• No results found

Inleiding tot enkele literaire stijlstromingen vanuit de beeldcultuur

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Inleiding tot enkele literaire stijlstromingen vanuit de beeldcultuur"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

VIJFENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS

198

Ronde 6

Ulrik De Roover & Frederik De Ridder College van de Paters Jozefieten Melle Contact: ulrikderoover@hotmail.com

deridderfrederik@hotmail.com

Inleiding tot enkele literaire stijlstromingen vanuit de beeldcultuur

1. Opzet

Leerlingen wegwijs maken in literaire stijlstromingen is geen evidente opdracht. Lezen is nu eenmaal niet het favoriete tijdverdrijf van jongeren en inzicht krijgen in stijlstro- mingen wordt alsmaar moeilijker door de thematische aanpak van het onderwijs. Toch leek het ons mogelijk om jongeren vanuit hun leefwereld bewust te maken van enke- le stijlstromingen. We verzamelden tal van voorbeelden uit de hedendaagse beeldcul- tuur (muziekclips, foto’s, televisieseries, reclamebeelden...) om via laagdrempelige opdrachten de leerlingen van de tweede of derde graad van het algemeen secundair onderwijs (aso), het technisch secundair onderwijs (tso) en het beroepssecundair onderwijs (bso) mee te nemen op de stromingen van het realisme, de romantiek of het surrealisme.

2. Vertrekpunt

Het vertrekpunt van de lessenreeks zijn drie iconische schilderijen uit de drie stromin- gen die we behandelen:

• het realisme: ‘De Steenkappers’ van Courbet;

• de romantiek: ‘De vrijheid leidt het volk’ van Delacroix;

• het surrealisme: ‘La Goconde’ van Magritte.

Nadat de hoofdpersonages uit de schilderijen het werk kort geschetst hebben in tijd en ruimte, stellen ze de leerlingen enkele eenvoudig vragen. Via deze oefening leren de leerlingen op een inductieve manier de verschillen tussen de drie werken. In een vol- gende opdracht bedenken ze zelf een naam voor de stromingen. De leerkracht onthult vervolgens de ware namen van de stromingen en overloopt de voornaamste kenmer- ken van elke stijlstroming. Aan de hand van een wegwijzer kunnen de leerlingen dan negen andere schilderijen bij de juiste stroming plaatsen. Aan het einde van de boven-

Conferentie 25 07-11-2011 09:12 Pagina 198

(2)

6. Literatuur

199

6

genoemde inleidende opdrachten krijgen de leerlingen drie hedendaagse werken te zien. Ondanks hun recente ontstaan, verwijzen de werken naar de drie klassieke stijl- stromingen: het zijn immers voorbeelden uit het nieuw-realisme, de nieuw-romantiek en het nieuw-surrealisme.

Deze opdracht wordt aangebracht om aan te geven dat de stijlstromingen ook vandaag de dag kunstenaars blijven inspireren en vormt de brug naar de opdrachten rond de hedendaagse beeldcultuur.

3. Literatuur

In een volgende fase maken we de leerlingen duidelijk dat een stijlstroming veel meer is dan een manier van schilderen. De leerlingen ontdekken dat een bepaalde manier van denken ook tot uiting komt in de literatuur, de bouwkunst, de muziek... Eerst focussen we op de literatuur uit de drie stromingen. Dat doen we aan de hand van enkele ‘klassieke’ gedichten. Leerlingen haken vaak af als ze gedichten moeten analy- seren, maar dat is net wat we proberen te vermijden. Na het lezen of beluisteren van de gedichten moeten de leerlingen enkel de zelfstandige naamwoorden uit de gedich- ten rond een woordspin verzamelen. Die zelfstandige naamwoorden houden verband met elkaar en leiden hen naar een bepaalde stijlstroming.

4. Popmuziek

Tot zo ver de klassieke media om stijlstromingen aan te brengen (schilderkunst en lite- ratuur). In het volgende deel focussen we op de hedendaagse (beeld-)cultuur. We ver- trekken hierbij van drie populaire artiesten: Lady Gaga, Bart Peeters en Florence Welsh en bombarderen hen tot erfgenamen van een stijlstroming. Via uiteenlopende opdrachten ontdekken de leerlingen welke popster welke stijlstroming vertegenwoor- digt. Hierbij focussen we ook op de verschillende vaardigheden: de leerlingen schrij- ven een brief aan Lady Gaga, luisteren en kijken naar muziekclips en verwoorden hun bevindingen. Vanuit de muziek leggen we via een aantal opdrachten de link naar ande- re beeldende kunsten: de fotografie, de reclame en de televisie.

