• No results found

Hydrostatische overbrengingen in voertuigen

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Hydrostatische overbrengingen in voertuigen"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Hydrostatische overbrengingen in voertuigen

Citation for published version (APA):

Schlösser, W. M. J. (1983). Hydrostatische overbrengingen in voertuigen. Aandrijftechniek, 6(12), 32-37.

Document status and date:

Gepubliceerd: 01/01/1983

Document Version:

Uitgevers PDF, ook bekend als Version of Record

Please check the document version of this publication:

• A submitted manuscript is the version of the article upon submission and before peer-review. There can be

important differences between the submitted version and the official published version of record. People

interested in the research are advised to contact the author for the final version of the publication, or visit the

DOI to the publisher's website.

• The final author version and the galley proof are versions of the publication after peer review.

• The final published version features the final layout of the paper including the volume, issue and page

numbers.

Link to publication

General rights

Copyright and moral rights for the publications made accessible in the public portal are retained by the authors and/or other copyright owners and it is a condition of accessing publications that users recognise and abide by the legal requirements associated with these rights. • Users may download and print one copy of any publication from the public portal for the purpose of private study or research. • You may not further distribute the material or use it for any profit-making activity or commercial gain

• You may freely distribute the URL identifying the publication in the public portal.

If the publication is distributed under the terms of Article 25fa of the Dutch Copyright Act, indicated by the “Taverne” license above, please follow below link for the End User Agreement:

www.tue.nl/taverne

Take down policy

If you believe that this document breaches copyright please contact us at: openaccess@tue.nl

providing details and we will investigate your claim.

(2)

HydÍostotische

ouerbrengingen

in

uoeiluigen

Allereerst

geeft

de outeur

enkele

modellen

voor

het ontwerpen

von de oondrijfeenheid

von een

voerfuig.

Vervolgens

g00t

hij in op de rol die

hydrostotische

overbrengingen

hierbij

kunnen

spelen.

Professor dr. ir. W.M.J. Schlósser

Technische Hogeschool Eindhoven

Voor de keuze van de juiste overbrenging

voor een bepaalde toepassing dient men een

vergelijkingsbasis te kennen voor de

alter-natieven die in overweging worden

geno-men. Een dergelijke basis is niet algemeen bekend voor voertuigoverbrengingen. Daarom wordt'hier een wiskundig model

gegeven om een dergelijke vergelijking

mo-gelijk te maken. Vervolgens zullen de

voor-en nadelvoor-en van hydrostatische CVT's

(Con-tinu Variabele Transmissies) worden

besproken en zal worden ingegaan op de

vooruitgang die is geboekt op het gebied

van hydrostatische CVT's voor

voertuigo-verbrengingen. Tenslotte zullen we trachten

een blik te werpen in de nabije toekomst van CVT's voor voertuigen en een

voor-spelling te doen omtrent de verwachtingen

voor hydrostatische overbrengingen in

voertuigtypen, waarin dit soort

overbren-gingen tot nu toe nog niet zijn toegepast. Wiskundig model voor voeíuigen

Dit model beschrijft de onderlinge relaties

van de onderdelen van een voertuig:

ener-giebron, overbrenging(en), wielen en

on-derstel. Het doel van dit model is:

- de onderlinge relaties van de

componen-ten van het voertuig te beschrijven;

- de energiehuishouding van het voertuig

te analyseren;

- de selectie van

overbrengingsverhoudin-gen en optimalisering daarvan;

- beoordeling van de mogelijkheden voor

het ontwerpen van een 'intelligent' voer-tuig.

Het concept voor een voertuig is

weergege-ven in afbeelding l. Dit concept is deels

abstract en deels een concretisering van het

ontwerp. De betekenis van de verschillende

componenten van dit voertuig is

aangege-ven in de afbeelding. Van dit ontwerp zijn

veel varianten bekend.

32

Afb. L Concept voor het aandrijfsysteem van een voertuig,

E = energiebron T R 1 TR2 = CVT ï83 TR4, TR4'' TR51 = aandrijvend wiel TRS" = aandrijvend wiel t H o S M u M = seÍvice module = generatorisch deel TR2 E hotorisch deel TR 2

Het ontwerp is in afbeelding 2

terugge-bracht tot een combinatie van vierpolen en

tweepolen, waarin de verschillende

over-brengingsverhoudingen I zijn toegewezen

aan elke overbrengingscomponent. De

ka-rakteristieken van de energiebron zijn

toe-gewezen aan de ingaande tweepool E, de

karakteristieken van de last aan de

uitgaan-de tweepool Z.

In aÍbeelding 2 wordt aangenomen, dat de

overbrengingscomponenten werken zonder

verliezen. De draaimomentverliezen en de

hoeksnelheidsverliezen worden veron-dersteld nul te zijn. Deze abstractie kan worden gebruikt om een serie van vergelij-kingen op te stellen voor de beschrijving

van de energiehuishouding van het

voer-tuig. Deze vergelijkingen kunnen worden

afgeleid uit het schema dat in de

linkerbo-venhoek van afbeelding 2 is opgenomen. Tabel I geeft enkele van deze vergelijkin-gen.

