• No results found

Het ontsmetten van tomaten-hypocotylen in verband met het opzetten van weefselcultures : 1969

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Het ontsmetten van tomaten-hypocotylen in verband met het opzetten van weefselcultures : 1969"

Copied!
11
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

L.. rz,!^

;

S5

*+ h- <ji.

PHÔ£fSTâTI0K mm m fiR0E«T£N# ZK fftiflTTEElT ßUDCR ÖLAS u mt&bmsti '

H#ti ofltsKafctan vi» to®äifcsn-hy|jaeotyl<m In »atmend einte, 6i*t #pz&t%m mn wsmfaaicuituroó» i$ߧ»

SS*, vm Rausati jn

. I

10 #obruQPi 1971»

*

(2)

Project C 4.

Inlaldino

in daze proef werden enkels ontsmettingen vergeleken in verband mat het opzetten van uaefsolcultures uit tornaten-etengeldelan. Het volgende werd hierbij overwogen.

Voor orgaanculturea van.tomaat* waarbij van bloemen of zeer Jonge vruchtbeginsels wordt uitgegaan* is het tot ttu toe nog niet gelukt aan goedé ontsmetting te vinden# Daarom werd et aan gedacht of hat mogelijk 2ou zijn via een ! ' " • ® ' <V* *»; weefselkweek tot bloemvôrming te komen. Het verkrijgen van Jonge eteriele plantjes uit ontamatta zaden» i» goed uit te uoersn, omdat de zaden gemakkelijk te ontsmetten zijn

zónder deze zichtbaar te beschadigen. De uit dergelijke zaden verkregen plantjes kunnan in kleinere dalan wordsn geensden, waarbij atsriel uaefsal wordt gevormd (callus, wortels,

plantjes)« Oeze waefsala (callus, wortels, plantje*) zijn dua ontstaan uit aan vegetatief plantje*

lli deze proef ward nu nagegaan of een geschikte raothoda van ontsmetting van Oudere raade generatieve plantan kon worden gevonden« omdat mogelijkerwijs uit reads generatief plantmateriaal wallioht gemakkelijker bloeman kunnan worden gevormd«

mag man niet uit het peg verliezen, dat dit een zeçr lange weg ia» om tôt oaegaancultuur te komen* Aangezien

dit toch geprobeerd dient te worden» omdat dit mat de middelen die oha ter beschikking staan nog niet goed te verwezen»

lijken valt, ia déze proef opgezet* Sovendien werd op deze wijze vaardigheid met dergelijk werk opgedaan.

(3)

2.

Proefopzet

De volgends ontsmettingen werden vergeleken,

1. Ontsmetten roet 5% chloorkalk gedurende 15 minuten. 2. Ontsmetten met 5% chloorbleakloog gedurende 2 minuten. 3. Ontsmetten net 5% chloorbleekloog gedurende 5 minuten. 4. Ontsmetten met chlöorbleekloög gedurende 10 minuten. 5. Ontsmetten met chloorbleekloog gedurende 2 minuten. 6. Ontsmetten met 10# chloorbleekloog gedurende 2 minuter». 7. Eerst dopen in alcohol 70, daarna ontsmetten mét

5# chloorbleekloog gedurende 2 minuten.

8. Ontsmetten met 5j6 chloorbleekloog + 0,1$ Shell uit* vlaeier gedurende 2 minuten.

Behandeling 1 t/m 7 werèlen twee "»eal ingezet.

Oe eerste maal met tamelijk vers chloprbleekloog en de tweede maal met ouder spul( waarbö de concentratie werd aangepast

aan de concentratie van de eerst gebruikte cöloorbleekloog. Por behandeling werden 20 stukjes uitgeplant, 8\J het ver­ zamelen werden de snijvlakken met paraffins-olie afgesloten. Het ontsmetten vond plaats in erlemeyere van 150 ml met inge­ slepen stop* waarin de stukjes weefsel gedurende de ont-smettingetijd regelmatig werden geschud. Na het ontsmetten werd he,t materiaal 3 x in âteriel aqua dest gespoeld, de geparaffineerde uiteinden werden afgesneden en het overige deel in stukjes van 1 Cö» gesneden. Deze etukjee hypocotyle-stengeldelen werden liggend op dé voedingsbodem geplaatst, ôfïidàt verondersteld werd, dat bty een beter kontakt van ma­ teriaal en bodem de kans op verontreinigingen groter zou zQn, indien het materiaal onvoldoende was ontsmet«.

Alle weefsels tukjes werden op een bodem van gelijke samen­ stelling uitgelegd (zie byiagë 1). Per ontsmetting werden 20 buizen gebruikt* waarvan 10 alleeft met een wattenprop en 10 mét eert wattenprop plue parafilm werden afgesloten* Oe laboratoriumwerkzeamheden werden door Brenda van Beek uitgevoerd.

