• No results found

Watervogels langs de Zeeschelde: resultaten van de boottellingen 2006/2007

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Watervogels langs de Zeeschelde: resultaten van de boottellingen 2006/2007"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Watervogels

langs de

Zee-schelde

Resultaten van de

boot-tellingen 2006/2007

Wintertaling - Yves Adams, Vildaphoto

Reeds zestien opeenvolgende seizoenen voert het Instituut voor Natuur- en Boson-derzoek (INBO) maandelijks watervogeltellingen uit op de Zeeschelde. Er wordt bij laagwater geteld vanaf schepen. De volledige Zeeschelde, tussen de Belgisch/ Nederlandse grens en de sluizen van Merelbeke (Gent), wordt geteld in drie trajecten (Grens-Antwerpen; Antwerpen-Dendermonde; Dendermonde-Gent) tijdens drie opeenvolgende dagen. Voor het Groot Buitenschoor wordt gebruik gemaakt van de tellingen van de conservator (Frank Wagemans) omdat het gebied vanaf de boot niet volledig te overzien is.

De winter 2006/2007 was extreem zacht en kende het laagste vorstgetal (een maat voor de strengheid van de winter) sinds het begin van de tellingen. Het totaal aan-tal watervogels bereikte een maximum van 34.325 in december 2006, het traject op de Rupel en de meeuwen niet meegerekend. Dit was het laagste wintermaximum sinds 10 jaar (Figuur 1).

O-91 A-92 O-92 A-93 O-93 A-94 O-94 A-95 O-95 A-96 O-96 A-97 O-97 A-98 O-98 A-99 O-99 A-00 O-00 A-01 O-01 A-02 O-02 A-03 O-03 A-04 O-04 A-05 O-05 A-06 O-06 A-07 70 60 50 40 30 20 10 0 35 30 25 20 15 10 5 0 Winter Zomer

Duizenden

Totalen Zeeschelde oktober 1991 - juni 2007

V

orstgetal

Figuur 1. Maandelijkse totalen van de water-vogels langs de Zeeschelde weergegeven in duizenden. (oktober 1991-juni 2007); Rupel en de meeuwen niet meegerekend. Het vorstgetal in de lijngrafiek geeft de strengheid van de winters weer.

(2)

De resultaten voor het seizoen 2006/2007 worden weergegeven voor de belangrijkste soorten in Tabel 1, met ter vergelijking de maxima van de voorgaande wintertellingen en de meest recente populatieschattingen (WETLANDS INTERNATIONAL 2002). Ondanks de eerder lage totalen bereikten Krakeend, Wintertaling en Tafeleend zoals steeds de 1% norm (aantallen van internationaal belang). Wintertaling en Wilde eend, de twee talrijkste soorten vertoonden niet echt een winterpiek en het wintermaximum bleef opvallend laag. Ook de getelde aantallen Grauwe Ganzen, Bergeenden en Meerkoeten bleven aan de lage kant. Smienten, Krakeenden, Tafeleenden en Kuifeenden vertoon-den wel een winterpiek in december en de wintermaxima waren vergelijkbaar met die van de vorige jaren. Pijlstaarten kwamen in lagere aantallen voor langs de Zeeschelde, de waargenomen aantallen langs de Rupel waren hoger (Tabel 2). De aanwezigheid van de Bonte Strandloper was beperkt van november tot februari. De grootste aantal-len langs de Zeeschelde werden op de rechteroever geteld voor de Notelaer en op het slik net stroomopwaarts de Temsebrug. Opvallend waren ook de hoge december en januari aantallen tussen de Rupelmonding en de sluis van Wintam. Het laatste seizoen

