• No results found

Hoe ziet uw partij de rol van het sociaal overleg?

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Hoe ziet uw partij de rol van het sociaal overleg?"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Hoe gaat uw partij om met de nieuwe situatie van de vele werkzoekenden? Wie moet daarin een voortrekkersrol nemen? Hoe kunnen werkzoekenden geactiveerd worden?

Een eerste inzet is jobbehoud. In België zijn op dit moment meer dan 1 miljoen mensen tijdelijk werkloos. Het Belgisch stelsel van de tijdelijke werkloosheid werd als schokdemper in het leven geroepen om snelle ontslagen in crisistijden te vermijden. Zoals de ontslagen bij Torfs aantoonden is er momenteel echter niets dat de ondernemer weerhoudt om over te gaan tot ontslagen tijdens de tijdelijke werkloosheid. Meer, werkgevers kunnen tijdelijk werklozen zelfs goedkoper ontslagen. Landen als Spanje en Italië hebben beslist om geen ontslagen toe te staan gedurende de coronacrisis. Dat moet bij ons ook kunnen. De PVDA diende daarom een wetsvoorstel in dat voorziet in een tijdelijk verbod op ontslagen gedurende de periode waarin de uitzonderlijke maatregelen betreffende tijdelijke werkloosheid van kracht zijn en de zes maanden daarna. Ook mogen tijdelijke contracten niet geschrapt worden, zij mogen hoogstens geschorst worden voor de duur van de crisis. De garantie dat interimcontracten en arbeidsovereenkomsten van bepaalde duur worden verlengd voor de duur van de crisis. Voor werkgevers die stappen zetten naar collectieve arbeidsduurvermindering (zie verder), denken we aan tegemoetkomingen. We koppelen staatssteun aan bedrijven ook aan harde garanties voor tewerkstelling. En we verbieden collectieve afdankingen in bedrijven die winst maken of dividenden uitkeren.

Het tweede luik is het creëren van nieuwe en volwaardige jobs. We willen niet terug naar het activeringsbeleid van het pre-coronatijdperk. Dat werkt niet. “Jobs, jobs, jobs!” zei ex- premier Michel maar dat waren wel grotendeels tijdelijke contracten, interimwerk, flexi-jobs. En in de publieke sector sneuvelden tal van jobs. De coronacrisis legt de structurele fouten van het huidige economische systeem bloot. De markt lost onze problemen niet op. De onzichtbare hand zorgde niet voor mondmaskers, coronatesten of gezondheidspreventie. Big farma vond onderzoek naar vaccins tegen de SARS-CoV- virussen geen rendabel businessmodel. De toestand in onze rusthuizen is tragisch. Deze crisis toont dat we moeten investeren in medisch materiaal, gezondheid en zorg, in publieke ruimte en bescherming op het werk. Daarmee creëren we jobs. Tot slot, stelt zich boven op deze pandemie ook nog de klimaatopwarming. Met de noodzakelijke investeringen in openbaar vervoer, isolatie, onderzoek, hernieuwbare energie, nieuwe materialen, … creëren we ook nieuwe werkgelegenheid. Voor die investeringen in zorg, gezondheid en de strijd tegen klimaatopwarming moeten we niet rekenen op de privé-sector. We zullen zelf moeten optreden met overheidsbedrijven en openbare diensten, met lokale en stedelijke bedrijven, met productiecoöperatieven en consumentencoöperatieven.

Hoe ziet uw partij de rol van het sociaal overleg?

Wie heeft er de productie stilgelegd in de niet-essentiële sectoren, toen corona uitbrak? Niet de CEO’s.

Niet de overheid. De arbeiders en arbeidsters zelf, met de vakbonden. Omdat verder werken vaak niet meer veilig of verantwoord was. Wie weet het best hoe je de veiligheid op het werk organiseert? Ook de arbeiders en de arbeidsters zelf: zij hebben de expertise. De werkende klasse ligt ook aan de basis van onze sociale zekerheid. Lang voor de sociale zekerheid bestond, staken arbeiders en arbeidsters hun zuurverdiende centen in een kas, om zieke collega’s bij te springen: de ziekenkas. De sociale zekerheid kwam er door strijd van de werkende klasse, met de vakbonden. Vakbonden zijn de oudste arbeidersorganisaties van het land. In landen zonder syndicale tegenmacht zijn sociale rechten schaars en is de ongelijkheid groter dan in landen met sterke vakbonden.

(2)

Wij komen dus op voor sterke vakbonden, voor meer democratie in de onderneming en voor transparantie en meer werknemerscontrole. Meer democratie in de onderneming in tijden van corona betekent bijvoorbeeld inspraak van de vakbonden en de werknemers in de gezondheids- en veiligheidsmaatregelen die toegepast worden op de werkvloer. VOKA ziet die maatregelen misschien als ‘suggesties’, maar voor ons moeten die maatregelen afdwingbaar zijn. In bedrijven waar de 1,5 meter echt niet gerespecteerd kan worden, moet de vakbondsvertegenwoording eerst akkoord zijn met de de genomen maatregelen. Beslissingen in het Comité voor Preventie en Bescherming op het Werk (CPBW) worden bij consensus genomen. Meer democratie betekent ook een inspraak in de productie, zeker in tijden van hoge nood. Het zijn tenslotte de werknemers zélf geweest die voorstelden om ademhalingstoestellen te maken bij Safran Aero in Luik, Seat in Spanje, Audi in Brussel.

