1198
"Cytologie van incompatibiliteit 14) do epintintjt Tetranychus urticae Koch".
•4
ts..Ir,tjir..:: ..•ie.,.,.'a ;;,. 't:flp4
9/5UAA HAkcJd
Doctoraa]. vera].ag: Neflan Hopma
Periode: Febr, 75 — Ju].i 75.
in
Materiaal en Met
2.
Resultaten 3.
Discussie
12.13.
Literatuur 14.
jjaeI
16.geII 22.
III
34.Inle iding.
De spintinijt Tetranychus urbicae Koch (Tetranychidae : Acarina) plant zich voort
door middel van arrhenotoke parthenogenese.Bij
het onderling kruisen van
verochillende etammenvan
de spintmijt zijndo hybriden meestal norniaal, inaar treodt vaak sterfte op onder de ha—
ploide
en diploide Feieren.Dit verechUnsel wordt genetische incompa—tibiliteit genoemd. (i, 4,
5, 10)
Do sterfte percentages kunnon zeer hoog zjn. Some zljn de hy-briden vol—
komen
steriel,
Ult
populatiegenetisch onderzoek van Hello en Overmeer (ii)block dat voor
de incompatibiliteit bij do spintmijt nog geen verkiaring gevonden is. Do oorzaken voor de incompatibiliteit kuimen chromosornaal dan wel crboplasniatisch zijn.In
dit onderzoek is
gekeken of do incompatibiliteit veroorzaakt wordt doorchromosomale verochillen tuscen do stammen.
Uitgaande van do veronderstelling dat de stammen heterozygoot zijn voor
translocaties en inversies kunnen or in do rneiose abnormaliteiten op
treden en kunnen or tijdens do klievingcdelingen abnorrnale chromosomen en abnormale chrornosoom aantallen voorkomen.
Daarom
is ondorzoek verricht aan de meiotische doling en aan do coma—tische chroniosomen tUdens de klievingsdelingen. Tovens is gekeken in welk
ontwikkelingsstadiuni de
embryonen van de niet uitgekomen Feie—ren
doodgaan.
Materiaai en Methode.
Voor hot onderzook worden do volgende vier stammen van Tetranychus urticae Koch gebruikt:
De Noordam stain,
Do White Eye Baardse stam, De Gija Verbeek stain,
De van Leeuwon stain.
Alle stammen zjn afkomstig van rozenkwekers.
Volgens Overmeor vertonen de tammen eon slechte genetische affiniteit ten
opzichte van elkaar. (schriftelijke mededeling Overmeer)Do stammen worden in het laboratorium gokweekt op blaadjes van do bo—
nenplant (Phaseolus vulgaris, varWteit "dubbele witte zonder
draad"),
Om to voorkomen dat do blaadjes uitdrogen worden de blaadjes op voch—
tige wattenbollon gelegd. Do bollen worden vochtig gehouden door ze op goporforeorde
alluminiu.m
schaaltjes in baicken metwater
to zetten, Om te voorkomen dat do mijtenvan
de blaadjes lopon wordt eenopstaand
wat—tenrandje
om elk bladgemaakt. Doze
zogenaamdeblad cultures" wor—
den in klimaatbakkon geplaatst. De bakken worden continue verlicht door twee TL—buizen, Philips TLT 40 Watt.
Do temperatuur in do klimaatbakken variert van 23 tot 25 graden C.
Do kruisings experimenten wordon onclor do zelfde omstandigheden uitge—
voerd. In plaats van hole blaadjes worden stukjes blad gebruikt.
Do kruisingon worden ingezet door volwassen dte plaatsen bU te-.
leiochrysalis (çç in
hotlaatste nymphale ruststadiurn)
Paring treedt op direct na hot uitkomen van de . Eiproductie begint na n dag. Na vijf dagen wordon de oudors verwijderd. De F; oieren ont- wikkelon zich binnen acht s nogen dagen (afhankelUk van de temperatuur)
tot volwassen d'en ,
Devolwassen 1 wordon overgezet op nieuwe bollen
engaan Feieron leggen.
