• No results found

Inspectierapport. Het Middenhonk B.V. (KDV) Middenweg BS AMSTERDAM Registratienummer:

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Inspectierapport. Het Middenhonk B.V. (KDV) Middenweg BS AMSTERDAM Registratienummer:"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Inspectierapport

Het Middenhonk B.V. (KDV)

Middenweg 90 1097 BS AMSTERDAM

Registratienummer: 901102593

Toezichthouder: GGD Amsterdam In opdracht van: Gemeente Amsterdam Datum inspectie: 26-01-2015

Type onderzoek: Nader onderzoek Status: definitief

Datum vaststellen inspectierapport: 09-02-2015

Het Middenhonk B.V. - Nader onderzoek 26-01-2015 1/10

(2)

Inhoudsopgave

Het onderzoek

Observaties en bevindingen

Personeel en groepen Veiligheid en gezondheid Accommodatie en inrichting Ouderrecht

Inspectie-items Gegevens voorziening Gegevens toezicht

Het Middenhonk B.V. - Nader onderzoek 26-01-2015 2/10

(3)

Het onderzoek

Onderzoeksopzet

Op 26 januari 2015 is op grond van artikel 1.62, vijfde lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen een nader onderzoek uitgevoerd naar aanleiding van het voornemen van de gemeente het verzoek tot het uitbreiden van het aantal kindplaatsen niet toe te kennen. Het onderzoek bestaat uit een documentenonderzoek en een telefoongesprek met de vestigingsmanager.

Alleen de kwaliteitseisen die van toepassing zijn op het wijzigingsverzoek zijn beoordeeld. Bij een nader onderzoek wordt de houder niet in de gelegenheid gesteld een zienswijze in te dienen.

Beschouwing

Op 15 december 2014 is er een incidenteel onderzoek uitgevoerd op grond van artikel 1.62, tweede lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, naar aanleiding van een voorgenomen wijziging van het aantal kindplaatsen van 38 naar 50. In dit onderzoek werd echter niet aan alle kwaliteitseisen voldaan die van toepassing zijn op het wijzigingsverzoek. Er was bijvoorbeeld geen risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid opgesteld voor de nieuwe groepsruimte en ook de verbouwing van de groepsruimte was nog niet gereed. Op 14 januari 2015 is daarom door de gemeente een brief verstuurd waarin het voornemen wordt aangekondigd de aanvraag tot uitbreiding van het aantal kindplaatsen te weigeren. De gemeente heeft de houder in de gelegenheid gesteld om een zienswijze en documenten in te dienen om aan te tonen dat er wél aan de kwaliteitseisen wordt voldaan. In het huidige, nader onderzoek is (opnieuw) beoordeeld in hoeverre wordt voldaan aan de

kwaliteitseisen, die van toepassing zijn op het wijzigingsverzoek.

Advies aan college van B&W

De houder heeft een verzoek gedaan om de gegevens van het kindercentrum te wijzigen. De toezichthouder heeft in het huidige onderzoek beoordeeld dat de wijziging kan plaatsvinden in overeenstemming met hetgeen in de kwaliteitseisen is opgenomen. Wel heeft de toezichthouder beoordeeld dat de houder nog niet aan alle

voorschriften heeft voldaan om de wijziging in de praktijk door te voeren. De toezichthouder adviseert het besluit te nemen het verzoek tot wijziging toe te kennen en de aangevraagde gegevens op te nemen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen. De toezichthouder adviseert hierbij om de houder te wijzen op het feit dat de wijziging in de praktijk pas mag worden uitgevoerd indien in de praktijk aan de voorschriften wordt voldaan.

Het Middenhonk B.V. - Nader onderzoek 26-01-2015 3/10

(4)

Observaties en bevindingen

Personeel en groepen

Er zijn twee beroepskrachten aangesteld die werkzaam zullen zijn op de nieuw te openen groep.

Verklaring omtrent het gedrag

In het incidentele onderzoek (d.d. 15 december 2014) is beoordeeld dat de twee beroepskrachten beschikken over een verklaring omtrent het gedrag (VOG) die op respectievelijk 31 januari 2014 en 24 juli 2014 zijn

afgegeven. De vestigingsmanager heeft verklaard dat de medewerkers in februari 2015 een arbeidsovereenkomst aangaan met het Middenhonk B.V. De VOG mag echter bij aanvang van de werkzaamheden niet ouder zijn dan twee maanden. De beroepskrachten dienen daarom een nieuwe VOG aan te vragen. De vestigingsmanager heeft verklaard dat de beroepskrachten deze op 26 januari 2015 hebben aangevraagd en op 5 februari 2015 heeft de vestigingsmanager verklaard dat de VOG's zijn afgegeven. Omdat de VOG's eerst naar het hoofdkantoor van het Kinderhonk zijn gestuurd om vervolgens te worden ingescand, is het de vestigingsmanager niet gelukt deze binnen de onderzoekstermijn aan de toezichthouder te tonen.