(4)

Resultaten

In deze proef ging hat voornamelijk ora twee punten, to Wéten s een goeds ontsmetting eri

hst zo goed mogelijk lavend houden van het materiaal« Db ontsmetting was in de eerste serie ontsmettingen beter geslaagd dan in de tweede série« De oorzaak kan dat het vötsö loog een betere ontsmetting gaf dan het oudere loog» hoe­ wel het werkzame chloor ward omgerekend.

Een andere mogelijke oorzaak kan zijn dat de drempel by de

tweede serie hoger lag» zodat een sterke ontsmetting was vereist» Do diverse ontsmettingen geven bij de ëerate eerie meer ver­

schillen te zién dan by de,tweede serie» De ontsmettingen waren het beste bQ behandeling 2» 3 en 4 (* 5% chloorbleek-loog gedurende respectievelijk 2, 5 en 10 minuten). ten langere ontsmBttingsduur gaf geen beter# ontsmetting« Verhoging van 0# concentratie (behandeling 2 ten opzichte van behandelihg 5

en 6) verbeterde de ontsmetting filet» evenmin aie de voorbehan­ deling met alcohol ?Ö öf hét toevoegen van 0,1$ Shell uitvloeier aan de Qntsmettihgsvloeiéfcöf»

Bij de tweede aerie proeven weken de uitkomsten sterk af ten opzichte ven de eerate aeriö« Geen van de behandelingen gaf een voldoende ontsmettir.g» Ontsmetten met %% chloorbleekleog usa onvoldoende* De hogere concentraties (?£ en 10$) gaven iets betere resultaten evenals het van te voren in alcohol 70 dopen ven de ëtukjes« De langere antamettingatijd leek niet beter den de kort# ontsmettingeduur.

Callua-groei kan na iedere hier gebruikte ontsmetting optreden. 00 meeste caliuegroei trad op na ontsmetting met 5$

chioorbleek-loog gedurende korte tijd (* % minuten)« öa een langere ont-jd werd minder calluegröei «aargenomen en mogöltfk géf ook een hogere concentratie chloörbleekloog minder callus-gséel evenala de voorbehandeling met alcohol 70«

Het efsluitan van dö buizen raat parafilm leek minder veront­ reinigingen té geven« Dit werd voornamelijk veroorzaakt door de betera afsluiting van de buis» waardoor minder „late" verontreinigingen optraden. Dit Komt ook tot uiting in het gemiddelde aantal dagen tussen Mitplanten en verontreinigen« Voor deniet parafilra buizen wee dit gemiddeld 20 en voor de parafilm buizen 1? dagen# Uel was de spreiding bij beide

(5)

.

4.-groepen geltfk (bQ beide wettfe« na 76 dagen verontreinigingen waargenoman), zodat parafilm geen volledige preventie tegen lata verontreinigingen geeft*

Vopr de calluagfcoai wae in deze proef hot gebruik van parafilm duideiyk nadelig» Mat parafilm kraag aan «leehts V? van hat aenfceî etukjea dat callus vormde* */3S dat wortel vormde, maar 14 x zóveel verblekingen* B\i dit verblaken zaj? man het • ' weefsel aö®s aerat lichtgroen, soma direkt wit worden«

Öergeiyke etukjea gaven geen ggöti te zien en men kreeg de indruk «iet ^gechloreerd* weefeel te ©aken te hebben* De oor» süak kan ©ogelïjk het volgende zijn* • I • ' ;

•I * Wellicht ma na het ontsmetten en uitwaaeen nog iete chloorap het weafael achtergebleven,

6U de niet roet para film afgesloten buizen» zou na verloop van ti^d deze chioorapoortjea uit de buizen door de wattenprop kunnen verdampen* ftogeltlk zou de parafil» deze chloordamp

tegenhouden » zodat de inwerkingetijd b?j deze groepen langer waa* Pit ken dan eventueel de ontsmetting vörbetereni maar

tevena ging de chloor door de längere inweïkihgatijd nu fytotoMiach op hét weefeel warkan met het hier gerégiBtreerde nare gevolg

van verbleking« Dit nadelige effect van de parafilro ie mis­ schien -te ondervangen door <Je para film op een later tijdstip

na het uilp lantert aan te brengen aie men vermoedt, dat de •ï chloor volledig „vertrokken" ie*

In bïjlage 2 ztfn de verwerkte gegevene opgenomen,

In bijlage 3 zQh 3 fete1« opgenomen# E5n geeft een beeld van zo

v ' .êWn Uitgebleakt weefael^atukje na parafil© afeluiting. Oe év&H$$ 2 foto'e geven een beftld van de oallue«yortel en sp;rEjâtvorming, die 'men aoma 2ag optreden* HierbfJ ie duidelük

te zien* dat de atukjes met „groeiM donkerder van kleur waren,

, oezë ueren niet alleen donkergroen» &aer verteonden aome een bruin* of paa?akiéurlng, Oe*e verkleuringen leken niôt nadelig . t #e ' zijn*

