• No results found

Rapport betreffende de bodemkundige toestand van Walcheren

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Rapport betreffende de bodemkundige toestand van Walcheren"

Copied!
14
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

S t i ^ i a g *oor Bodsmkartering, *Wh(„ Z ^ « Û gUBTHux BIBLIOTHEEK STARINGGEBOUW TE S't-R. >}• i l a g e n i n g e s i p —»mttfc Jtf /

Rapport betreffend» de bodankundige toestand -«an Walcheren door Ir.J.Bermema en Ir.K.v.d.Meer,

bodeiakandlgen b i j de S t i c h t i n g voor Bodéakartering.

^n verband met de koœnda werkzaamheden na de droogvalling van Tfelcheren werd het door de D i r e c t i e van de Rijksdienst voor Landbouwherstel n o -dig geacht, een bodenkaart van het e i l a n d t e r beschikking t e hebben. Dit was de reden, dat aan I r . G, de Bakker, het Hoofd van de Wetenschap-pelijke afdeling van deze d i e n s t , de opdracht v e r s t r e k t werd, om de bod e : var: hot eilanbod in k a a r t t e brengen. Dit zou gebeuren met enkele k a r t e e r -d e r s , -die op Zui-d-Bevelan-d ree-ds een vooroplei-ding genoten ha-d-den,terwijl tevens reeds eon voorlopige legenda der bodetatypen was opgesteld. Voor-dat met het e i g e n l i j k e karteringswerk kon worden begonnen, werd een opname gedaan van de af3lag en opelibbing der gronden tengevolge van de i n u n d a t i e . Bij de nu volgende bodenkartering werd behalve van de voorlopige legenda

van I r . G , de Bakker tevens geprofiteerd van het werk van Dr.A.W.Vlaia, die een onderzoek ingesteld had naar het voorkomen van VBan in de ondergrond van ".Sicheren en tevens van het karteringswerk, waarmede Ir.S.F,Kuipers op Tholen—Schouwen bezig was.

I r . G . ds Bakker en Ir.S.F.Kuipers sjullen binnenkort een p u b l i c a t i e riet l i c h t doen aien over hun werk in Zuid-Beveland en r e s p e c t i e v e l i j k 'Phoien-Schouwen, In d i t rapport over Walcheren, dat door omstandigheden vôor deze p u b l i c a t i e s a a l verschijnen, wordt van hua inzichten reeds gebruik geaaakt». Ir»G, de 3akker werd bijgestaan door de samenstellers van d i t r a p p o r t , die s e t de dagelijkse l e i d i n g b o l a s t waren, t e r w i j l z i j in September 194G,

toen het werk binnen de o r g a n i s a t i e van do S t i c h t i n g voor Bodenkartering werd voortgezet, de algehele l e i d i n g kregen.

B i j het karteringswerk i s de samenwerking rast andere diensten een v e r -e i s t -e . B-en b-ezwaar was, d a t g-eg-ev-ens d-er k a r t -e r i n g v -e r s t r -e k t mo-est-en wor-den, t e r w i j l hot werk nog aan de gang was, wat in verband n e t ' h e t vele teken-werk hieraan verbonden, nioeilijk in o v e r z i c h t e l i j k e vorm kon geschieden. *3u het work afgesloten i a , zullen de u i t e i n d e l i j k e r e s u l t a t e n in begin 1948 can de verse: i l l e n d e diensten aangeboden kunnen worden. Desondanks hebben verschillende diensten reeds van de gegevens gebruik gemaakt en wel»

Rijksdienst voer Landbouwherstelj gegevens t«n d i e n s t e van gipsverstreidcing, proefveldonderzoek en diverse andere werkzaamheden. ;'older V&lcherent

ontwaterirsgaplannen. ïuinbouwvoorlichtingsdienst: tuinbouwlcaart ( in s a -menwerking ;aot Ir.CDorswan, adjunct-ingenieur van de Rijkstuinbouv/voor-l i c h t i n g s d i e n s t t e Soes).

Bureau Huilvcrl-aveling, Planologische Dienst en Iândbouwvoorlichtingscl:ler:st: voor v e r s c h i l l e n d e werkzaamheden.

'iet de Rijkscoumissie voor oudheidkundig bodemonderzoek word nauw samen-gewerkt in verband r.iot de i n t e r p r e t a t i e van de oudheidkundige vondsten, gedaan t i j d e n s de werkzataihoden. Hierbij werd deze oaaaissie vertegenwoor-digd door de Keren P.J»v.d.T'*eon, s p e c i a l i s t voor Zeeland en Dr.P.J.R«

ïkxJdenaan, arcrjaeoloog, gedetacheerd b i j de S t i c h t i n g voor Bodesakarter.big. De opdrecht, d i e v e r s t r e k t was, betrof de k a r t e r i n g van het go'ïnun-deerde gebied, dus n i e t de k a r t e r i n g van geheel * Äalcheren, Bn-cele .jonge polders in het gebied van Vrouwenpolder, het land van Kleverskerke en Ame-nu iden en de jonge polders van Kieuw- en St.Joosland worden dus n i e t in

de hierna volgende beschouwing betrokken,

CENTRALE LANDBOUWCATALOGUS

(2)

iT-O-i-"•2>"

.Yerkwijze.

ü&ige kennis van de werkwijze i s noodzakelijk oti de r e s u l t a t e n bet or t e kunnen beoordelen. liet kartering3werk b e s t a a t in hoofdzaak u i t veldon-derzoek, wa-irbij :\et boor en spade, d e , voor de plantengroei belangrijke bovenste anderhalve n e t e r van d~ /»rond bestudeerd wordt. Hierbij gaat de b e l a n g s t e l l i n g vooral u i t naar dfc bodeffifactoren, die blijvend invloed u i t -oefenen op de plantengroei t e r p l a a t s e : de zogsnaaride p r o f i e l s t u d i e . ,;il: p r o f i e l b e z i t z i j n e i ; e n opbouw. De p r o f i e l e n , die eenzelfde invloed or de plantengroei hebben en die tevens o - dezelfde wijze ia hot landschap geleiden zijn cuo dezelfde vor ^ingswijze b e z i t t e n , vrarden t o t een bodortvpe s a , e n l e v â t . liet begin van het werk bes Laat dus u i t e;:n s t u d i e MSX\ het t e karteren gebied, •waarbij wordt onderzocht, welke bode' typen noeten v/orden ondorsci' -rlden. is d i t gebeurd, dan kan e t het in kaart brengen worden be— gonzen. !i'i.crb5j Tïordt de boden systematisch onderzocht en de grenzen e e r bode' t.'ve;:. v a s t g e s t e l d .

Zoveel *ils .ogeüjk 'rtordt van de aanwijzingen, die het t e r r e i n on do stand vai-.. het _;ewas geven, gebruik gemaakt. :ix«:;;:e vreten, sloten en wstor-g'^gen gever, ovenals hoogteverschillen vaak ook reeds zeer behr.: *grij ke infor-u-.it ie s ontrent het t e verwachten bodentype. lie 7 or:.-in? van hot gebied drukt zich iuuielijl; zowel u i t in de 'bovcngenoenàe Iru-idschapskcu^.erken, :.-l3 in de opbouw van het p r o f i e l . Uit het bovenstaande b l i j k t vrel, dat een goed i n z i c h t in de v o r ;ing van het landschap onmisbaar i s voor een j u i s t e k a r t e r i n g .

Zoals boven reeds gezegd, worden vooral de blijvende eigenschappen van de boden in ka..rt -ebracht, de neer t i j d e l i j k e e i e n s c h a p p e n , zoals hu mus— rijlcdon en dikte der bouwvoor, die sterk afhankelijk i s van de bewerking, worden a l l o e n in extrene gevallen op kaart gebracht.

De b i j do k a r t e r i n g verzamelde gegevens geven een r e ë l e basis voor a l l e r l e i planologisch en cultuurtechnisch werk. Hierbij speldt i-î.;ers de co-der?, .--leestal een zeer voorname r o l en dient !.:en deze goed t e kennen. b'evens zijn a i j van grote waarde b i j het land—en tuinbouwkundig v o r i i c h t i n swerk. Bovendien geven z i j aan t a l r i j k e we terts chappen geheel nieuwe o ~elijkneden, zoals b . v , aan de archaeologie, h i s t o r i e , geografie, b o t a n i e , hydrologie en geologie. Op hun beurt kunnen deze wetenschappen weer belangrijke ;'s^e-vens verstreldsen voor h e t k a r t e r i ß gswerk. .bis voorbeeld :;ij aangehaald, dat a r c h e o l o g i s c h e vondsten de dateringen van verschillande a f z e t t i n g e n n o g e l i j k maken, h

Vorrang vat« hut landachap.

liierst zal de bodemkundige voraing van het eiland besproken worden, da m a zal or aandacht worden geschonken aan de bewonings. geschiedenis in zoverre deze 3a»enhangt n e t de verra ing van het e i l a n d .

iiiige eeuwen voor onze j a a r t e l l i n g a a k t e '.ïalcheren tleel u i t van het grote Hollaads-Vlaaraae veenlandschap, dat elegen vas tussen de pleistocene gronden in hot oosten en de oude duinen ir. het westen. Het zuiden van

•sicheren bestond toen u i t een hoorveen rsoeras, h i e r groeide heide s e t veenfîos op dikke lagen reeds eerder gevor.:d veen. Het noorden van .Zalcheren •aas in die tijd begroeid raet een vochtig berkenbos, d i t stond ook op oen veenlaag« Deze was echter n i e t zo dik a l s d i e in het zuiden.

