Jaarplan 2020 - Stichting RoMeO
1. Achtergrond van de aanvraag/het Jaarplan 2020
Het jaar 2020 is de 4e jaaruitsnede van het meerjarige beleidsplan dat de Stichting RoMeO heeft verwoord in het Meerjarenbeleidsplan 2017-2020.
Ook voor 2020 geldt dat een enkele kleine beleidsmatige wijziging voorzien is ten opzichte van het meerjarige beleidsplan dat als basis diende voor de aanvraag van subsidie. Dit betreft de inzet die was voorzien binnen de ambitie voor de museale presentatie van de collectie in de remise. De reden hiervan is dat de aangevraagde subsidie hiervoor niet is toegekend. Ook voor het onderhoud en restauratie van de collectie is geen subsidie verleend. De Stichting onderzoekt of voor beide aanvragen andere fondsen kunnen worden aangewend. Afhankelijk daarvan zullen de ambities als verwoord in het beleidsplan van de Stichting alsnog worden uitgevoerd.
Zoals als eerder is gemeld, is het bestuur van RoMeO tot de conclusie moeten komen dat de transitie naar een meer professionele organisatie met betaalde krachten financieel niet haalbaar is met de huidige beperkte middelen. RoMeO is een vrijwilligersorganisatie zonder personeel in loondienst. Het beleid van de Stichting is om de vrijwilligersorganisatie te versterken door onder meer aandacht te besteden aan nieuwe aanwas en ook aan verjonging van de sterkte. Tevens wordt geïnvesteerd in verbetering van de werkomstandigheden in de breedste zin van het woord. RoMeO gaat daarbij uit van de notie, dat de organisatie niet een doel op zichzelf is, maar een adequaat middel moet zijn om de doelstellingen te realiseren.
Voor RoMeO dient het marketingplan geactualiseerd te worden met de doelstelling om de naamsbekendheid te vergroten en meer inkomsten te genereren. Ook het donateurs- en sponsorbeleid is opgepakt en zal geïntensiveerd worden.
Vergroting van de inkomsten is een kritische succesfactor: er zijn meer middelen nodig om het ‘rijdend materieel op de baan te houden’. Nader onderzoek naar de onderhoudstoestand van het inmiddels 90 jaar oude rijdend materieel heeft uitgewezen dat 20 jaar na de door de RET uitgevoerde opknapbeurt er een grote revisie noodzakelijk is. De invoering van de Wet Lokaal Spoor in december 2015 maakt dit des te meer noodzakelijk. De kosten die met deze revisie gemoeid zijn, gaat de draagkracht van de Stichting te boven. En kan dan ook op den duur gevolgen hebben voor de uitvoering van de
exploitatieritten. Een structurele oplossing hiervoor is vooralsnog niet beschikbaar en is een kritische succesfactor voor de toekomst.
Andere voorwaarde voor de realisatie van inkomsten via de inzet van dat materieel is dat de trambanen beschikbaar zijn. De RET plant in het zomerseizoen vaak werkzaamheden aan de trambaan ter vervanging van de sporen. In 2019 als in 2020 zal dit een aspect zijn waaraan niet te ontkomen valt. Thans zijn de buitendienststellingen nog niet bekend, met uitzondering van de Kleiweg.
Deze route blijft voor een periode bvan ca. zes maanden tijd buiten dienst.
Een ander aspect is dat de RET zich steeds zakelijker opstelt, zowel naar haar opdrachtgever Stadsregio/Metropoolregio MRDH als naar Stichting RoMeO als haar medegebruiker van het spoor.
Belangen van RoMeO spelen in het beleid van de Metropoolregio nauwelijks tot geen rol.
Aan de Stichting RoMeO is, in het kader van het Cultuurplan 2017-2020, een structurele
gemeentelijke bijdrage toegekend van € 40.000. In het voorliggende Jaarplan 2020 doet RoMeO uit de doeken hoe zij de voornemens in dat jaar wil realiseren.
