maximum
ONBEHANDELD, G L A S A 1 417/24 17,4 4 43 5 410/24 17,1 5 38 11 274/24 11,4 5 25 15 308/24 12,8 4 30 Totaal 1409/96 Gemiddeld 14,7 4 43 ONBEHANDELD, G O R E L L A 4 8 10 13 Totaal Gemiddeld 765/24 272/8 726/24 729/24 2492/80 31,9 34 30.3 30.4 31,2 25 28 21 25 2 1 38 42 38 43 43 Zonder 8 220/72 - 30,8
6 WEKEN KORTE DAG-BEHANDELING G O R E L L A 3 7 601/24 540/24 22,5 25 10 18 38 46 9 575/24. 24 14 35 14 570/24 23,8 18 35 Totaal 2286/96 Gemiddeld 24,1 10 46
4 WEKEN, KORTE DAG-BEHANDELING : G O R E L L A
1 2 595/24 24,8 14 35 Zonder 16 6 592/24 24,7 11 32 1753/71 = 12 566/23 25 18 35 16 243/8 30,4 18 38 Totaal 1996/79 25,3 Gemiddeld 'i 11 38 $ 6
In deze bijlage is de 1 bloei vanaf 20 januari bepaald. In de tekst wordt vanaf het forceren (10 januari) uitgegaan. Bij de uitkomsten moeten dus 10 dagen worden bijgeteld.