EN DE BELEIDSLIJNEN VAN· DE REGERING

Zaterdag 19 maart 1960 - No. 578

' '

en OCIATI

V er heugende groei

(Zie pag 3)

Het KAMERDEBAT over de HUURVERHOGING

EN DE BELEIDSLIJNEN VAN· DE REGERING

V

an de huurverhoging, die

· door de Tweede Kamer werd

· aanvaard, is het laa:tste Kabinet- Drees de geestelijke vader.

. Dat Kabinet vroeg er al advies over aan de Sociaal-Economische Raad. In dat Kabinet was het de socialistische minister Hofstra, die er hierbij van uitging, dat zon- der huurverhoging de subsidielast . voor de overheid oudragelijk zwaar

werd.

Daaraan moet nog eens herin- nerd worden, omdat de socialisten desondanks tegen stemden.

Hun verweer was alleen, dat de overheid er nu weer wat beter voorstaat dan toen.

. Zou de heer Hofstra dat argu- ment ook gebillijkt hebben als hij nog achter de regeringstafel had gezeten? Men moet wel een kind in de politiek zijn om dat te geloven.

Aldus de wel zeer juiste opmer- kingen, waarmee een hoofdartikel- nabeschouwing over de behande- ling van de gewijzigde Huurwet in

"De Volkskrant" (vrijdag 11 maart) begon.

Dat socialistische verweer kan inderdaad moeilijk ernstig worden genomen. Het was niet meer dan een uitvlucht om te kunnen stem- men tegen een huurverhoging, met welke (negatieve) daad dan ge- tracht kan worden, later propa- ganda te maken.

Een propaganda, waar wij ons bepaald niet verontrust over voe- len, omdat ieder weet, dat de P.v.d.A., toen er socialistische mi- nisters in het Kabinet zaten, uit- eindelijk aan alle huurverhogingen heeft meegewerkt en omdat wij de intelligentie van de gemiddelde Ne- derlandse kiezer toch echt niet zo laag aanslaan.

*

...

*

D

at argument van "er weer wat beter voorstaan" doet het trouwens ten onrechte voor- komen, of het alleen "'11 uitsluitend zou gaan om de ve~ lering van de subsidielast.- Natuurlijk is dat een zeer belangrijk ding,· maar niet minder belangrijk zijn de andere qverwegingen voor de noodzaak van een optrekking van de oudere huren.

Zij zijn sámèngevat in die ene zinsnede, welke de Sociaal-Econo- mische Raad in zijn advies van 28 november 1952 reeds neerschreef:

"dat gestreefd moet worden naar vrije huren op een in evenwicht

z~jnde woningmarkt, waarbij het huurniveau wordt bepaald door de kosten van een rendabele nieuw- bouw".

De socialistische woordvoerder de heer Baart betoogde bij het jongste Kamerdebat, dat die ad- vies-aanvrage van 1958 ·van de zijde der vorige Regering bepaald moèst worden gezien in het licht van de toenmalige omstandigheden en die waren anders dan de tegen- woordige.

: Minister Van Aartsen heeft daar terecht op geantwoord:

"Ik ben direct geneigd natuur- lijk dergelijke advies-aanvragen, nota's en dergelijke stukken te be- zien in het licht van de omstandig- heden, zoals zij waren op het mo- ment, dat die stukken of adviezen werden uitgebracht of gevraagd .

"Ik wil er alleen op wijzen, dat.

het eerste stuk van die advies- aanvrage van september 1958 be- paald handelt over de situatie van de h u r e n, over de kloof, die er is tussen de huren van oude en nieuwe woningen, over kostprijs- huren en vraaghuren en dat pas in de tweede alinea wordt gesproken

over de financiële consequenties met betrekking tot de handhaving van de s u b s i d i e s. En het is eigenlijk het laatste punt geweest, waarop ûe geachte afgevaardigde de heer Baart zo de nadruk heeft gelegd.

"Ik geloof, dat uit de advies- aanvrage van 1958 zeer duidelijk is gebleken, dat de toenmalige Re- gering er behoefte aan had om, zo mogelijk, tot een verdere huur- verhoging te komen; op dat punt zijn naar mijn oordeel de omstan- digheden niet zodanig gewijzigd, dat wij zouden kunnen zegg~n, dat de advies-aanvrage niet meer zou behoeven te gelden".

* ..

*

T

och onderscheidt de thans . aanvaarde huurverhoging zich van de vorige. De woordvoer- der van onze V.V.D.-fractie iri de Kamer; mr. Schuitemaker, heeft daar terecht de aandacht op ge- vestigd.

Waren de vorige huurverhogin- gen, wat de argumentatie betreft, steeds het resultaat van een com- promis, het ontwerp van thans geeft in zijn argumentatie blijk van een beleid, dat meer op de toe- komst is gericht.

In de argumentatie van vroe- gere huurverhogingen lag het zwaartepunt veelal op het gebrek aan middelen voor voldoende on- derhoud wegens de verhoogd<:: las- ten en de onderhoudskosten, bij gelijkblijvende huuropbrengst. Ook bij de laatste huurverhoging, in 1957, is dat weer ter sprake ge·

komen. ·

Men bereikt, aldus de heel' Schuitemaker, op die manier hoog- stens het handhaven van de status·

quo, maar een oplossing van het steeds zwaarder wordende en drukkende probleem -'-- het huur- probleem -werd niet verkregen.

(Vervolg op pag. 4)

BERAAD TIJDENS HET HUURDEBAT IN DE TWEEDE R~AMER

19 MAART 1900 - I' AG. %

DE QUAY GEEFT MEER DAN DREES

M

et 78 tegen 48 stemmen heeft de Tweede Kamer vorige week het wetsontwerp aangenomen tot verhoging van de woninghuren met 20 procent, be- houdens uitzonderingen. .A-lleen PvdA, PSP en de communisten stemden tegen.

Voor de huurverhogingen zullen alle loontrekkenden een compensatie ontvan- gen van 2.5 procent van het basisloon met een minimum van f 4 per week in de eerste gemeenteklasse, f 3,75 in de tweede en derde gemeenteklasse en f 3.50 in de vierde en vijfde gemeente- klasse.

Alle woningen beneden een huurgrens van f 9 per week in de eerste· gemeen- teklasse, afdalend met een gulden t"ot f 5 per week in de vijfde . gemeente- klasse, worden van huurverhoging vrij- gesteld, tenzij de huuradviescommissie op verzoek van de· verhuurder anders beslist.

Aanvankelijk gold de bovenbedoelde huurgrens alleen voor woningen die vóór 1918 zijn gebouwd. Daarvan liggen ongeveer 300.000 woningen beneden de huurgrens. Door de aanneming van een amendement van de heer Van Vliet (KVP) is de huurgrens ook gesteld voor de na 1918 gebouwde woningen. Naar schatting krijgen de huuradviescommis- sies daardoor nog een 100.000 woningen meer te beoordelen en ieder geval vergt ongeveer een half jaar. PvdA, PSP en de communisten bezorgden het amende- ment van de KVP bij zitten en opstaan een meerderheid.

