• No results found

Lareb Intensive Monitoring onder de loep

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Lareb Intensive Monitoring onder de loep"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

3 september

Pharmaceutisch Weekblad

2010

24

Ervaringen in apotheken gepeild om deelname te intensiveren

Lareb Intensive Monitoring onder de loep

Jezelf profileren als zorgverlener én meer leren over bijwerkingen.

Dat zijn voor apothekers de belangrijkste redenen mee te doen aan Lareb Intensive Monitoring, blijkt uit een enquête. Met de uitkomsten hoopt Lareb meer apothekers te stimuleren deel te nemen aan deze vorm van geneesmiddelenbewaking.

Tekst | I. Oosterhuis en E.P. van Puijenbroek

M

et Lareb Intensive Monitoring (LIM) worden specifieke geneesmiddelen gevolgd om een volledig beeld te krijgen van hun bijwerkin- gen. Momenteel betreft dit varenicline (Champix) en alle antidiabetica uitgezon- derd de insulines. Om informatie over de onderzochte geneesmiddelen te verzamelen en te verspreiden, is een zo groot mogelijk aantal deelnemers gewenst. LIM bestaat naast het Lareb-systeem voor spontane meldingen van bijwerkingen.

Ruim 57% van de Nederlandse apotheken hebben zich geregistreerd als deelnemende apotheken. Opvallend zijn de grote verschil- len in het aantal deelnemende patiënten per apotheek. Onderzoek in 2008 liet zien dat apothekers enthousiast zijn over LIM en dat apothekersassistenten een sleutelrol spelen in het motiveren van patiënten om hieraan deel te nemen [1].

In de praktijk bleek dat slechts een klein deel van de in aanmerking komende patiënten deelneemt aan LIM. Het relatief geringe aantal deelnemers bij diverse apotheken was aanlei- ding voor nader onderzoek naar de verwach- tingen van apotheken. Aan de helft van de deelnemende apotheken is een enquête gestuurd over de ervaringen met LIM.

De vragenlijst werd ingevuld door 124 van de 535 uitgenodigde apotheken (23%). De meeste apotheken (83%) hadden in de voor- afgaande drie maanden informatiefolders verstrekt en waren actief bezig met LIM. Dit kan de resultaten van het onderzoek verteke- nen, maar geeft wel een goed beeld van de ervaringen van juist de actieve groep.

De voornaamste redenen voor apotheken om zich aan te melden voor LIM waren de profilering als zorgverlener en kennisver- meerdering over bijwerkingen (zie de tabel).

De ondervraagden waren van mening dat LIM zeker bijdroeg aan meer kennis over bijwerkingen (84%) en over het beloop van bijwerkingen in de tijd (82%). Van de res- pondenten vond 40% dat LIM ‘een beetje bijdroeg’ aan de profilering als zorgverlener en 45% dat LIM hieraan ‘zeker bijdroeg’.

Code

Wanneer een patiënt voor de eerste keer een geneesmiddel gaat gebruiken dat gevolgd wordt met LIM, toont het apotheek- systeem een speciaal waarschuwingssignaal.

Na uitleg over het onderzoek geeft de apo- theekmedewerker een informatiefolder mee met een code waarmee de patiënt zich kan aanmelden via www.larebmonitor.nl.

Na aanmelding ontvangen de deelnemers per e-mail op vaste tijdstippen enkele vragenlijsten, waarin wordt gevraagd naar bijwerkingen.

De meeste respondenten van het onder- zoek (68%) gaven aan in hun apotheek gemiddeld één tot vijf informatiefolders per maand te verstrekken. Uit de LIM-databank

bleek dat 41% van de respondenten die in de voorgaande drie maanden informatiefolders verstrekten, daadwerkelijk nieuwe patiënten opleverden. Ondanks de inspanningen van de apotheek melden in de praktijk patiënten zich dus niet altijd aan.