Hoe gaat uw partij de combinatie werk/gezin gemakkelijker maken?

Net zoals in Frankrijk stellen we voor om automatisch zorgverlof toe te kennen aan ouders die verplicht zijn thuis te blijven om voor hun kinderen jonger dan 15 jaar te zorgen wanneer scholen moeten sluiten.

Dus als ouders om een of andere reden voor hun kinderen moeten zorgen (bijvoorbeeld ouders die niet kunnen thuiswerken), melden ze dit bij hun werkgever, die hen dit verlof toekent. Dat kan worden omgezet in tijdelijke werkloosheid. Ook voor zelfstandigen moet de opvang van een kind als er geen andere oplossing is een reden zijn om recht op tijdelijke werkloosheid te genieten.

Door de coronacrisis ontdekten we opnieuw de jobs die de wereld doen draaien. De werkers in de zorg natuurlijk, en ook die in de logistiek, in de transportsector en de bevoorraadding, de verkopers in de supermarkten, de onderwijzers, de postbodes, de huisvuilophalers, het schoonmaakpersoneel, de politieagenten en zovele anderen. Het zijn die werkers die het in 40 jaren neoliberalisme hard kregen te verduren: stagnerende lonen, langer werken, flexibiliteit en precaire statuten. Een van de eerste maatregelen van de regering Wilmès in de coronacrisis was de publicatie van een Ministerieel Besluit waardoor supermarkten kunnen open blijven van 7.00 tot 22.00 uur. In Frankrijk gebruikt de regering haar bijzondere machten om het aantal betaalde vakantiedagen te verminderen en de arbeidsduur te verlengen. We moeten net de andere richting uitgaan. Eén op de acht werknemers in België omschrijft zijn werk-privébalans als problematisch.

Werk op mensenmaat, daar gaan we voor. We werken om te leven, we leven niet om te werken. We moeten af van het werk in precaire werkomstandigheden en beperkte sociale bescherming. Werk moet ons allen identiteit en zingeving geven. Het is nu ook de moment om stappen te zetten in de richting van een 30-urenweek met loonbehoud. Stapsgewijs: eerst daar waar het vlotter kan of noodzakelijk is, later voor iedereen. Zo maken we tijd voor gezin en hobby’s, voor de zorg van zieke familieleden, bestrijden we burn-out en creëren we nieuwe jobs. We maken het werk ook echt werkbaar en geven werknemers zekerheid en recht op rust. We garanderen respect voor uurroosters en arbeidsvoorwaarden en zetten resoluut in op gezondheidspreventie op het werk. We maken van overuren opnieuw de uitzondering, niet de regel. Overuren kunnen enkel op vrijwillige basis. We pleiten ook voor een gelijkschakeling van het moeder- en vaderschapsverlof. Zoals in de Scandinavische landen zouden alle mama’s en papa’s evenveel tijd moeten kunnen thuis blijven bij hun pasgeboren kindje.

Moeten grote vermogens meer bijdragen om de schulden die nu gemaakt worden af te lossen? Zo ja, hoe maken jullie dat dan concreet?

De coronacrisis kost miljarden. Als het van de regering afhangt, zullen wij die factuur betalen. “Het is altijd de belastingbetaler die betaalt”, zegt Jan Jambon, minister-president van Vlaanderen. En Bart De

(3)

Wever, zegt dat “iedereen een stap achteruit zal moeten zetten”. Wij moeten af van het kapitalistische model dat zegt ‘de verliezen zijn voor de velen die weinig hebben’, en ‘de winsten zijn voor de weinigen die veel hebben.’ Dat model is verleden tijd. Dat is een pre-corona-model, en geen post-corona-model.

Miljoenen werknemers en zelfstandigen lijden verlies, terwijl CEO’s van beursgenoteerde bedrijven 2 miljoen euro per jaar verdienen, dertig procent meer op één jaar tijd. Van de gedaalde koersen profiteren ze nu om aandelen van hun bedrijven te kopen. Luc Tack, de ceo van Tessenderlo, kocht sinds het uitbreken van de coronacrisis voor 30 miljoen euro aandelen in de chemiegroep .

Neen, het kan niet zijn dat de coronahelden die nu dubbele shiften draaien om door deze crisis te geraken, of de mensen die nu inkomen verliezen omdat ze verplicht thuis zitten, ook nog eens moeten betalen. Er zullen ook belangrijke budgettaire keuzes gemaakt worden. Voor ons is het onaanvaardbaar dat het opnieuw de werknemers zouden zijn die opdraaien voor de crisis en, bijvoorbeeld, nogmaals de bankensector moeten redden. Dat scenario hebben we al eens meegemaakt tijdens de crisis van 2008.

Wij trappen niet nog eens in dezelfde val.

De PVDA diende een wetsvoorstel in om een solidaire coronataks op multimiljonairs in te voeren, een taks van 5% op alle fortuinen boven de 3 miljoen euro (met vrijstelling van de eerste woning en van de beroepsactiva tot elk 500.000 euro). Het gaat dus echt om de aller-allerrijksten, de rijkste 2% van de bevolking. Zo’n taks zou 15 miljard euro kunnen opbrengen. Na de Tweede Wereldoorlog werd een gelijkaardige taks ingevoerd om de overheidsfinanciën recht te trekken, met de wet van 17 oktober 1945 tot invoering van een belasting op het kapitaal. Dat was toen een taks van 5% op het hele vermogen van iedereen, zowel particulieren als bedrijven. Ons voorstel is dus nog redelijk bescheiden in vergelijking daarmee. Daarnaast dienden we ook een wetsvoorstel in dat bedrijven uitsluit van staatssteun indien ze actief zijn in belastingparadijzen, dividenden uitkeren, spelen op de beurs, bonussen toekennen aan topmanagers worden of eigen aandelen inkopen.

