• No results found

Van openbaarheid om de openbaarheid valt bij calamiteiten in de zorg bijster weinig te leren

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Van openbaarheid om de openbaarheid valt bij calamiteiten in de zorg bijster weinig te leren"

Copied!
1
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

ZORG

Van openbaarheid om de openbaarheid valt bij

calamiteiten in de zorg bijster weinig te leren

ILLUSTRATIE: HEIN DE KORT VOOR HET FINANCIEELE DAGBLAD

d

Pauline Meurs is hoogleraar bestuur van de gezondheidszorg, Erasmus Universiteit Rotterdam,

en voorzitter Raad voor Volksgezondheid en Samenleving. Reageer via expert@fd.nl.

H

et ministerie van Volks-gezondheid, Welzijn en Sport heeft onlangs het ‘Besluit openbaarmaking toezicht- en uitvoerings-gegevens Gezondheids-wet en JeugdGezondheids-wet’ ter consultatie aange-boden. Dit ontwerpbesluit regelt onder meer de actieve openbaarmaking van rapporten die door de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ) zijn opgesteld naar aanleiding van een calamiteit in de zorg. Daarnaast regelt het voorstel dat de IGJ een algemene rapportage maakt van alle rapporten die de inspectie van instellingen heeft ontvangen.

Het doel van het ontwerpbesluit is de bevordering van transparantie en het leren van calamiteiten in de zorg. De verwachting is dat het publiek zo inzicht verkrijgt in de wijze waarop toe-zicht en uitvoering in de zorg worden verricht. Ook is de verwachting dat an-dere zorgaanbieders kunnen leren van de ervaringen van hun collega’s elders. Dit voorstel klinkt op het eerste ge-zicht sympathiek en nuttig. Informatie over een calamiteit wordt toegankelijk gemaakt voor buitenstaanders, we we-ten wat de IGJ doet en het biedt moge-lijkheden om te leren van missers en zo de kwaliteit van de zorg te verbeteren. De vraag is echter of deze doelen met deze maatregel zullen worden bereikt.

GROOT GOED

Er zijn veel bedenkingen aan te voeren tegen het voorstel van VWS. Ten eerste bestaat er nog steeds verwarring over het begrip ‘calamiteit’. Het gaat dan om de ernst van de schade, de herleid-baarheid van wat er is voorgevallen en de gevolgen voor patiënt of cliënt.

Deze onduidelijkheid is voor de IGJ aanleiding geweest om een serie dia-loogsessies te organiseren met zorgver-leners en -aanbieders, en met hen de grenzen te verkennen en duidelijk te maken wanneer en hoe gemeld moet worden. Deze bijeenkomsten hebben bijgedragen aan wederzijds begrip en aan een verbeterde meldingspraktijk. Zorgaanbieders melden actief, doen ook zelf onderzoek en zetten in op de professionaliteit en onafhankelijkheid van het eigen onderzoek.

In haar reactie op het ontwerpbe-sluit pleit de IGJ ervoor af te zien van de openbaarmaking van rapporten waar-bij achteraf is gebleken dat er geen sprake was van een calamiteit maar van een incident. Dit juist om recht te doen aan het feit dat van tevoren niet

altijd duidelijk wat er aan de hand is. Maar deze suggestie neemt de wetge-ver niet owetge-ver, met als argument dat het gaat om een volledig overzicht en daar zouden ook deze calamiteitenrappor-ten bij horen.

Dit antwoord stelt niet echt gerust. Het maakt blijkbaar niet uit wat het oordeel van de IGJ is; openbaarmaking is het doel, punt uit.

Een tweede bedenking is dat er nu nog ruimte is om af te wegen of een inspectierapport openbaar wordt gemaakt of niet. Openbaar maken is immers een middel, en niet een doel. In dat licht moeten steeds opnieuw de vragen worden gesteld of het zal bijdragen aan betere zorg en of het belang van publicatie wel of niet op-weegt tegen het risico op onterechte naming-and-shaming van personen en organisaties.