(6)

Samenvatting en conclusie

Üii desse pvaëf ié geen geschikte ön^raettihg naar VQ*èh gekomen* llr'zsl dua Riefe andere concentraties, tijden en middelen {opeten

worden geSXpariroenteerd*

Parafilm-afaluiting werkte verblekend en dodend op het weefseif Hierby trad weinig callus en wortelgroei op*

Parafilm b?j dergelijke proeven <5f aehterwége laten 0 pas in een later stadium aanbrengen*

De proefnaematerV Uil van Ravestijn,

Naaldwijk, 19 februari 1971 No* 403/1971.

(7)

Sijlage 1 Samenstelling voedingsbodem 3)2é 4 H20 500 KN03 125 ngS04* 7 H2O KHftPO. 125 • 2 4- ... •«,

Fedta (S rog Fe /rol)

Thianine (aneurine-hydröehlorldeof

uitéB^) ' 1

L.cyateïne hydrochloride 1ö

Saccharose 30*000

Per liter van bovengenoemde oplossing

1 ml van de volgende sporehelenemten-oplosaihg

1 HgO 2.540 rag/1

4» t H2Q ; 5Ö0 mg/1

HgBOg 500 rag/1

CuS04» 5 H20 25

Wa2 Ro04, 2 H20 25 rag/l

«2S0^ e.g. i|83 0,5 inl/1

pH sérié I f 4*14 pH asrie II ï 4,10

Stollen met 1# 8acto«agar

Stereliseren op 1 à tin* gedurende 15 minuten* Proppen afsluiten met Aluminiumfolie«

(8)

Bijlage 2 blz,1 UeróntrainiQinoën Cal» wortel bruin* Plant ïëa aan- gem, mini- maxi-- lu~"* groen paars buis aantal

atalüldagsn mum mum wit .

téO«v> ^0 buizen ^ • Ie Serie 1 7 22 - S 54 0 0 8 S 0 0 +p 4 19 S 40 , 0 0 V 0 0 0 2 .2- 22 9 34 S 2 0 1 1 • f 4P ^ • • 2 20 13 27 0 0 10 0 Ó 0 3 2 31 27 34 10 2 0 1 0 0 +P 1 20 20 20 0 0 10 0 0 0 4 5 23 6 48 3 1 0 t 0 0 +P 0 0 0 10 0. 0 0 5 4 7 S 12 5 3 0 3 ö 0 +P 3 21 8 47 0 0 9 : 0 0 0 6 6 20 5 40 4 4 0 5 0 \0 +P 3 24 5 40. 0 0 , - 9 0 0 0 7 3 24 19 26 G ; 1 0 7 , 0 0 *P 4 27 8 47 0 o . 7 ' 2 0 0 8 • 7 20 ' 5 40 4 2 1 S 0 0 +P 2 ' 1 5 8 0 0 9 0 0 0

2e Serie t.OèV. 10 buizen

'e 1 6' ' 19 6 55 10 3: . 0 0 1 L ' 2 +P 6 16 6 27 0 0 - •8 • 0. 0 0 2 7 14 6 42 7 2 0 0 0 0 +P 9 16 6 55 10 0 8 o. 0 0 3 8. 13 5 27 7 2 0 - 0 0 .0 +P '8 11 6 20 2 0 6 0 0 0 4 6 19 ß 76 . Û 2 0 ó 0 0 4P 9 • 23 6 76 1 0 5 0 0 0 5 7 13 S 35 9- 4: 0 0 0 0 +P 3 14 12 19 1 0 10 0 0 0 6-. 2 23 19 26 10 3 Ö ' 0 0 0 +P 6 16 S 26 0 0 8 0 * " 0 0 7 5 33 S 75 8 4 0 0 0 0 +P 3 14 12 19 . 0 1 8 0 0 0

Ie Serie - sn < • P tezamen t.o.u. 20 buizen

1 11 21 S 54 0 0 17 8 0 0 2 4 21 9 34 8 2 10 1 1 + 1 3 3 27 20 34 10 2 10 1 0 0 4 S - . 23 6 48 3 1 10 7 0 0 5 - 7 13 5 47 5 3 9 3 0 0 6 9 21 5 40 4 4 9 • 5 0 0 7 7 25 8 47 6 '1 7 9 0 0 0 9 17 5 40 4 2 • 10 5 0 0

2e Serie « en :* b P tezamen tiöéWè 20 buizen

1 12 16 6 55 10 3 8 0 1 2 2 16 15 6 55 17 2 8 0 ö 0 3 16 12 5 27 9 2 6 0 0 0 4 15 21 6 76 1. 2 5 0 0 0 5 10 14 5' 36 10 4 10 0 0 0 6 8 18 S . 26 10 3 8 0 0 0 7 8 26