2. Missie, Visie en Positie
De missie is vastgelegd in de statuten en luidt: De stichting heeft ten doel het levend houden van de geschiedenis van het openbaar vervoer in en rond Rotterdam, althans in het gebied dat gevormd wordt door de huidige gemeente Rotterdam, en de overige gemeenten waarin de gemeente Rotterdam het openbaar vervoer verzorgt of verzorgd heeft, en het bevorderen van kennis
daaromtrent. Stichting RoMeO verwezenlijkt deze missie door het verzamelen, restaureren, beheren en presenteren van een collectie mobiel erfgoed, andere historische realia en documentatie die in samenhang de geschiedenis van het openbaar vervoer in Rotterdam vertellen.
De missie van RoMeO is te verhalen als: het behoud en beheer van een collectie historische
Rotterdamse openbaarvervoermiddelen en die te presenteren aan diverse doelgroepen, variërend van een zeer breed publiek in de stad op straat tot en met special-interest-groups en van stadbewoners en scholieren tot en met toeristen.
De stichting RoMeO vervult een centrale functie als beheerder van één van de belangrijke
cultuurhistorische collecties van de stad: een collectie historische openbaarvervoermiddelen, die de historische ontwikkeling van het openbaar vervoer in Rotterdam verbeeldt. Met deze unieke collectie
mobiel erfgoed vertelt RoMeO met eigen beeld en geluid het verhaal over de geschiedenis van de stad.
De stichting RoMeO beschikt over 60 trams, 15 bussen, een paardenomnibus, een tweetal metrotreinstellen en enkele "overige voertuigen". Expositie, restauratie en onderhoud van dit materieel, de exploitatie van een toeristisch tramlijn en het (tegen betaling) uitvoeren van besloten groepsvervoer met historische trams en bussen maken deel uit van de activiteiten.
3. Strategie
De afgelopen jaren heeft RoMeO een degelijk fundament gelegd waarop het de komende cultuurplanperiode voort wil bouwen. De organisatie ‘staat’ en de collectie is compleet en goed
gedocumenteerd. De laatste jaren zit het bereik stevig in de lift. Dit heeft wel tot het gevolg dat we met lijn 10 aan het maximum van de mogelijkheid gaan komen. De capaciteit van materieel en personeel is langzamerhand bereikt.
4. Het beheer: onderhoud en restauratie
Het collectiebeleidsplan geeft een complete beschrijving van de collectie, alsmede het te verwachten noodzakelijke onderhoud en benodigde restauratie werkzaamheden op korte, midden en lange termijn. Het onderhoud van het materieel is ondergebracht in de reguliere organisatie van Stichting RoMeO en wordt hoofdzakelijk uitgevoerd door de vrijwilligers.
5. Presentaties, tentoonstellingen
Ook in 2020 wordt invulling gegeven aan de museale presentatie in de remise: tijdens de
‘museumdagen’ is een statische opstelling te zien voor het publiek. De presentatie van het museum wordt voortdurend verbeterd en uitgebreid op basis van verwerving van collecties. Voor het bezoek aan het museum werd vanaf 2015 een toegangsprijs van € 2,-- geheven. Met ingang van het seizoen 2017 is dit bedrag verhoogd naar € 5,-- waarbij nu de ‘pendel’ tramrit naar het centrum en de ‘pendel’
busrit naar de OV-locatie aan de Kralingse Zoom zijn opgenomen. Dit tarief zal ook in 2020 worden gehandhaafd.
Het aantal bezoekers wordt vergroot door de samenwerking te zoeken met Miniworld en andere organisaties zoals de SSN.
Er is ook al ’n aantal jaren samenwerking gerealiseerd met de Rotterdam Pas. Vooral 2018 en begin van 2019 hebben bewezen dat hier veelvuldig gebruik van wordt gemaakt en naar verwachting zal hierdoor het bezoek aan de museale collectie naar verhouding blijven toenemen.
RoMeO geeft invulling aan de publieke museale functie met regelmatige museumdagen alsmede bezoek op afspraak, waarop bezoekers in de remise de museale tramopstelling kunnen bekijken of een kijkje ‘achter de restauratieschermen’ kunnen nemen.
Voor 2020 staan er 7 museumdagen op het programma. Op grond van ervaringsgegevens en
indachtig voorgenomen campagne wordt uitgegaan van ca. 2500 bezoekers, primair uit Rotterdam en de regio.
6. Begroting
Voor de realisatie van haar activiteiten heeft het bestuur een sluitende begroting 2020 vastgesteld.