Motivatie

Goede uitleg in de apotheek vormt voor de patiënt de belangrijkste motivatie om zich aan te melden [1]. Daarom zijn diverse hulp- middelen ontwikkeld om de uitleg aan de patiënt te vergemakkelijken. Van de apothe- ken die actief folders meegaven, werd veron- dersteld dat zij ervaring hadden met deze hulpmiddelen; aan deze apotheken werd ook gevraagd naar bekendheid en ervaring met deze hulpmiddelen.

De checklist waarmee gestructureerd uitleg kan worden gegeven aan de patiënt, was bij 84% van deze apotheken bekend en werd gebruikt door 30%. De map Farmaceutische PatientenZorg over LIM, waarmee de zorg rondom LIM aantoonbaar kan worden gemaakt, was bij 69% bekend en werd gebruikt door 18%.

Van alle apothekers heeft zich ruim 57% geregistreerd

als deelnemer

���

��

��

��

��

��

��

��

��

��

Kennis over het

beloop van bijwerkingen

in de tijd

Verbetering van zorg voor de individuele

patiënt

Praktische kennis over het gebruik

van een middel in de praktijk

Profilering van de apotheker als zorgverlener

Kennis over de effectiviteit van een geneesmiddel Meer kennis over

bijwerkingen

Percentage

draagt zeker bij draagt beetje bij draagt weinig bij draagt niet bij geen mening

Visies op mogelijke bijdragen van Lareb Intensive Monitoring

(2)

3 september

Pharmaceutisch Weekblad

2010

25

<

Bijwerkingen

Ervaringen in apotheken gepeild om deelname te intensiveren

Lareb Intensive Monitoring onder de loep

Bijna alle apotheken (94%) kenden de elektronische LIM-nieuwsbrief en gaven aan de nieuwsbrief altijd of regelmatig te lezen;

een minderheid van deze apotheken (39%) liet de nieuwsbrief in het apotheekteam lezen. De LIM-website was bekend bij 86%

van de respondenten en werd gebruikt door bijna de helft van deze respondenten. Van deze 48 apotheken gebruikten 36 (75%) de website om te zien hoeveel deelnemende patiënten hun apotheek had.

Patiënten die een bijwerking ondervinden, krijgen de gelegenheid om een kopie van hun melding te sturen naar hun apotheek, die deze informatie dan kan bespreken met de patiënt. Deze e-mailservice was bij 37%

van de apotheken bekend. Wel gaf 79% van de apotheken aan dat zo’n e-mail de indivi- duele zorg voor de patiënt kan verbeteren.

Knelpunten

De meeste apotheken ervoeren de belasting in de apotheek om mee te doen aan LIM als laag (69%) tot gemiddeld (20%). 53% gaf aan goede tot zeer goede ervaringen te hebben met LIM; 44% had matige ervaringen.

Als belangrijk knelpunt werd genoemd dat het lastig is assistenten gemotiveerd te houden. Dit kan verbeterd worden door hen blijvend te betrekken bij LIM in de apotheek, bijvoorbeeld met LIM als vast agendapunt op de werkbespreking. Ook door assistenten deel te laten nemen aan de cursus van de Stichting Bedrijfsfonds Apotheken over LIM en door de nieuwsbrief in het hele apotheek- team te laten lezen, kan de betrokkenheid verhoogd worden.

Ook dat veel ouderen geen internet hebben, wordt veelvuldig aangegeven als probleem. Het blijkt echter dat ruim 80%

van de 65-plussers inmiddels beschikking

heeft over internet [2, 3], al zijn er demogra- fische verschillen [2]. Wanneer ouderen geen internet hebben, kan de vragenlijst bijvoorbeeld met familie worden ingevuld.

Overigens krijgen steeds meer ouderen internet en zal dit probleem in de toekomst minder belangrijk worden.

Verder werden als moeilijkheden genoemd dat het aantal eerste uitgiftes van de betrok- ken geneesmiddelen laag is en dat apothe- ken en patiënten terugkoppeling van het onderzoek vanuit Lareb misten.

Prioriteiten

De meningen waren verdeeld over de prio- riteit van LIM in relatie tot andere projecten die lopen in de apotheek. Bijna de helft van de apotheken vond LIM even belangrijk als andere projecten, bijna 30% vond LIM belangrijker dan de andere projecten en de overige 20% zag meer in andere projecten.