Tussen twee overbrengingscomponenten kunnen we controle-oppervlakken definië-ren, waardoor we in staat zijn het vermo-gen te berekenen dat via deze controle-op-pervlakken wordt doorgeleid. In een over-brengings-trein zonder vermogensverliezen moeten we voor elk adequaat gekozen con-trole-oppervlak even grote vermogens vin-den. Speciale zorg vereist het definiëren van controle-oppervlakken voor overbrengin-gen waarin vermooverbrengin-gensstromen worden ge-splitst of samengevoegd.

Zodra vermogensverliezen worden geïntro-duceerd vinden we een model als in afbeel-ding 3 is weergegeven. Deze verliezen kun-nen voorkomen als hoeksnelheidsverliezen

(3)

"G!-fn"-h r : = i : = i a n b m c b c a a b " ' (4.) of als draaimomentverliezen (4T). De betrekking tussen de uitgaande en àe in-gaande. vermogensgrootte bij een 4-poolsy-steem is niet meer uitsluitend een functie van de overbrengingsverhouding i, maar ook van het rendement (4) van de be-schouwde overbrengingscomponent (r). Deze rendementen zijn soms gelijk aan l, zoals het geval is bij de hoeksnelheidsrende_ menten van tandwieloverbrengingen; soms zijn ze echter nogal complex, zoals voor het rendement van het draaimoment van een wiel of van een CVT.

Ook hier kan een serie vergelijkingen wor-den opgesteld op dezelfde maniei als be-schreven voor het model voor verliesvriie overbrengingen in afbeelding 2. Tabel-Z geeft enkele van deze vergelijkingen. Hier kunnen eveneens controle-óppervlak-ken tussen de 4-polert worden gebruikt om de energiehuishouding van het-voertuig te analyseren. Voor twee controleoppervlakken, die bij één en dezelfde 4poolhoren -eén aan de ingangszijde en één aan de uit-gangszijde - kunnen we de vermoqens-stroom door deze controle-oppervla-kken bepalen. De verhouding tussen uitgaand en lngaand vermogen bepaalt het totale rende_ ment van de in beschouwing genomen over_ brengingscomponent.

T I F . L I v I L . T . ' r l [ T ' r ] i l - l F I F ] I _ ]

AJb. 2. I{iskundig model yoor voertuigoverbrengingen zonder vermogensverliezen.

T t F . L l v [ L . T . r ] [ ï i ] i t - l F t F ] I - ]

krommen constánt brandstofveÍbruik

AÍb. 3. I|tiskundig model voor voertuigoverbrengingen, gensverliezen.

Tabel I

@ 2 = @ f i 1 @ 3 = @ 2 ' i 2

T'a

= Ti'ia

T á = F a ' is

aL = co'+'i+

etc.

constant-vacurim krommen. carburateur A.fb. 4. T,q-diogram voor enerliebronnen, Wiskundig model voor de energiebron Als energiebron voor een voeïtuis wordt gewoonlijk een interne of externe ierbran_ dingsmotor toegepast. Een enkele keer wordt overwogen een elektrische vermo_ gensbron te nemen [l].

Alle vermogensbronnen kunnen door mid_ del van hun karakteristieken worden be_ schreven in een (I1o1)-diagram, zoals weergegeven in aÍbeelding 4. Dit diagram bevat veel informatie omtrent het uit-gangstoerental, het draaimoment. het brandstofverbruik, het rendement, be_ dru ïsgrenzen, geluid, enzovoons.

Met moderne middelen is deze informatie gemakkelijk in analytische formules om te zetten, waardoor deze gegevens met behulp van een computer kunnen worden vei_ werkt. Deze gegevens dienen in een T1a; diagram te worden opgenomen en niet in

Tabel 2

@ 2 = a 1 - i l , 4 u l @ g = @ 2 , iZ , \ a Z

T l = T i ' i a ' a f l

T 6

= F e . i s - r i l

< o b = a 4 ' ' i l . 4 o l eIc.

"-[tJ_!-Gl"-o c . a n c D c a a b " P i = T r . @ t = c o n s t a n t r l F "

=

- w

Aandrijftechn iek, december 1 983

(4)

vermo-een'vermogen/toeren'-grafiek.

Als we ons onderzoek willen uitbreiden van

het niet-dynamische naar het dynamische

gedrag van het voertuig, dienen we ook de

parameters van de energiebron te kennen

die de dynamische prestaties van deze

over-brengingscomponent bepalen.

Gebruiken we elektrische

vermogensbron-nen, dan dienen we de karakteristieken van

de elektromotor te herleiden tot een

?"1ct1-diagram, inclusief de karakteristieken van

de accu's. Een poging daartoe is beschreven

i n [ ] .

