• No results found

Digitalisering op de werkvloer

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Digitalisering op de werkvloer"

Copied!
9
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

geldt voor alle sectoren. Specifiek voor de industrie zien we dat al sinds 1998.

We verwachten dus dat heel wat ondernemingen en organisaties nu, en reeds vroeger, nood heb- ben aan digitale competenties.

Over hoeveel werknemers gaat dit echter, hebben ze die competen- ties dan ook, en zo nee, remt dat de groei van de onderneming?

Voor driekwart van de werknemers is digitale kennis een noodzaak

Om een idee te krijgen van de nood aan digitale vaardigheden hebben we aan de respondenten ge- vraagd om hun werknemers te verdelen over drie posities: deze voor wie digitale vaardigheden nood- zakelijk zijn om hun werk te doen, deze voor wie het niet noodzakelijk is maar wel nuttig en deze voor wie het niet noodzakelijk is. Gemiddeld zijn digitale vaardigheden noodzakelijk voor driekwart van de medewerkers (76%), voor slechts één op de tien (13%) niet nodig en voor één op tien niet noodzakelijk maar wel nuttig (11%, figuur 2). Voor- al in de diensten en de quartaire sector is de nood- zaak het grootst met acht op de tien medewerkers die digitale vaardigheden nodig hebben (zie figuur 1). In de bouw en de industrie gaat het om zes op de tien medewerkers. In de grotere bedrijven is er vaak nog plaats voor medewerkers zonder digitale vaardigheden, voor ‘maar’ 64% is het daar noodza- kelijk. Als bedrijven investeringen hebben gedaan in automatisering of robotisering, dan blijkt dat ze iets meer medewerkers hebben voor wie digitale vaardigheden noodzakelijk zijn (65% versus 60%;

Digitaliseringstrein is al vertrokken

Vandaag is er veel aandacht voor de digitalise- ring bij ondernemingen en organisaties, ze moe- ten mee zijn om hun toekomst veilig te stellen.

Deze digitalisering komt er echter niet plotseling.

Zo ontvangt een onderneming met meer dan 10 werknemers in 2018 gemiddeld 59% van haar be- stellingen al online en plaatst ze gemiddeld 71%

van haar bestellingen online. In 2001 was dat nog respectievelijk 11% en 14%. Zes op de tien hebben een Enterprise Resource Planning-systeem (ERP), in 2001 was dat twee op de tien. Drie op de tien (35%) hebben in de voorbije twee jaar geïnves- teerd in robotisering of automatisering, waarbij het evengoed om machines als software ging. In 2011 en 2014 waren er dergelijke investeringen in om en bij de helft van de ondernemingen (respectie- velijk 58 en 53%). Het aandeel van het personeel dat een beeldscherm nodig heeft om zijn of haar werk te kunnen doen is sterk toegenomen tussen het begin van de jaren 2000 en nu; van 42% tot 76% voor ondernemingen met 10 of meer werkne- mers. In 2007 bleek voor gemiddeld 46% van de werknemers een internetverbinding nodig, nu is dat voor 73%. De digitalisering zet zich met andere woorden volop door in onze ondernemingen en organisaties in Vlaanderen, maar onze onderne- mingen zitten al langer op de digitale trein en dat

Competentiebeleid

Digitalisering op de werkvloer

Zeven op de tien werknemers hebben een verbinding met het internet nodig om hun werk te kunnen doen. De laatste decen- nia is de digitalisering op de werkvloer sterk toegenomen, maar bij een op vijf ondernemingen en organisaties ontbreekt het aan digitale vaardigheden. Dit stellen we vast op basis van de gege- vens uit de Ondernemingsenquête van de Stichting Innovatie &

Arbeid van de SERV.

(2)

p = ,032), ook al gaat het dan vaker om grotere bedrijven, die zowel meer medewerkers zonder digitale vaardigheden nodig hebben als meer in- vesteringen doen. Ook ondernemingen die compe- tentiegericht zijn op basis van onze ICO2020-indi- cator (Delagrange & Notebaert, 2018a) blijken meer werknemers te hebben die digitale kennis nodig hebben (65% versus 60%; p = ,000).