7. Verdienmodel
Een deel van het door RoMeO beheerde historisch trammaterieel wordt ingezet voor exploitatie en gebruik voor bijzondere doeleinden. Zodoende wordt de presentatie van het materieel gekoppeld aan het genereren van inkomsten. Die revenuen dragen bij aan de museale exploitatie van RoMeO.
Deze exploitatie vindt plaats met objecten die niet tot de museale kerncollectie behoren.
Dit verdienmodel levert 75% van de eigen inkomsten, terwijl inkomsten uit merchandise, sponsoring en overig 25% daarvan belopen. De gemeentelijke subsidie bedraagt 12% van de totale inkomsten.
Aan de uitgavenkant nemen de huisvestings-, kantoor-, publiciteits-, afschrijving- en beheerlasten 44%
voor hun rekening (let wel: de bestaande situatie). Hierin zal echter in de loop van 2019/2020 andere, nadere afspraken zijn c.q. worden gemaakt. Hierop wordt thans nog niet vooruitgelopen, daar de juiste inhoud van afspraken op het moment van indienen van dit jaarplan nog steeds niet bekend zijn. Met de voornoemde percentages hebben wij met de mogelijke uitkomst daarvan dan ook (nog) geen rekening kunnen houden.
Met de rittenactiviteiten, onderhoud en restauratie van het materieel, alsmede de museale presentatie is 56% gemoeid.
Hier en nu mag verder naar de als bijlage opgenomen begroting 2020, de 4e tranche van de meerjarenraming 2017-2020, worden verwezen.
8. Mobiele presentaties 8.1. Rondrit Lijn 10
In het jaar 2002 werd Lijn 10 als rondrit met historische trams voor het eerst geëxploiteerd. Dat werd en is tot op de dag van vandaag een succes. Passagiers zijn zowel toeristen, specifieke
tramliefhebbers en veel oudere Rotterdammers die graag een nostalgisch tochtje willen maken. In 2016 is het seizoen verlengd tot aan het einde van de herfstvakantie periode. Voorts is, gezien de drukte in het seizoen 2015, besloten om in het seizoen 2016 elk half uur te gaan rijden met drie trams in plaats van een driekwartierdienst met twee trams, met als doel de soms overvolle trams te
voorkomen. Dit heeft echter ook tot een groter gebruik van de trams geleid, het aantal passagiers is gegroeid van 11630 in 2015, 14130 in 2016, 17938 in 2017 en naar 20073 in 2018. In 2020 zal naar verwachting het gemiddelde patroon over de jaren 2017/2018 ten minste worden gehandhaafd, mede gezien het feit dat het rijseizoen eerder zal beginnen, namelijk met de voorjaarsvakantie. Voor het jaar 2020 staat een zelfde rijperiode geprognotiseerd. Een en ander is uiteraard sterk afhankelijk van de beschikbaarheid van het rijdend materieel, het personeel (vrijwilligers) en ook van de te verwachten belangstelling van de toeristen. Toeristen worden voor Rotterdam steeds belangrijker en RoMeO draagt op deze wijze een steentje bij aan het pallet van toeristische attracties. Van belang hierbij dat we moeten vaststellen dat de groei van het aantal reizigers van lijn 10 langzaamaan het plafond van capaciteit van personeel en materieel heeft bereikt.
8.2. Verhuurritten
RoMeO verhuurt historische trams. Dat is een uitgelezen mogelijkheid voor particulieren en bedrijven om trams af te huren voor het maken van een rondrit met een gezelschap. Dan gaat het om
gezelschappen van allerlei aard: van familiefeesten tot verenigingen en bedrijfsuitjes e.d. Dit is maatwerk: de route van een rondrit is in principe volledig door de opdrachtgever te bepalen. Deze RoMeO-activiteit voorziet in een behoefte, het is het commerciële unique selling point van RoMeO.
Voor 2020 wordt gestreefd naar een aantal van 350 ritten: een bestendiging van de groei die vanaf 2014 is ingezet. De ritten worden gespreid over het jaar uitgevoerd.