Modellen voor tandwieloverbrengingen

Alle tandwieloverbrengingen hebben onder

alle bedrijfsomstandigheden een

hoeksnel-heids-rendement gelijk aan I, binnen de be

perkingen van hun toepassingen (nr:t),

De rendementen ten aanzien van het

draai-moment zijn een functie van de

hoeksnel-heid ar en van de krachtdichthoeksnel-heid van de

tandwieloverbrenging []. Over een groot

toerentalbereik is dit rendement wijwel

ge-lijk aan I en het uitgaande draaimoment is

derhalve een goede maatstaf voor de

kracht-diihtheid van de overbrenging. Het

rende-ment 4rvooÍ het draaimorende-ment kan worden

getekend als een functie van de hoeksnelheid

ctrl en het lastkoppel T2 zoals afbeelding 5

toont. Deze relatie kan ook worden

'ver-taald'in een analytische functie zodat deze

in de computer kan worden geprogram-meerd. Hiertoe hebben we voor elke

scha-kelstand van een tandwieloverbrenging met

meerdere schakelstanden een dergelijke set

krommen nodig. Elke stand heeft namelijk

een specifïeke waarde voor li. In het

abstrac-te model van aÍbeelding 3 kunnen de 4-pool

figuren TRl, TR3 en TR4 door zulke betrek-kingen worden beschreven.

De differentieel-overbrenging 3 heeft in de

niet-geblokkeerde stand gelijke

lastkop-pels, dus Tl: Ti' . Als één uitgaande as met

een hogere hoeksnelheid draait

a[= (aa+ 6), dan draait de andere

uitgaan-de as met uitgaan-de hoeksnelheid rtt[' :(rDq-4,

dus ai#a[' . In de geblokkeerde toestand

Eeldt: al:610' ' = cD4eí Tl# Tl' .

Modellen voor de wielen

In wezen is een aangedreven wiel een

over-brenging, waarmee roterend mechanisch

veÍmogen (4-f*.9 wordt omgezet in

translerend mechanisch verÍnogen

(Pa:Fs'Z3). Voor een wiel zonder

vermo-gensverliezen kunnen we concluderen, dat

de overbrengingsverhouding van het wiel

is:D/2 als D de wieldiameter is, omdat Vs=D/2. oj en dus Vt/ai=D/2:I5.Van

dit gezichtspunt uit bezien, behoort het wiel

tot de grote groep van verÍnogensomzet-ters, die roterend mechanisch ve[nogen

omzetten in translerend mechanisch

verÍno-een [2], I3l.

De vermogensverliezen van wielen liggen

op het vlak van de hoeksnelheid en van het

draaimoment. Het rendement van de

hoeksnelheid is gedefinieerd als

4(,r5: (l - S) waann S: o+ b ({,/)

met a, b en c als constanten voor een

be-paalde combinatie van wiel en contactvlak

en

F', gelijk aan de trekkracht van de wielen. Andere modellen kunnen worden eebruikt 34

om de slip ,s van een wiel te beschrijven, af-hankelijk van de aangenomen combinatie van wiel en contactvlak.

Het rendement voor het draaimoment 4n voor een bepaalde combinatie van wiel eri contactvlak kan worden beschreven vol-gens formule l.

Hierin is

G = vertikale belasting op het wiel; Fz : trekkracht (hetzij F7 of Fs);

Z=horizontale snelheid van het hart van het wiel, (hetzij V7 of Vs);

D= wieldiameter;

p, q, r, t en u zijn constanten aÍhankelijk van de combinatie van wiel en contactvlak. Ook hier kunnen diverse modellen worden overwogen.

Het totale energetische rendement van het wiel wordt bepaald volgens formule 2. Voor een wiel dat over een geploegd opper-vlak rijdt, zijn enkele karakteristieken gete-kend in afbeelding 6.

Dat de aangedreven wielen inderdaad de karakteristiek van een overbrenging bezit-ten wordt duidelijk aangetoond in de af-beeldingen 2, 3 en 5. De indruk wordt ge-wekt dat wielen een vaste overbrengingsver-houding hebben. In de meeste gevallen is dit juist. Het is bepaald geen nieuw ont-werpidee om de diameter van een wiel te vergroten door de band zwaarder op te

pompen en daardoor de overbrengingsver-houding is=D/2 te vergroten. Het ontwer-pen van speciale banden geeft de mogelijk-heid dit punt aan te wenden als een extra in-breng in de overin-brengingsketen om zodoen-de zodoen-de energiestroom te beïnvloezodoen-den. Modellen voor een CVT

De continu variabele overbrengingèn staan bij de ontwerpers van voertuigoverbrengin-gen in het centrum van de belangstelling. In het 4pool diagram van aÍbeelding 2 zullen we daarom een CVT plaatsen in positie TR2. In principe hebben we een CVT-con-cept als weergegeven in afbeelding 7 en be-schreven in [2]. De energieoverdracht bin-nen de CVT kan geschieden met mechani-sche middelen, een vloeistof of elektrisch. Omdat deze energiedragers zich analoog

Formule

t

,

1 r s = @

Formule

2--

_ vs*Ft _

4 t o t i = 4 r r * 4 " = r ï , . . / i =

= le:pL1.

[-n-l

L rí

) laixD/2)

I

l

I

Í2 { N m } 700 600 I I I 600

l

Í^

rrvár ffi 400

t

I

l

Í2 { N m ) i = (3.7/)'1 | .500

I

| 400 T7 {Nrn} 300 0 20 40 60 80 100 a 2 k a d l s l - 0 0 _ 25 50 .75 100 125 . @ 2 ( r a d l s )

-AÍb. 5. Rendementskrommen voor verschillende overbrengingsverhoudingen von een tand-wieloverbrenging met meerdere schakelstanden.