Hot
onderzook, is vorricht aan haploide Feioren omdat chromosoom ahbei ratios gemakkelijker to scoren zijn aan haploide dan aan diploide eieren.Voor hot verkrjgen van haploide Feioren worden onbovruchte hybride gebruikt, Do onbovruchte worden in het teleiochrysalis stadium vor—
zameld.
Eioren in inelose worden verkrogen door volwassen hybrido steeds drie uur to laten leggen, Eieren in klieving worden verkregen door
ze uit de productio
van twintig uur leggen to verzamelen,De eiletaliteit wordt gescoord aan do haploide Feieren die tien da—
gen na
leg
nog niet ult zijn.Voor hot cytologisch onderzoek worden do eleren minimaal vUf dagen gefixeerd in carnoy (oen oplossing van absolute alcohol on ijsazijn
in
doverhouding 3:1), gelcleurd en gesquast in oen aceto—ljzer--haematoxyline—
chloralhydraat oplossing volgens Wittmann. (13)
Sommige pro paraten zUn semi—permanent geinaakt met nagellaic
Do
preparaten zijn met een Wild—microscoop bekeken.
Foto' zijn met een
Zeiss opzetcamera genoinen op eon ilford PanF 19 din
en
op eon Agfa Pan F 25 prof 15 en 19 din film,Do gobruikte/\vergrotingen zUn: lOxlOxl,25x5,5 687,5x.
lOxlOOxl,25x5,5 = 6875x.
Reu1taten,
Tabel I t/ni IV: Letaliteitebepaling aan 1 eieren en aan haploide I1 eieren van
Tetranychus urticae Koch.
Tabel I: 30 Noordam gekruist met 15 d White Eye Baardse.
3,
exp. totaal aantal
haploide + di—
ploide 1 eieren
% niet uit—
gekomen
eierentotaal aantal haploide F eieren
nietu—
gekomerr'F
eieren
1
250
2159
632
171 4 202 79
3
175
7176 60
4 213
0 — —5
121 4
— —6
150 15
— —gem: 5
67
Tabel II: 30 White Eye Baardse gekruist met 15
Noordam.
exp,
totaal aantal haploide +di
ploide
F, eieren
% niet uit—
gekomen
F, eierenTotaal aantal haploide F cieren
% niett—
gekomen
F.eieren
1
124
0152 89
2
220
1146 90
3
242
1110 88
4 167
0 — —5
229 4
— —6
309
1 — —gem: 1
89
Tabel III: 18 van Leeuwen gekruist met 10 &' Gjs
Verbeek.
totaal aantal haploide + di—
ploide F, eieren
% niet
uit—gekomen F,
eieren
totaal aantal haploide
F
eieron
% niet
ult—gekomen
F eieren
2o9 75
—
—
—
3 0
—
—
—
213 213
280 207178
63 83
72 36
77
2
66
Tabel IV: 20 van
totaal aantai
haploide + di—
ploide 1 eieren
% niet ult—
gekomen 1
eieren
totaal aantal haploide E eleren
% nieti1—
gekomen F eleren
192 147
—
-
3 3
—
—
-
255 197 110 131
184
88 79 84 89
84
3 85
Qierc in en
Tabel V:
1. De haploide 1 eleron van elk experiment zjn afkom—
stig van 10 onbevruchte hybride .
De
hebben gedurende 3
dagengelegd.
2. IJit de tabellen blijkt dat de elietaliteit in de zeer laag is en sterk toeneemt in de haploide l1•
3.
Deeisterfte versehilt nauwelijks van de totale sterf—
te. Vrjwe1 alie levensvatbare eieren ontwikkelen zich tot voiwassen mijten.
4.