Ook de noodwoningen z.ijn alsnog bui- ten de huurverhoging gehouden door aan- neming van een amendement van de heer Bommer (PvdA). Zijn amende- ment om alle vóór 1918 gebouwde wo- ningen uit te sluiten van huurverhoging werd echter verworpen.

Indien woningen boven de huurgrens niet voldoen aan redelijk onderhoud en woongerief, kan de huurder zich wenden tot de huuradviescommissie met het ver- zoek van de huurverhoging verschoond te blijven.

~' * *

O

p de hoogte van de looncompensatie heeft niemand aanmerking ge- maakt. Wel was de heer Baart (PvdA) ongerust of de AOW- en A WW -trekkers wel voldoende compensatie zouden krij- gen.

Staatssecretaris Rooivink deelde mee, dat in 1957 (onder het kabinet-Drees) aan bejaarden als huurcompensatie is verstrekt f 72 voor gehuwden en f 60 voor ongehuwden.

Thans worden deze bedragen voor ge- huwden f 88.40 en voor ongehuwden f 72.80. Daar komt nog een bedrag bo- venop voor de melkprijsstijging.

Het verschil zit hierin, dat in 1957 de compensatie voor AOW-trekkers werd gebaseerd op de derde gemeenteklasse en nu op de eerste gemeenteklasse.

De Quay geeft meer dan Drees! Als de heer Suurhoff nog minister was geweest zouden deze verbeteringen van de hoog- ste torens zijn geblazen! Nu worden ze zorgvuldig verdoezeld. Dat is ook een verschil.

D

e staatssecretaris deelde voorts mee dat de renten krachtens de invali- diteitswet met 100 procent zullen wor- den opgetrokken en de gezinsbijslagen met niet minder dan vijf gulden per week.

De ongevallenrente zal worden opge- trokken met 6 procent. Formeel had kun- nen worden volstaan met een lager per- centage, maar er zit ook een welvaarts- verruiming in. Met ingang van 1 januari 1961 zullen de ongevallenrenten worden aangepast aan de loonbeweging.

De lonen voor de werknemers in de Gemeentelijke Sociale Werkvoorziening (GSW) en de Sociale Werkvoorziening voor Hoofdarbeiders (SHW) zijn met terugwerkende kracht van 1 januari 1960 af met vier cent per uur verhoogd.

De totaal verouderde en als systeem niet meer bruikbare sociale voorzienings- regeling B (werknemers d1e zijn uitge- trokken krachtens de werkloosheidswet) is vervangen door een nieuw systeem.

Tot nu toe werd voor man en vrouw samen als basisbedrag uitgekeerd f 32.50 per week. Met allerlei bijslagen is het maximum van het jaarlijks totaal gemid- delde f 48.05. Daar bovenop kwam nog een kinderbijslag.

Het ligt nu in het voornemen van 1 april of 1 mei af de uitkeringsbedragen krachtens de sociale voorzieningsrege- lingen te koppelen aan het arbeidsinko- men, dat men in het verleden heeft ge- noten. De werkloosheidswet geeft 80 pro- cent. De uitkering krachtens de sociale

Royale compensatie voor huurverhoging • Beter dan ,.het ge·

stumper van Suurhoff" • De zieke oppositie • Verhoging van de grondbelasting even uitgesteld • Afwegen tegen verlaging van inkomstenbelasting • De bouwstaking • Wetteliike spelregels no- dig voor de vriiere loonvorming.?

Mr. dr. BERKilOUWER ... . amendementen aanvaard ... . voorzieningsregelingen wordt gesteld op 75 procent met een maximum van 95 pro- cent van het thans geldende richtlijn- loon.

Het gemeenteklasse-verschil tussen klasse I en klasse V wordt teruggebracht

tot f 4 per week.

Deze Burger

Wanneer men staatssecretaris Rooivink al deze verbeteringen hoort opsommen, zou men in de stijl van de oppositie moe- ten schrijven dat het hoog tijd werd, dat er aan "het gestumper van Suurhoff" een einde kwam. Dat zou natuurlijk net zo dwaas zijn als de onzin die de socialis- ten af en toe over de huidige ministers uitkramen.

De socialisten voelen zich in hun ziel gekwetst en verongelijkt, omdat ze - door eigei:l schuld - aan de kant staan.

Ze reageren schamper en overdreven op alles wat het kabinet-De Quay doet en dat nooit goed is. Het is een zieke oppo- sitie, waarin een serieus karakter volko- men zoek lijkt. Daarmee is de PvdA ern- stig in gebreke want er is altijd behoef- te aan een gezonde oppositie.

* * *

N

a al hetgeen er in het afgelopen jaar reeds over de huurverhoging is ge- zegd, kon het grote huurdebat geen nieuwe gezichtspunten meer openen.

Het verlenen van bevoegdheden aan de regering i>m in bepaalde streken van het

land de huren· eventueel vrij te laten indien de omstandigheden er rijp voor zijn, werd met 77 tegen 48 stemmen aan- genomen. De PvdA, die overheidsbe- moeiing liever nooit loslaat, was er na- tuurlijk tegen, evenals de PSP en de communisten en de heer Anctriessen (KVP).

Een 'aantal technische amendementen van onze geestverwant de heer Berkhou-

Vindt het een mooi iets dat zo vele van onze ministers gaan ncwr wat wij ten onrechte nog steeels "De West" noemen. Ten onrechte, omdat de Nederlandse Antillen en Suriname niet onder één hoedje te vangen zijn.

Zij zijn naar hun gehele aard, op ieder gebied, totaal verschillend en bovendien Liggen Willemstad en Paramaribo ongeveer even ver van elkaa1· als Amsterdam van WaTSchau.

Maa1· goed, onze minsters gaan daar nu een kijkje nemen en dat is een goed ding, want, wederkerig, kunnen de Suriname1·s en de Antil- lianen nu ook eens onze ministers bekijken. Dat is nuttig, want de foto's van hoge heren komen - precies andersom als die van filmsterren - altijd bizonder onflatteus in de krant. Als je op de kmnt moest afgaan, zou je helemaal niet denken dat de excellente Korthals een mooie, stoere man is, wel anders, maar zeker niet minder dan Clark Gable of Cary Grant. Een tikkeitje ko1·ter misschien, maa1; wanneer hij, alleen in een tijgervel gehuld zich in Suriname's oerwoud van boomtak naa1·

boomtak zou slingeren, zou hij een mooie Tarzan maken.

Trouwens, de heer Beerman zal ongetwijfeld bij de Kottamissies en de Antilliaanse meisjes óók een plezierige indruk maken. In ons beider

student~ntijd heb ik hem dikwijls aan de roeispanen gezien met een los truitje en een kort broekje aan. Niemand zag in hem toen een minister, maar wel een kereltje dat er best wezen mocht. Spieren als kabeltouwen, meneertje, en een adembenemende to1"So.