(5)

g^l{1l.g_.n kunnen de karakteristieken van CVT'S aan de hand uan oererráe-uËïeetïïl

kingen worden beschreven. w. ;;ïïJ.

niet verder op deze materie i" .;;;;ij; naar [2] en [8].

Beproevingen van CVT's geven betrekkin_

gen te zien voor de hoeksnelheid ryrz ai è.n

functie van @1 €n Tr voor een b.i""ld;;;

yolce]ns afbeeiding É. Her renoement van

net drÍuumoment kan worden beschreven

als een functie vfil (..l3 en T3 voor il;;:

paalde ro2. Het totale rend.á.nt ao uan"d-.

De integrerende'overbrenging, TR6 De overbrenging TR6 integreeï de rechtlij_ nige snelheden van de twee aangedreven wielen V7 en Vs tot de voertuigsnei-f.,.iO V". Uot( cte twee trekkrachten F7 en Fs wordeí samengesteld tot F9. Deze inte."grerende overbrenging TR6 behoeft niet als zodanig tetestaan. De integratie-functie kan (en áiï gebeurt gewoonlijk in de praktijk) ook worden verricht door het chassis ván hei voertuig, waariÉn de aangedreven wielen zijn gemonteerd.

Model voor heÍ lastproces

Bij het .verplaatsen van een voertuig over een horizontaal contactvlak wordt áergie verbruikt om de rolweerstand, wriivine ïn luchrweersrand re overwinne". nii ïeï-"ei: plaatsen van een voertuig over een hellend v.lak treden.ook wijzigingèn op in de poten-uele en€rgte van het voertuig door het zwaartekrachtveld. De energieítromen àiè hieruit voortvloeien worden niet ue.Uruiti. maar opgeslagen in of afgestaan door dé voertuigmassa.

De karakteristieken van het onderstel kun_ nen worden beschreven in een FqVo_dia_ grÍrm, overeenkomstig afbeelding 2.'Eén aI_ Celnegl bekende analytische funcrie wordt geomrKt om cle eigenschappen van het on_ clerstel te beschrijven. Wellicht ten over_

nemen,de ontwikkelingskosten af doordat

oe rearsatle van prototlpen kan worden

versneld. Overbrengingsverhoudingen kun_

nen g.emakkelijk worden gewijzigd en de

qaarult voortvloeiende gevolgen voor het

dynamisch gedrag en het branástofverbruil

kunnen worden nagegazrn, nog voordat het

prot.ot)?e werkelijkheid is geworden. De

Kwallelt van de numerieke uitkomsten van

het, wiskundige modellen wordt echter be_ perkt door de kwaliteit van de in de modei_

len ingevoerde numerieke waarden.

De ingewikkeldste schakel in het model is

l:t-_4-pool systeem dat het geArag uan-ae

CVT beschrijft. Te oordelen-n*1. n.n._

vens die beschikbaar zijn, is tret ooÍ ïe

zwakste rchakel. F,en gêcoórdin"..a.-pái

gmg om de kwaliteit van de gegevens over

CVT'S te verbeteren zou uiteist-nuttig zi:n

voor de .voertuigontwerper. Verschilienáe

laooratona zouden hierbij moeten samen_

werken om de kwaliteit op dir gebied van de

technologie te verbeteren.

Opstelling van een model voor een 'inÍelli_ genÍ'voertuig

Na de perioden waarin het ontwerpen van'interessante'

en van 'produkrieve'' machl_

nesop de voorgrond stond, zijn we nu be_

land in een periode waarin we-'intelligenti,

macnmes gaan onïwerpen. Daartoe dienen we de machine met succes te combineren met de microprocessor. Voor ontwerpers van voertuigen is dit geen nieuws. Mièro_ processoren 'denken, reeds over en 'trek_ ken conclusies' uit: luchtsnelheden bij àe inlaat, posirie van het gashendel, to...ntut, Koelvtoelstottemperatuur, aanjaagdruk bii net sprultstuk, brandstofverbruik, sensoi voor het pingelen, en andere grootheden. í,t

0,2 o

.

:

A.íb,. 0, Rendementskrommen

voor een

wieloverbrenging

op geploegd

oppritoi.""

- = íngangssignaa, C = conductiefdeel

; r ïï::JïïXdeor v = smoorkrep

AJb. .2.. Principeschema voor een continu variabele overb rengin g.

CVT, berekend volgens In=17,.,.1r. is

ï_eneens weergegeven in àrueêÍaiiri' g.

L,aarilr geven de donker gekleurde ofper_

vlakken de grenzen voor toepassing u* J.

beschouwde CVT aan. ir.i toiuiE iilË

ment {6 van deze CVT is laag en zou niet vcr boven de 70Vo zijn uitgeËo;e;;rï;

thermische instabiliteii dit niet ,ou t.UU.n

voorkomen. Referentie t+t g..it-.., ï.] schrffig van deze **i.. ï, rnoà'.ff.n

van CVT-prestaties op te stellen. H.1;;i;

van oeze auteur toont aa1,

$at het beproe_ ven van CVT's voor dit doel een nogal

uit-q:lt.i9. bezigheid is; maar ooL i, eói.[.n

oat het opstellen van modellen moÉefijl is.