In het voorstel is ook sprake van een strakke harmonisatie. Er vindt geen (individuele) belangenafweging meer plaats. Juist in een wereld waarin we het moeten hebben van zorgvuldige besluitvorming, omdat het gaat om de zorg aan patiënten, cliënten door professionals, wordt een regime geïn-troduceerd dat aan de complexiteit van

het zorgproces geen recht doet. De derde bedenking is de illusie van maakbaarheid en het volgen van eenvoudige oorzaak-en-gevolgredene-ringen. Leren van calamiteiten is een groot goed. De ervaring leert dat dit pas lukt als er in een veilige omgeving een gedetailleerd verslag wordt gedeeld en besproken, met respect voor de rol van de patiënt en die van de zorgverle-ner. Zo wordt de context meegewogen en kan een goede analyse worden ge-maakt van wat er precies is gebeurd. Dan kan ook worden beoordeeld wie welk aandeel heeft in de calamiteit en wat de achterliggende oorzaken zijn. Vervolgens kunnen daaruit lessen wor-den getrokken en verbeteringen in de zorg doorgevoerd.

CASCADE

Het huidige voorstelbesluit houdt geen rekening met het belang van precieze analyses om te leren. Algemene rap-portages voegen niets toe. De kans is zelfs groot dat verplichte openbaarma-king negatieve invloed zal hebben op de meldingsbereidheid en de winst die daarmee is geboekt door zorgaanbie-ders en de IGJ zal ondermijnen.

Ten slotte een laatste bedenking. Als

Het is essentieel om

onderscheid tussen

‘fout gegaan’ en

‘fout gedaan’ voor

ogen te houden

de kwestie een afdeling of locatie be-treft waar tien of minder zorgverleners werkzaam zijn, wordt de naam van de zorginstelling niet genoemd. Anders zou de identiteit herleidbaar zijn, bo-ven de tien medewerkers niet. Dat is op z’n zachtst gezegd een naïeve rede-nering, maar de regel is ook onuitvoer-baar. Beroepsgroepen hebben hier al op gewezen, want wie zijn de zorgverle-ners? Tellen degenen met een oproep-contract mee? En op welk moment wordt gemeten: overdag, ’s avonds of ’s nachts? Dit leidt alleen maar tot meer administratie. Daar komt bij dat de mogelijke gevolgen voor de patiënt en de familie totaal ontbreken: hoe is hun privacy geborgd en wat betekent open-baarmaking voor hen?

Een calamiteit is zelden terug te leiden naar het handelen van één per-soon, meestal gaat het om een casca-de van ongelukkige gebeurtenissen, gebrekkige communicatie en orga-nisatorische problemen. Het is van groot belang patiënt en familie erbij te betrekken. Bij het onderzoeken van een calamiteit is het ook essentieel het onderscheid tussen fout gegaan en fout gedaan voor ogen te houden. Dit voorstel doet dat niet.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

In Fase 2d is in het hele land de zorgcontinuïteit in gevaar omdat meerdere ROAZ-regio's de kritiek planbare zorg niet meer volledig kunnen waarborgen en de toegang tot de

- duidelijk wordt voor welke zorgaanbieders de verplichtingen uit de Wtza met betrekking tot de meldplicht, vergunningplicht en eisen met betrekking tot de interne.

Franciscus Gasthuis & Vlietland meldt (mogelijke) calamiteiten bij de Inspectie voor de Gezondheidszorg en Jeugd (IGJ).. Een calamiteit is een niet-beoogde of

Voor sommige instrumenten zijn voldoende alternatieven – zo hoeft een beperkt aantal mondelinge vragen in de meeste gevallen niet te betekenen dat raadsleden niet aan hun

Hierbij is deels een nieuw fietspad over de dijk aangelegd zodat het fietspad langs perceel Peizerweg 14 te Bunne toegevoegd is aan de huiskavel en nu aan de openbaarheid

In het geval de uitkomst van deze beoordeling is dat er geen volledig en actueel beeld is, er direct passende maatregelen worden ingezet die ervoor zorgen dat alsnog een volledig

De Wet langdurige zorg (Wlz) en de Wet Maatschappelijke ondersteuning 2015 (Wmo2015) bieden geen grondslag voor domeinoverstijgende gegevensdeling tussen zorgkantoren (Wlz)

De Aanpassingswet schetst dat de externe deskundige binnen de verstandelijk gehandicaptensector niet altijd een arts hoeft te zijn maar dat deze taak ook ingevuld kan worden door