De vraag die zich stelt is wat digitale kennis dan pre- cies inhoudt. Op basis van onze cijfergegevens kun- nen we daar geen antwoord op geven. We vinden wel een aanduiding in het onderzoek van de Stich- ting Innovatie & Arbeid naar de Industrie 4.0 (Ver- donck, 2019). Uit de cases bleek vooral een impact van de digitalisering op taakniveau, het verschuiven binnen functies van uitvoerend naar controlerend werk en in sommige cases meer teamwerk. De ver- eiste manuele vaardigheden blijven dikwijls hetzelf- de, maar er worden bijkomende competenties ge- vraagd om processen te controleren en bij te sturen.

Figuur 1.

Gemiddeld percentage van het personeel voor wie digitale vaardigheden noodzakelijk zijn volgens sector en grootte

61% 59%

77% 80% 78%

70% 67%

64%

76%

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

Industrie Bouw Diensten Quartair 1 tot 9 10 tot 49 50 tot 199 200+

Sector Aantal werknemers Totaal

Percentage personeel voor wie digitale vaardigheden noodzakelijk zijn

Noten:

– De respondent spreidt het personeel over de drie categorieën met altijd 100% als totaal.

– Gemiddelde van de antwoorden.

– N = 1403; niet elke respondent kon op de vraag antwoorden; gewogen op sector en grootte.

Methodologie Ondernemingsenquête

De Ondernemingsenquête, vroeger de IOA-enquête genoemd, wordt driejaarlijks telefonisch afgenomen bij een representatieve steekproef van ondernemin- gen en organisaties uit Vlaanderen en Nederlandsta- lig Brussel met minstens één werknemer. Alle secto- ren – het onderwijs, de overheid en de social profit inbegrepen – komen aan bod. De respondenten zijn de personeelsverantwoordelijken of zaakvoerders. Er wordt gebruik gemaakt van een volledig gesloten vragenlijst. De nettorespons was in 2018 37%, goed voor 1651 volledige interviews. De steekproeven zijn gestratificeerd naar grootte en sector en de alge- mene resultaten worden gewogen. Er wordt voor elke editie een nieuwe steekproef getrokken.

Alle informatie over de methodologie van de IOA- enquête vindt u in Delagrange & Notebaert (2018b).

(3)

In één op vijf ondernemingen is er een gebrek aan ‘digitale kennis’

We hebben aan de respondenten gevraagd of er een gebrek aan deze kennis is bij de werknemers.

Voor één op de vijf ondernemingen en organisa- ties is dat inderdaad het geval (19%, figuur 3). Dat aandeel ligt beduidend hoger in de quartaire sector (30%) en naarmate ondernemingen en organisaties groter zijn, rapporteren ze ook vaker een gebrek aan kennis: van 17% bij ondernemingen en or- ganisaties met 1 tot 9 werknemers, naar 44% bij ondernemingen en organisatie met meer dan 200 werknemers.

Het percentage personeel voor wie digitale ken- nis noodzakelijk is, ligt even hoog bij degenen die een gebrek aan kennis aangeven als bij degene die geen gebrek aangeven (65% versus 62%, p = ,08).

Gebrek aan kennis is niet

noodzakelijk een rem op de groei

Is een gebrek aan digitale vaardigheden bij het personeel een rem op de groei? We hebben dat rechtstreeks aan de respondenten gevraagd. Slechts 13% van de ondernemingen en organisaties vindt dat hun groei geremd wordt door een tekort aan digitale vaardigheden bij hun personeel (figuur 4).

Er is geen verschil volgens grootte van de onderne- ming of organisatie (figuur 5). Het aantal onderne- mingen dat (helemaal) akkoord gaat met de stelling ligt iets hoger in de diensten en lager in de quar- taire sector. Misschien wordt in de quartaire sector het idee van ‘groei’ anders ingevuld.

Als een onderneming of organisatie aangeeft dat er een gebrek aan digitale vaardigheden is bij (een Gemiddeld percentage personeel voor wie digitale vaardigheden noodzakelijk, voordelig of niet nodig zijn

76%

11% 13%

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

Noodzakelijk Voordelig Niet nodig

Percentage personeel voor wie digitale vaardigheden…

Noten:

– Gemiddelde van de antwoorden op de drie antwoordmogelijkheden met altijd 100% als totaal.

– N = 1403; niet elke respondent kon op de vraag antwoorden; gewogen op sector en grootte.

– Anova: p telkens <,05 gemeten op ‘noodzakelijk’.

(4)

Figuur 3.