Dc door Overineer goscoorde letaliteitepercentages staan vermeld in onderstaande tabel. (schriftelU—he mededeling Overmeer) Kruising
i'oordam
x White Eye Baardse WhiteEye
Baardse x '&' Noordam van Leeuwen x c?8" GUs VerbeekGijs Verbeek
x van Leeuwen54 89
12
0
5
5
22
05
1
1 0
0
0
0
0 0 0 0 0 0 0
aanta]. onder—
zochte stadia, komt overeen met het aanta].
eieren 20 12 5
33
12
0
2 21 0 4 0 2 0
0 0 0 1
0
0
0
0 0 0 0 0 0 0
aantal onder—
aochte stadia, komt overeen
met hot aantal eieren
20 9
12
3411
0
3
19
0 0 0 0
2 0 0 2
0
0
0
0 0 0 0 0 0 0
20
Gljsaantal
onder—zochte stadia, komt overeen met hot aanta].
eieren 24 17 18 49
13
1
4 31
02 1 4 8
1 1 2
0
0j ji
Ch:;0 0 0 0 0 0 0 Tabel VI: Onderzochte meiose stadia van
Koch.
Feieren van Tetranychus urticae
20 Noordam x
(A) 20
ineiose stadium
5.
(B)
15 White Eye Baardoe x 20 dd'
Noordam White Eye
Baardse aantal onder—
zochte stadia, komt overeen met hot aantal
eieren
aantal afwijkende
stadia
(0)
20 van Leeuwen x 10 d'd' Gjjs
Verbeelc
geheel meiotisch stadium zi chtbaar
aantal
afwijk
ende
stadia
30
12 7 29
0
1 0
0 metafase I
anafase I telofase I
metafase II + pooh metafase
metafase II + pooh I
ana—telofase of ana—
telofase II + pooh I
metafase
ana—telofase II + pooh I ana—telofase pooh I + II + voor—
kern
(D)
Verbeek x 10 &
van
Leeuwen aantalafwjkende stadia
aantah afwijkende stadia
gedeelte meiotisch
stadium zi chtbaar
metafase II pooh I
pooh II pooh I + II anafase II voorkern
onidentifjceerbare structuren
1 3 0
totaal 129
Opmerkingen:
2
1
1. n ei met 2 anafase(A)
,,
,, met
2 chromosomen aan elkaar.(B) foto.,,
met
2 bivalenten aan eikaar.(C),,met
een fragment naast de bivalenten.(0) foto.,,
met
2 chromosomen aan elkaar.2x (C) foto./
met 2 bivalenten aan elkaar. 2x (D) foto •
met 2 chromosomen aan elkaar.4x (D) foto.
foto's: Bijiage I.
111
4
175 62. Do Feieren in meiooe van de kruioingen (A),(B),(a) en (D) zijn afkom$tig van reop. 150, 110, 90 en 80
hybride .
De eieren in kileving (tabel VII) zUn van dezelfde afkomstig. Do waren onbevrucht,3. Op het moment van leg zijn de eiern in metafae I.
Dc chromosomen zjn dan als drie bivalenten zichtbaar.
Gedurende de eerste 2 tot 2-- uur (afhankeJijk van do temperatuur)worcien achtereenvoigens 66n mitotiche en 6n meiotiche deling doorlopen. Daarna beginnen de klievingedelingen. (2)
Om Feieren to krgen die in meloce zijn word om do drie
uur verzameld. ('s morgenc om 12 uur en
o mid—dags om 3 uur)
4.
Uit de tabel volgt dat vrUwel alle eieren de meiose
norniaal doorlopen. Weinig eieren
hebben chromosomen metafwijldngen. Do afwijkingen komen in verchi11ende
meioseotadia voor en zijn niet alie gelijk van karakter.
Tabel VII: Onderzochte haploide
urticae Koch. Feieren in klieving van Tetranychus
7.
Kruising cellig stadium totaal aantal eieren met
zichtbare
chromosomen
aantal eieren
niet afwijkende chromo somen of chromosoom
aantallen
20
Noor—damx20&
White Eye Baarclse
2—cellig
4—
,,
8—
,,
16—
,,
32—
,,
64—
,,
1 2 5 1 0 0
0 0 0 0
0
0
totaal
9 020 White Eye Baardse
x20dd
Noordam
2—cellig
4—
,,
8-.
,,
16— ,, 32—
,,
64—
,,
2 12
14
3
5
4
0 0 0 0 0 0
totaal 40
02099van
Leouwen x 10
GusVerbeek
2—cellig
4—
,,
8—
,,
16—
,,
32—
,,
64—
,,
6
12 19 18 13
80 1 2 7 2 1
totaal 76 13
0 1 1 0 1 0
1 eel met 2 fragmenten.