!^r-besyat grote behoefte aan oUjeciieve in_

rorrnatle over de prestaties,van

bVT,s. óe

oaïs voor vergelijking moet echter uoor al_

le CVT's dezelfde zijn teneinde

"U.i..ri.ï

conclusies te kunnen trekken.

Referentie [5j geeft nuttige informarie

voor

net-opstellen van modellen voor hydrokine_

tische CVT's. Voor het opsrellen

uan rno_

dellen voor hydrosratische CVT,s k"; ;;;

putten uit [6].

AandrijÍtechniek, december 1 9g3

100 12S a 3 (radls).*.""*

AÍb' 8' Rendementskrommen voor de hoeksnerheid ars functie van T3 en at3 bij een

gege-vêfl @2.

vloede wijzen we erop, dat de niet_aange_ dreven.wielen zijn opgenomen in de karÀk_ t.errstreken van het onderstel.

SamenvatÍing van de algemeen geldende modellen

Het,opstellen van wiskundige modellen is een handig hulpmiddel gewoiden voor ont_ werpers om een ontwerp te optimaliseren voordat het wordt gerealiseerd. Hierdoor

uz = 146 radls l+ = 10.0trc h

(6)

De microprocessor koppelt middels

ge-schikte actuatoren terug naar de

energie-bron. De dialoog tussen deze twee partijen

zou moeten worden aangevuld door een

di-aloog tussen de overbrenging(en) en de

mi-croprocessor.

Het automatisch schakelen van een

versnel-lingsbak met verschillende schakelstanden

werd al in 197 4 als een noodzaak beschreven

om een optimaal werkend elektrisch

aange-dreven voertuig te realiseren [7]. Een

be-trouwbare CVT met een laag gewicht en een

hoog rendement zou mogelijkheden

schep-pen uoor een dergelijke dialoog met veel

tsoepelere' mogelijkheden. Dit is één reden

voor de verhoogde belangstelling voor

CVT's. Een andere reden is, dat de belasting

van het lastproces veel nauwkeuriger in

overeenstemming is te brengen met de

ener-giebron en dit over een gÍoter scala van

be-drijfsomstandigheden. Het voordeel zou

dan zijn: lager brandstofverbruik en betere

dynamische eigenschappen van het

voer-tuig.

Referentie [9] geeft een beschrijving van een dergetjk intelligent voertuig. Dit

ont-werp is gerealiseerd in een auto met een

me-chanische CVT volgens aÍbeelding 10. De

combinatie - motor,

tandwieloverbren-ging, CVT en secundaire

tandwieloverbren-ging - wordt bestuurd door een

micropro-cessor. De signalen die naar de

micropro-cessor gaan, zijn: stand van het gaspedaal,

inlaatdruk van de motor, toerental en de

luchtdruk waarrrÍee de stand van de

wrij-vingswielen van het generatorisch deel van

de CVT wordt bestuurd. De signalen die

door de microprocessor worden afgegeven

beinvloeden: de stand van de klep waarmee

de inlaatdruk van de motor wordt geregeld

en de stand van de klep waarmee de

stuur-druk van de CVT wordt geregeld' Er vindt

kennelijk geen terugkoppeling plaats en de

microprocessor beheerst dus een

'open-kring'besturing van de overbrenging' Het

resultaat is een overbrenging waarin de

mo-tor maximaal 20 kW kan leveren,

voldoen-de om voldoen-deze auto te doen rijvoldoen-den met

snelhe-den tot 100 km/uur bij een constant

motor-toerental van 1800 min-1. Hogere

snelhe-den zijn mogelijk door hogere

motorver-mogens en hogere toerentallen toe te

pas-sen. Door zorgvuldig de belasting van de

motor te prograrnmeren, op specifieke

be-drijfspunten van de motor, werd het brandstofverbruik bij stadsverkeer met

J O

1890 verminderd. De hoofdgedachte was' om de motortoerentallen zo constant en zo laag mogelijk te houden en de snelheid van de auto zo veel mogelijk te regelen door de overbrengingsverhouding van de CVT aan te passen.

Het ontwerpen en programmeren van over-brengingen voor'intelligente' voertuigen

zalmet meer succes kunnen worden gedaan als we het gedrag van de overbrengings-componenten uit aÍbeelding 3 goed leren 'begrijpen'. Een nauwkeuriger beproeving van deze componenten zal leiden tot een hogere kwaliteit van de wiskundige model-len en simulatie van de systemen.

Voordelen van hydrostatische overbrengin-gen

Éydrostatische overbrengingen verschaften in principe al jaren geleden de CVT 'par ex-cellence'. Deze overbrenging bood de ont-werper van overbrengingen voor voertuigen vele voordelen. De volgende aspecten mo-gen in een overzicht van de voordelen niet ontbreken.

l. De ontwikkeling van hydrostatische overbrengingen begon bijna een eeuw gele-den; een ontwikkeling die werd versneld in de vijftiger jaren. Deze doorbraak werd ge-volgd door een serie ontwikketngen tot in

5. De hoge krachtdichtheid van de hy-drostatische overbrenging maakt een zeer compacte constructie mogelijk met een ho-ge vermoho-gen/ho-gewicht-verhouding. De hy-drokinetische en elektrische overbrengin-gen hebben daarmee een formidabele te-genstander gekregen [2].

