• No results found

Vraag nr. 53 van 11 februari 1997 van mevrouw RIA VAN DEN HEUVEL

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 53 van 11 februari 1997 van mevrouw RIA VAN DEN HEUVEL"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 53

van 11 februari 1997

van mevrouw RIA VAN DEN HEUVEL Zelfdoding – Onderzoek – Preventie

Uit de studie "Vlaamse Gezondheidsindicatoren" blijkt dat de zelfmoordcijfers in Vlaanderen hoger liggen dan in onze buurlanden.

In 1994 pleegden in de leeftijdscategorie 25-44 jaar, per 100.000 inwoners, 31 mannen en 11 vrouwen zelfmoord (dit gaat enkel over als "zelfmoord" geregistreerde gevallen van zelfdoding). Dit aantal ligt hoger dan het aantal verkeersdoden. Bij jonge-ren (15-24 jaar vormden verkeersongevallen de belangrijkste doodsoorzaak (51 mannen – 12 vrouwen per 100.000), maar zelfdoding blijkt op de 2de plaats te komen.

Zoals bijvoorbeeld de stressgevoelige mensen in bedrijven worden erkend als dragers van een sig-naalfunctie in verband met de werkdruk, m o e t e n zelfdodingen ons aan het denken zetten over het leven in deze postmoderne samenleving.

1. Welke initiatieven heeft de minister genomen in verband met onderzoek naar de redenen van zelfdoding ? Met welke instellingen/organisaties wordt samengewerkt ? Wat waren de resultaten van dat onderzoek ?

2. Welke initiatieven zijn er eventueel nog gepland ? 3. In welke mate zal het Vlaams congres rond pre-ventieve gezondheidszorg aandacht besteden aan deze materie ?

Onder welk van de zeven thema's wordt dit behandeld ?

4. Welke aandacht zal de "geestelijke gezondheid" krijgen tijdens het preventiecongres ?

Antwoord

1 . Zelfmoord is een belangrijk gezondheidspro-bleem : zowel voor mannen als voor vrouwen is het de tweede hoogste doodsoorzaak tussen 15 en 64 jaar (Gezondheidsindicatoren 1994, minis-terie van de Vlaamse Gemeenschap).

De complexiteit van het probleem blijkt duide-lijk uit de onderzoeksbevindingen terzake. A l s risico-factoren worden vermeld : scheiding of verlies van dierbaren, werkloosheid en

financië-le probfinancië-lemen, ernstige somatische probfinancië-lemen, middelenabusus (alcohol en drugs), persoonlijk-h e i d s s t o o r n i s s e n , opname in psycpersoonlijk-hiatrie en vroegere zelfmoordpogingen. Bij jongeren zou-den ongunstige sociale omstandighezou-den, h u i s-houdelijke spanningen, vrees voor straf, beroeps of huwelijksmoeilijkheden meer deter -minerend zijn dan in oudere leeftijdsgroepen. Uit evolutiegegevens blijkt het belang van de burgerlijke staat van de overledene. Voor de jaren 1993-1995 is zelfmoord bij mannen uit de leeftijdsgroep van 45-64 jaar significant ver-hoogd wanneer het niet-gehuwden betreft, e n voor de vrouwen tussen 25 en 64 jaar is dit zo voor gescheiden vrouwen (Gezondheidindicato-ren 1995).

2. In 1995 gaf de toenmalige Vlaamse minister van Tewerkstelling en Sociale Aangelegenheden een onderzoeksopdracht aan de Vlaamse Vereniging voor Suïcidologie. Ook hier kwam men tot de vaststelling dat een veelheid van correlerende factoren meespelen. Er wordt gepleit voor een brede benadering van preventie, namelijk de "veelzijdige oorzaak – veelzijdige oplossing"-benadering. In een gesprek met deze vereniging over de conclusies werden volgende aandachts-punten voor het beleid beklemtoond : accent op kinderen en jongeren (o. a . via de centra voor geestelijke gezondheidszorg) ; het ver- s t r e k k e n van informatie en vorming aan hulpverleners, n a b e s t a a n d e n , s c h o l e n , enzovoort en aandacht voor de zelfmoordpoger (nl. verhoogd risico op herhaling).

De Vlaamse Vereniging voor Suïcidologie, e e n zustervereniging van het Centrum ter Preventie van Ze l f m o o r d , maakt deel uit van de We r k-groep Suicide On-derzoek (WESOV ) . D e z e werkgroep is een interuniversitair initiatief waaraan verschillende universiteiten, hun zie-kenhuizen en een aantal organisaties deelne-men.

Studies van de hand van deze werkgroep of van de afzonderlijke deelnemers bevestigen de bovenvermelde bevindingen.

3. Gezien de ernst van het probleem is het nood-zakelijk en is het mijn bedoeling een effectief preventiebeleid te voeren. De veelheid aan fac-toren die mogelijk van invloed zijn op zelf-moord laat niet toe een goed afgelijnde risico-groep aan te duiden waarop preventieve acties zich zouden kunnen toespitsen.