&

75 8 5 8 0 0 0

(9)

ô' . , • ' Btflagö 2 biz. 2

Verontreinigingen . räi« m«*»- licht- bruin- Plantjes

Aan-# Gem, PJini- Maxi- " tel*" 9roan/ Paars Buis aa"*

tal dagen mum mum uit . tal

0 0

1 en 2 Serie in - en 4- P tezamen ten opzichte van 40 bul2on

1 23 19 5 55 • • -10 3 25 8 1 2 2 20 18 S 55 ' 25 4 ' 18 1 ± 1 3 19 20 5 34 19 4 16 1 0 0 4 20 22 6 76 .10 3 15 7 0 0 S 17 14 5 47 15 7 19 3 0 0 6 17 20 5 40 14 7 17 5 . 0 0 7 15 26 5 75 14 6 15 .0 0 •• mm m*hmmmm <i» •• <*••*«• *• m »«•»«•Mi invloed parafilm r •» mm mm mm mm m m m «•»—*•» 1 wn iwm MIW •

Zonder öarafilm t.o.u. 80 buizón

Serie 1 56 21 5 54 40 15 9 37 . 1 1

Zonder oarafilm t.cuv. 70 buizen • i

Serie 2 41 19 5 76 ;

$?,

20 0 0 "4 2

Zonder parafilm t»o»v • 150 buizen

Totaal 77 20 5 76 ' . 97 35 9 37 2 3

Mat oarafiim ten opzichte van 80 buizen.

Serie f 19 17 5 47 ; < o 0 73 2 0 0

Wet parafilm ten opzichte van 70 buizen

Seri© 2 44 16 5 76 14 1 •53 0 0 0

flBt parafilm ten opzichte uan 150 buizen

(10)

i Bijlage 3 Behandeling 1 met parafilm. Uitgeplant op 4 maart, gefotografeerd op 19 mei »

Behandeling 1 zonder parafilm. Uitgeplant op 4 maart

Gefotografeerd op 19 m e i ,

Callus, wortel + spruitgroei (2 stuks) Behandeling 7 zonder para­

film.

Uitgeplant op 5 maart, gefoto­ grafeerd op 19 m e i .

(11)

Bijlage 4

Temperatuurgegaverrs in °C

'. i'

9 uur 2 uur

ll2i!2HS5S2i0||Hi2- vioeietöf Uideistof

1« dec. fobruar i. 1969 21,5 18,0 18,0 20*8

«*

dec. februar i 1969 20,1 14,9 16,4 20,1

3® dec* februar i 1969 20,8 14,3 14,5 20*9

1* dec. maarfc 1969 21,4 14,5 15,6 21,0

2? dec* maart• 1969 21,3 is>9 16,6 21,4

3® deüë maart 1969 22,2 15,9 16,5 21,7 tÖ dec* april . 1969 24,0 18,1 18,8 22,6 2® dec. april 1969 24*3 18,3 18,2 23,0 3® dec, april «969 24,7 18,7 19,1 24,5 I0 2® dec* roei dec, mai 1969 1969 27,3 29*6 20,3 21,1 20,6 21,8 26,6 28,5

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Andere gemeenten organiseerden samen met zorgaanbieders een informatiebijeenkomst waarin cliënten algemene informatie kregen over hulp en zorg binnen de Jeugdwet.. Ook werden

Voor de derde keer op rij hebben dit jaar weer meer sportaanbieders zich aangemeld bij het projectbu- reau Sport in De Ronde Venen.. De Sportaanbieders bieden in de

Overwegende dat verwerende partij in de eerste plaats beweert dat het beroep laattijdig is ingesteld; dat overeenkomstig artikel 47decies, § 2, en artikel 47septiesdecies, § 5,

echter niet beantwoordt aan de bepalingen van de artikelen 47septies – 47 septiesdecies van het decreet Rechtspositieregeling en niet de rechtsgevolgen kan hebben die aan

Overwegende dat de feiten die door de Rechtbank als bewezen zijn aangenomen, bijzonder ernstig zijn, niet alleen in de maatschappelijke context, maar zoals het in voorliggend geval

In juni 2006, september 2006 en januari 2007 werd door de afgevaardigden van het personeel herhaaldelijk om inzage van de bedoelde rekening gevraagd, doch inzage

Overwegende dat wat de eerste tenlastelegging betreft, niet wordt betwist dat intieme handelingen tussen de verzoekende partij en zijn vrouw op beelddrager

Sommigen vragen me wat het lot is van de miljoenen mensen vandaag die het evangelie van Chris- tus niet gehoord hebben, of die al gestorven zijn zonder het evangelie gehoord te