6. De regelbaarheid is zeer goed nu stuur-signalen in de hydrostatische overbrenging kunnen worden geïntroduceerd via de vari-abele hydromotor en via de varivari-abele hy-draulische pomp.

7. Deze regelbaarheid van stilstand tot maximum toerental zorgt voor een zeer goede grip van de aangedreven wielen. Het op gang brengen van zware massa's vanuit stilstand werd al door Hans Thoma aange-toond in toepassingen als rangeerlocomo-tieven [7].

8. De tweezijdige beheersing van de last, die wordt verkregen door de overbrenging uit te voeren als 'gesloten kring'-systeem, 'duwt' niet alleen de last, maar voorkomt ook dat de last voor de overbrenging uit gaat lopen. Dit is van groot belang als een voertuig off-the-road wordt gebruikt. 9. Omdat de meeste 'off-the-road'

voertui-AÍb. g. Driedimensionale grafieken voor de rendementskrommen,

rákening houdend met de bedrijfsgrenswaarden van de CW'

AÍb. 10. Voorbeeld van een mechanísche continu voriabele

over-brenging.

gen het maximum koPPel vragen in de eerste 2590 van hun toerentallen, is het ren-dement van de overbrenging onder deze omstandigheden van groot belang. De hy-drostatische overbrenging is in dit opzicht duidelijk superieur ten opzichte van andere overbrengingen zoals Clifford aangeeft

t l u .

10. De hydrostatische overbrenging biedt een grotere flexibiliteit in de plaatsing van de hydromotor(en) ten opzichte van de pomp(en). Compacte opstellingen fcunnen worden gerealiseerd, even fraai als over-brengingen, waarbij de componenten ver uit elkaar liggen. Deze laatste mogelijkheid wordt toegepast voor overbrengingen van trams [2]. Bij gelede voertuigen geeft deze eigenschap de mogelijkheid een hulp-aan-drijving te ontwerpen voor dat deel van het voértuig dat normaal wordt getrokken [l3l'

I l. De toepassing van hydro-mechanische vertakte overbrengingen vond ook een pas-sende plaat in het stuursysteem van rups-de jaren tachtig, die leidrups-de tot het realiseren

van overbrengingen voor een vermogen met enkele honderden kW's per aandrijfeen-heid.

2. De reeks ontwikkelingen zorgde voor een grote variatie aan pompen en hydromoto-ren. De axiale plunjerpompen en hydromo-toren bewezen technisch de juiste oplossing te bieden voor overbrengingen met een ho-ge werkdruk (krachtdichtheid), een hoog rendement over een groot werkgebied en met een lange levensduur.

3. De compactheid van deze overbrenging is aanmerkelijk verbeterd door de intro-ductie van knikas-eenheden met assen onder een hoek van 40o ten opzichte van el-kaar.

4. Het 'volwassen worden' van de variabele axiale plunjermotor heeft het draaimo-mentgebied, dat onder volle belasting kan worden bereikt, vergroot tot zeer aantrek-kelijke waarden van l:5 en zelfs meer.

Aandrijftechniek, december 1983

I

(7)

voertuigen. Vanwege de krachtdichtheid van de hydrostatische overbrenging kan de-ze worden gebruikt als hulpsysteem voor de tandwieloverbrenging, als aanlullend systeem voor een vertakte overbrenging. Beide mogelijkheden zijn uitgevoerd in respectievelijk een elektrische CVT (Re-nault) en een mechanische CVT. Beide ont-werpen gaven blijk van een onevenwichtige combinatie van twee verschillende vermo-genskanalen met zeer verschillende kracht-dichtheden.

De toepassing in militaire rupsvoertuigen heeft de mogelijkheid geschapen hydrosta-tische overbrengingen met een hoge levens-duur te vervaardigen voor minder geavan-ceerde toepassingen. Een uitstekende ana-lyse van hydromechanische gedeelde aan-drijvingen wordt gegeven door Jarchov t l 4 l .

12. Voor omstandigheden op de vlakke weg schijnt de toepassing van CVT's in hybride aandrijfsystemen terecht een onderdeel van studie te zijn. De energie binnen zulke over-brengingen wordt tijdelijk opgeslagen en toepassing van een CVT is noodzakelijk. Bij een mechanische CVT wordt een vlieg-wiel gebruikt; bij een hydrostatische CVT kan zowel een vliegwiel als een hydro-pneu-matische accumulator worden aangewend. De ongunstige factor bij een hydro-pneu-matische accumulator is de rélatief lage ver-houding arbeid/gewicht. Optimalisering van de toepassing van deze component zal noodzakelijk zijn. De analyse van hydro-pneumatische accumulatoren door Kork-maz [0] is van groot belang. Een interes-sant feit is, dat al in de dertiger jaren een pneumo-mechanische hybride aandrijving was gemonteerd in een Plyrnouth. De mo-tor dreef het voertuig rechtstreeks aan via een mechanische overbrenging, maar dreef ook luchtcompressor. Een omgebouwde stoommachine diende als aanlullende ver-mogensbron, die het verÍnogen betrok uit een luchtreservoir. Tijdens het remmen werkte de luchtmotor als compressor en werd het reservoir geruld. Het is duidelijk, dat de twee overbrengingen niet goed bij el-kaar pasten, zeker als men let op hun ver-schil in krachtdichtheid, om niet te spreken van het lage rendement van de pneumati-sche overbrenging die in deze hybride aan-drijving wÍls opgenomen [15]. Nu zijn ge-zondere pogingen bekend van de Univers! teit van Aken, van Volvo Zweden, van MAN en van de Universiteit van Berlijn. Penetratiegraad van hydrostatische over-brengingen