Op basis hiervan is geconstateerd dat de overtreding van de volgende voorwaarde(n) nog niet is hersteld:

Passende beroepskw alificatie

In het incidentele onderzoek (d.d. 15 december 2014) is beoordeeld dat de beroepskrachten die zijn aangesteld voor de nieuw te openen babygroep beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao Kinderopvang is opgenomen.

Gebruikte bronnen:

- Afschriften verklaringen omtrent het gedrag (ontvangen op 15 december 2014) - Afschriften arbeidsovereenkomsten (ontvangen op 20 januari 2015)

- Zienswijze (d.d. 20 januari 2015)

- Incidenteel onderzoek (d.d. 15 december 2014)

- Telefoongesprek met de vestigingsmanager (d.d. 26 januari 2015) - E-mail van de vestigingsmanager (d.d. 5 februari 2015 en 9 februari 2015)

Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.

(a rt 1.50 lid 4 lid 8 lid 9 W e t kinde ropva ng e n kw a lite itse ise n pe ute rspe e lza le n.)

Het Middenhonk B.V. - Nader onderzoek 26-01-2015 4/10

(5)

Veiligheid en gezondheid

R isico-inventarisatie veiligheid en gezondheid

In het incidentele onderzoek (d.d. 15 december 2014) is geconstateerd dat er voor de nieuwe stamgroep geen risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid is opgesteld. Inmiddels heeft de leidinggevende deze wel opgesteld volgens het eigen, digitale model van Het Kinderhonk. In de risico-inventarisatie veiligheid zijn onder andere de veiligheidsrisico's in de nieuwe slaapruimte en groepsruimte beschreven, zoals het risico 'kind valt uit de kinderstoel' of 'kind verbandt zich aan hete radiator'. In de risico-inventarisatie gezondheid zijn de

gezondheidsrisico's door overdracht van ziektekiemen, als gevolg van het binnenmilieu, als gevolg van het buitenmilieu en als gevolg van (het uitblijven van) medisch handelen beschreven.

In de risico-inventarisaties zijn per risico de maatregelen beschreven die zijn of worden genomen om het risico te reduceren. Om het risico op wiegendood te reduceren is bijvoorbeeld beschreven dat de beroepskrachten iedere tien minuten de slapende kinderen controleren en dat kinderen alleen op de buik te slapen worden gelegd indien ouders hiervoor schriftelijk toestemming hebben gegeven. Bij de gedragsmaatregelen is een verwijzing naar het beleid opgenomen waarin deze maatregelen verder zijn uitgewerkt, zoals het slaapbeleid en de werkinstructie 'ventilatie en luchten'.

Naast de gedragsmaatregelen die de beroepskrachten nemen, zijn er bij het realiseren en het inrichten van de groeps- en slaapruimte van de nieuw te openen babygroep maatregelen getroffen voor het reduceren van de veiligheids- en gezondheidsrisico's. Er zijn bijvoorbeeld veiligheidsstrips aan de deuren bevestigd en de

stopcontacten zijn beveiligd. Er is een deur als nooduitgang naar de tuin geplaatst, die alleen van binnenuit kan worden geopend. Verder zijn de deuren van de groepsruimte en de slaapkamer voorzien van (veiligheids)glas, in verband met het waarborgen van het vierogenprincipe.

Gebruikte bronnen:

- Risico-inventarisatie veiligheid (december 2014; ontvangen op 20 januari 2015) - Risico-inventarisatie gezondheid (december 2014; ontvangen op 20 januari 2015) - Locatiebezoek (d.d. 15 december 2014)

- Telefoongesprek met de vestigingsmanager (d.d. 26 januari 2015)

Het Middenhonk B.V. - Nader onderzoek 26-01-2015 5/10

(6)

Accommodatie en inrichting

Binnenspeelruimte

Er is een wijzigingsverzoek ingediend om het aantal kindplaatsen uit te breiden met twaalf kindplaatsen. In het incidentele onderzoek (d.d. 15 december 2014) is echter beoordeeld dat er in de groepsruimte die is gerealiseerd voor de nieuw te openen babygroep voldoende binnenspeelruimte is voor de opvang van maximaal elf kinderen.

De totale oppervlakte van de groepsruimte is volgens de aangeleverde plattegrond 43,4 m². Een klein gedeelte van de groepsruimte hiervan zal echter niet worden gebruikt als speelruimte en zal worden afgezet met een hekje. De vestigingsmanager heeft ook verklaard dat dit gedeelte dan niet zal worden gebruikt als speelruimte, waardoor er in totaal 40,3 m² binnenspeelruimte beschikbaar zal zijn. Dit is voldoende voor de opvang van maximaal elf kinderen. In het gedeelte dat is afgezet hangt onder andere een brandslang en bevinden zich de deuren naar de slaapkamer, gang en teamkamer.