Zijn vormen van basisinkomen voor jullie bespreekbaar? Zo ja, komen die dan in de plaats van bestaande stelsels? Welke?

Natuurlijk zijn we allemaal voorstander van een inkomen dat iedereen in staat stelt om fatsoenlijk te leven. De vraag is hoe. Armoede kunnen we bestrijden door een inkomen te garanderen maar ook door onze afhankelijkheid van de markt te verminderen. Inderdaad, als de eerstelijnsgezondheidszorg morgen gratis is of als de huurprijzen worden gereguleerd, zal dit ook een enorme impact hebben op de armoede.

We moeten ons dus niet alleen richten op het monetaire aspect, maar ook de greep van de markt op de essentiële aspecten van ons bestaan verminderen: gezondheid, onderwijs, huisvesting, werk,... Het probleem met een basisinkomen ligt juist in het algemeen karakter ervan. Gratis geld voor iedereen.

Door aan iedereen geld te willen geven, schuiven we veel geld rond, maar het belandt niet noodzakelijk in de juiste zakken. Voor sommigen is het helemaal niet nodig en voor anderen zal het volstrekt onvoldoende zijn. Bovendien willen liberale versies van het basisinkomen met het basisinkomen de sociale zekerheid vervangen. Dus geen publieke verzekering meer die je in geval van ziekte, werkloosheid of pensioen dekt. De overheid stort in ruil een bedrag waar je je mee behelpt in een kluwen van private verzekeraars. Of je kan er natuurlijk ook op zijn Amerikaans voor kiezen om onverzekerd door het leven te gaan. Uiteindelijk zijn privéverzekeraars duurder en doen ze er alles aan om je niet terug te betalen.

Het basisinkomen vernauwt sociale bescherming tot een louter monetair aangelegenheid en speelt in op een samenleving waar goederen en diensten voornamelijk door de vrije markt geregeld worden. In de plaats van een basisinkomen is het volgens de PVDA effectiever om de bestaande sociale bescherming uit te breiden en te bekijken wat we aan de werking van de markt onttrekken. Onderwijs, gezondheid,

(4)

cultuur, wonen en nog veel andere zaken zien wij liever als collectieve goederen die ongeacht je inkomen gegarandeerd worden.

Volgens experten zal de armoede stijgen van 16 naar 25 procent. Hoe gaat uw partij met dit nieuw gegeven aan de slag? Wat moer er gebeuren? Wie gaat hiermee aan de slag?

25 procent! Dat zijn bijna twee miljoen landgenoten. Alleenstaande ouders, huurders en werklozen scoren erg hoog in deze statistieken. Maar ook jonge en wat oudere kinderen lopen meer risico om arm te zijn. Het risico op armoede en sociale achteruitstelling is veel groter wanneer je naam wijst op een andere afkomst. Hoe groter de ongelijkheid in een samenleving, hoe groter de fysieke en mentale gezondheidsproblemen in die samenleving. Voor een beter welzijn is een wezenlijke herverdeling van de welvaart aan de orde.

De recepten om de toegenomen corona-armoede te bedwingen verschillen in wezen niet van wat er eerder al op tafel lag. Het wordt alleen dringender en belangrijker om hier actie te ondernemen. Enkele maanden terug diende PVDA een wet in om alle uitkeringen tot aan de Europese armoededrempel te brengen. Dat is een cruciale eerste stap. Alle partijen zweren al jaren dure eden om dat te doen. Op wat wachten ze? Werk blijft de belangrijkste hefboom om uit armoede en isolement te geraken (zie vraag 1). We in het bijzonder inzetten op tewerkstellingsprogramma’s voor de maatschappelijk kwetsbare groepen.

Er is in ons land ook een groot woonprobleem. Veel van armen of bijna-armen spenderen meer dan een derde van hun inkomen aan het huren of afbetalen van eerder slechte woningen. Het aandeel sociale woningen moet spectaculair omhoog. We voorkomen ook het ophopen van schulden en doen daarom een intense controle op de hele kredietsector met daarbij consequente, strenge sancties. In Zelzate waar de PVDA deel uitmaakt van het gemeentebestuur sturen we de maatschappelijk werker in plaats van de deurwaarder. Die ervaring willen we veralgemenen. We overleggen ook met onderwijsinstellingen en ziekenhuizen voor een verbod incassobureaus in te schakelen bij de inning van onbetaalde facturen.

Meer algemeen investeren we ook in de sociale zekerheid, in plaats van erin te besparen.

De coronacrisis maakt het belang van de sociale zekerheid duidelijk. Hoe gaat uw partij om met de nieuwe realiteit? Hoe en moet de sociale zekerheid hervormd worden?

Hoe ziet dat er concreet uit?