1 eel met 1 fragment.
alle 8 cellen hebben afwijkencle chromosomen, de chromosomen ver—
sehillen in aantal en vorm.
,,
:1 eel met een brug tUdens anafase.
1 eel met 1 fragment (2 eieren) meerdere fragmenten in meerdere
cellen.
(2 eieren)20 ç Gjs
Verbeek x 10 dc3' van
Le euwen2—cellig 4-
8—
16-.
,,
0 7
12 10 10
Oppprkingen:
44
1. (a) 4—cellig:
8—
,,
3
16—
chromoomen van 1 cci in degeneratie.
chromosomen van alle cellen in clege—
neratie,
32—cellig
:1 cel met 2 fragmenten.
alie cc lien hebben afwijkencle chromo—
somen. Dc chromosomen verschilien in aantal en vorrn.
64— : 1
eel met 1
fragment.(D)
4— cellig: 1 ccl met 1 fragment
8—
,,
:1 cci met 4'netafaee platen en 1 eel
met 5 chromosomen,
32—
,,
:alle cellen hebben afwljkende chromo—
sornen. Dc chromosomen verechillen in aantai en vorm,
foto's: Bijiage I.
2. Dc kiievingsdelingen vinden plaats vanaf ± 2-b- uur tot
± 5 uur
na leg. (12)Dc haploide eleren in klieving werden verzaincld uit de
hoeveeiheid eieren die ' nachts gelegd waren (vanaf
3
uur
's middags tot 's ochtends 9uur).
3.
Uit de tabel voigt dat aileri
een aantai haploide Feieren vand.c reciproke kruisingen van Leeuwen x GUs Verbeek
chromosoom afwijkingen hebben. Dc afwijkingen verscliil—
len van ci tdt ci
en vanccl tot eel.
.1
Tabel VIII:
Ontwikkelingef'ase van haploide embryonen van Tetranychus urticaeKoch.
aantal/% gescoord na ontwikke-.
lingsduur van
9.
1, Face I
:1 tot veelcellig stadiuni, (1000—2000 cohen) Face II
:zeerveelcelhige tot vergedifferentieede
embryonalestsdia. '!( 'y1'
Fae III: embryonen met beginnend pootaanleg
totvol— M ledige embryonen.
2. De eieren verschil]1ei3 onderling maxiinaal 3 uur in
1eeftjd. )c44 f
De
eieren in ontwikkehingfase I hebben veelal gedege—
nereerde
kernen, behalve de eleren die 2 dagen oud zijn.Sominige
eieren, ondergebracht in ontwikkelingsfasel, hebben een vezelachtige structuur zonder duidehijke
chromo somen.
De meete eieren in ontwikkelingsstadium II zien er normaal uit,
Ahle eieren in ontwikkehingcfase III zien er normaal
uit. foto's: Bijiage II.
4. Uit de babel volgt dat in de controle ahle eieren na 6 dagen uit
zijn.Er
isgenr-ekening--gehoudemme-t ,deuitgekomen
eleren van de kruising.
F/INa
2 dagen zijn alle eieren van de controle stain al in ontwikkehingsctadium II. De eleren van de kruicing ont—
wikkelen
zich langzamer.Er is nauwe]Jjks verchil in ontwikkehingc face tussen eieren van 6 dagen en eleren van 13 dagen oud.
Sterfte treedt op in alle ontwikkehlngsstadia.
aantal
van
haploide stam Gljs
eleren Verbeek
(controle
van
400)
aantal haploide sing 120 Gijs
F eieren van Verbeek x 50
400 di3 van
van krui-
Leeuwen
aantal/% gescoord na ontvikkehingsduur van
ontwikkehingsfase I
•2cáoi-i
0
%
0
4 dagen
0
%
0
dagen
0
%
o
2 dagen
16
%
36
4 dagen
13
%
33
6 dagen 6
%
12
8.19 dagen
11
%
30
11 dagen
6
%
12
13 dagen
8
%
16
II III totaal
26 0 26
100 0 100
26 0 26
100 0 100
0 0 0
0 0 0
28 0
44 64
0 100
27 0 40
67 0 100
18 25
9
36 52 100
8 18 37
22 48 100
14 30 50
28 60 100
10 33 51
20 64 100
Opme rkingen.