Vanwege de vele voordelen die de hydrosta-tische overbrenging heeft, zoals in het voor-gaande hoofdstuk vermeld, heeft deze aan-zienlijke vooruitgang geboekt als overbren-ging in voertuigen. Het geluidsniveau van hydrostatische componenten is de oorzaak geweest van veel teleurstellingen. Dit ge-luidsniveau is de afgelopen jaren echter aanmerkelijk teruggebracht. Ook de te ge-ringe levensduur is overwonnen door be-paalde typen hydrostatische energieomzet-ters. Hoge werkdrukken, speciaal in het laag-toerige gebied, zijn gerealiseerd. Het rendement van hydrostatische overbrengin-gen is verbeterd. Veel bezwaren teoverbrengin-gen deze overbrenging zijn dus verdwenen.

Aandri jftechniek, december 1 983

De hoge krachtdichtheid, het hoge rende-ment en de lage prijs van tandwieloverbren-gingen maken dat de versnellingsbak nog steeds een sterke tegenhanger voor veel toe-passingen. De strijd tussen de hoogtoerige hydromotor met geïntegreerde tandwielo-verbrenging en de laagtoerige hydromotor is al vele jaren aan de gang, en gaat voort als een onbesliste strijd tussen twee goede tegenstanders [6].

Niettemin is een aanmerkelijke vooruitgang geboekt als toepassing in voertuigen, speci-aal in 'off-the-road' voertuigen. Veel voer-tuigen zijn ontworpen met hydrostatische elementen en werken met prestaties die niet te evenaren zijn door welke andere over-brenging dan ook. Het scheppen van iets dat zijn gelijke niet kent, schijnt noodzake-lijk te zijn voor een succesvolle introductie op de markt.

Bij de toepassing in spoorwegmaterieel moet de hydrostatische overbrenging nog bewijzen dat ze superieur is ten opzichte van andere oplossingen, anders zullen an-dere overbrengingen op dit terrein opdui-ken en zal de hydrostatische overbrenging weer verdwijnen.

Elektrische voertuigen hebben tot nog toe slechts een klein deel van de markt in han-den. Beschouwen we hun problemen in de-tail, dan krijgt men de indruk dat hydrosta-tische overbrengingen hier niet veel hulp kunnen bieden [], [7]. Het belangrijkste probleem - het grote gewicht van de accu's - wordt niet opgelost door de keuze van de overbrenging. De toerentalregeling kan elektrisch geschieden en een zeer doel-matige aanwlling wordt verkregen door een automatisch schakelende twee- of drie-versnellingsbak te gebruiken.

Voor wegvoertuigen is de versnellingsbak met meerdere versnellingen duidelijk supe-rieur aan de 'automatische overbrenging', in welke vorm dan ook, als we het brandstofverbruik beschouwen. De intro-ductie van een CVT op zich is niet genoeg om een 'intelligent' en energiezuinig voer-tuig te scheppen. Daarvoor is ook een mi-croprocessor nodig zoals beschreven in de paragraaf 'Samenvatting...'. Tot nu toe zien we veel activiteiten rond mechanische CVT's zoals die uit aÍbeelding 12. Hoe goed deze werkelijk zijn, moet nog worden bewezen. Te oordelen naar de vaak 'exoti-sche' materialen die worden gebruikt, zul-len deze overbrengingen bepaald niet goed-koop zijn. We weten ook wat gebeurt op het contactvlak tussen de drijfriem en de tractieschijven [8] en het is belangrijk te bedenken dat Herziaanse spanningen in principe, zelfs binnen de lagers, kunnen worden geëlimineerd uit hydrostatische overbrengingen. Ook dient het rendement van deze overbrengingen te worden onder-zocht op een goede vergelijkingsbasis. De mechanische CVT zou, als het juiste type overbrenging is gekozen, wel eens een ren-dement kunnen vertonen dat de ontweroers van hydrostatische overbrengingen 'tor na-denken' zou stemmen. De vergelijking dient wel te worden gemaakt na 1000, 2000 en 3000 bedrijfsuren. Dan zou de slinger wel weer eens in de richting van de hy-drostatische overbrenging kunnen uitslaan. Het voornaamste bezwaar van de hydrosta-tische overbrenging zal nog steeds het ge-luidsniveau zijn, ondanks de vooruitgang

die in de afgelopen jaren is geboekt. De vooruitgang van de mechanische CVT dient nauwlettend in het oog te worden gehou_ de,n. Het,geluidsniveau van de hydrostati_ sche overbrenging dient te worden verlaaed en de introductie van microprocessoren In hydrostatische overbrengingen gestimu-leerd. Het doen van onderzoekingen als be_ schreven in de paragraaf ,Samenvat-ting...' - en nog belangrijkere - zou het doel dienen te zijn voor de komende iaren. De tijd afwachten en ondertussen een ster_ kere positie verweryen op het gebied van'off-the-road'

toepassingen kon wel eens het juiste antwoord blijken te zijn voor de benadering van'on-the-road' toepassingen in de toekomst.