Het gehele veengebied was onbewoonbaar.

Kog voor onze j a a r t e l l i n g begint e r een verandering op t e treden« De zee begon de noordrand van het -/eengebied aan to t a s t e n ( d i t gebied l i g t 'thans ten noorden van V.alcheren in zee).Het h i e r a c h t e r g e l e g e * land-schap ( ds tegenwoordige noordrand Tan het e i l a n d ) , had in het begin n i e t veel l a s t van de overstromingen, naar werd daarentegen tengevolge var. de invfbed der eb b e t e r ontv*aterd dan voorheen. Dit a a k t e h i e r bewoning i*oge~ l i j k . Later werd de bewoning verdreven, doordat de zee verder 'net

(3)

veenge-bied binnendrong. We vindan dan oen bewoning in het Buiden van het eiland ( in de eerste eeuw na Christus), ondertussen wordt er aan de noordrand zavel op het veen afgezet. Deze zavel wordt in de tweede eeuw na Qu*, «eer bewoond.

In de hierop volgende deunen werd de invloed der see BO sterk, dat bewo-ning in geheel het beschouwde gebied onmogelijk werd, ^e zavel in het noor-dan en het veen in het zuiden overstroomden, waarbij het water kleinere en grotere kreken uitschuurde. Buiten de getijde geulen werd nu slib afge-zet. Dit sediiaenteerde in het noorden op de zavel on in het zuiden op het veen. Er ontstond zodoende een hoog 3Chorrenlandscl"iap »et talrijke geulen en geuitjes. Maast de geulen waar de strowa nog vrij sterk was, v.-erd sa vel afgezet en verderop klei. Tevens was de hoeveelheid materiaal, die bezonk bij de kreken, groter dan verder van de kreken af« ür ontstonden hierdoor

iets verhoogde oevers, (oeverwallen).

haarriatc het schorgebied verder werd opgehoogd, nauen de overstromingen ir. aantal en-hevigheid af. ^e otrooosneiieid in de kreken, dio het v«-ater af en aan voerden, werd kleiner en de geulen begonnen te verzanden.

Tegen het cl .do der ver landing der getijdegoulen werd het in de kreken

afgezette Materiaal tengevolge van verdere strooeaafna'.'.e zavel ig. ^on volko en varlanding der kreken vond meestal niet plaats, ir. de eeste gevallen bleef een laatste stroomdraad over, die .nog tot zeer lang »»ater voerde.

bit proces van !:rea;:vorming en verlanding herhaalde zich. De oorzaak hier-van kar. aisschien gezocht worden in de rij zing der zeespiegel t«o.s. het land. De jong: re kreken schuurden sich dan vaak uit in de reeds verlande oude kreken« Ook ontstonden er echter door stroota verleggingen in de see of dt er veranderingen in de ligging der beschermend« duinenrij nieuwe

aangrijpingspunten« Van hieruit ontwiicicelden zich dan geheel nieuwe

kreek-syste^er., -'eze versneden de oude systauen ge eeltelijk, terwijl ze

gedeel-telijk ook de oude bedingen, waarmede se in contact kwa- en weer uitschuur-den en in gebruik naiaen* Deze jongere kreken fungeeruitschuur-den op hun beurt weer als aar.voörweg, voor de aa'-el en de klei, die nu op de oudere savel en klei •werden aï e zet.

Tot ein der oude krecks/stoeien behoorden de geulen, die bij esthove,

Oos kapclle 'en I!ui3 ter I'ee het eiland hi;jaendrongen. (Deze geulen vinden \.e, evenals Videre geulen, than3 als ru :en in het landschap liggen. De

oor-zaak hiervan wordt later besproken)0

^en ander oud systeem drong bij Vlissingen liet eiland binnen in de

richting van Biggekerke( langs de tegenwoordige- verbindingsweg VTissingan.-Biggekerke). Tevens loopt er een tak van dit systeem van Vliasingen naar

Souburg«

De eertgenoemde kreken van de noordrand van het eiland zijn echter voor oen gedeelte weer verjongd, terwijl het systeem van Vlissingen gedeeltelijk ver— smeden en .gedeeltelijk verjongd werd.

nieuwe jonge l-ireeksystaren ontstonden later bijna overal aan de west, zuid on oostrand van het eiland. Deze kreken zijn meestal niet zo volledig

verlaad als de oudere geulen« Sr zijn twee groepen te onderscheiden e»i vrel:

l)be JTûl^n, die aan de v/sstrand het eiland binnenicosaen( bij hestlcapeile, Valkenisse en bishoek), 2) 'Je kreken aan de zuid-en oostrand.

be eerste groee is waarschijnlijk weor ie'.s ouder dan de tweede groep, aij liegen is ruggen in het landschap. Bij de tweede groep vinden we de bedoingai ook thans nog als geulen in het terrein. bc afzettingen van de belangrijkste kreken van deze systemen van zuid-en oostrand heheen een geheel eiren I;arak-ter en eaLIon laI;arak-ter 'part behandeld worden. Than3 seilen we or.ze aandacht' rie.':.ten op de ontstaanswijze der ruggen va:, de westrand .h-e zagen reeds eer-der, dat bij do verlanding der kreken eerst zand word afgezet, terwijl er

(4)

; * - V . .

vinden we dan ook r e e s t a l een l i c h t zaveldek op een zaneige ondergrond. Bij de systemen van de -viestrand i s de s i t u a t i e i e t s anders. Hier verhinderde de aanvoer van water p l o t s e l i n g v r i j s t e r k , toen liet bed nog v r i j diep en breed was. Dit hing ;:ogelijk s a :en net duinvoraing in de . eondingsgebie-don (op plaatsen die nu in de Schelde l i e g e n ) . Het gevolg was, dat aan de randen van de kreken nu geen zavel i^aar k l e i werd af g e z e t , ' t e r w i j l ook het bed met k l e i v o l s l i b d e , In het l a a t s t e stadium was er zo weinig

•vTStcr^onvoer, dat ook de randen n i e t neer overstroomd werden, ;eaar a l l e e n •iet bed nog vet wc t e r voerde, -ir werd h l e r i n toen z•-.-are k l e i a f g e z e t . De veriU .ding van doze: kreken was . .inder v o l l e d i g dan die der vuae Ixeken. de vinden dan oov hieifLn da rug a l s iaacsve stroomdraad breder:; beddingen terug - i s hi, de oude kreken.

den paar vaal werd hiervoor a l a a n g e s t i p t , dat tie verlande kreicen nu a l s rag,,en in het t e r r e i n l i g g e n , a i t 3i3J, eni.. e opheldering. >i de kronen were het veen geheel oi g e d e e l t e l i j k vre -eschuurd, t e r w i j l het nvast de kreken a .i.v/ezig bleef. Dit veen vrero door de er op liggende k l e i in do loog der t i j d e n in elkaar gojx>rst. hierdoor zakte het gehele iandschaj.) raet- u i t ronder ing dor v e r l e i d e bereken, waar - e t veen i^ners nir.t .eer aan-wezig was. deze lr.'ra;-ier. nu aoe IcJV er hoe neer in het t e r r e i n omhoog. liet in elkaar zakken van het vcci wordt idlinh gena/uod, t e r w i j l et gehele proces oi-ncering van het r e l i e f h e a t . ^ or invloed w,_ de .-.-.ans kon.-n de ru~gen

Juins nog veel oterker u i t dan voorhoer., In de - idoeleeu^en hoeft v.en n . 1 . in h c groot veen gegraven -.aïionicr de k l e i . . e n non u i t -hit veen het zout, dat er door de août:; overstromingen Li terec. t v.as ekoiaen. gengevclge d i t veerigraven -nïaven. üe reeds 'ezalrte gronden nog ;.reer ean r.obei

l i g g e n . De 'vsalcte grovdev worden u e r ons kannen gonaavxi n<v r de p l a a t s , die j i j thans in het landschap inneren» ',.e vierden n . 1 . a.isloien door de ru g e n , het hoogteverschil tussen kan en rug in in do noordrand van het eiland lang n i e t zo s t e r k a i s in hot zuiden, n i t heeft twee oorzaken en w i r het veen vjas e r , eoais reeds eerder itferd opgemerkt vinder tiik en tevens i s e r zo goed n i s n i e t "evsoerd. (h vele plaatsen hunnen we ons dan ook een v r i j goede v o o r s t e l l i n g vorrien, hoe het hoogteverschil tussen rug en kom i s e -weest vóór het .voeren en de k l i n k , in de overige gedeelten van bnlcheren.

heer l e e r r i j k i s een stroon, dis t e zuid©; van hest'tapelle het eiland •bi.ner. 'irong en één tak af,gaf naar dt.'-anskerkc on één naar de kant van ^onburg. Ve e e r s t e tak, die door een ge oerd gebied ..:ot dik veen l o o p t , l i d , a l s ean rug in het landschap, ter-v.Ijï de tweede t a k , die door een ongevoerd gebied net chüi veen lr>opt, :J.s e-en geul in het 1 •.ndsciiap l i l t .

re a e staaL bekend a l s "de b l u r f " , .

