• No results found

Inleiding Analyse, eerste deeltentamen (WISB111) 20 april 2006

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Inleiding Analyse, eerste deeltentamen (WISB111) 20 april 2006"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Departement Wiskunde, Faculteit B`etawetenschappen, UU.

In elektronische vorm beschikbaar gemaakt door de TBC van A−Eskwadraat.

Het college WISB111 werd in 2005/2006 gegeven door Erik van den Ban.

Inleiding Analyse, eerste deeltentamen (WISB111) 20 april 2006

• Geef niet alleen antwoorden; laat ook zien hoe je aan die antwoorden gekomen bent.

• N.B. Als je een stelling uit het dictaat gebruikt, vermeld dat dan en laat ook expliciet zien dat de voorwaarden van die stelling vervuld zijn.

• N.B. Als je een onderdeel van een opgave niet kunt maken, ga dan toch door met de volgende onderdelen. Je mag daarbij de in eerdere onderdelen verschafte informatie gebruiken.

• Rekenmachine, diktaat en aantekeningen mogen niet worden gebruikt.

• Alle vijf opgaven tellen even zwaar.

Succes !

Opgave 1. We beschouwen de functie f : R → R gedefinieerd door f (x) = 1

1 + x2.

(a) Bewijs dat er een δ0> 0 bestaat zo dat voor alle x ∈ ] 1 − δ0, 1 + δ0[ geldt

f (x) −1 2

≤3 2

|x − 1|

(1 + x2).

(b) Bewijs vanuit de definitie van limiet dat lim

x→1f (x) = 12.

Opgave 2. Bereken de volgende limieten:

(a) lim

n→∞

n2− n sin n

n2+ n ; (b) lim

x→1

sin(x2− 1) x − 1 . Geef daarbij precies aan welke rekenregels je gebruikt.

Opgave 3. We beschouwen een functie f : [−1, 1] → R van de vorm f (x) = 1 + 2x + r(x), (−1 ≤ x ≤ 1),

met r : [−1, 1] → R een functie die voldoet aan de schatting |r(x)| ≤ x2 voor alle x ∈ [−1, 1].

(a) Bewijs dat lim

x→0x−1r(x) = 0 en dat r(0) = 0.

(b) Bewijs dat f differentieerbaar is in 0 en bepaal de afgeleide f0(0).

(2)

Opgave 4. Van een rij (an)n≥0van re¨ele getallen is gegeven dat a0= 1 en dat an+1=√

2an+ 3, (n ≥ 0).

(a) Bewijs dat 1 ≤ an< an+1< 3 voor alle n ≥ 0.

(b) Toon aan dat de rij (an)n≥0 convergeert, en bepaal zijn limiet.

Opgave 5. Gegeven zijn een metrische ruimte (V, d) en een punt a ∈ V.

(a) Toon dat voor alle x, y ∈ V geldt

d(x, a) − d(y, a) ≤ d(x, y).

(b) Toon aan dat voor alle x, y ∈ V geldt

|d(x, a) − d(y, a)| ≤ d(x, y).

(c) Toon aan dat de functie f : V → R gegeven door f (x) = d(x, a) continu is in elk punt x0∈ V.

(d) Bewijs dat de verzameling

A := {x ∈ V | 1 ≤ d(x, a) ≤ 2}

gesloten is.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

– Als je in een bewijs stellingen gebruikt, laat dan ook expliciet zien dat de voorwaarden van die stelling vervuld zijn!. – Rekenmachine, telefoon, computer, diktaat en

Als je een stelling uit het boek gebruikt, vermeld dat dan en laat ook expliciet zien dat de voorwaarden van die stelling vervuld zijn. Als je een onderdeel van een opgave niet

Als je een stelling uit het boek gebruikt, vermeld dat dan en laat ook expliciet zien dat de voorwaarden van die stelling vervuld zijn..

Als je een stelling uit het boek gebruikt, vermeld dat dan en laat ook expliciet zien dat de voorwaarden van die stelling vervuld zijn..

Als je een stelling uit het boek gebruikt, vermeld dat dan en laat ook expliciet zien dat de voorwaarden van die stelling vervuld zijn..

• Als je een stelling uit het dictaat gebruikt, vermeld dat dan en laat ook expliciet zien dat de voorwaarden van die stelling vervuld zijn.. • Als je een onderdeel van een opgave

Als je een stelling uit het dictaat gebruikt, vermeld dat dan en laat ook expliciet zien dat de voorwaarden van die stelling vervuld zijn..

Als u een stelling uit het dictaat gebruikt, vermeldt dat dan en laat ook expliciet zien dat de voorwaarden van die stelling vervuld zijn..