>
I /
)
A,
Tabel IX: IJiter:Ujk hap].oide F,eieren van
die na tien dagen nog niet ult zijn. Tetranychu urticae Koch
uitgekomen eieren niet uitgekomen eieren kruising exp.
totaalaantal
haploide
Feieren
% uitgekomen
eieren aantal/% eleren
met embryonen met
oogvlekaantal eleren
met embryonen zonder
oogvlekdode
larven
aantai
%30 Noordam x
10 35' White Eye Baard$e
(A)
1 2 3
4
132 121 13].
123
25
26 39 28
50 45
23 44
53 52
30 50
44 41 54 44
4
3 1 0
gem: 29 46
30 White
Eye Baard se
x
12 3' Noor
dam (B)
1 2 3
4
93
8653
74
20 14 23
21
38 34 14
27
54 49
3647
33
3625 31
4 4
2 2
gem: 20 47
30 van Leeuwen x 10
d'd"Glje Ver-.
beek (0)
1 2 3
4
114 98 89
102
32
38 30 31
27 16
23
23
35
26
37 33
50 45
39 47
0 0 0 0
gem: 33
33
120 Gjs Verbeek
x
50 Jd' van
Loeuwen (D)
1 2 3
4
147 127 90 122
8 10 8 7
97 82
43 57
71 72
51 50
39 .2
41
57
0 0 0 0
gem: 8 61
Tabe]. X: Ontwikkelingsface van de haploide embryonen van Tetranychuc urticae Koch uit tabel IX.
:1.1,
Kruising
Noorciam x White Eye
Daard so
(A)White Eye Baardse x
Noordam
(B)van Leouwen
x Gijs
Ve rbeek (C)
GUs Vorbeek
x van
Leeuwen
(D)aantal eierei met embryonen ontwikkolingb'fase met
oogvlek
zonder oogvlek
met oogvlek
zonder oogvlek
met oogvlek
zonder oogvlck
met oogvlek
condor oogvlek I
II III
0 0 56
0
10 44
0 6
46
3
13
250 2
48
31 3 2
0
10 70
23 17
0totaal
5654
5241 50
3680 40
Qpmer1dn: 1. De haploide Feieren van elk experiment (tabel Ix) zUn afkomstig van 25 onbevruchte hyhride
Dc
hebben 21 uur gelegd.
2. Di.) de reciproke kruicingen Noorciam x White Eye Baardse zjn do niet uitgekomon eieren met embryonen zonder oog—
viek niet te onderseheiden van de niot uitgekomen eie ren met embryonen met wit oogvlek.
3. Hit tabel X blUict dat de mee ste embryonen met oogvlek, van kruicing (C)en (D) in face III zijn. Embryonen zonder oogvlek sterven in face I on II.
B1J kruising (A) en (B) gaan ook eieren met embryonen condor oogvlok in fase III dood. Doze embryonen heb—
ben waarschijnlijk witte oogvlekken.
Hit tabel IX en X volgtdat: a) Do embryonen van de niet uitgekomen eieren van de
kruisingen (A) en (B) voor hot merendeel in
face III sterven.
b) Dc embryonen van de niet uitLekome n krui sing (c) voor ongeveer 58% in face
I, 8% in face II en 34%
in fase III sterven,
c) Do embryonen van do niet uitgekomen eicren van kruicing (D) voor onueveer
23% in face I, 24% in face II en 53% in faso III ster—
foto's; Bijiage III, yen.
-n;.
YDiscuss.ie.
Zeer
woinig F,eieren in melose, afkometig van de 4 incompatibele kruisingen, White
Eye Baardse kNoordam en Gijs Verbeek x van Leeuwen, hebbon zichtbare afwijkingen in de 3
chrornosomen.(tabe]. VI)
Ook zijn tijdens de kiievingsdelingen in do haploide E eioren geen ab—
normale chromosomen en chromosoom aantallen gevonden, behalve :Ln de reciproke kruisingen Gjs Verbeek x van Leeuwen, (tabel VII)
Hier uit volgt dat de incompatibiliteit niet veroorzaakt wordt door grote tranlocaties en invorsios.