Liet liet v e r s c h i l in klink t ;ssen geul en o~igaving iiangt eok s a .e:\ de plaat3 van do laev.st.e stroomdraad van oon^eige kreken. deze warden een enkele keer veel geheel aan de buitenkant der rug gevonden usa r hot veen neg aaiw/ezig

i s . ie ncetee ons h i e r b i j v o o r s t e l l e n , dat deze stroomdraad j e e da r o n t -staan z i j n toen de rug naar boven kwan,

h i e r o m e r volgen, enkele schetsjes; die do gang van zaken b i j v e r l a n -ding en o; kering van het r e l i e f v o o r s t e l l e n .

dr werd hiervoor reeds op gewezen, dat de kreken van de zuiden o o s t -rand van het eiland a a . eigen i-arakter vertonen.In t e g e n s t e l l i n g t o t de t o t iiU toe behandelde veulen l i g t h i e r do oorspronkelijke 'oedding nog a l s eer: geul in het landscliap.Dit i s w a a r s c h i j n l i j k t o wijtan en aan het f e i t , dat ze v.og onverlnnd door ir.dijking gefiiceerd werden en tevens daaraan, l a t ,:ij nog stroo.-den, teen do iclink reeds voor een grcot gedeelte had plaal3 gevonden. ;;eze jonge gouion vinden v;e o . v . terug in ve Vecrse water ang, de Arsie, in een deel der oude kiddt-iburgse ! ia ven. heveridien liggen o;, t a l r i j k e ïv.dore pl:.at;ien va;, deze et i j de c n l t j e s , o . n . ten

(5)

zuiden van Rüthers. In de buurt van Veere en van Ritthem ia de invloed., d i e deze overstromingen op het land hebben gehad zeer g r o o t . 2r i s é d i t e r h i e r in den aanvang nog a l viat l i c h t e r . a t e r i a a l naast de kreken a f g e

z e t , dat l a t e r langza.ierha.d zwaarder werd. i/e vinden h i e r du3 vaak p r o -f i e l e n , die naar beneden toe i e t s l i c h t e r worden, tevens zijn deze gronden v r i j -kal.krijk.Ze gelijken wat karakter en profielopbouw b e t r e f t veel op .jonge poldérgrond. Het v e r s c h i l i s e c h t e r , dat onder deze profielen het oude

landschap nog- aanwezig i a . ^ i t o e f e n t , zoals l a t e r nog z a l worden be-sproken, een s l e c h t e invloed op,de waterhuishouding u i t . De randen van het e i l a n d , v;aar d i t joligere »iater'..•aal op afgezet i 3 , liggen v r i j hoog. I!ot eiland heeft vV.cd door deze overstromingen aan tie randen zelf enigszins i n g e d i j k t , viut sa en ;.et de du inventing naaicte, dat het land voer de i n -dijking bewoonbaar was.

'Iet i s v;a r s c h i j n l i j k , dat de vorming cler gronden rond Veere ongeveer ia-, de l i c eeuw afgesloten werd. Do vorming der gronden b i j Ritthon s a i vvaar-s c h i j n l i j k i e t vvaar-s vvaar-server ;:ijn bc3lag hebben gehad.

Als h i s t o r i s c h belangrijk f e i t uoet h i e r vog vjorden opgemerkt, dat het ge-bied van de h e e r l i j k h e i d de Kayaan ook t o t een dezer gege-bieden behoort, war.r de jonge icreken veel invloed uitoefenden.

Tot GO jongste vormingen van hot beschouwde gebied behoren ook de jonge polders ir; de noordhoek ( ten noorden van de Rijksbuurtweg en het ver-lengde, -'e Zoekweg). Vej.Dr.A.V.VL'ija doc-lt in liaar proefschr:ift node, dat deze polders hoofd, aicelijk in de 12e en 13e eeuw zijn ingepolderd.

Dit gebied vcrr.t een geheel eigen landschap, c'.e opbouw der profielen doet eci.ter s t e r k denken aan " i e der Jonge Icreekgronden en die der jonge gebio-den van V-ere en. Ritthon. 3eide hebben zand in de ondergrond en voorgebio-den :.aar bov ...n toe r a v e l i g . Voordat deze jonge poldergronden »erden ingspolcerd

•.aa/ctev. 'Z.e deel u i t van e e groot schor*

hu r e s t ons nog de duingronde., t e bespreken.

Uit Je loop cler Icreken i s t e b e s l u i t e n , dat a l l e deinen, ;.\et uitzondering van die tussen vestkapella en Domburg v r i j jong z i j n . De duinen, sowei . c oudere a l s de Jongere, verplaatsen zich steeds landinwaarts, h i e r b i j over-stuiven z i j ue er achter l i g jende l a n d e r i j e n . Dit proces v e r l i e p aar; ..e westrand van het eiland voel s n e l l e r d .n aan de noorarand. Dijsonder sr.el

i s het ..--ogaan b i j ..estkapelle, h i e r zijn de duinen geheel uitgewaaid over het e r achter liggende landschap, ,7e vindei; h i e r nu benoorden het dorp ce:. 2oü ha duinzandgrönden. Dit i s een der oorzaken, die de zo ko3tbare d i j k -werken nood2 .keiijk laaakten. Indien er weilanden overstovcn verden, dan voiTide sic!', daar sonder ,:ecr een duinzandgrond bovenop. 2ij' oversrtuiving __ van bouwlanden v/as dé gang van zaken a n d e r s . De landbouwer ploegde d i t 8&nd door de ondovgrand, zodoende ontstond e r oen mengsel van zand en k l e i . D i t proces herhaalde z i c h , waarbij de bouwvoor steeds -binder k l e i ging b e v a t t e n . Tenslotte ksSEun de grond ook vaak 30 hoog t e l i g g e n , dat r.cn ar :naar weiland van : aaJcts, dan kreeg men dus zuivere zandlagen op deze grond. liet :iongsei van zand en k l e i vjordt door cas cement gonoerxi. In het noorden, naar ce

duiazand -ronden v e e l a l over bouwlanden stoven, kersen dese ce. entgronüon ookbJjï; overal ou.- de grens VÎT* z e e k l e i en duinsand voor.

I n t e r e s s a n t i s het verder nog t e vreten, dat op a l l e r . . e i plaatsen aan iiöt strand de v l e i van het zeekiüilsndsch£p,dat vroeger achter de duinen l a g , t e voorschijn koiat.

•)e zeer r-:crrte bodegrvorming tengevolge van de inunciatie ican oolc n i e t hele. a a l onbesproken b l i j v e n . De2e b e s t a a t u i t :

kreekvorgin."', • gi'alrg vgn bouwland en opciibbing.

<x>ais bekend ir? da dijk o, v i e r punten tengevolge var; bojribarde»centen v e r -vfoest, Dij er:tvapelle* en b i j Veere liggen ce gaten daar, waar reed3 •vroe er a l eens Icreken'. iet eiland binnendrongen. :)o Inundatie- Icreken

heb-ber; vied h i e r vovrna- e l i j k in deze kreke . ingevreten. üi t icwaa de inundatie n i e t te., goede, d-.v\r nu het water over de i e t s hogere 00verwalten het eiland nicest bl.mer;korion, wat rennend werlrte. Dit i s viisschicn eender oorzaken

da-rvan, d':t :ie inundatie b i j Westkapelle n i e t aa : de ver.med tingen voldeea. d i j ,;da ;.;oi:et'i:> en ::•".; Veile ontstonden geheel niéuwe kre<;ksyster.en, die n i e t govar het Lvik. gvdronggen a l s b i j Veere en .,estkapelle.

(6)

~G-Overal. rond de gaten werd er zand en zavel afge*et, t e r w i j l e r bovendien ande-r e gande-ronden weande-rden afgeslagen. Het s t e ande-r k s t was d i t in de Zuid-Dateande-ring, de hogere bouwlanden werden h i e r bijna o v e r a l van hun bouwvoor ontdaan, d i e op de l a g e r e plekken tezaiaen. » e t jongere grond weer werd a f g e z e t , Ih

t e g e n s t e l l i n g met de hogere gronden werden h i e r de l a g e r e gronden v e e l a l v e r -b e t e r d , vooral daar, WE; r de opgcsli-bde grond n i e t t e zanderig wa3. Vlak b i j het gat van Ramekens werden vooral dikke pakketten zand a f g e z e t . Dit zand l i g t g e d e e l t e l i j k op koagrond. Indien men er voor waakt dat de wind n i e t t e v e e l vat k r i j g t op deze grond en er tevens zorg voor kan dragen ckt z i j huBushoudend wordt, dan i s z i j in de toekomst zeker goed t e g e b r u i -ken. Bij de andere gaten v/aren vooral de zandafzettingen van belang, deze liggen voor het g r o o t s t e gedeelte op goede bouwland grond. Ze wordt dan ook zeer t e r e c h t in het groot afgevoerd,

'Je z u l l e n , nu de geologische voming besproken i s , de draad der bewo-ningsgeschiedenis opner.en, die we b i j de Romeinse bewoning hebben l a t e n l i g g e n .