5. Een digitale zender

Het laatste deel van deze lessenreeks bestaat uit een groepsopdracht. Per twee of drie bedenken de leerlingen een nieuwe digitale zender. Die zender is geïnspireerd op een stijlstroming die aan bod kwam in één van de vorige lessen. Concreet richten ze een romantische of een surrealistische zender op en stellen ze die aan de klas voor. Ze

Conferentie 25 07-11-2011 09:12 Pagina 199

(3)

bedenken daarbij een originele naam en een logo voor de zender. De spreekoefening zelf bestaat uit een stukje waarin een omroep(st)er de kijkers welkom heet en de zen- der kort toelicht. Vervolgens brengen de leerlingen een nieuwsuitzending. Ze vullen die in door enkele bestaande nieuwsberichten te herschrijven. Ten slotte maken ze een cultureel programma waarin ze de kijker enkele surrealistische of romantische tips meegeven. Dat kunnen muziekclips, films of boeken zijn die aansluiten bij de geko- zen stromingen, maar ook televisieprogramma’s, modetrends of tentoonstellingen kunnen daar een plaatsje in vinden.

6. Besluit

Via deze uiteenlopende laagdrempelige oefeningen en vertrekkende vanuit de (heden- daagse) beeldcultuur hopen we de leerlingen enkele ‘klassieke’ stijlstromingen bij te brengen en willen we hen de link met veel hedendaagse cultuurproducten aantonen.

Ronde 7

Peter Schoenaerts

Taaluniecentrum NVT / theatergroep Fast Forward Contact: pschoenaerts@taaluniecentrum-nvt.org

Dramatische expressie in de Nt2-klas

1. Inleiding

In Nederland en België volgen tienduizenden laag- en hooggeschoolde anderstalige studenten Nederlandse les. Toch valt op cultureel gebied relatief weinig te beleven voor wie nog niet veel Nederlands kent. Anderstalige studenten vinden boeken, films of theater in het Nederlands dikwijls te moeilijk. Niet alleen beginners, maar ook gevor- derden kennen de taal meestal nog niet goed genoeg om alles te kunnen begrijpen. En dat vinden ze vaak frustrerend, want ze willen alles ‘verstaan’. Daarom wilden enkele docenten van het Instituut voor Levende Talen van de K.U. Leuven voor deze ‘verge- ten’ groep iets creëren: theater op hun maat. Ze sloegen in 2001 de handen in elkaar met toneelvereniging Fast Forward en nu – tien jaar later – hebben al ongeveer 50.000 studenten Nederlands een van onze theaterproducties gezien. Fast Forward speelde al in België, Nederland, Indonesië, Frankrijk, Polen, Spanje, het Verenigd Koninkrijk en de Verenigde Staten. De toneelgroep werd eind 2006 bovendien bekroond met de Marga Klompé Prijs voor hun belangrijke maatschappelijke bijdrage en integratiebe- vorderend werk.

VIJFENTWINTIGSTE CONFERENTIE HET SCHOOLVAK NEDERLANDS

200

Conferentie 25 07-11-2011 09:12 Pagina 200

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Zo’n ontmoetingen zijn belangrijk voor de groei van de werking: ze zorgen voor interactie met de projecten en de deelnemers en kunnen zo steeds leiden tot nieuwe samenwerkingen.

Actoren zijn in staat hun leven anders in te richten door alternatieve concepten te ontwikkelen, te kiezen voor nieuwe vormen van zingeving, zich te heroriënteren op hun waarden en

De poollijnen van de punten van een lijn, bij een vaste cirkel, gaan door een vast punt.. Zie voor dit bewijs

1) Voor ouders en hun huidige toeslagpartner die een tegemoetkoming of compensatie hebben ontvangen van de Belastingdienst/Toeslagen. Voor hen is het moratorium een jaar van kracht

We blijven benaderbaar en zullen ingaan op vragen die zijn blijven le- ven, maar voor ondersteuning die losstaat van de reis en de aankomst, verwijzen we naar collega’s of

Je kan niet verwachten dat jongeren bijvoorbeeld lezen dat er geen dwang bestaat in de islam en dat ieder zijn religie heeft, maar tegelijkertijd lezen dat de profeet zou

Hieronder worden enkele casussen beschreven die ik heb gebruikt om na te gaan of de leerkrachten zich in de onderstaande situaties kunnen plaatsen en hoe ze moeten

In dit artikel vatten we recente literatuur samen op het gebied van de mogelijke effecten van beweegmomenten op school, zoals het lopen of fietsen van en naar school, bewegen tussen