Het is goed dat ze ginds zulke ferme jongens, stoere knapen eens van nabij zien.

Onze menee1· Sydney zal het beamen: public relations zijn ook in de politiek van het g1"0otste belang en personal relations vormen daar een integrerend deel van.

Het aantal vrouwen dat op de V.V.D. stemt alléén omdat zij de heer Berkhouwe1· wel eens gezien hebben loopt in de tienduizenden. Hij behoeft geen mond open te doen om in de Kamer he1·kozen te worden.

Die snor, die bloem in 't knoopsgat .•••

Daarom acht ik mij, als eenvoudig burger, ge1·echtigd te zeggen, dat minister Toxopeus óók maar eens op 1·eis moest gaan naa1· Suriname en de Antillen. Hij is een mooie man en dat zou er toe kunnen leiden dat alle opposities, die onder de hete zon zo fraai gedijen, elkaa1· wenend van aandoening in de armen zouden vallen, wanneer hij een bemoedigend woord in die richting zou doen horen.

E1· moest überhaupt veel mee1· gereisd wo1·den door ministeriële en ande1·e belangwekkende mannen.

Laat men in dit verband ook eens zijn gedachten laten gaan naar

-

wer, in verband met bescherming tegen ontruiming in geval van vrijlating van de huren, werd door de minister over- genomen of bij zitten· en opstaan aan- vaard.

Een amendement van onze geestver- want, de heer Schuitemaker met betrek- king tot de huurverhoging van bedrijfs- panden met ten hoogste 15 procent, werd bij zitten en opstaan verworpen. Hij ver- zette z.ich tegen een inbreuk op hetgeen contractueel tussen partijen is overeen- gekomen.

De zoveelste overbodige motie van de PvdA (ditmaal weer over de subsidie- regeling voor nieuwe woningen) werd met 47 tegen 75 stemmen verworpen.

De opheffing van de huurblokkering werd met 79 tegen 46 stemmen aangeno-

Flitsen van het Binnenhof (I)

Gen. De meerderheid overwoog, dat het afhankelijk stellen van de huurverhoging van redelijk onderhoud en woongerief, een beter middel is om verbetering van de woningen te bereiken.

Overigens zei onze woordvoerder, mr.

Schuitemaker, dat iedere huiseigenaar · zijn eigendom zoveel mogelijk naar de ei- sen des tijds in stand zal houden als hij later niet voor concequenties wil komen te staan. ·Dit wordt een steeds sterkere stimulans naar gelang de evenwiehts- toestand tussen vraag en aanbod zich gaat aftekenèn.

HOGERE GRONDBELASTING

M

et de huurverhoging hangt- samen (niet er aan gekoppeld) een ver- hoging van de grondbelasting door het tarief van vóór' 1956 ·te herstellen. Meerop-

brengst 38 miljoen gulden. In 1956 was het tarief verlaagd om een huurverho- ging van 5 procent mogelijk te maken, waarmee men politiek was vastgelopen.

Op verzoek van minister Zijlstra is de behandeling van het desbetreffend wetsontwerp tijdelijk geschorst voor na- der overleg in het kabinet nadat de heer Lucas CKVP) een motie had ingedi\"nd voor langer uitstel om de noodzaak van de verhoging van de grondbelasting te zijner tijd te kunnen beoordelen in het kader van een algemeen belastingplan in verband met de behoeften van het.

Rijk.

Mr. SCHUlTEMAKER .... .. r;rondbelasting uit de tijd ...

Onze geestverwanten mr. Schuitema- ker en mr. Van Leeuwen verschilden van mening, zoals trouwens de gehele fractie over dit punt verdeeld was. Mr. Schuitc- maker had de motie van de heer Lucas mede ondertekend, omdat hij de grond- belasting (evenals de personele belas- ting!) uit de tijd acht. Op zichzelf heeft hij volkomen gelijk. Maar regeren is kiezen.

Wie wat langer in de politiek mee- loopt en gewend is het geheel te over- zien, ziet aankomen, dat er met onze (Vervolg op pag. 4, le kolom bovenaan)

19 MAART 1900 PAG. 3

MOET HET ROER OM BIJ ONZE EMIGRATIEPOLITIEK ^?

Een belangriJk vraagstuk no~

t•vee ~ijden belicht

eens van

Ir. R. v a n Ha s s e I t, te Voorst, schrijft ons: De heer Van ll asselt is geen industrieel en In "Vrijheid en Democratie" pleitte de heer Sidney J. van den Bergh voor schrap- ziet zich dus niet dagelijks voor de moeilijk- ping van de begrotingspost voor de bevordering der emigratie omdat daar geen Neder- ", heid geplaatst om in een fabriek de nodige lands belang mee gemoeid zou zijn. Tegen deze opvatting zou ik het volgende wilde arbeidskrachten te vinden om zelfs de meest aanvoeren:

In de eerste plaats is de stelling, !lat emigratie N edel'laml van zijn beste krachten berooft volstrekt niet bewezen. Het vraagstuk, welke invloed emigratie op de kwaliteit der achterblijvende bevolking uitoefent, is dermate gecompliceerd, dat het toch wel wat voorbarig is uit de ervaringen met een handvol emigranten uit een vliegtuig in Rangoon en de gunstige uitlating·en van een Australische autoriteit zulke verstrek- kende conclusies te trekken.

Het is natuurlijk waar, dat lieden, die met activiteit, initiatief en een flinke do- sis pioniersgeest zijn gezegend, eerder tot emigratie zullen besluiten dan degenen, , die niet over deze goede eigenschappen beschikken.

Men dient echter te bedenken, .dat deze mensen in de immigratielanden betere ontplooiingsmogelijkheden hebben dan in het eivolle Nederland, waar men· door tal- loze, veelal onvermijdelijke, voorschriften en maatregelen aan handen en voeten ge- . bonden is en een groot deel van moei- zaam verworven bezit naar de fiscus

·gaat.

Bovendien zouden deze pioniers ook

·zonder steun van de Staat hun weg naar het buitenland waarschijnlijk wel géyoJ;l- den hebben. Men hoeft echter om hèt vertrek van deze energieke Nededan- ders niet al te veel te heuren; ·zij ver- schaffen ons in den vreemde· een zekere goodwill en brengen hándelsi-eláties aan, waar ons land veel voordeel van kan hebben. Voor de grote massa, die wenst te emigreren, is echter steun en voor- lichting door de overheid onmisbaar.

De heer Van den Bergh vraagt zich af waarom men moeite doet de emigratie te bevorderen, terwijl er een gebrek aan werkkrachten bestaat. Hij merkt op, dat men vaak spreekt van de gevaren van overbevolking, van de gevaren van grote werkloosheid, maar dat er voor vele jaren eerder een tekort dan een teveel aan arbeidskrachten dreigt.