De Ilojaeinse of althijns geromaniseerde vestigingen handhaafden Eich t o t in de derde eeuw. Hierop volgden enkele eeuwen, waarin het gebied 20

goed a l s onbewoonbaar was« gen uitzondoring vonade misschien de n o o r d e l i j k s t e kuststrook van d i e t i j d . Deze is echter in zee verdwenen en ontsnapt aan

a i ze nasporingen.

ïn ongeveer ce 7e eeuw vestigde men zich op de reeds voor een groot ge-d e e l t e v.ïri~nge-de kreken en wel langs ge-de nog overgebleven stroomge-drage-den,Dit b l i j k t u i t het op die plaatseri gevonden archaeologisch m a t e r i a a l : Jen s a t h i e r op du hoogste p l a a t s e n van het landschap, wat b i j overstromingen var. groot belang .vas» Tevens was de grond h i e r tengevolge van de zandige onder-grond goed droog en bovendien dienden de nog watervoerende- stroomdraden a l s waterwegen.

De oudste bewoning wa3 n i e t g e l i j k t i j d i g over het eiland verdeeld, Jr z i j n hoeken, wa:ir 30 goed a l s geen archaeologisch r a t o r i a a l u i t die t i j d t e vindon

i s , " i t i s b , v . het geval in a i e noek tussen ^oudowijnskerke— nagtekerks-» ••-eIiokerke—«outelande en in het gebied ten oosten van oerooskerke. De iüeeste bewoning t r a d op in d i e s t r e k e n , -vaar de jongere overstromingen weinig invloed uitoefenden.

Op de ruggen en ru g e t j e s vinden we ook de rx>genaai.ide v l u c h t h e r g j e s . r i j de noeste van duze bergjes i s ook weer een stroomdraad a-.n t e wijnen, nie in de t i j d van aanleg der bcrgj.es nog watervoerend was.

Je ouds'.e bewoners vestigden zich zeer v e r s p r e i d . Later, zo tegen do 12e' eeuw, r.erden vele o .de v;o."n plaat sen weer v o r l a t e n . ;i t hangt no o l i j k s a en net de t r e k nanr de dorpen in die t i j d . Jeze dorpen, die' vaak s i s kerk-dorpen o-iitntondm, liggen ooi: a l l e aan l a a g s t e stroor .peulen, ^e dor;>s-kerken "»«"erden r-.eest veiligheidshalve o;\ ohoogd.

J e t b l i j k t dus wel, dat de k a t s c e stroomdraden een zeer grote invloed op het ve3tigingsbeeld hobben gehad, ' Op de loop der wegen, aard d e r v e r -kaveling en de ontwatering heh'en z i j tevens hun steiäpel gedrukt» Haast do i e t s g r o t e r e stroomresten w ren in het korJLandschap ook t e l van Kleinere s t r o a u c s t j e s aanwezig. Je e e r s t e bewoners vonden waarschijnliji: een l a n d -schap, dat wel t a . x l i j i c 'ncog boven het zeewater l a g , .mar doorsneden vrerd dooi- t a l r i j k e g ? —tjes. J i j het in ga ;ruik ne.'.".en van het land, h i e l d men de voomaa. s t e nierv-ü; .-J* a l s g/r^-s-sioten, t e r w i j l men daarnaast ook rechte sloten g oef voor oen >.t;ter>- ontwatering, Jovehdien vonaden de stroonresten hot o n t w a t e r i n g s s t e l s e l en .evens gebruikte men ze om zich door het l a n d -schap t e bewegen.Ook werden ze vanzelfsprekend gebruikt a l s grens ( b . v . tussen, de verschillende wateringen).

J a de v e s t i g i n g van ds r;cns veranderd* het landschap e c h t e r v r i j s £ e r k . Verschillende goulen en g e u i t j e s werden af.gedand en aldus werd de a l geringe

invloed der soe hoe langer hoe vaeer geweerd, t o t d a t men t e n s l o t t e t o t algehele indijking overging. Tot de oude dam:uen behoren o . a . Levredazanfi

(7)

7

-Dit n a t e r i a a l ïiordt op het ogenblik bewerkt door de Heer ; ' . J . v . d . F e e n . Hot hoofdstuk over "landschap en bewoningsgeschiedenis", dat ir. hst spoe-dig t e verschijnen "Verslag b i j de boder.Kaart van .'alcheren" z a l voerkoren, wordt tezanen raet de Heer v.d.Feen geschreven.

Deze l a a t s t e da/i h i e l d het -.rater tegen van de geul <üe b i j Valleen i s se het e i -land binnendrong» Ook ir. het mondingsgebied van deze geul heeft ir.en water-bouwkundige werken genaakt, wa-rop de namen n'erendijke en i^angedarose we^, wijzen. Ook veranderde het kongabiedj d i t zakte n . 1 . hoe Langer hoe meer t . g . v . de k l i n k . H ierdoor kwamen de g r o t e r e geulen :.;et de reeds verlande bedüingen, waarin z i j l a r e n , omhoog. Vlet ontwateringssysteem word zodoende geheel verstoord. In vele gevallen ^erd d i t nop, v e r s t e r k t , doordat : en het veen ging vergraven. Hen diepte toen da meest geschikt o stroomdraden u i t , o::, ze a l s aprink of watergang in gebruik t e nemen. In hot noordelijk ~e~ d e e l t e van h^t eiland kreeg rien aodoende een r e d e l i j k afwateringssysteera. In het zuidtsi, waar vooral de gronden door do laoerriering ze.;r laag waren konen t e l i g g e n , wareneextra voorzieningen nodig:

i en naakte h i e r , rioor verwijzing der a i o t e n , nieuwe sprinken on watergangen, die door hun ontstaanswijze eon vreemd zig-zaggend u i t e r l i j k hebben, -e :.ioe-ton du3 vooral de i:\oernerlng voor ontstaan van doze hoekige sprinken en watergangen aansprakelijk s t e l l e n . Ook had de moemering een grote invloed

op het verkavel ingsbeold. Vele kronrae sloten uerde.; t i j d e n s het r.oeren ver-anderd in hoekige sloten.Bovendiea werden a l l e r l e i hogere hoekjes, die n i e t geraoerd waren, l a t e r door een a p a r t e kavelsloot omgeven. Er ont3tond door d e -ze oorzaken oen -zeer g r i l l i g en hoekig verkaveling3beeld. De sloton in de genoemde /rebieden werden bovendien zeer breed gemaakt. Z i j onderscheiden zich hierdoor van de sloten in de n i e t gemoerde gebieden. Tenslotte i s de moernerlng ook ven grote invloed geweest op de toestand van het l a n d . Dit bloef jaeostal ?eer h o l l e b o l i i g a c h t e r , in welke toestand '«e het thans voor het

g r o o t s t e gedeelte ook nog a a n t r e f f e n .

De stroomdraden, dix n i e t t e n behoeve der waterafvoer v.-erden u i t g e d i e p t , bleven nu dienst doen a l s verbindingswegen. *s £ceaers a l s ze droog stormen reed uen erdoor, ' s V»inters voer ï-"<on erover. Bi^na a l l e oude verbiiiäingswo-gen van s i c h e r e n z i j n op deze wijze o n t s t a a n . Hat i s t e bergijpen, dat in d i e gebieden, v/aar de geulen ook na de klink en i^oemering v r i j diep l a - o n , geen goede verbindingswegen ontstonden* Dit i s b . v . b i j l.o?lisicerte het g e v a i , dat geer.' d i r e c t e verbindingsweg heeft ;jot ' ; r i j p s k e r k e .

Als toegangsweg t o t de v e r s c h i l l e n d e l a n d e r i j e n ontstonden do wegelingen (doodlopende we;*gQtjes),äie tussen de percelen ingelegd werden en aodoaode hetzelfde zig-zag^.ende u i t e r l i j k vertonen a l s de s l i n k e n en watergangen. die u i t de verwijde s l o t e n ontstonden. Deze wegelihgen gix>eiden vaak de Kom i n , doordat ec s t e s d s verlengd v/erden. Vaak verbond ;jen twe -wemelingen, die van v e r s c h i l l e n d e l i n t e n in het koagebied binnendrongen. Op deze wijze ontstond d m eon nieuwe verbindingsweg. Dit i s b . v . de ontstaanswijze van de tegenwoordige verbindingsweg tussen 1iddelburg en Koudekerke, Op een k a a r t u i t de 13e ecus/ ( de k a a r t van Hattinga) b e s t a a t deze nog u i t twee we relingen, die Y/el alkai.r a l zeer naderen.