Een ontwikkeltraject is gestart om met organisatiebureaus die bijvoorbeeld congressen in Rotterdam organiseren het verplaatsen van de deelnemers met trams te verrichten in plaats van bussen. Een ander ontwikkeltraject is een rondrit per tram door de stad als onderdeel van een pakket dat ondernemers in de toeristenbranche aanbieden, zoals scheepstochten vanuit de Biesbosch naar Rotterdam en niet te vergeten de mogelijkheden die de waterbus in de regio biedt mede gezien de Waterbushalte bij het Willemsplein ( het vertrekpunt van Lijn 10 ). Combinatietochten kunnen op deze manier meerwaarde opleveren voor beide partijen.
8.3. Snert- en IJsjestram
Een bijzonder vorm van verhuurritten zijn de zgn. Snert- en IJsjestram. Met de Snerttram is het in de winter mogelijk een toeristische rit te maken met een culinair aspect: tijdens de rit kan worden genoten van een echte Hollandse erwtensoepmaaltijd. In de zomerperiode worden onder de zelfde formule een tram als IJsjestram ingezet.
8.4. Partytram
Een speciaal ingerichte tram wordt als partytram ingezet en deze voorziet in een groeiende vraag van het publiek: in samenwerking met een restauranteigenaar wordt een rondrit door de stad
gecombineerd met catering ‘aan boord’.
8.5. Zichtbaarheid van de binnenstad, toeristische trekpleister
De statische collectie wordt museaal gepresenteerd in de context van het verhaal over de
geschiedenis van de stad, terwijl met het mobiele deel door die stad zelf rondritten kunnen worden gemaakt, andere toeristische bestemmingen kunnen worden bereikt en besloten vervoer wordt verricht. Met de rondritten bereikt RoMeO ruim 30.000 bezoekers in directe zin (passagiers).
In 2020 wordt verder onderzocht of met andere collectiebeheerders in de stad die de historie
vergelijkbaar als RoMeO belichamen, kan worden samengewerkt, zoals met de Politie, Brandweer en Gemeentewerken. Ook zij beheren collecties die goeddeels voor de buitenwereld verborgen blijven.
De ruimte aan de Kootsekade kan een jaarlijkse Rotterdam-dag opleveren.
De activiteiten in resumé:
Activiteit Aantal
vaste museale opstelling (als onderdeel van de ontwikkeling van de
museale functie) 1
museale presentatie: “museumdag” 7 dagen, nl. de 1e zaterdag
van de maand vanaf april t/m oktober
2500 bezoekers
Museale presentatie “op afspraak” 2000 bezoekers
Rondritten tijdens “bezoek museumdagen” 2500 passagiers/bezoekers exploitatie van ‘losse verhuurritten met trams’:
‘historische trams/mobiel erfgoedobjecten’ zichtbaar in de stad: 350 ritten x gemiddeld 35 geeft ca. 12000 passagiers/bezoekers exploitatie van ‘lijn 10’:
volgens een dienstrooster, rondritten door de stad Ca. 125 dagen Ca. 18000 passagiers/bezoekers
9. Prestatieraster 2018:
• 532 Presentaties : 7 x Museumdag, 50 rondleidingen museale
opstelling op afspraak; 125 dagen Lijn 10, 350 rondritten op afspraak.
• 37700 Bezoekers : museumbezoek tijdens ‘museum dagen’ : 2500 + museumbezoek op afspraak: 2000 + Lijn 10 : 18000 + losse verhuur : 12000 + rondritten tijdens ‘museum dagen’: 2500 .
Doelgroep Product/dienst
Algemeen publiek; bewoners en
bezoekers van Rotterdam Beleving in straatbeeld Toeristen en dagjesmensen Rondritten Tramlijn 10 Rotterdams, breed in cultuur
geïnteresseerd publiek
(Thematische) rondritten Rotterdams cultuurhistorisch
geïnteresseerd publiek; bovenregionaal publiek liefhebbers
Vast museum, (thematische) rondritten, website, publicaties
De kengetallen van het publieksbereik van de vier hiervoor genoemde doelgroepen zijn voor de laatste twee groepen eenvoudig te bepalen, deze zijn bekend of eenvoudig bij de toegang vast te stellen door middel van een invulformulier.
De herkomst van de passagiers van de rondritten van Lijn 10 is iets lastiger vast te stellen, het personeel van de trams ( bestuurder & conducteur ) kan met de uitvoering hiervan niet belast worden gezien hun werkzaamheden op de tram, maar regelmatige steekproeven onder de reizigers op diverse rijdagen verdeeld over het seizoen zal voldoende inzicht opleveren.