Btj bet onclerling kruisen van eon tetradifon gevoelige en eon tetradi f on resistente starn vondon Helle en Overmeer (ii) in do haploide zo—
we]. als in de diploide Feen grote eisterfte. Do haploide eleren wer—
den sterker aangetast dan do diploide. Do F eleren werden nauwe]djks aangetast. Op grond van deze gegevens ouggereerden zij dat tranlocaties en invorsiec, leidend tot verstoring van cle ineiose, do oorzaak zoudon kunnen zijn van de incompatibiliteit. Pit dit onderzoek blijkt dat dit niet hot geval is. De onderzoekingen zUn vergelijkbaar daar bij de voor dit onderzoek gekruiste stammen eveneens eon grote sterfte optreedt
onder de haploide en diploide Feieren, terwj1 do F, eieron levensvat—
baar zUn. ( tabel I t/m IV + ochriftelUke inededeling Overmeer)
In eon aantal cohen van do haploide F2eieren in khieving van do re—
ciproko kruisingen Gus Verbeek x van Leeuwen komen we]. afwij'kingen voor, namelijk fragmenten on godegenereerde chromosomen. De aard en penetra—
tie van doze abnormaliteiten ziJn to heterogeen oin er eon oorzaak voor aan te geven. Ret is echter niet waarschijnlijk dat de incompatibi].iteit
veroorzaakt wordt door' bet optreden van fragmenten tijden latere Idle—
vings dehingen. (8—16—32—celhig)
Hot grote verschil in storfto van de haploide F2oieren van de recipro ke kruisingen (tabel I t/m IV, 7, , 9, 10) wjst op faktoren die via hot cytoplasma ovorerven on zo invloed hebben op do incompatibiliteit.
Eon cytoplacmatische faktor afleen verklaart niet de incompatibihiteit biJ do spintmijt aangezien doze invloed in oen analoge situatie, 1. c.
bet rnicroorganisme Wolbachia bij Culex Pipiens, (6, 14) aanleiding geeft tot volledige sterihiteit, terwiji bU de spiritrnijt do sterfte percentages
in do Ivan kruising tot kruising sterk varigren. Bovendion wijst bet bij do haploide Foioren hogere letahitoitspersentage dan bj de diploide F eleren crop dat chromosomale afwijkingen invloed hebben op de incompa—
tibilitoit, in die zin dat or in de diploide eieren waarschijn1jk ge—
deoltolijke compencatie optreedt door de 3 ' chrornosornen en er dus in—
vloed van de chromosomen is.
Do ontwikkeling van do haploide F1eieren van de kruising GUs Ver—
beck x van Leeuwen duurt hanger en blijft niet bU ahle eieren in bet zelfdo embryonale stadium steken, (tabel VIII) Ook is or tucson do ver—
schillende kruisingen verschil in embryonaal stadium waarin bj de rnees—
te eieren de ontwikkehing stopt. (tabel IX en x)
Een
complex van factoron op gen niveau is waarcchijnlUk de oorzaak van (10 incompatibihiteit.
Onderzoek
op populatiegonetisch gebied biedt mogelijk meer dan karyolo—
gisch ondorzook,
nvatt1n.
a) Do genetische incompatibiliteit bij
d.e pintmijt Tetranychus
urticae Koch wordt niet veroorzaakt door grote trans1ocatie en inversies.b) Niet alloen sterven de haploide Feieren van de 4
incompatibele kruisingon in verchi11ende ein bry-onale stadia, maar ook is or b1j elke kruising een ander stadium waarin de meoste eieren ster—
ven.Di-t wiJst -erop dat de genetische incompatibili—
teit veroorzaakt wordt door eon sarnenspel van moor—
dere faktoren.
13.
tuur: 1. Boudreaux, H. B. 1963.
Biological aspects of some
phytophagous mites.
Ann.