Literatuur:

UI L.A-M. van Dongen; Energetische optimataering van aandrijJsystemen yoor elektrische yoeíuigen, Di; sertatie Technische Hogeschool Eindhoven, Néderland, 18 maaÍt 1983.

[2f W.M.J. Schlósser; A contribution ío the studv of analogies of.power lransmission in machines, Nomina-ted lecture for the Institution of Mechanicd Éngineers, Proceedings 1974, Volume 188 t/74,9 jmuad 1t74. [3] P. Wusthof; Du Verhalten der Antriebsrtider und ihre Bedeutung Ínr die hldrostatische Ubertragungen im Fahrantrieb,,^Industrie Anzeiger 13, laargang SOlit, 28 september 1971.

[4] J. Schoenmake\ Continu vaiabele oyerbrenpin-gen, Laboratorium voor Aandrijftechniek, Techniihe Hogeschool Eindhoven, januari 1982.

I5f M. Wolf; Strómungskupplungen und Stómunss_ wandler, Sprnger Verlag, Berlijn, 1962.

[O W.M.J. Schlósse( The overalt elftciency of Dositi-ve displacement pu mps, Hydrathc pneumátic' Éower-1969, Vol. 15, no. 173, pp 212/280.

Í1 T. lshihra, M. Hashimoto: A new conceDt of oo_ werrrain for electric vehicle, Fisira XV congrês, Éarijs t974.

fEl E. Zieban, A..Ot\ Vergleich und Bewerrunp ver_ schrcdener Arten der Leatungsilbertrugunp im kraft_ Jahneug, Auromobilrechnische Zeirschrifr SZ ftSAOI i.

Í91 H. Tolsma; Microprocesor rege| brandstofver_ Qruik, lt Akrueel, Z seprember 1980, pp3/4. [0]. F. _Korkmaz; Hydrospeicher als Eiergiespeicher, Springer Verlag, Berlijn, ISBN 3 540 lll09 j. Í111 N.M. Cbfford: Hydrostatic transmissions, the potmtiol for Juel saving in offthe-road vehicles, Natio_ nal Fluid Power Conference, Chicago,, l9gl. U2l J. KeIr; Hydra's hydrostotic trsnsmission heods for Euro-ParÍnerchrg The Engineer, 16 april l9gl.

[13] R. Delacour; L'assistance hydraulique ntr vehicu-Ies routiers, Ingénieurs de I'automobile, no. 16. decm_ b e r 1 9 8 1 .

[l4]. F._Jarchov;

4ysleCung und Gestaltung htdrosto-tischer

_Koppelgetriebe,, College Ruhr-Univeisiteit, Bo_ chum, West-Duitsland.

[15f J. Hrywood, J. Wilkes; Is there a better iltomo_ bile engine?, Technology Review 19, november/deieÁ_ ber 1980.

U6l W.M.J. Schlóser; Snellopende en lonpzaamlo-pende hydraulische motoren, Schip en Werf. )ge iaar_

g a n g . n r . l , 1 9 6 1 .

Íl7l _P._ Bloch:. Hydro-Tiran-Hydrostarische Ail riebe, Von Roll Mirreilungen, nr. t-4. januarizde."-U.i iólál l5e jrugmg.

I18l M.J.W. SchouÍen; Einfluss elastohydrodynami_ scher Schmierung auf Reibung, Verschteiss und iebens-dauer von Getrieben, Dissertatie TH Eindhoven, 23 ok_ tober 1973.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

stekende passivatie zorgen voor zowel lage- resistiviteit n-type als p-type silicium als na de depositie een thermische nabehandeling op ongeveer 400°C wordt uitgevoerd [5,6,7].

Dit segment is overigens met name attractief omdat voor veel omgevingsbewusten personeel een belangrijke reden is om bij Formule A en Formule B te kunnen slagen, terwijl

In dit geval hebben we wel eerst een eind gevlogen maar gaan we vervolgens per schip verder wat 10x zo veel tijd kost dan 1 dag met het vliegtuig van Nederland naar Kaapstad.. De

wisselspanning is een sinusoïde met amplitude 325. In de figuur is één periode van de grafiek weergegeven. De spanning op het stopcontact schommelt tussen –325 volt en +325 volt.

Als bijvoorbeeld soort 7 een gewicht heeft dat 1,8 keer zo groot is als dat van soort 6, dan is de gewichtsratio tussen deze twee soorten gelijk aan 1,8.. Uit dergelijk onderzoek

De groei van het aantal bacteriën van een bacteriecultuur hangt onder andere af van het voedingspatroon, de temperatuur en de belichting.. 3p 2 † Bereken hoeveel bacteriën

Neem aan dat vroeger de gewichtsratio in Afrika voor alle elkaar opvolgende soorten constant gelijk aan 1,06 is geweest.. 4p 13 Onderzoek hoeveel soorten in de rangschikking tussen

4p 5 † Onderzoek met behulp van differentiëren of de formule die het aantal bacteriën in de laatste vier weken beschrijft, voor t = 4 dezelfde groeisnelheid