Op de bovenstaande wijze i s het g r i l l i g e ..alcheren3® landschap o n t -staan not z i j n e n e r z i j d s Icroraae en anderzijds hoekige l i j n e n . 3*eschouv/en wij de grotere ruggen ;et de jonge polders a p a r t dan b l i j k e n deze over het a l -gevieen een ainder g r i l l i g beeld t e vertonen dan de ka-gebieden. Dit kont or/iat men h i e r n i e t s e t t a l r i j k e strooradraadjes t e doen h e e f t , <aar net een of twee g r o t e r e en tevens omdat een g e d e e l t e van deze gronden in l a t e r e t i j d , toen non zich n i e t zo meer aan het landschap stoorde, heeft ontgonnen, (raet namende jonge polders en misschien het ru--gengebied b i j iïeiiskerke)» Aan de loop der oudste Y/ogen, watergangen, enz. was t o t voor de verkaveling •weinig veranderd,

Wel ontstonden e r enlcele nieuwe r e c h t e verbindingswegen en werd hot land nog : e e r versnipperd, naar aan het oude Landschap u i t de ; .Middeleeuwen veranderde in principe toch zeur weinig.

(8)

0

-Al de::e inzichten in verkavelingsvorm, loop der wegen en waler-.-andren werden ir. samenwerking ;net de fleer AJvi.v.d.Jerff verkregen. In het "Rapport b i j de bodonkaart van ..alcheren" z a l d i t onderwerp tezamen niet de i"eer Vs.M.v.d. .Verff behandeld v/orden.

Bodenlamdige indeling der .lalchorense gronden.

De gronden aio besproken sullen v/orden z i j n zee^^f z e t t i n g e n , behorend t o t de geologische formatie jonge z e e k l e i : een uitzondering h i e r o p vornan de duinzandgrond, - e zeeklei-gronden worden in verband :.;et hun vorning en profielopbouw en kal!rtoeatand ingedeeld in ourle en jonge gronden. I-e landbouwkundige waardering van deze beide groepen v a l t u i t t e n gunste van de jonge gronden.Hoewol onder do oude gronden ooi-: onderdelen z i j n , die een behoorlijke .kwaliteit b e z i t t e n , i s deze toch geringer dan die der jongere.

Oude strpoiogrond: De profielen b e z i t t e n een zavelige bovengrond en worden naar beneden toe meest zandig, do bouv/voor i s ijalirloos en vaak i e t s lopend, op enige diepte wordt het p r o f i e l icaikhoudend, -jen nadeel dat de oude 3trooqgronden b e z i t t e n i s , dat op vele p l a a t s e n zandbaaien voorkojaon. h i e r b i j treffen we geer. g e l e i d e l i j k e overgang van l i c h t e zavel naar zand aan, naar op ongewenste diepte^ b e t r e k k e l i j k d i c h t onder de bouwvoor, eon p l o t s e -l i n g v r i j sandig' worden, ^ i t zand, dat dan bovendien v r i j - g r o f i s , werkt storend op ds waterhuishouding on veroorz..a.ict e r n s t i g e verdrogingsversenijn-selon i n het gewas, .eu andere soort s t o r i n g vornen k l e i l a g e n , ook d i t i s eon e r n s t i g e fout in de waterhuishouding, wat verder z a l worden besproken b i j een volgend type grond, elen dorde reeds genoemde s i e c h t e eigensenap

i s ae loperigheid van deze gronden, waar d i t in s t e r k e r:ate optreedt sprechet i.ien wel van soete panne. De grond loopjt riaJücelijk d i c h t naar i s echter-(.tin t e g e n s t e l l i n g met kwade panne) ;;ial:kelijk wcor u i t e l k a a r t e eggen.

hoewel oude stroaragronden vele gebreken kunnen b e z i t t e n , z i j n het over h é t a l geineen genomen behoorlijke gronden, wat ooi: UI i j JA uib het f e i t , dat z e . p r a c t i s c h geheel voor akker en tuinbouw in gebruik z i j n .

De n a t u u r l i j k e drainage van het p r o f i e l i 3 goed( mita er geenideilagen voorkasen)} d i t i s vooral ooi: de oorzaak, dat het landbouwlcundig gebruik ::ich in bovengenoemde r i c h t i n g ontwikkeld heeft» Den nadeel i s e c h t e r , a a t door de iigewlkkolde bouw van het e i l a n d , de ontwatering voor i e d e r gedeel-t e ::x&ggedeel-t;eilijlc goed gedeel-t e r e fielen i s , hierdoor i s do grondwagedeel-tersgedeel-tand in deze oude stroor.gronden *e zomers ne e s t t e l a a g , vooral b i j ds zandbaeien i s d i t funest voor het gewas.

Oud 3 over rang3-en komggrond: langs de kreken vinden we zavel à,-; : a t e r i a a l de overgang van s troon naar kongrond. het gehele p r o f i e l 1x3 s t a t u i t zavel en wordt zswerrder r.aarnate .aen «^ich ?;«er van de kreken verwijdert. Door de klink en het roeren hebben deze gronden vaak een v r i j lage l i g g i n g , dus een t a n e l i j k hog« waterstand, V.ls bouwland i s deze grond dan ook vaak i e t s

binder g e s c h i k t , hoewel de p l a a t s e l i j k e or,st&.idighaden dusdani,; leunden z i j n , dat er r e d e l i j k bouwland op voorkomt.

üpge.erict d i e n t nog t e worden, dat deze overgangsgrond roeost koLkloos i s , hoewel t e er. de stroougrond aan in de ondergrond wel kalk. in geringere »ioo-veriheic aanwezig lean eijn«

Verder van. de kreken af vinden wc- z a r e k l e i : de kon.grondon, »venais b i j do ;-:o.' .gronden, t r e f f e n we, zo het n i e t i s weggegrnven, veen in de ondergrond r.;:-:-i en wol Meestal op een d i e p t e vn 30 t o t 150 c a . De oude konigronden e i j ._>ok l^VüêLoos. V-eze gronden liggen nog l a g e r dan de overgangsgroncen, :*;y rdocr var.k 'ote over-Last van v.-ai.er lean optreden. De grond ie Jan ook vr!i.. seer enu*3T.cfcne{ gereduceerd), Tengevolge van doz eigenschap;<çn i e oeze g;->/;iü e l l e s n -«schikt voor weiland,,

. e : r.s hoeft in de loop der iddele^awen ori-creer 3C " var. deze .gronden >g ^e schop •••: namen; hoe ze .genaaide ^ e r e n , wa-.rbij net aoute veen onder de lu... ' -wciuu.an •-•'-r.'-veii iverd sn voor zoutwinning gebruikt. De k l e i , nie -.1-•li'.'i •. „v ••:*-• ven I e , v-eft "bsoluui. .nüere .-.igen schappen geVre.gen, ze i s ~eestal lo...:er o: .-n: -n ' con.:over _e in hel gronduater l i g t ook pa...gieriger. Dit .v.;-ft ox» evo.1. , Vet de v;a".erbeweging in deze gronden i e t s laakkelijker ::°~. «••.•."ion i s . bv. :.:o-ri:'Iekl':on, lie org Ihn. ; l i g g e n , hebben veel l a s t van het

(9)

a i i t e grondwater» h i e r ontstaan van n a t u r e août v e g e t a t i e s , t e r w i j l de moer-plekken, die n a t hoger liggen» soms een b e t e r e k w a l i t e i t weiland b e z i t t e n dan de ongeàoerde plekken a c t de vaste ondoorlatende kleigronden.

De koragronden en ofergangsgronden hebben an zoverre s e n i e t gemoerd zljtt t a a k een i e t s l i c h t e r e rode bovengronds

Gronden s e t zware lagen? Hat p r o f i e l i a van beneden naar boven a l s volgt OjjgébouMcU zand of l i c h t e zavel in de ondergrond ( a e e s t a l k a l k r i j k ) , een zwaardere k l e i - of zavellaag, die kalkloos i s en daarop een ineeatal weer i e t s l i c h t e r e bovengrond. ^óals reeds b i j de stroongronden werd opge-: » r k t , i s de waterhiiishouding van deze gronden n i e t erg goed. De zware laag werkt n . 1 . s to. end, zovel op de c a p i l l a i r e o p s t i j g i n g a l s op de n a t u u r l i j k e drainage van het p r o f i e l . Dit kan t o t gevolg hebben e^n lang natte- grond

in het voorjaar en een i e t s t e droge bovengrond in de zoner. Het hcr.gt n a t u u r -l i j k erg af van de zwaarte der storende -l a a g , de aard y.d. bovengrond en de p l a a t s in het landschap of deze verschijnselen zich voer zullen doen of n i e t . Dij kleine kreekjes b . v , van deze bouw, die meestal hoog bovwn het gemoerde landschap u i t s t e k e n , z i j n de droogteverschijnselen zoals t e begrijpen g r o o t . Zijn de in- e.; n i e t a l t e zvaiar en i s do bovengrond ook n i e t a l t e l i c h t ,

dan s i j n deze gronden vaak roed geschikt voor bouwland« Indien de lagen zeer zvaar s i j n en dik, dan s i j n z i j evenals de kougronden het best t e g e -bruiken a l s weiland« Ze gelijken dan ook veel op de koragrondsn, wel liggen ze veel hoger in het landschap, daar klink en noernering weinig invloed u i t -oefenden, ^ i t type grond vinden we veel aan de noordrand en vorder ook veel in hst oude stroomsysteeai van U l i s s i n g e n .

i)e t o t nog toe behandelde typen behoren a l l e a l s oud beschouwd t e worden, in i e ens t e l l i n g r,iet de thans volgende, die boderkundig t o t dn jongere gi"on-den worgi"on-den '^erokend. Deze jongere grongi"on-den steken bijna a l t i j d zeer gunstig ai* b i j de oude types en da ;.v. bidden, die op ..sicheren bekend otaan oa hun betere grond vallen dar. ook gilleaaal onder deze c a t e g o r i e .