Absoluut. Dankzij het systeem van tijdelijke werkloosheid hebben tijdens de coronacrisis in België meer dan één miljoen mensen recht op een deel van hun beroepsinkomen. Dankzij onze gezondheidszorg beperken we de financiële zorgen bij hospitalisatie. We moeten ons na de coronacrisis niet afvragen hoe we gaan besparen in de sociale zekerheid, maar hoe we gaan investeren. De sociale zekerheid is geen besparingspost, maar een sociale collectieve verzekering die ons beschermt in moeilijke tijden. Het is zoals bij een brand dat men de waarde beseft van een verplichte brandverzekering. Jarenlang werd er bespaard in de sociale zekerheid, het is tijd om ze te herfinancieren en uit te bouwen, zeker gegeven dat er een heropflakkering van corona kan komen of nieuwe pandemieën.

De PVDA heeft heel snel een plan naar voor geschoven om de inkomens van de werkende klasse te beschermen. De sociale zekerheid beschermt werknemers tegen sociale risico’s en dat is in crisissituaties

(5)

hard nodig. Zo stellen wij voor om covid-19 te erkennen als beroepsziekte voor alle werknemers en vragen wij dat de werknemers geen inkomensverlies lijden.

Meer structureel is door het liberaal beleid van de vorige regeringen een ‘houtworm’ in de financiering van de sociale zekerheid geslopen die knaagt aan de fundamenten van de financiering. Het zijn alle mogelijke vormen van vrijstellingen van sociale bijdragen, zogezegd om de arbeidslasten te verlagen en werkgelegenheid te creëren, met de taxshift als triest dieptepunt. We willen een diepgaande analyse van elke bijdragevermindering om de impact ervan op de tewerkstelling te evalueren vergeleken met de kost ervan.

De coronacrisis toont dat velen uit de boot vallen: artiesten, zelfstandigen en jobstudenten. Velen zijn ook genoodzaakt om beroept te doen op voedselbanken of vallen terug op het OCMW voor leefloon of gedeeltelijke hulp. We moeten daarom pistes bedenken om sociale zekerheid te veralgemenen tot deze groepen. Tijdens de lockdown stelden we al voor om de tijdelijke werkloosheid uit te breiden tot alle werknemers zonder uitzondering: bedienden, jobstudenten, uitzendkrachten, freelancers, mensen in de cultuursector … opdat geen enkele werknemer in de kou blijft staan. Ook willen we zelfstandigen die door de crisis getroffen zijn, een maandinkomen van minimum 1.500 euro netto garanderen, bovenop de andere aangekondigde steunmaatregelen. We moeten die uitbreiding structureel voorzien in de sociale zekerheid. We kunnen de werkloosheidsvergoeding uitbreiden tot deze groepen door ze om te vormen in een algemene garantie op een vervangingsinkomen ter vervanging van allerlei stelsels als de OCMW-uitkering, studiebeurzen of inschakeluitkeringen. De crash van de beursgenoteerde pensioenfondsen toont ook dat we de tweede pijler in vraag moeten stellen, en moeten onderbrengen in de eerste pijler.

Hoe houden jullie de gezondheidszorg betaalbaar voor iedereen? Zal de reële

groeinorm van 1,5% per jaar nog steeds gelden? Hoe gaat uw partij werk maken van het welzijn van gezondheidswerkers?

‘De markt’ lost onze problemen niet op. Er is geen ‘onzichtbare hand’ die voor mondmaskers heeft gezorgd. Of voor voldoende coronatesten. Of voor goede gezondheidspreventie. De landen die het verste gingen in de privatisering van de zorg krijgen nu de zwaarste klappen. Het is de overigens de moeite waard om te herinneren dat onze volksgezondheidsstelsels deels zijn ontstaan uit de Spaanse griepepidemie die in 1918 aan miljoenen mensen het leven heeft gekost. Het onvermogen van de markt om op crisissituaties te reageren maakte het noodzakelijk om de gezondheidszorg collectief in handen te nemen. Vandaag is de kwestie bijzonder dringend op oudere leeftijd. De manier waarop onze samenleving met ouderen omgaat is onwaardig. Denk aan het groot deel van de sterfgevallen dat zich concentreert in rusthuizen als gevolg van een gebrek aan apparatuur, personeel of het weinig preventief optreden van de overheid. De toekomstige zorg en gezondheidszorg moet deze kwestie ambitieus aanpakken en collectieve oplossingen aandragen om gedurende ons hele leven de voorwaarden voor een humane samenleving te waarborgen. Dit kan inhouden dat het gebruik van de thuiszorg voor ouderen wordt uitgebreid, maar ook dat rusthuizen worden heruitgevonden op plaatsen waar verschillende generaties zich in een isolement kunnen bevinden. We ontwikkelen de nodige publieke diensten voor oude mensen die thuis willen blijven: thuisverpleging, huishoudelijke hulp, levering van maaltijden enzovoort. Om vereenzaming aan te pakken verplichten we de gemeenten 75-plussers thuis minstens tweemaal per jaar te bezoeken, zoals in Denemarken. De prijs van woonzorgcentra mag niet hoger zijn dan het pensioen. Dit is zeker een tijd voor creativiteit, niet voor berusting.