Ondernemingen en organisaties met een gebrek aan digitale kennis bij de werknemers volgens sector en grootte

18%

13% 16%

30%

17%

23%

31%

44%

19%

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

50%

Industrie Bouw Diensten Quartair 1 tot 9 10 tot 49 50 tot 199 200+

Sector Aantal werknemers Totaal

Er is een gebrek aan digitale kennis bij de werknemers

Noten:

– N = 1651, gewogen op sector en grootte.

– Chi²: p = ,000/000

Figuur 4.

Gebrek aan digitale vaardigheden als rem op de groei van de onderneming of organisatie

2%

11% 14%

61%

12%

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

Helemaal

akkoord Akkoord Noch akkoord,

noch niet akkoord

Niet akkoord Helemaal niet akkoord Door een gebrek aan digitale vaardigheden bij de medewerkers wordt de groei van onze

onderneming of organisatie geremd

Noten: N = 1651, gewogen op sector en grootte.

(5)

ze vinden dat dit een rem op de groei is?1 Men zou hier een één op één kunnen verwachten, maar dat blijkt niet helemaal zo te zijn (Tabel 1). De meeste respondenten (84%) zijn ‘consistent’: ofwel zijn ze neutraal voor wat het effect op de groei betreft, of- wel zeggen ze zowel dat er een gebrek aan kennis is en een rem op de groei (6%), ofwel is er geen

(68%).16% geeft geen consistent antwoord. De helft ervan (8%) zegt dat er een gebrek aan kennis is, maar geeft geen rem op de groei aan. De andere helft (8%) geeft aan dat er geen gebrek is aan digi- tale kennis, maar dat door een gebrek aan digitale vaardigheden de groei van de onderneming of or- ganisaties wel geremd wordt.

Figuur 5.

Gebrek aan digitale vaardigheden bij het personeel als rem op groei volgens sector en grootte

13% 12%

15%

8%

13%

14%

12%

19%

13%

0%

2%

4%

6%

8%

10%

12%

14%

16%

18%

20%

Industrie Bouw Diensten Quartair 1 tot 9 10 tot 49 50 tot 199 200+

Sector Aantal werknemers Totaal

Door een gebrek aan digitale vaardigheden bij de medewerkers wordt de groei van onze onderneming of organisatie geremd, (helemaal) akkoord

Noten:

– N = 1651, gewogen op sector en grootte.

– Chi²: p = ,000/,980

Tabel 1.

Gebrek aan digitale kennis bij werknemers volgens rem op groei als gevolg van gebrek aan kennis

Ja Is er een gebrek aan deze kennis bij de

werknemers in uw onderneming of organisatie? Totaal Nee

Door een gebrek aan digitale vaardigheden bij de medewerkers wordt de groei van onze onder- neming of organisatie geremd

(helemaal) akkoord 6% 8% 13%

neutraal 5% 6% 11%

(helemaal) niet akkoord 8% 68% 76%

Totaal 19% 81% 100%

Noten:

– N = 1651, gewogen op sector en grootte.

– Chi²: p = ,000

(6)

Hoe kunnen we begrijpen wat het betekent als er geen gebrek aan kennis is, maar wel een rem op de groei? Misschien is er sprake van een zekere slordigheid bij het antwoorden, maar het zou ook kunnen dat men inschat dat er voor de huidige werking geen gebrek is, maar dat de medewerkers onvoldoende skills hebben om een stap voorwaarts te zetten op vlak van digitalisering. Deze overwe- ging zou ook kunnen gelden voor de combinaties met ‘neutrale’ antwoorden.

We kunnen ook nakijken of er een verband is tus- sen de gerapporteerde rem op de groei en de evo- lutie van de activiteiten in de afgelopen jaren.

We zien geen verband tussen een gerapporteerde rem op de groei en de evolutie van de activiteiten in de voorbije jaren, de kleine verschillen zijn statistisch niet significant (figuur 6). Dit is moeilijk te interprete- ren. Het zou kunnen betekenen dat de mate waarin een onderneming of organisatie groeiperspectieven heeft en die al dan niet kan uitvoeren complexer is dan we kunnen zien met deze selectie van gegevens.