Van eerstgenoemde doelgroep, het algemene publiek, valt buiten het bereik van RoMeO, maar aan te nemen valt dat de Gemeente Rotterdam voldoende inzicht heeft in de herkomst van haar bezoekers.
10. OVERIG BELEID 10.1. Collectie
Het vastgestelde collectieplan is leidend bij de collectieontwikkeling. Kernbegrippen daarin:
terughoudend acquisitiebeleid, primair en exclusief gericht op Rotterdams materieel, en ontzameling waar nodig.
10.2. Restauratie Conservering
Het meerjarig restauratieplan, dat ook een financiële vertaling heeft gekregen (i.e. voorzieningen op de balans) is het kader voor de professionele uitvoering van de conserveringstaak. De prioritering begint met de notie dat kans op irreversibele schade aan de museumcollectie wordt beperkt, te beginnen met passieve conservering.
Regulier onderhoud
Het is goed te onderstrepen, dat RoMeO een deel van het historisch materieel dat het beheert, inzet voor de exploitatie. Die inzet bepaalt planning en tempo van het reguliere onderhoud aan de trams en bussen. Vergroting van de inkomsten is een kritische succesfactor: er zijn meer middelen nodig om het ‘rijdend materieel op de baan te houden’. Nader onderzoek naar de onderhoudstoestand van het inmiddels 90 jaar oude rijdend materieel heeft uitgewezen dat 20 jaar na de door de RET uitgevoerde opknapbeurt er een grote revisie van de onderstellen (motoren en aandrijving) noodzakelijk is. De invoering van de Wet Lokaal Spoor in december 2015 maakt dit des te meer noodzakelijk. De kosten die met deze revisie gemoeid zijn gaat de draagkracht van de Stichting te boven. En kan dan ook op den duur gevolgen hebben voor de uitvoering van de exploitatieritten.
De groep vrijwilligers die verantwoordelijk is voor het onderhoud wordt intern geschoold om optimaal geschikt te worden onderhoudstaken. De groep is beperkt van omvang, aan uitbreiding wordt voortdurend gewerkt. Tevens wordt gewerkt aan kennisborging gezien de vergrijzing van de groep.
Dit is een continue aandachts- en zorgpunt van het bestuur van de stichting.
Restauratie
Er wordt gewerkt aan vier restauratieprojecten, namelijk aan het herstel van een thans honderd jaar oude tweeassige bijwagen. Deze wordt van de grond af aan hersteld, de wagen is als tuinhuisje teruggevonden. Een tweede project is het herstel van gelede Schindler 242, waarvoor eind 2016 een fondsentraject is gestart. Het ziet er naar uit dat ( na de verwijdering van de in 2018 ontdekte asbest ) in het voorjaar van 2019 aan de werkelijke uitvoering van het project kan worden begonnen en het streven is om dit project in het najaar van 2020 gerealiseerd te hebben. Een derde project is het herstel van Allan-bijwagen 1040. Het is een project dat met relatief beperkte middelen kan worden aangepakt. Met dit project kan een tweede Allan-tramstel op de baan worden gebracht waarmee in het verhuurpark een flinke uitbreiding van de capaciteit worden gegeven. Een vierde project is de restauratie van RTM-bus 21. Ook dit project vergt een grondige herbouw van de carrosserie.
11. Bedrijfsvoering en marketing 11.1. Transitie
De organisatie verkeert in een transitiefase: fasegewijs wordt de slag wordt gemaakt naar een volwaardige museale functie conform de ICOM-definitie.
Als gevolg van budgettaire beperkingen en de weerbarstigheid van cultuuromslagen kan die slag slechts met kleine stapjes worden gemaakt: langzaam, doch zeker. Doel is om per ultimo van de planperiode een belangrijke kwaliteitsslag te hebben gemaakt. Dat meet het bestuur met criteria voor de waardecreatie, bedrijfsvoeringcyclus, omzet/rendement, medewerkertevredenheid innovatief vermogen.
11.2. Huisvesting
Momenteel is de tramcollectie van RoMeO gehuisvest in de remise Hillegersberg. De bussen staan in de garage Sluisjesdijk van de RET.