Men kan hoogstens stellen, dat de ge- volgen van een economische crisis zich in overbevolkte landen ernstiger doen ge- voelen, ook t.a.v. de werkloosheid. Dat er echter in een periode van hoogcon- junctuur als thans, in bepaalde branches een gebrek aan werkkrachten optreedt, wil daarom volstrekt niet zeggen, dat er geen overbevolking zou zijn.

Het zou daarom van grote kortzichtig- heid getuigen, het bevorderen der emi- gratie, die toch altijd enige verlichting van onze bevolkingsdruk betekent, nu maar stop te zetten. Een -krachtige be- vordering der emigratie, ook tijdens de hoogconjunctuur, is een landsbelang dat onze steun verdient.

Aldus ir. Van Hasselt.

* * *

De heer S i d n e y J. van den Berg h antwoordt hierop:

· Ik wil niet verder met de heer Van I! as- selt debatteren, of de emigrante/I tot onze beste krachten behoren of niet. Hij geeft zelf toe, dat lieden met een flinke dosis pioniers- geest eerder · tot emigratie zullen besluiten dan degenen, die niet over deze goede eige;,.

schap beschikken.

dringende exportorders op tijd te doen uit- voeren.

De ondergetekende is dit wèl, en ziet, !we

· zelfs belangrijke exportorders geweigerd moe- ten worden door gebrek aan arbeidskrachten.

Om te zeggen, dat er weinig verband is tussen emigratie en werkgelegenheid, lijkt mij een on- houdbaar standpunt.

Dat emigranten ons handelsrelaties bren- gen, waar ons land veel voordeel van kan hebben, ontken ik. Er is Mervoor geen enkel bewijs te vinden in onze exportstatistieken.

Het is mogelijk, dat Nederlandse emigran- ten, indien zij niet teveel belemmerd worden door hoge invoerrechten en daardoor hoge prijzen, nog een tijdlang trachten Nederlandse artikelen te kopen of, indien die toch al op de markt zijn, hieraan de voorkeur geven; maar mijn ervaring in Noord-Amerika heeft mij be- wezen, dat dit zeer weinig invloed heeft op de export van onze artikelen en dat de emi- grant zeer snel went aan zijn nieuwe omge- ving en aan de locale artikelen, en zijn oude

·gewoonten en de voorkeur voor ou.de merken.

snel vergeet.

Mijn artikel was ingegeven door de wens om voor onze toch al zo kleine cultuurge- meenschap zo weinig mogelijk mensen ver- loren te laten gaan, maar zeker niet om, zoàls ik in mijn tweede arti/cel ztiteengezet heb, energieke emigranten op enigerlei zdjze tegen te houden ..

Maar wèl acht ik het volkomen onjuist om miljoenen van onze belastinggelden :·uit. te

Men moet er naar mijn mening echter voor oppassen, teveel verband te leggen tussen werkloosheid en overbevolking.

Werkloosheid kan zowel in dicht als in dun bevolkte landen voorkomen. Het zelfde is met het omgekeerde, een over-

spannen arbeidsmarkt, het geval.

i. ^{~lÇ~~) Met} IIHit)H;J:JHilfl opgewekt de lente in ... !

< \

\ ,.Een notuurproduct ·

, · · bij uitstek" Importeur: Tony van Heeswijk • Roermond.·

geven voor kunstmatige steun van emigratie en voor het onderhouden van onze gehon()- reerde emigratiebevorderaars op diverse grond- slagen die, nzt de tijden veranderd zijn, zich krampachtig aan lwn verworven posities en baantjes vastklampen.

Tegenspraak

De Regeringscommissaris voor de emi- gratie, mr. ir. B, W. Have man, schrijft ons:

Onder de titel: ,.Nogmaals onze emigra- tiepolitiek" las ik een artikel van de heer

·sidney J. van den. Bergh in uw blad, waarin de volgende mededeling voor- komt:

,.De emigratiecijfers lopen achteruit de laatste jaren; gelukkig maar, doch nu komt de Commissaris voor de Emigratie verklaren, dat de regering dan nog maar verder moet gaan en zelfs de kosten moet gaan dragen van de oprichting van .scho- len en andere maatschappelijke instel- lingen ten behoeve van de Nederlandse emigranten in de overzeese landen, dus christelijke, katholieke, neutrale scholen met Nederlandse subsidie oprichten in Australië, Canada, etc. Dit is wel het wanbeleid ten top gedreven!"

. Ik zou er gaarne de aandacht van uw lezers op willen vestigen, dat een voor- stel als de heer Van den Bergh mij hier in de mond legt - of enig voorstel van zelfs in de geringste mate vergelijkbare strekking - nimmer bij mij is opgeko- men, Iaat staan uitgesproken.

Het emigratiebeleid moge dan naar de persoonlijke opvatting van de geachte schrijver een wanbeleid zijn, op deze wij- ze .,ten top gedreven" is het toch niet."

Redactionele a.antekening:

Wij konden de heer V itn den Bergh op korte termijn over deze brief van ir. Haveman niet bereiken. Het citaat ván de heer Van den Bergh u•as kennelijk op een persbericht gebaseerd.

De tegenspraak van de Regeringscommissa- ris zal de heer Van den Bergh stellig niet anders dan genoegen kunnen doen.

VERBEU GE DE GROEI

Als men met het oog op het jaarverslag 1959 van onze partij de cijfers voor zich laat leggen van het ledental, van het aan- tal abonnees op ,.Vrijheid en Democratie"

en van het aantal stemmen, dat op onze partij in 1959 bij de Tweede Kamerverkie- zingen is uitgebracht, dan kan men over de hele linie spreken over een verheugende groei.

Met het aantal afdelingen zijn wij in 1959 geklommen tot boven de 400; het aantalleden van onze partij is met duizen- den toegenomen en het aantal abonnees op ,.Vrijheid en Democratie" ( èn op de ,.Vrije Amsterdammer"} is nog nooit zo hoog geweest als thans het geval is. Welis- wàar is er nog een enorme afstand tussen het aantal leden en het aantal stemmen, dat op onze partij is .uitgebracht, maar in ieder geval blijkt, dat het aantal van hen, die binnen onze partij georganiseerd zijn, steeds toeneemt en ook dat is een verheu- gend verschijnsel. Toch blijft e r - ondanks deze verheugende groei - nog veel in organisatorisch opzicht te doen. Elke par- tij, elke vereniging heeft de neiging om te ,.vergrijzen"; men moet dus bijzondere aandacht besteden aan het voldoende op- vangen en trainen van degenen, die over