Dit onderzoek geeft aan dat de meeste apotheken goede ervaringen hebben met LIM en een lage belasting ervaren. LIM draagt bij aan kennisvermeerdering over bijwerkingen. Het motiveren van assistenten blijft belangrijk, omdat zij de aangewezen personen zijn om patiënten te motiveren tot deelname aan dit geneesmiddelenonder- zoek.

I. Oosterhuis, apotheker, en E.P. van Puijenbroek, huisarts, zijn verbonden aan het Nederlands Bijwerkingen Centrum Lareb, ’s-Hertogenbosch.

Zie voor de literatuurreferenties de digitale versie van dit artikel op pw.nl.

���

��

��

��

��

��

��

��

��

��

Kennis over het

beloop van bijwerkingen

in de tijd

Verbetering van zorg voor de individuele

patiënt

Praktische kennis over het gebruik

van een middel in de praktijk

Profilering van de apotheker als zorgverlener

Kennis over de effectiviteit van een geneesmiddel Meer kennis over

bijwerkingen

Percentage

draagt zeker bij draagt beetje bij draagt weinig bij draagt niet bij geen mening

Redenen waarom apotheken zich hebben aangemeld voor Lareb Intensive Monitoring

Aantal %

Profilering als zorgverlener 89 72

Kennisvermeerdering over bijwerkingen 81 65

Melden van bijwerkingen staat vermeld in de NAN 67 54

Makkelijk uit te voeren project 54 44

Apotheekketen vindt LIM belangrijk 32 26

Andere reden 5 4

Visies op mogelijke bijdragen van Lareb Intensive Monitoring

(3)

Literatuur

1 Oosterhuis I, Härmark L, Hendriks J, van Puijenbroek E. Vaak duizelig van pregabaline.

Lareb Intensive Monitoring. Pharm Weekbl 2008;143(6):30-3.

2 De digitale economie 2009. Den Haag/

Heerlen: Centraal Bureau voor de Statistiek; 2009. www.cbs.nl/NR/

rdonlyres/E87BCAE8-8F0E-4F43-90FE- B44F3D513E8A/0/2009p34pub.pdf.

Geraadpleegd 12 februari 2010.

3 Vergrijzing. Heden, verleden en toekomst.

In: Volksgezondheid Toekomst Verkenning, Nationaal Kompas Volksgezondheid.

Bilthoven: RIVM. www.nationaalkompas.

nl/bevolking/vergrijzing/. Geraadpleegd 12 februari 2010.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Situatie II a: Een onderneming is wel getroffen door corona, financieel herstel is nog niet aantoonbaar 1. Financieel herstel is nog niet aantoonbaar, omdat men nog in de 2 de

• enkel acuut glaucoom geeft pijn en roodheid : direct naar oogarts.. GESLOTEN-HOEK

Als u bekend zal zijn heb ik u voor de zomer gevraagd om het bestemmingsplan LG Zuid - reeds vernietigd door de RvS in 2014!!- met enige spoed alsnog op orde te brengen?. Het spijt

In het NCO 2012 zijn het semipublieke sectoren (zorg, woningcorporaties) waar de toegenomen aansprakelijkheid over de laatste 10 jaar het grootste wordt geacht (zie tabel

De voorzieningenrechter meende dan wel dat ‘niet kan worden gezegd dat de maatregel van uitsluiting in geen verhouding stond met de situatie die door toedoen van [eiser] is

Waarom wordt een patiënt gekoeld Wanneer iemand een hartstilstand heeft, krijgen de hersenen geen bloed met zuurstof meer.. Dit is schadelijk voor

En tenslotte, opdat Gods verbond door misbruik van het Avondmaal niet ontheiligd en Zijn toorn over de ganse Gemeente niet ontstoken wordt, is geleerd, wie tot het

De centrale vraag van dit onderzoek is als volgt: In welke mate neemt de expiratoire intra-tracheale druk toe, veranderen de observaties van ademarbeid en in welke mate ervaart