Zoals onder het paragraaf 3 (Verdienmodel) al is gemeld werd in 2017 en wordt nog steeds in 2019 door alle betrokken partijen er naar gestreefd een huurcontract tussen RoMeO en gemeente Rotterdam opgesteld te hebben voor de locatie Kootsekade. De RET heeft toegezegd hiervoor jaarlijks een bijdrage te leveren.
Intussen is een tweede metrorijtuig aan de collectie toegevoegd. Het rijtuig toevoegen aan de collectie in de Kootsekade stuit vooralsnog op problemen daar de ruimte te beperkt is en het rijtuig niet op eigen kracht er kan worden geplaatst. Het voertuig is, ook omdat het bij de RET weg moest, tijdelijk ondergebracht in een loods in Blerick. Een snelle definitieve oplossing ligt niet voor de hand en wordt nijpender zodra de volgende generatie van metrovoertuigen beschikbaar komt om in de collectie te worden opgenomen. Dit leidt dan onherroepelijk tot problemen. Uiteindelijk komen we voor het probleem te staan dat voor de metrotreinstellen elders een locatie moet worden gevonden om ze tentoon te stellen. Tevens moet worden vastgesteld, mede naar aanleiding van de festiviteiten rond het vijftigjarig jubileum van de metro begin 2018, dat de technische omstandigheden er niet naar zijn dat zij ooit nog als rijdend voertuig te zien zullen zijn.
11.3. Bestuur
Stichting RoMeO opereert volgens het ‘Bestuursmodel’. Het bestuur anno nu stuurt op hoofdlijnen, en stelt zich coachend, stimulerend en controlerend op.
In het jaar 2019 zullen er naar het zich laat zien geen bestuur mutaties te verwachten zijn.
• Het bestuur anno nu stuurt op hoofdlijnen, en stelt zich coachend, stimulerend en controlerend op richting de vrijwilligers en haar coördinatoren.
• Het bestuur schat goed de risico’s van het (voorgenomen) beleid in en benoemt die in het jaarverslag.
• Het bestuur vergadert 12 keer per jaar en volgt de aangegeven agendapunten.
• Het bestuur legt belangrijke beslissingen en strategische documenten vast.
• Het bestuur evalueert jaarlijks zijn eigen functioneren en staat stil bij de onderlinge taakverdeling.
• Het bestuur voert een jaarlijks functioneringsgesprek met vrijwilligerscoördinatoren.
• Het bestuur bewaakt zijn diverse samenstelling en de onafhankelijkheid.
• De administratie wordt door de penningmeester gevoerd en een extern accountantskantoor zorgt voor het opstellen van de jaarrekening.
• Het bestuur maakt duidelijk welke taken aan de coördinatoren van de vrijwilligers zijn gedelegeerd en hoe de informatievoorziening van de voortgang aan het bestuur en van bestuur aan de
vrijwilligerscoördinatoren plaatsvindt.
• Er is geen betaald personeel bij de Stichting RoMeO.
In 2020 zal er geen aanleiding zijn om van accountant te wisselen. Stichting RoMeO wordt gecontroleerd door het Cijferhuis te Capelle aan de IJssel. Zij stellen ook de Jaarrekening samen.
Het bestuur van Stichting RoMeO volgt de Governance Code van de cultuursector in Nederland.
11.4. Vrijwilligers
RoMeO heeft veel betrokken en bevlogen vrijwilligers. RoMeO telt medio 2019 ca 160 vrijwilligers, die zorgen dat de collectie goed onderhouden wordt en gerestaureerd wordt zodra dat nodig is, en aan het publiek kan worden getoond, én dat het historisch materieel ‘rijdend’ te zien in de stad. Hun passie en inzet betreffen echter vooral de eigen werkzaamheden en/of voertuigen en materieel waarmee men, vaak uit eigen arbeidverleden, een bijzondere band heeft, de blik op het strategische belang van de organisatie als geheel is beperkt. Het bestuur werkt gestaag door aan de noodzakelijke
cultuurverandering. Het vastgestelde vrijwilligersbeleid is daarbij een richtsnoer. Ook in 2020 zal daarmee veel inzet en tijd gemoeid zijn. Ook aan her- en bijscholing wordt voortdurend gewerkt, mede in het kader van de WLS (Wet Lokaal Spoor).
11.5. Samenwerking met derden
RoMeO werkt samen met allerlei bedrijven en instanties, zoals:
• RET: RoMeO mag gratis gebruik maken van het tramnet van de RET.