Een betaalbare gezondheidszorg begint bij een publieke gezondheidszorg. Deze gezondheidscrisis toont des te meer het belang van een sterke publieke en preventieve gezondheidszorg aan. Is het niet

(6)

vanzelfsprekend dat we als samenleving er dan voor kiezen een deel van de economische groei te besteden aan een betere en betaalbare zorg om tegemoet te komen aan de groeiende noden? Vandaag is onze gezondheidszorg vooral individueel en prestatiegericht. Wat we nodig hebben is een brede, toegankelijke basisgezondheidszorg, zoals de Wereldgezondheidsorganisatie in 1978 in haar Alma Ata- verklaring voorstelde. In dit model kunnen mensen laagdrempelig met al hun vragen en klachten terecht bij wijkgezondheidswerkers, die basiszorg én preventie integreren in hun werk. De Wereldgezondheidsorganisatie pleitte ervoor dat de overheden dit realiseerden, maar hun pleidooi botste niet lang daarna op de neoliberale tegenbeweging. De Amerikaanse president Ronald Reagan trok fel van leer tégen deze preventieve gezondheidsvisie die hij “de kortste weg naar het socialisme” noemde, en later zouden overal ter wereld grote delen van de gezondheidszorgen gecommercialiseerd worden.

Nergens anders dan in de Verenigde Staten wordt tijdens de coronacrisis vandaag zo helder het failliet van het neoliberale systeem aangetoond. De PVDA voegt al jaren de daad bij het woord: bij Geneeskunde voor het Volk kunnen duizenden patiënten in wijkgezondheidscentra al 45 jaar lang zonder geld naar de huisarts.

Als deze crisis nog iets aantoont, dan is het wel dat geneesmiddelen geen luxe zijn. Medicatie en vaccins tegen COVID-19 zouden gratis moeten zijn voor de patiënten die het nodig hebben, en betaalbaar voor onze collectieve sociale zekerheid. Grote farmareuzen kunnen in de huidige logica van patenten vrijelijk de prijs van een vaccin of geneesmiddel bepalen. De PVDA diende een wetsvoorstel in om via een dwanglicentie te vermijden dat een vaccin of geneesmiddel onder patent valt waardoor het vaccin een privilege wordt en algemene inenting wordt belemmerd. Het is ditzelfde principe van dwanglicenties dat Nelson Mandela eind de jaren negentig toepaste om de toegang tot HIV-behandelingen mogelijk te maken waardoor de zwaar door de HIV-epidemie getroffen Afrikaanse bevolking zich niet kon laten behandelen.

Het zorgpersoneel staat vandaag in de frontlinie van de corona-crisis in zware werkomstandigheden.

Elke avond om 20u klappen we voor hen. De PVDA wil onze gezondheidswerkers ook structureel ondersteunen. Ons “Witte Woete-amendement”, dat eind vorig jaar nog goedgekeurd werd, is slechts de aanzet om op een structurele manier het prangende personeelstekort aan te pakken, en de loon- en arbeidsvoorwaarden te verbeteren. Dat is het tegenovergestelde van wat de vlaamse regering nu doet. In een periode dat het zorgpersoneel in de frontlinie staat van de corona-crisis en de werkomstandigheden nog nooit zo zwaar geweest zijn, morrelt de Vlaamse regering met de loon- en arbeidsvoorwaarden van het zorgpersoneel. Met een nieuw voorontwerp van besluit wil de Vlaamse regering een wijziging maken op de loon- en arbeidsvoorwaarden van het zorgpersoneel. In plaats van het personeelstekort aan te pakken door de arbeidsomstandigheden te verbeteren, kiest de regering voor flexibilisering, tijdelijke en onzekere contracten.

De PVDA diende ook een wetsvoorstel in om Corona te erkennen als beroepsziekte. Dat maakt een groot verschil voor de getroffen werknemers. Zij hebben dan recht op 100% terugbetaling van de medische en hospitalisatiekosten. Vandaag moeten zieke werknemers nog zelf opdraaien voor de kosten die niet gedekt zijn door de ziekteverzekering. En die kunnen hoog oplopen. De erkenning als beroepsziekte heeft ook als gevolg dat werknemers recht hebben op een uitkering van 90% van het laatst verdiende loon.

Hoe gaat uw partij zorgen voor een sociaal- economisch pact dat ook rekening houdt met het klimaat? Hoe ziet dat er concreet uit?

Deze pandemie is klein bier met wat ons te wachten staat als we de klimaatopwarming niet weten te stoppen. We hebben nog tien jaar om de klimaatopwarming te beperken tot 1,5 graad. Nu is het moment

(7)

om de economie voor alle mensen, te laten werken met garantie dat we de planeet in betere staat doorgeven aan de volgende generaties. Wij zijn geen eigenaars van de natuur, hoogstens vruchtgebruikers.

De coronacrisis wijzigt natuurlijk geenszins de noodzakelijke maatregelen. Klimaat en sociale rechtvaardigheid gaan daarbij hand in hand. De PVDA lanceerde vorig jaar al de RedGreen Deal, een sociaal en ecologische investeringsplan met als 3 pijlers: eerlijke belastingen, sociale vooruitgang en klimaatinvesteringen. Onderdeel van dit plan is de oprichting van een openbare investeringsbank. De bank investeert elk jaar 5 miljard euro in openbaar vervoer, isolatie, onderzoek, hernieuwbare energie en andere hefbomen. Tegelijkertijd willen wij per sector bindende uitstootnormen invoeren voor de grote uitstoters van broeikasgassen. Deze bindende normen dwingen deze multinationals om nog eens minstens 5 miljard private investeringen per jaar te doen om hun uitstoot terug te dringen.