tien jaar èn met de leiding van onze partij, èn met de vertegenwoordiging in de open- bare lichamen belast zullen zijn. Om zo te zeggen moet er nog veel kader gevormd worden. Dat kan men op verschillende wij- ze doen: door studie-clubs, door wijkinde- ling en in grotere steden, door sprekerscur- sussen. Elk van deze mogelijkheden moet bekeken en in de praktijk zo mogelijk in toepassing gebracht worden. Daarnaast moet men de verheugende ledengroei ook in de praktijk weten te benutten door be- langwekkende ledenvergaderingen te hou- den. In deze tijd is het stellig niet anime- rend, nu er thuis zoveel te zien en te horen valt via televisie en radio van wat er in de wereld gebeurt, om naar een vergadering van een politieke partij te gaan, waar el- lenlange notulen worden voorgelezen, een met veel zorg samengesteld jaarverslag aan de orde gesteld wordt, waar eindeloze beschouwingen worden gehouden over de begroting en de financiën van de afdelin- gen met het aantal niet-betaalde contribu- ties als hoofdpunt. Ik weet wel dat deze punten in een administratief goedgeleide vereniging noodzakelijk zijn, maar men moet deze niet tot de hoofdschotel maken, wil men de leden blijvend interesseren -

en vooral de nieuwe - in de activiteiten van de politieke partij. Men moet voldoen- de gelegenheid geven, dat er opmerkingen gemaakt worden en vragen gesteld wor- den ter verduidelijking van politieke vraagstukken, eventueel aan de hand van een handleiding.

Men moet aan de andere kant een agen- da zo indelen, dat er voldoende tijd voor een rondvraag van de leden overblijft.

Naast deze punten, die stellig de aandacht verdienen, moet ook aandacht geschon- ken worden, en in bijzondere mate, aan het werven van nieuwe leden. De opgaande lijn kan en mag niet onderbroken worden.

Er is een natuurlijk verval van leden door overlijden, emigratie en andere omstandig- heden, die- als men niet zou zorgen voor nieuwe impulsen- op den duur zou maken dat de partij in plaats· van groter kleiner zou worden.

Men moet ook dus op daartoe passende tijden nieuwe ledenwervende acties hou- den om te zorgen, dat de verheugende groei, waarover in de aanvang gesproken is, doorzet en wij ons met recht kunnen blijven noemen ,.de derde politieke partij in ons vaderland"!

D. W. DETTMEIJER

(Vervolg van pag. 2)

snel uitdijende economie, waardoor aan het Rijk hoge eisen worden gesteld voor allerlei voorzieningen, aan herstel van het oude tarief van de grondbelasting niet valt te ontkomen waneer men hand- having van het huidige peil van de grondbelasting, moet afwegen tegen de gewenste verlaging van de inkomsten- en loonbelasting.

Om voor dat laatste meer ruimte te scheppen was de heer Van Leeuwen ~e­

reid de verhoging van de grondbelastmg te aanvaarden nu deze psychologisch het beste te verwerken is op het moment van een huurverhoging, .

Blijkens de opmerkingen van de heer Hofstra (PvdA) heeft de heer Lucas met zijn motie de oppositie in _de mond ge- geven dat het liberale kabmet-De Quay de za,kken· van de huiseigenaren spekt met huurverhoging en lage grondbel_as- ting, Als men dan later toch de verhogmg van de grondbelasing moet _aanvaarden, heeft men politiek de zaak met goed be- keken.

DE BOUWSTAKING

N

aar aanleiding van de bouwstaking heeft minister De Pous een boek- je opengedaan over de we~kgevers in het bouwbedrijf, dat niet fraai leek. De ge-

hele Kamer bleek achter hem te staan en het gevoerde beleid goed te keuren. '·

De loonsverhoging in het, b?~wJ;>edr~J.:

is gebaséerd op een produ,ÜIVI~el~ssb~

.girig vàn 6 procent, maar die sb]gmg.IS in de periode 1953..:_1957 en daarna met in de prijzen tot uiting geltO~en. yan de prijsstijging met 35 procent 1s 10 a 13 procent onverklaarbaar. Wanneer men rekening zou hebben gehouden met de stijging van de produktiviteit, zou ~e onverklaarbare stijging nog groter ZIJn

geweest. _ . . ..

Door de daling van de lonen en de PriJ- zen van de materialen, hadden in 1958 en 1959 de boUwprijzen kunnen dal~n

·met 6,5 procent, doch de daling heeft n1aar 2 á 3 procent bedragen.

De regering is tot het uiterl'te ·gegaan met concessies . om het conflict i~ d_~

bouwwereld op te heffen. Verder wll ZIJ niet gaan, want elke stap veréler zou in- houden, dat de grondslagen van de loon- en prijspolitiek zouden worden verlaten.

*

* *

V

óór de onderhandelingen ·in het bouwbedrijf over de Ionen begon- nen waren de werkgevers volledig op de hoo~te, _dat de loonsverhogingen niet mochten leiden tot stijging van het bin-

nenlandse prijspeil. De loonsverhoging in het bouwbedrijf mocht dus niet wor- den doorberekend. Dat ge!dt immel'IS ook voor andere bedrijfstakken, die soms eerst v-erlies moeten nen1en. maar er over een langere periode door stijging van de produktiviteit toch uitkomen.

Daarom mogen de aannemers de· loons- verhoging ook niet doorber01cenen voor onderhanden zijnde werken, al lwbben zij met hun opdrachtgevers contracten afge.

sloten, waarin staat dat het wel mag.

Het verbod van de regering is daarom onderworpen aan de uitspraak van de rechter.

Van· verschillende kanten went uit de Kamer gevraagd waarom- de_ regering

· niet een bindende loonregeling oplegt.

Prof. Ou~ vond dit weinig passen in het regeringsbeleid, dat de verantwoordelijk.

heid voor de loonvorming wil verplaatsen naar het bedrijfsleven. Alleen in het uiterste geval ~al men er mee moeten werken.

. . .

povendien: als men de ,!lonsverho- ging bindend op-legt, zal men ·ook nauwkeurig moeten controleren of zij n·iet wordt doorberekend in de prijzen.

Dat zou een uitgebreid controle-appa- raat vereisen op grond van de prijsop- drijvings- en hamsterwet. die voor dat doel niet is bestemd.

Het loon- en prijsbeleid va11 minister De Pous is gebaseerd -op medewerking van het bedrijfsleven en dwang past daar dus niet in. Daarom wilde hij, ofschoon geschraagd door de instemming van de hele Kamer, niet met dreigementen wer.

ken, maar de deur openhouden voor een oplossing.

Prof Oud heeft echter reeds gezegd, dat als de rechter de regering in het on- gelijk zou stellen, maatregelen van wet- gevende aard ernstig moeten worden

overwogen om het spel van de vrijere loonvorming te kunnen spelen.

De richtlijnen- voor de vrijere loonvor- ming zijn niet wettelijk bindend. Er zou dus een wettelijke regeling moeten ko-

men van de spelregels, die zijn opgesteld voor de vrijere loonvorming. Daar gaat het om als de bouwers onwillig blijven mee te werken aan een gezonde groei van ons economisch leven.