Lichte jonge strooa en poldergrondon? De profielopbouw i s geheel t j v a r -gelijken inet de oude stroongronden: de bovengrond i s ïaoest zavclig en de onder-grond zendig. Vaak i s de bovenonder-grond wel i e t s zwaarder dan b i j de oudere strooa-grond. De profielen s i j n , indien ze n i e t a l t e s n e l zandig v;ordcn, i d e a a l . De n a t u u r l i j k e drainage i s goed, de c a p i l l a i r e o p s t i j g i n g ia neest ook in orde, t e r w i j l de bovengrond zo nodig het water ook tamelijk goed vasthoudt. De bouwvoor heeft andere eigenschappen da;, b i j de oude s t r o a gronden. Deze grendon b e z i t t e n een kalkhoudende bouwvoor, die neest n i e t loopt inaar open i s .

Verjongde stroocygronden: Tijdens de vorrcing vau de jonge stroongronden i s e r ook invloed uitgeoefend op de oude, reeds bestaande ruggen« 'àoze v?erden door het door de zee aangevoerde r - a t e r i a a l verjongd, waardoor deze ruggen zo^el eigenschappen gekregen hebben,welke, aan jonge ruggen doen denken a l s aan oude. >e zwaarte van de bover.grond i s in vele gevallen g r o t e r dan b i j de ouöo ruggen, t e r w i j l we ook s e t een betere kaUctocstand t e naken hebben. ïn ce bouw/oor t r e f f e n we echter gean lealk neer aan; vlak onder de houwvoor zien ne spoedig een f l i n k e opbruising. Door de Icalkloze bovengronden vinden t»e de slorrtpige bouwvoren, die we ook b i j de oude ruggen aantreffen, Hoe zwnarder de ruggen z i j n , destesaeer doet het t e k o r t aan kalk in de bouwvoor zich gelden.

!h het landschap t r e f f e n we deze gronden aan aan de randen en de uiteinden van de jonge strooraruggen en do verjongingsgebieden.

'^ware jonge stroop en jonge poldergronden: Evenals b i j a l l e ^stroon-gronden wordt het p r o f i e l naar beneden toe zandig. Het bovengedcelte van het p r o f i e l i s echter zwaar (zware zavel of k l e i ) . De zware bovengrond heeft echter meestal een uitstekende s t r u c t u u r en i s daardoor van nature vriq^ood g e d r a i -neerd, het i s "opene grond". De bewerking i s ."aak moeilijk, rnaar de produc-t i v i produc-t e i produc-t i s zeer g r o o produc-t . lieproduc-t z i j n de besproduc-te gronden van Walcheren. !)e zware ücver.grond kan ^oras . .eer dan een meter dik z i j n . Opmerkelijk i s h e t , dat deze zr./are gronden volgens het onderzoek der K . t v . (Noord Oost Pold-r) 3nel o n t z i l t waren nv de inundatie.

(10)

-lo-op enkele plaatsen in hot gebied van Veere en Ritthem en langs de Uijke— buurtwog vinden -**e een s t o r i n g in het p r o f i e l doordat in de ondergrond aware kaUsanae grond aanwezig i s ( een oudere ondergrond); dezo werkt storend op de waterhuishouding en indien de bovengrond n i e t a i t e k a l k r i j k is» doet h i j deze bovendien d i c h t s l e a p e n .

Evenals b i j de oudere stroorcgrondsn kunnen wc zandbaaien aantreffen b i j de jongere stroojagronden. Bij de zwaardere Jonge stroom en poldergronden

i s d i t v e r s c h i j n s e l n i e t zo n a d e l i g , b i j de l i c h t e r e kan het soms ook t o t verdrx>g:üvg5 verschijnselen in liet gewas aanleiding geven.

Jarige overgangsj^rond an jonge koa^rond; De prof islopbouw l i j let veel oc die van de oude overgangs—en koragrond, a l l e e n i s h i e r de oeer>.ang3grond va-ak wel i e t s zwaarder \ vooral bovenaan het p r o f i e l ) . gen groot v e r s c h i l i s e c h t e r , dat deze gronden icalkhoudeiiu zijn« bo overgangs -rond bevat eieor icalk dan de ko...grond,

3 i j het ontstaan zijn deze grondes: af ;ezet op hun oudere soortgenoten, t/aar-door wo in principe een jonge kal;:rijke komgrond, op een oudere k a i k r i j k e vsfriden. Do noeroerieig heeft echter oud en jong door eikrv-.r le'eutseld, waar-door v;e v e e l a l in de onder :rond t o t het veen k a l k r i j k of elthans krlkhov.dend .eateriaai vinden. ;>e bouv,voor( en r.ode) zijn n e e 3 t a l ont^elirt. ~Mj ds gronden d.Le seer vor va-- de icreken liggen ie dezo ontkalking cok vaak eet een exrid onder de bouwvoor door e se.-.reden. .Je jon ere 07er"engsgrondcn . i j n , in zo-verre n i e t genoerd, zeker -/eschikt voor bouwland, a l i s de g rone vaak •;,•?-'; sleeipig. De genoerde gebieden vor. uvergangs-cn kœagrond ondervinden l a s t van het z i l t e grondvBiter. De bouwlanden, die vre oe deze gronder- h i ç r on daar

vinden zijn uierdoor vaak i e t s . ir.der van kv/aliteit.Cok zijri s i j ia het voor-j a a r leng n a t . ?oor weiJUad zivoor-jn deza gronden roed geschürt. Oe besee weiland ai van .sicheren vinden we dan ook op'daze gronden.

In het bovenstaande werd e n k o r t o s c e e t s gegeven van de ', e-dei.-kundi, :e indeling der jonge z a ekle i-gronden van .aiceeren. ;); duinzarei.-ronden b l i j v e n nu nog over.

Duin zandgronden ; .-.enter de duinen vindt :.ien een strook grond ' i e u i t duinzand b e s t a a t , dat op het jonge zeekleHandschap l i g t . het p r o f i e l i s a l s v o l g t : liet bovenste doel b e s t a a t u i t auinzand, op .-.eerdere of ..andere diepte volgt hierop de zeekiei-ondergrond. ' k a r a k t e r i s t i e k \foor de duinzandgronden i s het ontbreken van f i j n :;;ateriaal en dé grofheid van het zand. Het z i j n daardoor droge gronden, v e e l a l veel t e droog.

Wel s t a a t het grond..-ator iri deze gronden vaak v r i j hoog, doordat het u i t de duinen over do jonge zeeklei naar het land toe l o o p t . De bruikbaarheid van de-ze gronden hangt e c h t e r geheel af van h e t humus;'ehalte. Veel hurxus n a a k t , dat het viater kan opstijgen en t e v e n s , dat het regenwater enigszins wordt vastgehouden in de bovengrond. «e vinden op deze profielen dan ook de oeesfc -waardeloze vroonweitjes en de kostbaarste tuingronden.

Hoe verder wc van de duinen komen hoe dunner d i t dek vsrordt. g i j weiland b l i j f t d i t het karakter van zuiver duinzand behouden; b i j bouwland ~aat net b i j dunner woeden over in xenentgrond''.

'Çmortgronden'\: ^ i t z i j n raengscls var» duinzand en k l e i . . c k w a l i t e i t van deze grond hangt erg af van de diicte der laag (deze grond l i g t ook op de jonge z e e k l e i ) , de hoeveelheid k l e i die e r door gerrtengd i s en het hturaisgehalt^ De gronden e.et i s t s k l e i erdoor z i j n , raits ze t a u e l i j k humushoudend z i j n , goed geschikt voor tu inen bouwland. De gronden riet v r i j veel ielei e r

-door kunnen noms erg hard opdrogen, in zeer extreme gevallen kunnen ze op beten gaan l i j ken. b i t kont een heel enkele maal voor, op plaatsen m e r deze grond n i e t d i r e c t op de zeeklei l i g t , eaar daarvan i s gescheiden door een laag zuiver duinzand ( b i j .'est ka p e l l e ) .

T G ? 0 G H 1 g I E.

Het landschap van niederen -/alt topografisch i : ee volgende delen uiteen: 1, Het IcoTonen—en ruggenflandschap.

?.. Het 'zvrare lagen gebied''.

3 . ->ä overslag gebieden van Veere en hittkeia. 4 . Ie jonge p o l d e r s .

(11)

-12^

1 , Het komaen'ron reiggenlandschapj

Van het gekarteerde deel van iialcheren b e s l a a t het kaarnan-on ruggen-gebied ongeveer 2/3 g e d e e l t e . Bij de bespreking van de vorning en de bodera-kundige indeling var. het eiland i s reeds naar voren gekoaen, dat oude en jonge ruggen en oude en jonge koooen onderscheidor worden, .at de o n t s t a a n s -wijze b e t r e f t vomer, koor en en ruggen een g e h e e l , hoewel de v e r s c h i l l e n in

bode* .gebruik en boderuia:.ie: i s t e l l i n g ver u i t e e n l o p e n .