Wat de coronacrisis des te meer toont is dat de markt niet in staat is om ambitieuze klimaatdoelstellingen te realiseren. Erger, de druk van de fossiele lobby neemt toe om klimaat- en milieumaatregelen uit te stellen of zelfs op te geven. De coronacrisis toont overduidelijk de nood aan sociale en ecologische planning aan. Niet alleen voor de productie van mondmaskers en ander medisch materiaal of het beschermen van het inkomen en zelfstandige en kleine KMO’s. Ook voor het klimaat is dit cruciaal.

Door de coronacrisis is de prijs van een ton CO2 in het Europees emissiehandel systeem ETS ingestort.

Onderzoek van het IPCC toont overigens ook aan dat de energie-intensiteit van de industrie onmiddellijk met een kwart kan dalen indien de industrie zou gebruikmaken van de beste beschikbare technieken.

Maar ze doet het niet.

We kunnen niet vertrouwen op de markt om de ecologische crisis aan te pakken. We kunnen de noodzakelijke klimaatinvesteringen niet laten afhangen van de ontwikkeling van de prijs van emissies op een zeer onstabiele markt. De combinatie van bindende normen en overheidsinvesteringen maakt een ambitieus en sociaal rechtvaardig klimaatbeleid mogelijk, zonder de overheidsbegroting te ondermijnen.

Dit impliceert wel dat men tegelijkertijd het juk van de Europese begrotings- en handelsnormen en de ETS-markt afwerpt.

Door de coronacrisis wordt opnieuw duidelijk dat de publieke ruimte van belang is.

Hoe gaat uw partij om met de realiteit van mensen in steden? Is er nog ruimte voor wat groen? Hoe ziet uw partij de balans tussen de twee?

Dat de lockdown niet voor iedereen gelijk is, illustreerde Vlaams minister-president Jan Jambon toen hij zei dat men zich maar “op de eerste verdieping” moest terugtrekken, terwijl de poetsvrouw beneden bezig was. Een ongewild heldere metafoor van Jambon: de poetsvrouwen werken op de lagere verdiepingen van het leven, de elite trekt zich terug in de hogere regionen. De thuis-plaats is niet gelijk voor iedereen. Telewerken of tijdelijke werkloosheid is moeilijker met vier jengelende kinderen in in een klein appartementje dan diezelfde koters in een huis met grote tuin.

De corona-crisis vergroot de ongelijkheid tussen mensen met en mensen zonder een tuin of terras. Zeker in steden, waar er meestal een groot tekort aan (groene) ruimte is, is de openbare ruimte cruciaal voor mensen zonder privé buitenruimte om zich te ontspannen en te recreëren. Niemand kan nog het belang van een kwalitatief goed ingerichte, groene openbare ruimte ontkennen. Groen in en rond de stad is essentieel voor de leefbaarheid en aantrekkelijkheid van de stad. Projectontwikkelaars moeten dwingende normen opgelegd worden voor het voorzien van groene ruimte bij alle nieuwe projecten.

Ook bij sociale woningbouwprojecten moet er voldoende groen en publieke ruimte worden voorzien.

(8)

Kan het openbaar vervoer een rol spelen in een ambitieus klimaatplan? Waarom wel of niet?

Zonder enige twijfel. Zonder ambitieus plan voor het openbaar vervoer geen ambitieus klimaatplan.

Transport is verantwoordelijk voor bijna een kwart van onze nationale uitstoot. Zonder een beter en betaalbaar openbaar vervoer krijgen we die uitstoot nooit voldoende naar beneden. De PVDA wil een verdrievoudiging van het aandeel verplaatsingen met de trein, tram, bus en metro tegen 2030. Het volledige aanbod van De Lijn en de MIVB zou gratis moeten zijn. Kijk naar Luxemburg. Als eerste land in de wereld heeft Luxemburg het openbaar vervoer voor iedereen gratis gemaakt. Ook daar stond gratis openbaar vervoer in de programma’s van de liberale partijen, net zoals dat in het programma van de PVDA staat. De klimaatopwarming was daarbij een belangrijk argument om gratis openbaar vervoer in te voeren. De bevolking steunt zo’n progressief beleid volop. Het land, met circa 620.000 inwoners, geeft tot 2027 circa 4 miljard euro uit voor verbeteringen van bus- en treinverbindingen. Jaarlijks kost het de regering zo’n 41 miljoen euro om iedereen gratis vervoer te bieden. Laten we dan ook de goede voorbeelden volgen en zoals Luxemburg, maar ook vele andere Europese steden in Frankrijk en Scandinavië extra investeren in openbaar vervoer en dit tegelijk gratis ter beschikking stellen van de bevolking om zo de omschakeling naar een duurzame samenleving waar te maken. Met de coronacrisis hebben we nu ook een unieke kans. De sector van de vliegtuigconstructeurs en -maatschappijen en de autofabrikanten is in diepe crisis. Dat zijn sleutelsectoren in het licht van de strijd tegen de klimaatopwarming. De tijd is rijp om op Europees vlak een goed deel van hun activiteiten te socialiseren met het oog op een reconversie en een geplande transitie naar een postfossiele economie evenals om te voorzien in goedkope hoge snelheidstreinen voor internationaal transport voor afstanden lager dan 1000 km.

Met alles wat we nu weten: moeten er nog meer middelen gestopt worden in defensie en oorlogswapens?