Rev. Entomol, 8: 137—54 2. Felertag—Koppen, 0. 0. N.Meiosis in the eggs of the
two—spotted
spider mite, Tetranychus urticae Koch,In litt.
3. Belle, W., Bolland, H. R. 1967.
Karyotypes and sex—determination in spider mites
(Tetranychidae).
Genetica: 38: 43—53
4.
Belle,
W,, Overmeer, W. P.J.
1973.Variability
in Tetranychid mites, Ann. Boy.Entomol.
18: 108—9 5.;Helle, W.,Pieterse,
A. H. 1965.Genetic affinities between adjacent populations of spider mites.
Entomol. Exp.
Appi. 8: 305—8
6.
Laven,
H.1967.
Speciation and evolution in
Culex pipiens.Genetics
of insect vectors of disease, edo:
J.
W. Wright and R. Pal (Elseviers, Amsterdam):251—75
7. Overmeer, W, P. J. 1965.
Intersterility as a consequence of tedion selec- tions
in Tetranychus urticae Koch,
Boll. Zool. Agr. Bachicolt, Serb II, 7: 227—31
8, Overmeer, W. P. J.
1965.
Peculiarities of resistence to tedion in Tetra—
nychus
urticae Koch,Medded. Landbouwhogesch. Opzoekingssta. Staat Gent. 30: 1400—2
9.
Overmeer, W.
P. J. 1966.Intersterility as a consequence of insecticide selections in Tetranychus urticae Koch.
Nature:
209: 321
10. Overmeer, W, P. J. 1967.
Genetics
of resistence to tedbon in Tetranychus urticaeC. L. Koch.
Arch. Neer, Zool. 17: 295—349.
11. Ovoniieer, N. P. J.,
Belle, H.Decreased genetic compatibility between
two
strains
of Tetranychus urticae Koch.nbot gepubliceerd manuscript.
12. Pijnacker, L. P., Ferworda, M.
A. 1972.
Diffuse kinetochore in
thechromosome
s of thearrhenotokous spider mite, Tetranychus urticae Koch.
Experientia : 354
13. Wittmann, W. 1965.
Aceto—iron—haematoxylin—chloralhyclrate for chroinooom staining.
Stain Tech. Q:
161—6414.
Yen, J. H., Barr, A. R. 1973.Incompatibility
in Culex.The
use of genetics in insect control, eds:
R. Pal and N. J. hitten (Elseviers, Amsterdam):
97—117
15.
jj1cde me lo ce $tadia.
Kruig White
EyeI3aarde x &
Noorciam,foto
nr, (1). 2-bi-valenten aaieikaar in metafase II,
sin van Leeuwen x Gljs Verbeek,
foto nr. (2). Eon fragment naast do drie bivalenten.
,, ,, (3).
2 chromoomen aari1kaar in metafaseII,
jig
GUs Verbeek x van Leouwen.foto nr.
(4).
2 bivalenton aanelkaar,,,
,, (5).
2 chi'oriiosômèn aanelkaar inanafase I.(6). 2 chromosomen aaneikaar in telofase I.
AjflcQe ldievinsstadia.
in
van Leeuwe n x G1Js Ve rbe ek.foto nr. (7). 8—cellig: 2 ceflen met afwjkend aental (8).
chromosoinen.
jisig
GijeVerbeek
x van Leeuwen, foto nr. (9). 8—cellig: ccl met 4 metafase platen.*
e
(I.)
I
4 1%
13.
I
7.
(9.
7
. •)1
3.
B1age II
Stam GUs Verbeek.
Eieren na ontwikkelingsduur van 2 dagen.
foto nr.
(1).Embryo in ontwikkeiingsfase II.
(2). ,, II.
(3). ,, II.
Eleren na ontwikkelingsduur van 4 dag.
foto
nr. (11).Embryo in ontwikkelingsfase II.
Kruisin GUs Verbeek x dc
vanLeeuwen.
Eleren
na ontwikkelingsduur van 2 dagen.foto nr. (4). Embryo in ontwikkelingfase II.
(5).
,, II.
(6).
,, II.
(7).
,, I.
(8).
,, I.
::
:: :: zelfde ei.