De ruggen l i gan hoog in het landsciiap en zijn van oudsher bewoond g e -weest, ^en o v e r b l i j f s e l van deze bewoning vinden we in de cmde-cultiiurgrond. Deze grond i s in Let b e s i t van een seer dikke a i )m, rusrijke bouwvoor, a l 3

gevolg van de eeuwenlange diepe can minder diepe grondbewcrkâiig en de o r -ganische bei e s t ing. I>e rijkdom a;-ji plant en voedende stoffen in deze gronden i s seer g r o o t . Behalve op stroosagronden, ka.vt oude-cultuurgrond ook op de g u n s t i g s t geleden overgan s .ronden voor.

De ruggen v#orden bijna ronder uitzondering gebruikt voor aidcer— en tuinbouw. Een nadeel in d i t verband i s , clat tengevolge van de hoge l i g g i n g In het lar.dr-ch."? en de ing..r.-;ikkelde v/aterstaatlcundige toestand van het e i l a n d , het grondwater in cie aoner t e laag s t a a t ,

f}.:, ruggen, «ie t o t hot oude t y p e gerekend -worden, zijn de vollende: de ru~ i a n r s de I; oordweg, die door de kievit /; hoek en d i e vunaf Viissi'ggen naar het noorden l o o p t . De run langs de Noordseg i s zeer l i c h t en heeft op t a l r i j k e plaatsan zandbaaian.

De grond i s vroeg, •waardoor er tamelijk veel tuinbouw vjordt uitgeoefend. De rug van Vlissingen behoort t o t het afgedelrte t y p e .

De volgende konten :.ijn onder invloed van deze ruggen o n t s t a a n :

de ''ekolingen, binthaiireiisehoek, Hchellach, gedeelte **uid /storing en het g e -bied ten noorden en noord-westen van Vlissingen,

De kouE'on hadden van de oudste t i j d e n ' f geen bewoning, wat i/jedc een g e -volg «as var; de ;roto vïnteroverlast, die deze gebieden hadden. Door de be—

ialing .tas d i t in de l a a t s t e t i e n j a a r voor de oorlog verbeterd. Toch wa3 * G ;/intcrs de groudvaterstand nog hoog. Tengevolge hiervan an door de ondoor— latendheid van do korigrondsn verkeert de oden in gereduceerde dus ongunstige t o e s t a n d . Het weiland i s dan ook de aangewezen vorm van rrondgebruik.

Door de moernering i s do bode toestand in vele gevallen nog ongunstiger ge— r/orden, hoewel ieder gebied dienaangaande afzonderlijk bekeken noet '.'/orden. ^e ^ekelingen i s een v r i j koogl.iggsnd gebied, ?.<aardoor h i e r de noerpurten n i e t t o dient boven het zoute grondwater komen t e l i g g e n . Het ; a a i v e l d van de origcnoerüe grond l i g t h i e r z e l f s «at t e lioog boven liet g r o n d â t e r , :-odat h i e r de putten een behoorlijke gra3 . e g e t a t i e b e z i t t e n . In ds andere kongebieden i s het te-ongostelde het g e v a l . Daar l i gen de putten t e laag en b e z i t t e n een slechte g r a s v e g e t a t i e . Tevens liggen deze gebieder, erg hobbelig, het l i g t e r

.o;t b i j , s e a l s het door de noemering a c h t e r - c l a t e n i s . Slechts zeer weinig i s g e ë g a l i s e e r d .

i'oc de jonge ruggen behoren: de rug van dishoek— Koudekerke, dif. van / srendij ko—hoppend;'jwe, u t t een z i j t a k naar Kran-ienhoeke en die van ,'est-13,pelle— h e l i s k e r k e . Ook doze ruggen zijn a l s bouwland in gebruil: en de kwa-l i t e i t van de grond i s goed, Je z e ruggen hebben de volgende korrren verjongd: het g r o o t s t e deel van Hoo .gelande, het o o s t e l i j : : deel van de Plouperd en de kou en b i j 'aggokerke. üeze karten r/ijn eveneens ge/soerd en v e l na de af-z e t t i n g van de jonge kocsgrond, De jonge kongrond i s van betere k w a l i t e i t dan de oude, "o i s het MOgelijkjka op jonge kongrond r e d e l i j k bouwland aan to loggen, Zon typisch voorbeeld hiervan i3 het gebied tussen de rug-.'.van

Iront enhoeke on de Biggekerkse s p r i n k . In ;.ic r e o s t e gevallen i s v«eiland echter de beste vorm van c u l t u u r , In o o r l o g s t i j d ie door de dwang der 3cheurplicht v r i j veoi grasland gescheurd, He jonge komgrond gaf dan do . i n s t s l e c h t e r e s u l t a t e n , In het gebied v ;i: h^ogelando t r e f t r.'sn dan ook vele percelen ge-scheurd grasland aan.

(12)

-ia-2. Zware lagen gebied*

In h s t noorden van het ©Hand t r e f f a i we tussen de duinsandgronden en jonge poleisrgronden e n e r z i j d s en de l i j n »/estkapelle-Hoge Duvekot-Veere anderzijds een groot zware-lagen gebied aan. Tussen de stroorngronden

vinden we h i e r overgangs—en komgronden, die liggen op k a l k r i j k e l i c h t e z a v e l . De bovengrond i s n e e s t a l l i c h t e r dan de a f z e t t i n g vlak boren de za-v e l , liet gehele landschap i s za-v r i j hoog s e t kleine hoogteza-ve ra chilien«

Alleen de oeverwalien steken neest boven het onringdc gebied u i t . Tussen V/estkapeile en Domburg zijn de lagen n e e s t a l n i e t '-eer storend en ook daar i s de i.oveagrond v r i j r:waar, waardoor h i e r r e d e l i j k bouwland wordt gevon-den. Kaar Oostkapelle toe word r. de gebieden met zv^are lagen steeds g r o t e r en gaa . het weiland veelal overheersen, 'm deze gebieden ia vaak de boven-grond ook l i c h t e r en rood. Deze rode boven-gronden hebben een v r i j ongunstige naad« Tussen Gostkapelle en Serocskerke ~ijn de 1?-.en ook ttiicwijls zeer storend, t e r w i j l ton oos-en van Seroo3kerke zwaardere en ninder zv*are lagen elkaar af vos s e i e n , Aan de noordkant tegen de '''•ijkebuurtweg aan, b i t t e n de laren sons v r i j d i e p , .aar hebben toch nog een storende invloed op de waterhuis-houding var: «..o l i c h t e r e bovengrond,

kcn noordoosten en oosten van Gapinge worden de zware lagen v e e l c l bedekt door jongere epr-ond, die de k w a l i t e i t zeer verbeterjb.

Da v.a.erhuishouding van d i t noordelijk gebied van Walcheren i s anders dan die van riet z u i d e l i j k d e e l . ue hoge l i g g i n g a a k t , dat h i e r geen l a s t wordt

Oifdervonden var; het zoute grondwater, .ji s i j n ook overal oede zoete d r i n k -putten voor het ee aanwezig. Jen ar.der gevolg van do hoge ligging i s de vaak zeer Lige waterstand in -.ie zonerj d i t heeft e:n slechte invloed op de weiden, di;. dan ook leest n i e t goed bektsid s t a a n . Bovendien staan de s l o t e n

•Ó »oners droog en ,:ijn dus n i e t veekerend. Daarom heeft : =en overal

.-.:idoomnagen aangeplant, die h i e r , in t e va: s t a l l i n g t o t de geboerde kavaen, good gedijen,

-jo:i afwijking •.inden we in het gebied i e t s ten noorden van de weg .-.estdorp-Da.'inge, Hier i s n a n e l i j k in het gebied ger'ioerd en wer«] d a a r b i j de k a l k r i j k e zovel u i t :.o ondergrond naar ,;oven gebracht, .-ir ontstonden p r o f i e l e n ,

dio.^oor geschikt s i j n voor bouwland. Voor d i t doel i s de ligging tengevolge v,.r: de ::"iOemoring t e laag geworden.

Door het zware lagon-gabied lopen t a l r i j k e stroougronden. De b e l a n g r i j k s t e z i j n : die van de hoordweg, van de vre g Oostiaipeile—Grijpskerlce on die van

esthovc naar •'•agtekerke. Het z i j n a l l e ' jude stroorngronden, die can de

ï.iond verjongd z i j n , Ze vorr.:en goede IximiLandgebieden, De k l e i n e r e z i j stroompjes a i j n , voor zover ze oud z i j n vaak i e t s uintior good.