Duidelijk niet. Als er één ding duidelijk is na deze crisis, is het wel dat we niet meer oorlogswapens moeten hebben. De regering ziet dat anders. Bij het begin van de lockdown nam de regering een ministrieel besluit om de lijst van de essentiële sectoren uit te breiden met de veiligheids- en defensie- industrie. Het is ook bijzonder cynisch om vast te stellen dat onze regering gewoon doorgaat met de geplande aankoop van de F-35-gevechtsvliegtuigen, net nu de jarenlange besparingen en tekorten in de gezondheidszorg pijnlijk blootgelegd worden. Die F-35’s kosten de belastingbetaler - aankoop en onderhoud meegerekend - minstens 12,5 miljard euro. Geld dat we meer dan ooit nodig hebben in onze gezondheidszorg en andere openbare diensten. Bovendien gaan die F-35’s niet bijdragen tot de verdediging van ons land. Ze kunnen op lange afstand kernkoppen dragen, bedoeld om in het buitenland oorlog mee te gaan voeren. Ze zijn vooral aangekocht omdat de NAVO van haar lidstaten eist dat ze 2%

van hun BNP aan Defensie zouden uitgeven, onder druk van Donald Trump die wil dat Europa meer geld in oorlogswapens investeert. Na deze crisis moeten we dringend veranderen van prioriteiten. De PVDA wil dat de aankoop van de F-35’s word geannuleerd en die vrijgekomen middelen worden gebruikt voor een sociaal en ecologisch investeringsplan. Verder toont deze crisis dat ons leger nuttig ingezet kan worden, bij het logistieke hulp bieden, zoals met het militair ziekenhuis in Neder-Over- Heembeek, de distributie van medische artikelen, het bijstaan van het personeel in de WZC of de repatriëring van Belgen uit het buitenland. Voor zulke taken zijn gevechtsvliegtuigen met nucleaire capaciteiten niet nodig.

(9)

Is de Belgische staatsstructuur aangepast om een efficiënt beleid te voeren in het post-coronatijdperk?

We zouden het bijna vergeten maar ons land was in politieke crisis bij het uitbreken van de Covid-19- epidemie. Dit landje met gesplitste partijen en zijn ontelbare en onsamenhangende beleidsniveaus krijgt alsmaar moeilijker een federale regering op de been. De gesplitste gezondheidszorg leidde eerder al tot absurde toestanden. Zo verschilt bijvoorbeeld de meldingsplicht voor de bacterie Listeria van Gemeenschap tot Gemeenschap. Zo weigerde de vorige Vlaamse regering mee te stappen in bijna kosteloos proefproject rond SMA-screening (SMA is de zeldzame spierziekte van baby Pia) in Wallonië ondanks vroegdetectie veel leed kan besparen. De coronacrisis zette nog maar eens de mislukking van de opeenvolgende staatshervormingen in de verf. Wie vandaag niet ziet hoe absurd de opdeling van ons land is, die is ziende blind. Het gebakkelei over de sluiting van de scholen was tekenend. Voor een vaccincampagne, hopelijk in de toekomst voor een vaccin tegen Covid-19 bijvoorbeeld, moet je in België met 9 ministers aan de slag. Er was voor de coronacrisis een alomvattende aanpak met eenheid van commando maar de versnipperde bevoegdheden beletten dat. De dramatisch toestand in de woonzorgcentra is mede te verklaren door de splitsing van de zorgsector. Wij willen dat preventie en ziekteverzekering opnieuw één centrale, federale bevoegdheid worden, in plaats van de waanzinnige versnippering van vandaag.

Meer algemeen, moeten we de federale structuur herdenken waarbij we bevoegdheden terug overhevelen naar het federale niveau en bestuursniveaus elkaar niet langer overlappen, waarbij regio’s samenwerken in plaats van elkaar tegenwerken. Voor de uitdaging van deze eeuw hebben we vier klimaatministers die twisten voor, op en na de klimaatconferenties. Het is ook duidelijk dat de regionalisering van ons gemeenschappelijk openbaar vervoer niet de vooropgestelde resultaten heeft geboekt. Ook voor openbaar vervoer moeten we af van vier minister voor transport en dringt een algemene, gecentraliseerde aanpak zich op.

Wat kan Europa (meer) doen? Of is er nood aan minder Europa en meer macht en soevereiniteit van de lidstaten?

De Europese Unie slaat een belabberd figuur. Lidstaten vielen terug op nationale of nationalistische reflexen. Toen Italië vroeg om internationale hulp was het oorverdovend stil in Europa. Duitsland verbood zelfs de uitvoer van bepaald medisch materiaal naar Italië. Christine Lagarde zei dat de ECB er niet is om de spreads te verkleinen. Dat mag allemaal niet verbazen. De Europese Unie is gebaseerd op concurrentie. Structurele solidariteit is nagenoeg onbestaand. Meer concurrentie is minder solidariteit.

De EU heef haar onvermogen getoond om elementaire solidariteitsmechanismen te ontwikkelen bij het begin van de pandemie, en vandaag is ze verdeeld over hoe de corona-crisis en de post-corana-crisis aan te pakken.

De kwestie is dus niet meer of minder Europa, maar welk Europa. De dogma’s die besparingen op gezondheidszorg en de publieke sector in het algemeen oplegden moeten weg. Goede openbare diensten zijn essentieel. Op Europees vlak kan gegarandeerd dat de werkende klasse niet opdraait voor de crisis.