(2)

Vandaar dat ik duidelijk niet kies voor een doel-groepenbeleid, maar wel voor een preventiebe-leid dat gericht is naar de bestaande voorzienin-gen (o. a . samenwerkingsinitiatieven thuiszorg, centra voor geestelijke gezondheidszorg, h u i s-a r t s e n , e n z . ) . Ondersteuning (o. s-a . v o r m i n g, informatieverstrekking) van de bestaande orga-nisaties en werkingen zodat de problematiek tij-dig wordt onderkend, adequaat wordt doorver-w e z e n , signalen omtrent de oorzaken aan de basisvoorzieningen (o. a . t e w e r k s t e l l i n g, o n d e r-w i j s, huisvesting) r-worden doorgegeven, e n z o-v o o r t , zal ongetwijfeld het aantal zelfmoorden en zelfmoordpogingen doen verminderen. Vanuit deze optie zal ik in de toekomst werk maken van de preventieve rol van de huisarts. De meerwaarde van de huisarts schuilt in zijn vertrouwensrelatie met de patiënt, de lage drempel en het bereiken van de zwakkere groe-pen. Hiertoe dient de huisarts samen te werken met andere actoren op het preventieve (o.m. de s c h o o l a r t s, de thuiszorg, de centra voor geeste-lijke gezondheidszorg) en het curatieve vlak. Ik zal laten onderzoeken hoe via de uitbouw van regionaal-lokale netwerken deze samen-werking kan worden ondersteund.

Verder wil ik ook aangeven dat de kwaliteitsbe-waking en -bevordering de rode draad vormt door het gezondheidsbeleid dat ik wil voeren. Recentelijk werd het ontwerp van decreet door het Vlaams Parlement goedgekeurd. H i e r i n wordt een kader gecreëerd waarbinnen het kwaliteitsbeleid van een voorziening vorm kan k r i j g e n . Ook deze maatregel laat positieve effecten verwachten op de geestelijke gezond-heidszorg.

Met de sector voor ambulante geestelijke ge-zondheidszorg werd, naar aanleiding van een doorlichting bij twintig centra door de Inspectie van Financiën, een gesprek opgestart rond fun-damentele vragen onder meer omtrent doelstel-ling en doelgroepafbakening. Het uitgangspunt hierbij vormt "het belang van de cliënt". D e keuzes die op basis van deze dialoog zullen wor-den gemaakt, zullen ook hun weerslag hebben op de kwaliteit van de hulpverlenings- en pre-ventieactiviteiten van de centra.

Ten slotte wil ik hier ook melding maken van het feit dat de administratie Gezondheidszorg – in uitvoering van de beleidsbrief Gezondheids-zorg – participeert aan een recent opgestart Europees initiatief dat een netwerk wil uitbou-wen in verband met preventie en

gezondheids-promotie in de geestelijke gezondheidszorg (European network on mental health promo-tion and prevenpromo-tion).

4. Preventieve geestelijke gezondheidszorg kan niet los worden gezien van andere beïnvloeden-de domeinen. De sector van beïnvloeden-de geestelijke gezondheidszorg werd dan ook permanent actief betrokken bij de grondige voorbereiding van het congres.

In deze brede benadering kan ik stellen dat het preventiecongres ruime aandacht heeft besteed aan preventie van "geestelijke gezondheid" ; bovendien was het een interactief congres en kregen de dagen mee vorm door de inbreng van de participanten.

Zo stelde ik vast dat tijdens de zes werksessies rond preventie in levenssferen de geestelijke gezondheid geregeld aan bod kwam.

Ook in het congresboek worden, naast deze bredere benadering, een aantal topics opgeno-men die expliciet betrekking hebben op de geestelijke gezondheidszorg – en bijgevolg indirect op de zelfmoordproblematiek – onder meer preventie bij pesten op school,depressieve stoornissen en cultuur.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Welke types vliegtuigen, van welke maatschappijen en vanuit welke vertrekluchthavens zijn er op vrij- dag 22 januari 1999 in Deurne

Zoals bepaald door de Provinciale Commissie voor Verkeersveiligheid zal een nieuwe uitrit worden gebouwd voor het verkeer van de auto- snelweg E19 komende vanuit Antwerpen,

De aanwezigheid van bedoelde vereniging op de luchthaven van Antwerpen betekent geen enkel gevaar voor de omwonenden.. Bovendien wil ik opmerken dat de toestellen die

Naast een omslag (of omslagen) waarin banken een voorstel tot het voordelig openen van een bankrekeningnummer formuleren, ontvangen zij ook de promotie van een

Dat nog een deel van de Vlaamse bevolking discri- minerend blijkt te reageren tegenover personen die seropositief zijn of aids hebben, is een signaal dat inzake aids-preventie en

In het decreet tot regeling van het recht op mini- mumlevering van elektriciteit, gas en water van 20 februari 1996 (Belgisch Staatsblad van 8 februari 1997) wordt vermeld dat in

– in de helft van de gevallen heeft de klasleer- kracht van het zieke kind het onderwijs aan huis gegeven, in de andere helft heeft de school hier- voor iemand anders

In opdracht van mevrouw Brigitte Grouwels, Vlaams minister van Brusselse Aangelegenheden en Gelijkekansenbeleid, werd onlangs onderzoek gedaan naar de toegankelijkheid van onze