V. v.D.

19 MAART 1960 - PAG. t,

Minister Visser had het niet moeilijk in senaat

Positief geluid over humanistische geesteliike verzorging • Zo nodig meer subsidie • Liberalen hebben het echter niet alleen voor het zeggen • Zorgen om Nieuw-Guinea.

O

nze geestverwant minister ir. Visser behoeft er zich niet over te be- klagen, ·dat de Eerste Kamer het hem moeilijk heeft gemaakt bij de behandeling van zijn defensiebegroting.

Da:t de senaat maar één dag behoefde te_

delibereren om dit zeer belangrijke hoofd- stuk de voorzittershamer te laten pas- seren, zegt wel iets. Al moeten we daaraan onmiddellijk toevoegen, dat de. op stapel staande defènsienot'a, waarin de regering haat militaire toekomstplannen zal ont- vouwen, een gegronde reden vormde niet al te breedvoerig in te gaan op een aantal belangrijke zaken. Miss,:!hien was het· bij wijze van compensatie dat een niet-mili- tair onderwerp zoveel aandacht kreeg: de humanistische geestelijke verzorging.

Dit is allang een netelige kwestie als gevolg :van de intolerante houding der confessionele politici, die de activiteit der humanisten het liefst binnen zo eng mo- gelijke grenzen willen houden. Sommigen van l;len, die het goed menen met de humanisten hadden gedacht, dat met een liberale minister aan het. defensieroer plotseling alle problemen met bet~;e~king tot de humanistische geestelijke verzor- ging in rook zouden vervliegen. Daarbij vergetend, dat - hoezeer de invloed van de VVD ook is toegenomen - de liberalen het niet alleen voor het zeggen hebben.

Als men dit in aanmerking neemt, . kan niet anders gezegd worden dan dat minister Visser in dit debat een positief

l Flitsen van het

Binnenhof (ll) !

geluid heeft laten horen, dat ongetwijfeld veel van het ongenoegen over deze kwestie zal wegnemen.

De humanistische geestelijke verzorging van militairen vond. in dit debat haar pleitbezorgers in onze geestverwanten mr.

Van Riel en Louwes, alsook in een socia- listische woÓrdvoerder. Mr. Van Riel rekende op een regelmatige verhoging der subsidie, gelijke tred houdend met de taakuitbreiding.

Minister Visser heeft na het debat over deze kwestie in de Tweede Kamer zijn visie nog iets scherper geformuleerd: In onze op het beginsel van vrijheid . van levensbeschouwelijke overtuiging en ·me- ningsuiting gebaseerde samenleving, dient de overheid zich in het algemeen te oht- houden.van een waarde-oordeel over en vim ingrijpen in de verschillende stro- mingen op geestelijk gebied, welke zich in ons volk voordoen. Daarom zou het·

niet juist zijn van de regering een oordeel

N.V.

MINISTER VISSER .... .. zorg om Niezuv-Guinea ...

te vragen over de vraag·, of de humanis- tische geestelijke verzorging en die, welke een aantal in Nederland bestaande kerk- genootschappen biedt, al dan niet gelijk- waardig zijn. Maar Wel moet de overheid uitmaken, of de behoefte aan een zeker soort geestelijke verzorging in het leger zo groot is, dat ziJ voor een bepaalde steun in aanmerking komt.

Tot dusverre hadden de inlichtingen die hij van militaire bëvelhebbers had ge- vraagd, hem niet de indruk gegeven, dat die behoefte bijzonder groot is. Hij be- greep overigens wel, dat een enquete misschien een wat ander - in ieder geval een nauwkeurige'r - beeld zou opleveren, maar zo'n enquete is geen zaak voor de minister, maar voor het Humanistisch Verbond. Naar mate een zodanig onder- zoek een grotere behoefte zou aantonen, was de minister bereid meer mogelijk- heden te öpenen voor het Humanistisch Verbond. Overigens toonde de minister met cijfers aan, dat er geen sprake is van achterstand in de subsidiëring van de humanistisch geestelijke verzorging_

• • •

M

inister Visser kwam er rond voor uit, dat de verdediging van Neder- lands Nieuw-Guinea de regering zorgen baart. De verklaring van de Indonesische minister van buitenlandse zaken, dat tegen dit gebied geen geweld zal worden ge- bruikt, nam hij - onpar:Iementair ver-

W. A. ^HOEI(~s

MACIDNE- EN ZUURSTOFFABRIEK Hoofdkantoor en 1\lachinefabriek te Schiedam

Compreason voor alle cassen en iederen druk.

IJUitaUatJ.e• voor de bereiding. van zuurstof, otikstof ens.

taald - met een korrel zout. De minister- raad zal zich op korte termijn beraden over de nodige maatregelen.

Enkele Kamerleden waren allerminst gerust omtrent de mogelijkheid, dat er op Ambon een Russische basis komt, die tegen Nieuw-Guinea is gericht. Was het maar waar, zei mr. Van Riel. Dan zouden wij een zorg minder hebben, want de defensie van Nieuw-Guinea werd dan op slag een zaak voor de Amerikaanse ze..:

vende vloot. Transport-technisch is de verdediging van dit gebied een uitermate zwaar probleem voor ons land, waarvoor hij niettemin alle aandacht vroeg.

• • *

V

an de vermindering der Russische strijdkrachten met 1.2 miljoen man, was de minister niet onder de indruk ge- komen, in tegenstelling tot de socialist De Dreu. De Sovjet-Unie heeft immers zelf verklaard, dat die inkrimping de ge- vechtskracht van het rode leger niet aan- tast. Daarom mogen wij bij onze defensie- inspanning niet verslappen. Dat wil nu . ook weer niet zeggen, dat de defensie de allereerste prioriteit moet hebben en dat er een zo groot mogelijk percentage van het nationaal inkomen aan moet worden besteed. In een vrij land wegen ook andere dingen zwaar.

Mr. Van Riel onderstreepte, dat de . Russen alleen maar zullen ontwapenen als- het in hun ideologische kraam te pas- komt. Dat is als zij zeker zijn van de· ;.

overwinning. Hij hoopte, dat in een pe-- riode van 20 à 25 jaar de levensvormen in ...

de werelddelen zodanig zullen evolueren, dat de kans op conflicten minder wordt.

E •.

Mr. VAN RIEL

... Amerikaanse Zevende Vloot ...

···~

..

···~·~···

:

^.

.

• •

! ?J,aarboekj~ f

: :

l Verschenen is het Jaarboekje :

!

¹⁹⁶⁰ van de Partij. Hierin zijn op-

i

::. genomen de adressen van de Le-

1

den van het Hoofdbestuur, van de Kamerfracties, van de Kamercen-

t trales, van de Vereniging van Sta- : ..

!

ten- en Raadsleden, de Commis-

i·.