• Restaurant Brazzo: rondritten door de stad, gecombineerd met maaltijd ‘aan boord’.
• Stichting Snerttram: in opdracht van deze stichting worden in de winterperiode snerttramritten en in de zomerperiode ijsjestramritten uitgevoerd.
• Stichting Scheurkalender: Bijnamentour met rondritten door de stad toegelicht door Herco Kruik
• Miniworld. Combiritten door de stad met bezoek aan beide locaties.
• SSN. Combinatie van ‘museum dagen’ bij beide organisaties door de locaties te verbinden met busritten.
• RTM: met de museumtramlijn RTM wordt samengewerkt met de zogenaamde Combitocht, een dagtocht die begint in Rotterdam met een tramrit en waar aan het eindpunt in Barendrecht op een museumbus van de RTM wordt overgestapt om de reis voort te zetten naar de RTM-tramlijn op de Brouwersdam.
• Spido: Met Spido is weliswaar geen formele samenwerking, maar we bedienen met de rondvaart door de haven en de rondrit door de stad de zelfde doelgroep met als gemeenschappelijk
startpunt het Willemsplein.
• Stadsambassadeurs, samenwerking als gids tijdens de rondritten door de stad.
• Stichting Mobiele Collectie Nederland.
• ‘de buurt’, waarin de remise is gelegen: onder meer door een ‘open dag voor de buren’.
• Mariniersmuseum Rotterdam. Combiritten door de stad met bezoek aan beide locaties.
• Rondritten per tram in samenwerking met o.a. een scheepvaartbedrijf en busondernemingen die dagtochten organiseren..
• Stichting De Geheime Tuin, speciale transferritten van OV-Station naar geheime locatie.
• EisVrij, schoolkinderen bezoeken werkende Rotterdammers.
• Rotterdam Partners: onder meer voor kaartjesverkoop voor de toeristische Lijn 10.
• Rotterdam Pas: promotie en korting op museumbezoek.
• Stichting Mobiele Collectie Nederland.
In kader van het marketingplan wordt samenwerking gezocht met bedrijven, instellingen en musea. De mate waarin dat gebeurt, is vooral afhankelijk van de beschikbaarheid van exploitatiematerieel, de beschikbaarheid van daartoe opgeleide vrijwilligers en budget voor onderhoud van de trams is daarbij een randvoorwaarde.
11.6. Publicaties
• RoMeO Magazine verschijnt in 2020 elk kwartaal in een oplage van 500 exemplaren dat wordt verzonden naar donateurs, relaties, gemeentelijke instellingen, collega instellingen en
uiteraard de eigen vrijwilligers.
• Nieuwsbrief : De vrijwilligers en de donateurs ontvangen tevens een (tweewekelijkse) digitale nieuwsbrief.
• Website : De website is vanaf 2017 volledig vernieuwd. Met regelmaat wordt deze ge-update.
De website is een belangrijk intern en extern communicatiemiddel. Naast historische achtergrond-informatie (zoals over de geschiedenis van de RET) biedt de site (voor special interest groups) het meest actuele RoMeO-nieuws, kan het publiek zien wat er de komende tijd te doen is en welke trams wanneer door de stad rijden.
• Social Media : Ook in 2020 wil RoMeO zich nader profileren en positioneren door de verdere inzet van social media. Het is gebleken dat dergelijke acties gehouden in zowel 2017, 2018 als 2019 het nodige resultaat hebben opgeleverd ten aanzien van het aantal passagiers/
bezoekers e.o.
12. Aanvullende voorwaarden
1. De Stichting heeft niet het voornemen in de komende periode de statuten te wijzigen.
2. Wat betreft de VOG-verklaringen van de vrijwilligers verwijzen we naar de recente mailwisseling tussen het bestuur van RoMeO en de gemeente, waarbij akkoord is gegaan dat, gezien de situatie dat de medewerkers van de Stichting niet in aanraking komen met personen die bescherming behoeven vanwege hun kwetsbare positie, de medewerkers vrijgesteld zijn van de verplichting tot overleggen van een VOG.
In de bijlagen zijn de volgende gegevens opgenomen:
- begroting 2020 - Kengetallen bezoek - Prestatie-indicatoren Rotterdam, mei 2019