Dat kan via een Europese "corona-belasting" op de allerhoogste vermogens, een Europese belasting op financiële transacties (Tobin-taksbelasting) en een minimumbelastingstarief voor multinationals om belastingontwijking tegen te gaan. Wat bevoegdheden betreft, heeft de EU al een zekere bevoegdheid qua coördinatie in geval van pandemie. Europa kan nu al ingrijpen in de farmaceutische en de medische industrie. Ze kan ook een rol spelen in de uitbouw van een publieke ‘pool’ voor onderzoek,

(10)

ontwikkeling, openbreken van patenten via dwanglicenties, en productie voor vaccins en medicamenten.

We moeten ook verkennen welke we strategische sectoren we op Europees niveau onder publieke controle brengen.

Hoe kan het middenveld (en hun bezorgdheden) een rol spelen in de toekomst en hoe zal het middenveld betrokken worden de komende periode?

Lang voor de sociale zekerheid bestond, staken arbeiders en arbeidsters hun zuurverdiende centen in een kas, om zieke collega’s bij te springen. De zieken-kas. Die eerste mutualiteiten zijn niet door de patroons opgericht, niet door de staat. Maar door gewone arbeidsters en arbeiders. Die mutualiteiten maken deel uit van het middenveld. Vanuit coöperatieven zoals De Vooruit en de christelijke werkmanskringen bloeide een breed sociaal en cultureel leven. In mei ’68 en de jaren daarna werden nieuwe initiatieven van onderuit geboren: huurderscomités, genees- kundige collectieven, wetswinkels, jeugdhuizen, culturele fronten, vrouwenorganisaties, vredesbewegingen, antiracistische organisaties, milieubewegingen .... Nadien zijn daar ook gebruikers- en verbruikersorganisaties bijgekomen. Dat alles is uitgegroeid tot wat het middenveld wordt genoemd, een netwerk van organisaties, verenigingen en instellingen dat zich vertakt op heel veel niveaus van het samenleven. Zij zijn de longen die lucht pompen in de samenleving. Een actief middenveld is het kanaal om de inspraak van het volk te vergroten, de samenleving mee vorm te geven en taken op te nemen in crisistijden door het organiseren van vrijwilligers.

Met de PVDA voegen we de daad bij het woord. Omwille van het geknoei van de verschillende regeringen hebben onze dokters en verpleegkundigen van Geneeskunde voor het Volk zélf een vlucht met 60.000 mondmaskers besteld. Zij zijn uiteindelijk zélf rusthuizen gaan testen, láng voor de regering.

En zij zijn uiteindelijk zélf gaan bijspringen in rusthuizen waar veel personeel was uitgevallen. Vandaag zouden wij tienduizenden studenten kunnen hebben die deur aan deur gaan, gewoon om te vragen hoe het met de mensen gaat. Om een praatje te doen, op veilige afstand, met maskertjes. Maar ook om een vragenlijst te overlopen. En mensen met symptomen dadelijk te kunnen doorverwijzen. Zo gebeurt het in Cuba vandaag, een derdewereldland, maar hier kan het niet.

Een emancipatorisch middenveld leert mensen zichzelf naar waarde te schatten, kritisch na te denken, voor zichzelf op te komen en op hun rechten te staan. Dat is versterkend sociaal werk: het versterkt de mens en het versterkt het sociale weefsel. Dat is wat “empowerment” heet. Het staat haaks op de ouderwetse visie van armenzorg en liefdadigheid, waar zorgbehoevenden geen rechten hebben maar afhankelijk zijn van gunsten van anderen. Vooral voor partijen als de N-VA is een emancipatorisch middenveld een doorn in het bestuursoog. Al tien jaar lang willen de N-VA en andere rechtse krachten komaf maken met de mutualiteiten. Ze besparen hard in het middenveld en willen een middenveld dat zich inschrijft in een uitvoerende overheidsstructuur.

De PVDA juicht integendeel zulke politiek van onderuit toe. Vakbonden, mutualiteiten, coöperatieven, vredesbewegingen, mensenrechtenorganisaties, consumentenverenigingen enzoverder: ze moeten een beslissende stem krijgen in de democratie.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het behoeft weinig fantasie om te voorspellen dat wie in het nieuwe stelsel op jonge leeftijd werkloos (of in de toekomst ook: arbeidsongeschikt) zal worden en dan voor längere

1. Van een fixatie op de korte-termijncrisis en gezondheid, is het nodig de blik te richten op de langere termijn en de brede maatschappelijke situatie. Niet om zaken op de lange

Om het herstel in gang te zetten stelt de commissie een mix van concrete acties (zie de thema’s 1 t/m 8) en weloverwogen keuzes op de langere termijn (zie de 4 uitgangspunten

groep en het moment waarop een groep gevaccineerd is staat daarom niet vast in de tijd. Op basis van ontwikkelingen en adviezen kan ook veranderen welke groep welk

Saldo opnieuw hoger Vooral dankzij de lagere voerprijzen in het derde kwartaal is het saldo van de vleeskuikenbedrijven bijna 60% hoger dan vorig jaar, ondanks de lagere prijs

The population genetic structure of the endemic, rocky shore dwelling Caffrogobius caffer was investigated across a known major oceanographic barrier, Cape Agulhas, which has

Er komt naar voren dat er generlei samenhang bestaat tussen de medicatie-therapietrouw van patiënten met reumatoïde artritis en hun health literacy: Er is geen verschil in

Er zijn in totaal elf experts op het gebied van ruimtelijke planning geïnterviewd, waarbij er gevraagd werd naar het gebruik van nudging, de ervaringen hiermee en de