• No results found

Reactie van de Algemene Rekenkamer op de evaluatie van de 30%-regeling voor experts uit het buitenland

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Reactie van de Algemene Rekenkamer op de evaluatie van de 30%-regeling voor experts uit het buitenland"

Copied!
3
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BEZORGEN

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Binnenhof 4 2513 AA Den Haag

Lange Voorhout 8 Postbus 20015 2500 EA Den Haag

T 070-3424404

I voorlichting

E voorlichting@rekenkamer.nl

W www.rekenkamer.nl

D A T U M 4 september 2017

B E T R E F T Reactie op de evaluatie van de 30%-regeling voor experts uit het buitenland

U W K E N M E R K

O N S K E N M E R K 17005823R

B I J L A G E N

Geachte mevrouw Arib,

Op 11 juli 2017 heeft de Vaste Commissie voor Financiën ons gevraagd om een schriftelijke reactie te geven op de evaluatie van de 30%-regeling voor experts uit het buitenland.1 Met deze brief geven wij graag gehoor aan dit verzoek.

Wij hebben de evaluatie van de 30%-regeling bestudeerd2 en willen u het volgende meegeven:

• Positief dat staatssecretaris grondige evaluatie heeft laten uitvoeren Wij vinden het positief dat de staatssecretaris van Financiën een evaluatie heeft laten uitvoeren naar de 30%-regeling. Vorig jaar hebben wij in ons rapport

‘Fiscale tegemoetkoming voor experts uit het buitenland: de 30%-regeling’

aanbevolen een aantal aspecten van de 30%-regeling nader te onderzoeken, zoals de mate waarin de regeling ertoe leidt dat werknemers met een schaarse specifieke deskundigheid uit het buitenland in Nederland komen werken.3 Wij constateren dat de evaluatie aandacht besteedt aan al deze aspecten. De onderzoekers hebben de evaluatie grondig aangepakt door verschillende onderzoeksmethoden te gebruiken. Ook zijn we positief over de transparante manier waarop de onderzoekers de gebruikte onderzoeksmethoden hebben beschreven.

1 Tweede Kamer, vergaderjaar 2016-2017, 34 552, nr. 84, blg-810249.

2 Wij hebben ons gebaseerd op de in het rapport vermelde bevindingen, en beschikken niet zelf over het onderliggende onderzoeksmateriaal.

3 Tweede Kamer, vergaderjaar 2015-2016, 34 475 IX, nr. 2, blg-747662.

(2)

• Evaluatie levert veel inzicht op in 30%-regeling 2/3

De evaluatie levert veel inzicht op in belangrijke aspecten van de 30%-regeling, zoals de hoogte van de werkelijke extraterritoriale kosten, de schaarste van de ingekomen werknemers, de administratieve lasten en een inschatting van de belastingopbrengsten als de 30%-regeling niet zou bestaan. De evaluatie levert daarmee naar onze inschatting een nuttige bijdrage aan politieke

besluitvorming over de vormgeving en toekomst van deze regeling.

• Te stellige conclusies over doeltreffendheid en doelmatigheid Uit het rapport blijkt dat sommige effecten moeilijk meetbaar of te kwantificeren zijn, bijvoorbeeld de bijdrage van de 30%-regeling aan het vestigingsklimaat. Ook hebben de onderzoekers met aannames en schattingen moeten werken. Een voorbeeld hiervan is het percentage gebruikers dat als de 30%-regeling niet zou bestaan, niet naar Nederland zou zijn gekomen.

Daardoor is er sprake van onzekerheid over de kosten en opbrengsten van de 30%-regeling. Daarnaast staan in de 30%-regeling geen streefwaarden, waardoor het onduidelijk is of de uitkomst van de evaluatie dat 90-97% van de gebruikers ook zonder die regeling naar Nederland zou zijn gekomen voldoet aan de doelstelling. Vanwege bovenstaande redenen is het volgens ons noch over de doeltreffendheid noch over de doelmatigheid van de 30%-regeling mogelijk om harde uitspraken te doen. De onderzoekers zijn desondanks positief in hun conclusies over zowel doeltreffendheid (blz. 10) als doelmatigheid (blz. 13). Wij vinden deze conclusies te stellig.