Eleren na ontwikkelingsduur van 4
dagen.foto nr. (12). Embryo in ontwikkelinC$fa5e II.
,, ,, (13). ,, II.
,, ,, (14). ,, II.
:: :: :: :: :}ze1rae
Eieren na ontwikkoLLngsduur van 6 dagen.
foto
nr, (17).Embryo in ontwikkelingsfase III.
el.
Eleren
na ontwike1ingsduur van 8,19 dagen.
foto
nr. (21).Embryo in ontwikkelingsfase I.} zelfde ci.
Eleren na ontwikkelingsduur van lidagen.
foto nr. (24). Embryo in ontwikkelingsfase I.
1.
22.
' r
3.
U •4•
•,
•.
t.A
•ij
w
Ak!,r
,
"— I •• —aii.u''%,\ ':
I
fri
Iz.
24
S
I
P
t;4
*.4
,, .tt41k1t
i1
—p. "'V
4.
-a
I
. C'
*4.
_&;c,i4_ '•* S (It1'-
—.t :±:';
-..* 'S,?
SbStL.
r c :-
- I,•,'_-' bSa
¼-,
-4- %
:4
' a
* . -
.
/ I
S
:
-
5, -
S
V ,
- 0
-
- S
- 54 - - -
- -. S
0
: - -
- S -
5
•
•*%%tES?*/*
' *,•
0 •'
• tc1(-St * I
•t
,,
5, -
,•
S
1.4t
p '44'
.1
•• "
i''tt ¶4.
-C
—t
*
-S
a
S
.4
' -.
•
•iØ•
•V.
*
•:
*
;a.
• :-- • ... ...
• , ,•
..••.. ka . S. -
•.:- •. a
• 4
A%
-
3Z
* :
• •!; 1,
1w.
• ,. I If.
a
t,t. S ' - '
'-
•.
S pa V
V
I
S.' 5*5
•
.4'
-.
•:
V.
•0
I,
-
S
4
•;
a
i;
1
.;S-
• 4:
S.-
-','
_.,'414
BUlage III
Kruiing White Eye Baarde x Noordam.
foto nr. (1). Embryo in ontwikke1ingstadiuin III.
Kruising van Leeuwen x o?'GUs Verbeek.
foto nr. (2). Embryo in ontwikkelingsfase I.
,,
,, (3). ,, I.
,,
,, (4). ,, ,, I.
,,
,, (5). ,, I.
Knii,ging Gijs Verbeek x ?'van Leeuwen.
foto nr. (6). Embryo in ontwikkelingsfase I.
,,
,, (7). ,, ,, I.
,,
,, (8). ,, I.
b
V.
*
'4
Aol a.
'f's
I.
a.
V
I
4
It.'.
C.0
'S
:;:.e
::
•..• st%;,
.43 —.
,e,
S • p
•:
I
:4.
4' 4
• 4.
I •,
• 4
4 .
4 ' 4
4
•* ..
S.'. 4
4,p
4 •
''
41 ' . . .4 II .44 I4_
4
'
'.: >-.
4 I
4 •
.4
4
.4
S p
I
0
'e0i2.. r
.4
k4:
.'
4.'*
•44
as, 14'
•''
4 4
*1"
a
.4
t4t '*
'St.4
ga 4
3.
//4
'4
4. 4•i
4r
I,8'
4
. t I
ft
,
.1.t St
.44
',4t-1'
4 ,, 4, 4
--p
•
- 4
j F.'
k 'L ':-' ;
•1Ø4'4W - .
- 4_
I p
•
S :
*4' •
% ,%
b'
s e
'4, _4. 4,
... •4, -%
4 4_• 4-
1''
•..4 I;
.4a. -S
a1,,t
S p.
4 1
..; -;'
\4_- j4. .," at
• t.''.-_ I
'
• 'S..'
••' .,nt t-FO.
-
i-I S •
, '.'.bf a j ,
.4• r 4'
..*1
I4
ç,I
S.
6.
S
* '4,
V.p. I;44•
,.i#'
-, r
'F
t,.t. '<b'.
' 4 4•It
t
p
I
4
ii
I*
1.
9.
\Li..
4