Opleidingen over digitaal werken in de helft van de ondernemingen en organisaties

In iets meer dan de helft (52%) van de ondernemin- gen en organisaties worden werknemers opgeleid voor het werken met computers, mobiele toestel- len, software of apps. Vooral in de quartaire sector en in grotere ondernemingen en organisaties wor- den werknemers daarvoor opgeleid (figuur 7); in deze sector gaf men ook het vaakst aan dat er een gebrek is aan digitale vaardigheden.

Wanneer er een gebrek wordt gerapporteerd aan digitale vaardigheden bij het personeel, dan is de kans groter dat er opleidingen worden gegeven:

69% tegenover 48% (Chi²: p = ,000).

In figuur 8 zien we het overzicht voor de verschil- lende combinaties. De grootste groep is deze waar er geen gebrek aan kennis is en er ook geen op- leiding is voorzien (42%). Misschien is de kennis sowieso aanwezig bij hun werknemers of hebben

Figuur 6.

Gebrek aan digitale vaardigheden als rem op groei volgens de evolutie van de activiteiten in de voorbije 3 à 5 jaar

9%

19%

12% 12%

14%

13%

0%

2%

4%

6%

8%

10%

12%

14%

16%

18%

20%

Sterke vermindering

Beperkte vermindering

Gelijk gebleven

Beperkte groei

Sterke groei

Evolutie activiteiten voorbije 3 à 5 jaar Totaal

Door een gebrek aan digitale vaardigheden bij de medewerkers wordt de groei van onze onderneming of organisatie geremd; (helemaal) akkoord

Noten:

– N = 1651, gewogen op sector en grootte.

– Chi²: p = ,270 (niet significant)

(7)

Opleiding over digitaal volgens sector en grootte

49%

37%

51%

59%

45%

66%

78%

93%

52%

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

Prim/ind Bouw Diensten Quartair 1 tot 9 10 tot 49 50 tot 199 200+

Sector Aantal werknemers Totaal

Opleiding voor het werken met computers, mobiele toestellen, software of apps

Noten:

– N = 1651, gewogen op sector en grootte.

– Chi²: p = ,000/,000

Figuur 8.

Gebrek aan digitale kennis bij werknemers volgens opleiding over digitale vaardigheden

13%

6%

39% 42%

0%

5%

10%

15%

20%

25%

30%

35%

40%

45%

Gebrek aan kennis,

opleiding Gebrek aan kennis,

geen opleiding Geen gebrek, wel

opleiding Geen gebrek, geen opleiding Noten: N = 1651, gewogen op sector en grootte.

(8)

ze vroeger opleidingen gegeven. Dit kunnen we met onze gegevens niet nagaan. Er is verder een kleine groep van 6% die aangeeft dat er een gebrek aan kennis is en geen opleiding voorziet. Er is ten slotte ook een grote groep van 39% die aangeeft dat er geen gebrek aan kennis is én toch opleiding voorziet.

e-opleidingen bij drie op tien

Opleidingen kunnen ook digitaal gegeven wor- den. Drie op de tien ondernemingen en organisa- ties bieden dit aan (figuur 9): 30% naast gewone

opleidingen (omvat zowel klassiek als on-the-job training), en 1% enkel digitaal. Er zijn belangrijke verschillen naargelang de grootte en sector. Klei- nere ondernemingen geven in het algemeen min- der vaak opleiding, wat gezien het kleiner aantal werknemers logisch is, en geven in verhouding ook minder vaak e-opleidingen. Bij de grootste bedrij- ven geven de meeste (61%) beide opties. Bij de sectoren is het de bouw die het meeste opvalt door weinig e-opleidingen te geven. Ondernemingen en organisaties die enkel e-opleidingen geven zijn uit- zonderingen, al lijken enkele van de kleinste on- dernemingen daar wel iets in te zien.

Figuur 9.

E-learning als optie en als enige opleidingsvorm volgens sector en grootte

42%

10%

2% 1%

12%

22% 22%

6%

17%

45%

67%

52%

38%

54%

65%

45%

55%

52%

11%

23%

47%

61%

33%

13%

32% 38%

30%

2% 1% 1% 0% 1% 1% 1%

0%

10%

20%

30%

40%

50%

60%

70%

80%

90%

100%

1 tot 9 10 tot 49 50 tot 199 200+ Prim/ind Bouw Diensten Quartair

Grootte Sector Total

Enkel e-opleiding Ook e-opleiding Enkel gewone opleiding Geen opleiding N = 1651, gewogen op sector en grootte. Chi²: p = ,000/,000

(9)

Wat nu?