:. sies, gegevens inzal~:e de Organi- :i_.

satie Vrouwen in de V.V;D. en de : Jongeren Organisatie Vrijheid en

1 •.

i

Democratie, het Beginsel Pro- ..

: gram, de Statuten en alle Regie- +' :·

+ menten van de Partij. • : Het boekje kan -besteld . worden -~-·

!

lloor overmaking van ! 1.- op gi- · · ··· ·.·

: ronummer 67880 t.n.v •. de Secreta- · _ ... ·.

• ris van de V.V.D. te 's Gravenha- · : "" ge. Toezending . volgt. onmiddellijk, . : zolang de voorraad strekt. · -..

. ...

^{~ .}

^.. _.

HET· KAMERDEBAT OVER DE HUURVERHOGING (vervolg van pag. 1)

T

hans gaat deze Regering uit van grote beleidslijnen, waarmee de woordvoerder van onze fractie akkoord kon gaan : het streven naar een terugkeer naar . meer normale verhoudingen op de huurmarkt van onroerend goed, het streven naa-r het bereiken van de evenwichtsprijs, het verminde- ren van de subsidiëring en het ge- leidelijk terugbrengen van de over- heidsbemoeiing, ook op het gebied van de toewijzing, huurbescher- ming, enz.

Van dit beleid is huurverhoging een essentieel onderdeel. Het te- rugbrengen van de divergentie

tussen oud en nieuw bezit heeft op alle onderdelen van dit beleid een

· belangrijke invloed.

Mr. Schuitemaker wilde daar- mee zeggen, dat, indien men de richtlijnen van deze Regering om uit de impasse van de woningno~d

en de gekunsteldheid van deze nia- terie te komen aanv~tardt, men tevens huurverhoging moet accep- teren.

Een andere weg bestaat niet, indien men tenminste een lang- zame of ineens plaats vindende socialisatie van het onroerend goed Yan de hand wijst.

Streeft men dit laatste we I

na, dan scheiden zich onze wegen en zal in de Kamer een duidelijke scheidingslijn aanwezig zijn.

Deze Regering heeft pu duidelijk gekozen, in tegenstelling tot de vele compromissen, die vorige Re- geringen hebben getroffen. Het compromis heeft steeds om poli- tieke redenen getracht, de werke- lijke achtergrond van onze woning- nood en het huurbeleid te camou- fleren.

Vroegere woordvoerders van on- ze fractie in de Kamer hebben dat ook steeds betoogd en het was goed, dat de heer Schuitemaker daar nog eens de nadruk op heeft

gelegd. A. W. A.

19 ~[AART 1960- PAG. 5

Talrijke liberale Staten- te Scheveningen

en Raadsleden bijeen

Scheveningen, de parel der Noordzee, was, niettegenstaande de kalender 12 maart aanwees, even zonovergoten en riant als in de midzomer. Geen wonder, dat talrijke staten- en raadsleden van de VVD zich hadden opgemaakt voor een bezoek aan de jaarvergadering van hun vereniging, welke in een aan de zeezijde van het Kurhaus gelegen zaal werd ge- houden.

Dat ook het huishoudelijke gedeelte in de voormiddag een bevredigende belang- stelling trok - voor de middagbijeen- komst, waarin minister Toxopeus zou spreken, was bij voorbaat een veel gro- tere zaal gereserveerd, die geheel bezet zou worden - was voor de voorzitter, de heer D. W. De t t me ij er, aanleiding hierover in zijn welkomstwoord zijn vol- doening uit te spreken. De vereniging groeit in ledental en daadkracht, mede dank zij de deskundige voorlichting van het bureau voor provincie en gemeente.

Spr. wees er op, dat men bij het samen- stellen van al dan niet officiële commis- sies en comité's kennelijk nog te zeer uit het oog verliest, dat de VVD de derde partij van ons land is geworden. Het uit- gavenpakket van provincie en gemeente heeft in de afgelopen vijftig jaar een in- grijpende verandering ondergaan, zoals trouwens ook in de huishouding van de gewone burger. het geval is geweest. Het verschil is, dat de burger thans aan uit- gaven voor gemotoriseerd vervoer, tele- V'isie, radio en· wasmachine voorrang geeft, terwijl bij de lagere publiekrechte- lijkè lichamen de uitgaven ten behoeve van de verkeersvoorzieningen sterk op de voorgrond treden.

(Vervolgens kwamen de· huishoudelÜke zákën aàn de orde, die vlot werden af- g~h!mdeld.

Het jaarverslag, dat door de secretares- se, mej. mr.· M. M. F. van E v e r di n- g en, werd uitgebracht, gewaagt van een toenemende activiteit, zij het, dat in 1959 de verkiézirigen voor de Tweede Kamer in het eerste halfjaar aandacht en daad- kracht opeisten.

Gememoreerd \Vorden de jaarvergade- ring en de studieconferentie op Woud- schoten op 10 en 11 oktober, welke,. dank zij de voortreffelijke inleidingen van prof ..

Oud en nl.r. Van Riel en het optreden van een forum, veel belangstelling trokken.

Ook de regionale bijeenkomsten en zit- dagen hadden een nuttig effect. Het Rijn- mondplan werd besproken in een speciale bijeenkomst te Rotterdam, het provinci- ale beleid in een bijeenkomst van staten- Ieden te Amersfoort. Door overlijden ont- vielen aan de vereniging de heren A.

Lijphart uit Heerde, C. Dubbeldam uit Culemborg, E. H. Huizinga uit 't Zandt en A ... J. van Houten te Heemstede, allen raadsleden.

Het ledental steeg van 905 tot 920.

Uitvoerig wordt gewag gemaakt van de activiteiten van het Bureau voor Gemeen- tepolitiek onder leiding van de heer K. H.

Bràndt, dat vele leden met voorlichting en documentatie van dienst is geweest.

De: meest uiteenlopende vragen worden gesteld en zo enigszins mogelijk vlot be- antwoord, doch men vergt wel eens te veel door op (te} korte termijn uitvoerige inlichtingen over ingewikkelde zaken te verlangen. Het bureau stelde een leidraad voor het houden van algemene beschou- wingen bij de begroting voor 1960 samen, wa11,rvan velim dankbaar gebruik hebben

gemaakt.

Nadat de voorzitter de secretaresse, die

Achter de bestuu1·stajel, v.l.n.r. Z. Ex.

Mr. E. H. Toxopeus en de voorzitter en de secretaresse der Vereniging, de heer D. W. Dettmeijer en mej. Mr.

M. M. F. van Everdingen.

al een applaus. van de vergadering in .ontvangst mocht nemen, had dank ge-

zegd, merkte hij op, dat thans alle liberale statenleden lid der vereniging zijn, !ioch dat met aller medewerking het aantal raadsleden nog voor uitbreiding vat- baar is.

Uit het eveneens door mej. Van Ever- dingen uitgebrachte financieel verslag bleek, dat de stand der geldmiddelen be- vredigend is. De kascommissie adviseer- de tot decharge, waartoe werd besloten.