In het huidige onderzoek heeft de vestigingsmanager verklaard dat het hierboven genoemde gedeelte van de groepsruimte niet zal worden afgezet. De brandslang zal worden voorzien van een ombouw (die voldoet aan de door de brandweer gestelde eisen) en de deuren zijn voorzien van deurstrips en hoge deurklinken, zodat de veiligheidsrisico's in dit gedeelte van de groespruimte worden gereduceerd. Doordat de kinderen in de gehele groepsruimte kunnen spelen is er in totaal 43,4 m² binnenspeelruimte beschikbaar, wat voldoende is voor de opvang van maximaal twaalf kinderen.

De groepsruimte en de slaapkamer zullen passend worden ingericht in overeenstemming met de leeftijd en het aantal op te vangen kinderen. Er zullen twee tafels met banken en kinderstoelen en een wiegje worden geplaatst.

Daarnaast is er een speelkleed en voldoende los speelmateriaal aanwezig, zoals knuffels en houten, ontwikkelingsgericht speelgoed. In de slaapkamer staan twaalf bedden.

Buitenspeelruimte

In het incidentele onderzoek (d.d. 15 januari 2014) is beoordeeld dat de toegankelijke en aangrenzende buitenruimte een oppervlakte heeft van 450 m². Deze wordt door zowel het kinderdagverblijf als de

buitenschoolse opvang gebruikt. Er is voldoende oppervlakte beschikbaar voor het totale gewenste aantal op te vangen kinderen (90). De buitenruimte is zodanig ingericht dat de kinderen van verschillende leeftijden veilig tegelijkertijd buiten kunnen spelen. Aan de al bestaande babygroep grenst een gedeelte van de tuin dat is afgezet voor de baby's. De vestigingsmanager heeft verklaard dat in het voorjaar ook een gedeelte van de

buitenspeelruimte die grens aan de nieuw te openen babygroep zal worden afgezet. Tijdens het eerstvolgende jaarlijkse onderzoek zal worden beoordeeld of dit daadwerkelijk is gerealiseerd.

Gebruikte bronnen:

- Inspectieonderzoek

- Incidenteel onderzoek (d.d. 15 december 2014)

- Telefoongesprek met de vestigingsmanager (d.d. 26 januari 2015) - Plattegronden m.b.t. de aanvraag omgevingsvergunning brandveilig gebruik

Het Middenhonk B.V. - Nader onderzoek 26-01-2015 6/10

(7)

Ouderrecht

O udercommissie

De directrice heeft bij de oudercommissie van het kinderdagverblijf en de buitenschoolse opvang, die samen vergaderen, een adviesaanvraag gedaan voor de vermindering van het aantal kindplaatsen bij de buitenschoolse opvang. In deze adviesaanvraag is impliciet ook advies gevraagd over de uitbreiding van het aantal kindplaatsen van het kinderdagverblijf. De oudercommissieleden hebben positief geadviseerd over de uitbreiding bij het kinderdagverblijf, maar er is een negatief advies gegeven over de inkrimping van de buitenschoolse opvang. Dit onderdeel is beoordeeld in een incidenteel onderzoek van buitenschoolse opvang Het Middenhonk B.V. (d.d. 15 december 2014).

Gebruikte bronnen:

- Adviesaanvraag terugbrengen kindplaatsen Naschoolse Opvang het Middenhonk (d.d. 8 augustus 2014;

ontvangen op 15 december 2014)

- E-mailbericht van de administratief medewerker (d.d. 15 december 2014)

Het Middenhonk B.V. - Nader onderzoek 26-01-2015 7/10

(8)

Inspectie-items

Personeel en groepen

Veiligheid en gezondheid

Accommodatie en inrichting

Ouderrecht

Verklaring omtrent het gedrag

De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 maart 2013. Indien een verklaring omtrent het gedrag is afgegeven vóór 1 maart 2013 dan is deze niet ouder dan twee jaar.

Een verklaring omtrent het gedrag van een persoon werkzaam bij de onderneming is vóór aanvang van de werkzaamheden bij het kindercentrum overgelegd en is op dat moment niet ouder dan twee maanden.

Passende beroepskwalificatie

Alle beroepskrachten beschikken over de voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals in de cao kinderopvang is opgenomen.

Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid

De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie veiligheid op voor alle voor kinderen toegankelijke ruimtes in een kindercentrum, waaronder de buitenspeelruimte.

De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.

De houder beschrijft de veiligheidsrisico’s op de thema’s: verbranding, vergiftiging, verdrinking, valongevallen, verwondingen, beknelling, botsen, stoten, steken en snijden.