Ondernemingen en organisaties van alle groottes en uit alle sectoren hebben al een lange weg af- gelegd op de digitaliseringstrein. We hebben vast- gesteld dat driekwart van de werknemers digitale vaardigheden nodig heeft bij het uitoefenen van zijn of haar werk en dat ruim de helft van de on- dernemingen daar ook opleiding in geeft. Één op vijf ondernemingen geeft een tekort aan van die vaardigheden bij hun personeel, en dertien procent geeft aan dat een tekort een rem is op hun groei.

De nood aan digitale vaardigheden lijkt daarmee zo goed als algemeen.

Aanduidingen van welke richting men daar mee uit kan, vinden we in de casestudies in het onderzoek naar Industrie 4.0 (Verdonck 2019), waaruit blijkt dat er nog nood is aan het aanleren van (meer) digi- tale vaardigheden bij alle medewerkers, aan multi- inzetbaarheid en samenwerking en aan de verdere uitbouw van een loopbaanbeleid voor werknemers met specifieke aandacht voor diegenen die moei- lijker meekunnen. De sociale partners binnen de Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen hebben hierover beleidsaanbevelingen geformuleerd in het Actieplan digitalisering (SERV, 2018a), de Visienota over digitalisering en robotisering (SERV, 2018b) en het advies over e-inclusie (SERV, 2019).

Hendrik Delagrange Stefanie Notebaert

Stichting Innovatie & Arbeid / SERV

Noot

1. Dat zou kunnen omdat beide vragen aan iedereen zijn ge- steld.

Bibliografie

Delagrange, H., & Notebaert, S. (2018a). ICO 2020: On- derweg naar een strategisch competentiebeleid in Vlaanderen. Brussel: SERV – Stichting Innovatie & Ar- beid. http://www.serv.be/node/12788

Delagrange, H., & Notebaert, S. (2018b). Methodologie van de Ondernemingsenquête 2018. Brussel: SERV – Stichting Innovatie & Arbeid. http://www.serv.be/

node/12774

SERV. (2018a). Actieplan digitalisering. De transitie naar een digitale samenleving. Aanbevelingen en acties.

Brussel: Sociaal-Economische Raad van Vlaanderen.

http://www.serv.be/node/12580

SERV. (2018b). Visienota digitalisering en robotisering. De transitie naar een digitale samenleving: aanzet voor een integrale beleidsagenda. Brussel: Sociaal-Econo- mische Raad van Vlaanderen. http://www.serv.be/

node/12298

SERV. (2019). Advies e-inclusie. Brussel: Sociaal-Econo- mische Raad van Vlaanderen. http://www.serv.be/

node/13247

Verdonck, G. (2019). Industrie 4.0 onder de loep in vijf sectoren. Met casestudies in de confectie, voeding, gra- fische sector en de meubel- en de metaalsector. Brus- sel: SERV – Stichting Innovatie & Arbeid. https://www.

serv.be/node/13268

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

3) Oorzakelijk verband tussen de schending van een resultaats- verbintenis met betrekking tot de medische behandeling en de lichamelijke schade. Bestaan van een oorzakelijk

Deze middelen worden ingezet voor het integreren van de sociale pijler (onder andere wonen – welzijn – zorg) in het beleid voor stedelijke vernieuwing en voor

Dat betekent niet alleen dat verschillende wetten aanpassing behoeven, maar het vereist ook een nieuwe blik op vertrouwde civiele leerstukken en op de civiele

In deze regeling wordt onder besluit verstaan: Besluit verkeersverdeling tussen de luchthavens Schiphol en Lelystad..

Als deze vervuld zijn, heeft Vlaanderen (en bij uitbreiding België) vanuit zijn centrale ligging in Europa uitstekende troeven als vestigingsplaats voor grote distributiecentra die

Innovatie zorgt voor een optimale zorg die ook betaalbaar is voor iedereen (Vlaamse overheid, 2015).. Op 16 juni 2017 werd de conceptnota Startnota transitieprioriteit zorg

We publiceren deze factsheets mede ten behoeve van het onderzoek van de Tijdelijke Commissie Digitale Toekomst van de Tweede Kamer en informeren graag het parlement als geheel.. Op

Algemene Rekenkamer (2017) Resultaten verantwoordingsonderzoek 2016 Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,