Richtlijnen voor anti-infectieuze behandeling in ziekenhuizen BVIKM 2017
HORDEOLUM
• Klinische aspecten en commentaren o Acuut begin.
o Vaak voorkomende ontsteking van de rand van het ooglid: rode, pijnlijke, gezwollen furonkel.
o De infectie kan intern zijn (infectie van de klieren van Meibomius) of extern [infectie van de klieren van Zeis of Moll (ook gekend als tipoog)].
o In veel geval treedt spontane drainage van de lesie op en is er geen behandeling nodig. De infectie kan zich echter uitbreiden naar andere klieren en weefsels.
o Recidieven treden vaak op.
o Geneest de infectie niet, dan kan een acuut hordeolum chronisch worden en evolueren naar een chalazi-on.
o Warme kompressen, vingermassage, topische corticosteroïden zijn nuttig. Incisie en drainage kunnen no-dig zijn. Aanbrengen van topische antibiotica op het ooglid is nutteloos.
• Betrokken pathogenen o Staphylococcus aureus.
• Empirische anti-infectieuze behandeling o Regime en standaard posologie.
Geen pre-auriculaire adenopathie, geen diffuse cellulitis: geen.
Pre-auriculaire adenopathie of diffuse cellulitis: flucloxacilline (500 mg po q6h).