2006/2007 Jul Aug Sep Oct Nov Dec Jan Feb Mar Apr Mei Jun 1%

norm Max 91-2006 Grauwe Gans 11 0 426 115 1.174 479 799 378 121 13 10 522 4.000 4.706 Bergeend 276 396 260 321 962 1.522 695 1.340 894 1.127 871 803 3.000 2.484 Smient 0 0 314 734 1.119 2.508 1.015 660 327 0 0 529 15.000 4.918 Krakeend 38 52 944 1.678 1.717 2.887 1.606 1.567 510 279 239 47 600 4.082 Wintertaling 51 262 5.703 7.892 9.535 10.490 7.130 8.531 4.284 125 1 31 4.000 27.888 Wilde Eend 3.189 5.359 5.358 4.443 3.871 4.787 2.930 1.892 562 652 1.537 2.566 20.000 15.891 Pijlstaart 0 0 117 170 103 188 27 69 6 2 0 0 600 1.020 Tafeleend 1 19 66 940 2.967 5.083 2.345 2.358 1 3 0 0 3.500 13.579 Kuifeend 20 23 159 465 617 1.162 190 55 56 35 14 9 10.000 3.090 Meerkoet 138 431 1.146 1.695 1.387 1.291 404 168 41 22 17 38 17.500 2.237 Bonte Strandloper 0 0 0 0 200 314 413 868 3 0 0 0 14.000 2.338

2006/2007 Jul Aug Sep Oct Nov Dec Jan Feb Mar Apr Mei Jun

Grauwe Gans 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 Bergeend 8 0 21 157 110 133 37 110 194 129 68 105 Smient 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 0 Krakeend 6 5 215 318 324 407 131 156 129 70 54 71 Wintertaling 0 0 636 1.326 1.223 1.926 1.012 1.288 750 42 0 2 Wilde Eend 287 869 417 208 137 168 88 105 52 40 130 188 Pijlstaart 0 0 76 91 123 223 123 202 9 0 0 0 Tafeleend 0 5 0 18 563 779 910 574 1 0 0 0 Kuifeend 11 9 16 150 108 308 80 53 11 9 4 38 Meerkoet 3 15 190 232 231 273 101 33 9 2 1 2 Bonte Strandloper 0 0 0 0 26 574 229 0 0 0 0 0

Tabel 1. Resultaten van de boottellingen van watervogels 2006/2007 langs de Zeeschelde voor de belangrijkste soorten. Seizoensmaxima zijn vetjes weergegeven, internationaal belang-rijke aantallen zijn cursief.

Tabel 2. Resultaten van de boottel-lingen van water-vogels 2006/2007 tussen de Rupel-monding en de sluis van Wintam voor de belangrijkste soorten.

werden er voor een groot aantal soorten beduidend lagere aantallen opgetekend. De dalende trend in totale aantallen, die werd ingezet na de winter van 2002/2003 is dan ook nog niet gestopt. Het internationale en nationale belang van de Zeeschelde voor watervogels blijft evenwel een vaststaand feit.

Tot slot willen we nog graag W&Z Afdeling Zeeschelde bedanken voor het ter beschik-king stellen van de boten die gebruikt worden voor de tellingen.

Erika Van den Bergh

erika.vandenbergh@inbo.be

Ingrid Verbessem Jan Soors Nico De Regge

Bonte strandloper - Koen Devos

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Sinds 1991 voert het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) watervogeltellingen uit op de Zeeschelde, waarbij gebruik gemaakt wordt van boten die ter beschikking worden

Sinds 1991 voert het Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek (INBO) watervogel- tellingen uit op de Zeeschelde, waarbij gebruik gemaakt wordt van boten die ter beschikking

Paling werd voornamelijk in de lente gevangen, terwijl de voorbije jaren werd waargenomen dat paling toch vooral tijdens de zomer een maximum vertoont, zoals

Maandelijkse totalen van Wilde Eend, Wintertaling en Tafeleend weergegeven in duizenden, voor de laatste 10 jaar.. Waarschijnlijk hebben deze veranderingen te maken met de

Vangstinspanning, gevangen soorten en aantal vissen per soort per fuik per dag op vier staalnameplaatsen langsheen de Zeeschelde in maart en september

Credit to the author for identifying the shortcomings and trying to rec- tify the gaps in information by publishing more work on the leader of the Herero’s, Samuel Maharero

Such interplay between ecological forces and evolutionary games can foster the coexistence of cooperators and defectors in a public goods game, in which cooperation benefits both

In the first study an in vitro gas production protocol was used to determine the effect of sugar (molasses), starch (maize meal) and pectin (citrus pulp) on total gas production