Tot leden van de kascommissie voor 1950 werden benoemd mevrouw M. C.

Fahrenfort-Meuffel~ te Overveen, ir. J.

D. M. Bardet te Utrecht en jhr. 0. A. W.

Repelaer van Driel te Baarn. Bij enkele kandidaatstelling werden tot bestuurs- leden herkozen mevrouw G. A. A. Holz- müller-Teengs te Alkmaar, mr. dr. H. K.

de Langen te Meppel en mej. mr. M.M. F.

van Everdingen te 's-Gravenhage.

Bij de rondvraag werd door enige leden hulde gebracht aan de' heer Brandt voor zijn waardevolle adviezen, van wie men wel eens te veel vergt. Aangedrongen werd op spoedige bestudering van de Sportnota, welke de strekking heeft een belangrijk deel van de overheidszorg voor sport en lichamelijke opvoeding op pro- vinciale en gemeentebesturen af te wen- telen. De voorzitter verklaarde, dat het bestuur bereid is de sparteamissie te ac- tiveren. Ten slotte werd de vraag gesteld, of het aangaan van contact met buiten- landse gemeenten vooral voor kleinere gemeenten wel voldoende nut oplevert in verhouding tot de offers. Hierover kan men verschillend oordelen.

De huishoudelijke vergadering werd vervolgens gesloten. Zij werd voor een deel bijgewoond door de voorzitter van de partij, prof. mr. P. J. Oud, die met applaus '\-verd begroet. v. d. L.

Een kijkje in de zaal

Rede van minister Toxopeus

In de middagvergadering, .welke ook bijgewoond werd door de voorzitter van de VVD, prof. mr. P. J. Oud, werd het woord gevoerd door Zijne Excellentie mr.

E. H. Toxopeus, minister van Binnenland- se Zaken, over gemee'ltelijke vraagstuk- ken;

Minister Toxopeus beschouwde eerst het doel van de Vereniging: voorlichting over provinciale en gemeentelijke vraag-

Heemstede besprak diverse sociale problemen

Op 7 maart j.l. had te Heemstede in Restaurant ,.Boekenroode" een studie- bijeenkomst, van de afdeling Haarlem, Bloemendaal en Heemstede van de VVD plaats.

Spreker was ditmaal de ·heer J. C.

Corver, lid van de Tweede Kamer en wethouder van Heemstede. Het onder- werp. was "Werknemersbelangen, vrije- re loonpolitiek en enkele aanverwante sociale vraagstukken". ·

Op een suggestie van de voorzitter, de heer M. D. Scheer, begon de heer Cor- ver te zeggen, dat hij niet zijn visie over de staking in de bouwbedrijven zou ge- ven, omdat e10% w~rklaring daarover in dit stadium prematuur moest worden geacht. (Het was nog vóór de behande- ling in de Tweede Kamer!).

Spreker vroeg aandacht voor het onder- zoek naar de wenselijkheid van een libe- rale vakorganisatie. Hij noemde dit een interessante kwestie, waaraan de nodige aandacht moet worden geschonken. De Sociaal Econ. Raad dient de regering van advies bij alle sociaal-economische zaken.

In de SER hebben vertegenwoordigers van de drie grote vakorganisaties zitting.

Het NVV heeft 477.000 leden, de KAB 396.000 leden en het CNV 218.000 leden.

Daarnaast zijn echter nog 230.000 werk- nemers bij diverse andere organisaties aangesloten. Dit zijn in het algemeen de z.g. categorale bonden, die niet vertegen-

stukken, het onderhouden van contact met elkaar, hetgeen hij in het belang van de arbeid van de openbare vertegenwoordi- gende lichamen uiterst nuttig achtte.

Hij wees er op, dat deze regering zich heeft uitgesproken ten gunste van de autonomie en decentralisatie. Dit stand- punt werd ingenomen omdat langs die weg de beste behartiging van de belangen tot stand komt. De autonomie (het zelf- standig beslissen) is sterk beperkt gewor- den. Steeds meer zaken zijn staatszaken geworden. Men hoede zich in dit verband ervoor te wensen, dat in Maastricht, Den Helder, Vlaardingen .en Delfzijl dezelfde maatregelen en beslissingen genomen worden want dit geeft een nieuwe stimu- lans aan de gedachte van centralisatie.

Spreker achtte vervolgens de financiële verhouding tussen Rijk en gemeenten een uiterst belangrijke zaak. Men kan. ver- wachten, dat binnen afzienbare tijd de Memorie van Antwoord op het nieuwe wetsontwerp te dezer zake aan de Kamer zal worden uitgebracht.

In dit verband wees spreker op de vraagstukken, samenhangende met de z.g.n. centrumgemeenten en de kernge~

meenten. ·

Minister Toxopeus bèzag tenslotte nog de vraagstukken van de grote agglomera~

ties Amsterdam, Rotterdam en Den Haag en gaf als zijn mening te kennen, dat er een zekere grens is aan de omvang en het

inwon~rtal van de grote gemeenten. Hier- bij dient men het vraagstuk van het con- tact tussen bestuurders en bestuurdim in .het oog te houden.

Na deze rede volgde een levendige dis- cussie, waaraan door een tiental aanwezi- gen werd deelgenomen.

Een stampvolle zaal luistert geboeid naar Z. Ex. de Ministe1· van Binnen- lancise Zaken.

woordigd zijn in de SER en de Stichting van de Arbeid. Ongeveer twee derde van de werknemers is niet georganiseerd. De meeste werknemers ·zijn dus niet in de SER vertegenwoordigd. Velen van hen zoude'l zich in een liberale organisatie thuis kunnen voelen.

Het is de vraag of de VVD een vierde zuil moet bevorderen. Als voörzittèr van de commissie der VVD, die dit vraagstuk in onderzoek heeft, kan hij zeggen, dat hierover nog geen rapport is uitgebracht, maar dat een rapport spoedig te ver- wachten is.

Het CNV heeft getracht vele verenigin- gen te verenigingen, maar is daarin niet geslaagd mede daar het geen erkenning als vakorganisatie heeft gekregen. Voor de oorlog was deze organisatie sterker.

Voorts besprak de heer Corver de loonpolitiek van de huidige regering en het gevoerde sociaal-economische beleid.

De jaren lang vaste en nauwkeurig om- lijnde loonpolitiek wordt nu niet langer gevolgd.

De regering wil een einde maken aan de vicieuse cirkel loonsverhoging-prijs- verhoging-loonsverhoging. Na veertien jaren geleide economie wordt nu een andere koers gevolgd.

Na de pauze onstand een debat, waar velen aan deel namen. Algemeen was men er van overtuigd, dat aan dit vraag- stuk veel aandacht besteed moet worden en dat een nieuwe krachtige vakorgani- satie gewenst is, hoewel men er van doordrongen is, dat dit niet zo eenvou- dig is.