De oudste bewoning van het huidige landschap (van GOö-löOC na Chr.) dat

hierboven besproken i s , bevond zich vooral tussen Domburg, Aagtekerke en Oost-k a p e l l e , Zowel .leej^iaar het westen a l s naar het oosten vinden vre sporadisch oude bewoningsresten. Deze gebieden hebben dan ook in d i e t i j d waarschijnlijk oeer openjgelegen voor de zee, dan het s t e r k e r bewoonde gebied ten zuiden van Domburg,

S. De overslag-gebieden van Veere en R i t t h e n :

Dr werd reeds opgemerkt, dat aan de oost-cn midlcant van het eiland gebieden l i g g e n , die verjongd z i j n door inbraken in de l a t e r e Middeleeuwen, De omgeving van Veere en Eitthem vormen de b e l a n g r i j k s t e onderdelen van i t landschap.

Dol: deze gebieden b e z i t t e n hun eigen topografie,; Bij Veere vomt de Vcerse watergang de kern van d i t gebied en uoet dan ook beschouwd worden a l s een n i e t dichtgeslibde g e t i j d e g e u l . Deze geul heeft goed ontwikkelde oeverwalien d l : euiï scuidigc ondergrond hebben. vlak b i j de watergang vinden we een stroom-d.i.\*adprofiGl, Duiten de oeverw.- H e n treffen we spoedig zware i d e i a f zettingen c-^Mf die in het landschap i e t s lr.ger gelegen s i j n . Op e dn bepaalde diepte

•. -..ff n we eer. ondergrond van het oude landschap aan. -aar daze ondergrond on-diep z i t ( b i j v . boven i neter^ , wrdl de bever, grond lopend. ^® lalve de

(13)

-15-Vearse watergang, zijn ook de verschillende kronkelende sloten in dit gebied

nog aan to wijzen ala resten van oude eb en vloedkrekea. In het landschap .

zijn ze zeer goed te herkennen» Het valt, gezien het bovenstaande niet te verwonderen, dat bij de dijkdoorbraak in 1944 de gevormde kreken in de oude getijdegeul liggen.

Bij Bitthera is eveneens een belangrijk verjongd gebied, Ken van de oude kre-ken ia hier opengebrokre-ken en vanuit deze nieuwe geul is het landschap verjongd. Ook hier i3 het volgens het bekende principe gebeurd: Het lichte materiaal vlak bij de kreken, het zwaardere er verder vandaan. De oudeiug heeft door deze verjonging aan de ene kant een lage niet volledig dichtgeslibde stroorakern liggen, die op een gegeven ctooent door de rug« heenbreekt en verschillende laagligjende icronkelende sloten als zijtaicken heeft. Tussen de iiüaagdijk en de haven van Vlissingen liggen nog een tweetal jonge inbraken, die wat hun ligging in het landschap en hun parceelsindeling betreft, duidelijk te herkennen zijn. Van de grootste van dezo beide is de stroorakern i;\et zwaar materia-.1 dichtgeslibd, boor de lage ligging ten opzichte van het grondwater

is deze grond geheel gereduceerd en lijkt op het eerste gezicht niet3 op jonge grond. Dit verjongde gebied van Ilitthera is plaatselijk sterk door de poernering verwerkt, Tussen ds gebieden waar v/e duidelijk jonge grond op oude ondergrond Kunnen onderscheiden, vinden we percelen, dit verwerkt zijn, v/aardoor de grond tot een verwerkte kalkhoudende koagrond is geworden.

Hoe dikker hst oorspronkelijke oversla :dek is geweest, hoe roeer kalk we in .

de tegenwoordige verwerkt; grond vinden, hoe dunner het dek, \ioc ninder kalk.

De raoernerirt. - heeft ook hier plaats gehad, nadat de verjonging reeds eon feit geworden was, wat blijkt uit de raoerputten, die laag liggen.

4. Het jonge polder gebied;

Dit vorr.it een landbouwgebied bij uitnemendheid. i)e gronden aijn van uit-stekende kwaliteit. Let uitzondering van de polder ter» noorden van de

^pclGtra-jt, sijn de profielen van alle polders landbouwkundig gezien bijna sonder "outen. De genoemde polder ten noorden van de bepelstraat is wat aan de lichte .kant, waardoor de productiviteit wat ninder wordt. Deze gronden geven niet die droogteverschijnselen, die bij de zandbaaien zijn waar te no:'en. "it vindt »ijn oorzaak in een andere ligging in het landschap. De

;;.:Jvibe i.en lip 'on hoog en droog, deze gronden liggen alle ongeveer op de—

,;0'f'dc ':iv!Oi"te, Je gronden die het zwaarste zaveldek hebben worden neest het

hooget iv-jT.gesie.ren» Deze zijn het meest productief, al geeft de bewerking

u->\ ••/.->".': v/ei enige .••.oeilij kneden. Tot de allerbeste gronden bekoren die in

de polder ten zuiden van Ter Linde.

're-en re :; ij ke buurt weg aan vinden we in de ondergrond nog de zware lagen

vvn het oude land. Daar de bovengrond echter niet licht is, en van goede

kwaliteit heeft dit landbouwkundig niet zoveel nadelen, tuinbouw!rundig wel0

ve grens tussen de jonge polders en het oude land loopt via dijkobuurtweg -voekweg -Huis ter . ee - I.oordwag - Duinweg, net dien verstande, dat tussen

l'Uinv;eg en i o^eweg oude en jonge grond elkaar afwisselen.

5 . K o t du:'nr7-',.nd"-ebied:

Op de grvns vat: de duinen en h e t jonge zeekleilandschap, vinden we een verhoogde rand, die u i t duinzand en cenentgrond b e s t a a t . Aan de noordrand v--in het eiland i s dei^e strook p l a a t s e l i j k s t e r k ontwikkeld, aan de westzijde i s z i j vT.u r.iindcir belang,Ten noorden van ^ o s t k a p e l l e i s ,:ij ongeveer 700 in breed en -eheel in c u l t u u r . ï o t bonburg to.- b l i j f t deze rand v r i j breed; ; 1er "vovdt echter een gedeelte van deze s t r o o k door bossen (de *^antoling) kv-ervrnn. vanaf Domburg nanr de ..'cstkapelso zeedijk wordu h i j s n e l l e r »

.rtnv p e l l e s i j n de duinen laiviimvasrts -vnvaaid Xi vonœn ten noorden , dorp e n complex van ongeveer £vX} ha.

,'ovtmijdt: van het eiland vinden we een :rund vf-xi 5-,^-;iCC n , die u i t deze

-•J <é3k'...T»t

r e n . var. vosikvgxille en b i j Duisburg vindon ve voel bouwlanden eri t u i n

-:twoov t/.-sscïT donhurg er; , .'estkapelle b e s l a a t vooral u i t wefland,

•;'••.- • oek -/nn .ccvxnjollï -vci-cn bouwland elkaar .".fvisjcion. Do :.oov ' • ' • * . • "i • - . .:*n •. roiT>' Ten • v o n c vorv.-. •-• '. 0 f* > m j l. e t '• i 1

(14)

i» f

1 4

-verschillen «ijn h i e r vaal: v r i j g r o o t , doordat p l a a t s e l i j k ten behoeve van de

zeedijk klej, onder het zand i s weggegraven, ':;en groot bezwaar vormt h i e r de

f e l l e wind, die vooral in het voorjaar op het gewas een s l e c h t e invloed u i t

-oefent. Aan de westrand i s deze grond meestal a l s weiland in gebruik. Door-dat de duinen h i e r noest op looagrond gelegen z i j n , i s s l e c h t s p l a a t s e l i j k eeraentgrond o n t s t a a n , ^ o r de sneue overgang van duin-naar kom^rond, wat een groot hoogteverschil raet zich neebrengt, l a a t de waterhuishouding h i e r veel t e wensen over, in t e g e n s t e l l i n g ; et de noordrand, waar dezei overgang mee3t zeer r c l e i d e l i j k i s , vjaardoor de ocsstannicheden gunstiger z i j n .

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en artikel 35 van de Inkomensvoorziening voor Oudere en Gedeeltelijk Arbeidsongeschikte Werkloze Werknemers en

De oorzaak van een tekort aan bijschildklierhormoon is dat door de operatie de bijschildklieren tijdelijk niet meer goed werken of verwijderd moesten worden.. Dit kunt u

Wat was volgens Mac-Culloch het meest opvallend geweest tijdens de diensten? Het was &#34;de geestelijke heerlijkheid van deze plechtigheid, ik bedoel de genadige en

In samenspraak met vertegenwoordigers vanuit de plaatselijke horeca, ondernemers uit de straat, vertegenwoordiging van bewoners, Gehandicapten Platform Oosterhout (GPO) en OCS

[H] is immers een klant van DeGiro en wordt beheerd door een andere onderneming uit de [F] Groep ([I]). De AFM overweegt in dit kader dat elke entiteit binnen de [F] Groep een

De AFM overweegt dat nu de splitsing van het GFH Paraplufonds in een liquide en een illiquide deel een feit is en er geen waarderingsissues zijn ten aanzien van de liquide assets,

Voorzover er voldoende bloeiende planten waren, kon per groep van bollen die op dezelfde datum waren gerooid, gemiddeld over de bolmaten en de koelbehande- lingen, de datum

Alle auteurs over deze landschappen stellen vast, dat stuifzanden zijn ontstaan door overmatige be- weiding en roofbouw in het verleden, maar nie- mand trekt momenteel daaruit