De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op.

De houder heeft een risico-inventarisatie gezondheid betreffende de actuele situatie.

De houder beschrijft de gezondheidsrisico’s op de thema’s: ziektekiemen, binnenmilieu, buitenmilieu en medisch handelen.

Binnenspeelruimte

Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3,5 m² binnenspeelruimte beschikbaar, waaronder mede begrepen passend voor spelactiviteiten ingerichte ruimtes buiten de groepsruimte.

De binnenruimte is passend ingericht in overeenstemming met het aantal en de leeftijd van de op te vangen kinderen.

Er is een afzonderlijke slaapruimte voor in ieder geval kinderen tot anderhalf jaar.

De slaapruimte is afgestemd op het aantal op te vangen kinderen.

Buitenspeelruimte

Per aanwezig kind in het kindercentrum is ten minste 3 m² buitenspeelruimte beschikbaar.

De buitenspeelruimte is voor kinderen toegankelijk.

De buitenspeelruimte is aangrenzend aan het kindercentrum.

De buitenspeelruimte is passend ingericht in overeenstemming met de leeftijd van de op te vangen kinderen.

Oudercommissie

De houder stelt de oudercommissie in staat haar advies uit te brengen over elk voorgenomen besluit met betrekking tot de genoemde onderwerpen in artikel 1.60 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.

Het Middenhonk B.V. - Nader onderzoek 26-01-2015 8/10

(9)

Gegevens voorziening

Opvanggegevens

Naam voorziening : Het Middenhonk B.V.

Vestigingsnummer : 000015982742

Website :

Aantal kindplaatsen : 38

Gesubsidieerde voorschoolse opvang : Nee Gegevens houder

Naam houder : Het Middenhonk BV

Adres houder : Herengracht 576

Postcde en plaats : 1017 CJ AMSTERDAM

KvK nummer : 34179086

Website : www.hetkinderhonk.nl

Gegevens toezicht

Gegevens toezichthouder (GGD)

Naam GGD : GGD Amsterdam Inspectie kinderopvang

Postadres : Postbus 2200

Postcode en plaats : 1000 CE AMSTERDAM

Telefoonnummer : 020 555 55 75

Onderzoek uitgevoerd door : Mevr. G.M. van Duijvenbode, MSc Gegevens opdrachtgever (gemeente)

Naam : Gemeente Amsterdam

Postadres : Amstel 1

Postcode en plaats : 1011 PN AMSTERDAM

Planning

Datum inspectiebezoek : 26-01-2015

Opstellen concept inspectierapport :

Zienswijze houder :

Vaststellen inspectierapport : 09-02-2015 Verzenden inspectierapport naar houder

en oudercommissie

: 09-02-2015 Verzenden inspectierapport naar

gemeente

: 09-02-2015 Openbaar maken inspectierapport :

Het Middenhonk B.V. - Nader onderzoek 26-01-2015 9/10

(10)

Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum

De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.

Op grond van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, artikel 1.62, vijfde lid, wordt de houder bij een nader onderzoek niet in de gelegenheid gesteld om een zienswijze in te dienen. Dit onderzoek wordt wel openbaar gemaakt in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen.

Het Middenhonk B.V. - Nader onderzoek 26-01-2015 10/10

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

(art 1.50b Wet kinderopvang; art 4a lid 1 onder c Besluit basisvoorwaarden kwaliteit voorschoolse educatie) De houder van een kindercentrum waar voorschoolse educatie wordt

In het jaarlijks onderzoek van 29 juli 2019 is een overtreding met betrekking tot de uitvoering van het veiligheids- en gezondheidsbeleid geconstateerd.. Binnen het onderzoek van

Op basis van een steekproef van de roosters van de beroepskrachten en de presentielijsten van de kinderen blijkt dat in de onderzochte periode 19 tot en met 27 oktober 2020

• Opvang en begeleiding: De vertrouwenspersoon functioneert als eerste aanspreekpunt voor mensen uit de gemeente die iets willen melden of zich zorgen maken over ongewenste

Bij brief van 28 mei 2021 heeft [naam gemachtigde], advocaat te Amsterdam (hierna: de gemachtigde van de ambtenaar) namens deze bij de rechtbank [naam provincie] op nader aan

De houder draagt er in ieder geval zorg voor dat, rekening houdend met de ontwikkelingsfase waarin kinderen zich bevinden, op een sensitieve en responsieve manier met kinderen wordt

De toezichthouder heeft beoordeeld dat de personen die werkzaam zijn bij het kindercentrum beschikken over een geldige verklaring omtrent het gedrag die voor aanvang van

Op 11 april 2014 is er een nader onderzoek uitgevoerd, op grond van artikel 1.62, vijfde lid van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen, naar aanleiding van een