• Werkgeversperspectief onderbelicht bij conclusie over verdringing De onderzoekers constateren dat er geen indicaties zijn dat de 30%-regeling leidt tot verdringing op de Nederlandse arbeidsmarkt (blz. 91). Wij zijn van mening dat het werkgeversperspectief onderbelicht is gebleven. Uit de

evaluatie blijkt dat het voordeel van de 30%-regeling bij de werkgever terecht kan komen (blz. 62). In die situaties kan volgens ons sprake zijn van

verdringing, omdat de werkgever kan besluiten de voorkeur te geven aan de ingekomen werknemer met een lager brutosalaris. Enkele geïnterviewden waarschuwen in het rapport ook voor ‘onzuivere praktijken’ met het oog op verdringing (blz. 109). De onderzoekers hebben echter niet onderzocht in hoeverre dit daadwerkelijk voorkomt.

Hoewel wij enkele kanttekeningen plaatsen bij de evaluatie van de 30%-regeling, vinden wij dat het rapport een waardevolle bijdrage levert aan het vergroten van het inzicht in de doeltreffendheid en doelmatigheid van de 30%-regeling en daarmee aan de mogelijkheid voor het parlement om deze regeling te beoordelen.

(3)

Wij wijzen u in dit verband graag op onze recente publicatie ‘Zicht op 3/3

belastingverlichtende regelingen’4, waarin een overzicht is opgenomen van fiscale regelingen die belastingopbrengsten beperken. In haar reactie op dat rapport gaf het kabinet aan het belang van meer transparantie over fiscale regelingen te onderschrijven. Wij hopen dat de staatssecretaris van Financiën dergelijke evaluaties van fiscale regelingen vaker laat uitvoeren. U krijgt daarmee als parlement meer inzicht of en in hoeverre de doelstellingen van fiscale regelingen worden bereikt en tegen welke prijs dat gebeurt.

Algemene Rekenkamer

drs. A.P. (Arno) Visser, president

dr. E.M.A. (Ellen) van Schoten RA, secretaris

4 Tweede Kamer, vergaderjaar 2016-2017, 32 140, nr. 30, blg-798085.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

- Het is onduidelijk welke inventarisatiemethode gevolgd wordt: op welke manier de trajecten afgebakend worden en welke kensoorten (gebruikte typologie) specifiek worden

Het onderzoek van Filip Dewallens naar het statuut van de ziekenhuisarts kon niet op een beter moment komen. Het statuut bestaat nu bijna 30 jaar, maar grondig juridisch onderzoek

Daarbij koppelt de auteur de eigendomsexclusiviteit voor het eerst zeer expli- ciet aan de (actieve) elasticiteit van het eigendomsrecht. Hierdoor komen een aan- tal paradigma’s op

Deze middelen worden ingezet voor het integreren van de sociale pijler (onder andere wonen – welzijn – zorg) in het beleid voor stedelijke vernieuwing en voor

- Werkgever Het kwam echter ook voor dat werkgevers zich tijdens het interview realiseren dat ze niet bewust bezig zijn geweest met de doorstroming van de STiP-deelnemer naar

14Voorgesteld wordt om hiervoor preferenties te reserveren die uit de uit- zonderingsmarge der industriële landen komen.. eventueel begeleidt door additionele hulp15. Tegen

In reactie op onze aanbeveling om de Tweede Kamer jaarlijks te infor- meren over het financieel belang van de regeling merkt de minister op dat het Ministerie van Financiën

Tweede Kamer niet geïnformeerd over de doeltreffendheid en doelmatigheid van de 30%-regeling Het Ministerie van Financiën heeft niet onderzocht in welke mate de 30%-regeling (a)