Auteurs
Tim Dhuyvetter Franky Feys
Tekeningen Iris De Bruycker
manus
1 25100
abc k p e m
Contract werkboekje
Oplossingen
Thema 1 | Welkom in het vijfde leerjaar!
C 1 Vakantieherinneringen C 2 Emma’s weblog C 3 Van klein naar groot C 4 Klinkende namen C 5 Namen bij de vleet
C 6 Ken je nog de woorden van het vierde leerjaar?
C 7 Het lesrooster
Thema 2 | Mensen rondom ons, over de grenzen heen C 8 Op stap in Gent
C 9 België in cijfers C 10 Made in Belgium
C 11 België, een land vol strips C 12 Een reis door België
C 13 Onze buren
C 14 België in puzzels
Thema 3 | Mensen, dieren en planten C 15 Dieren op een drafje
C 16 Het ei-verhaal
C 17 De tekens van de dierenriem
C 18 Ieder vogeltje zingt zoals het gebekt is C 19 Moestuinen in allerlei vormen
C 20 Van den vos Reynaerde C 21 Natuur … schoon
Thema 4 | Stel je voor: een wereld zonder … C 22 Te koop!
C 23 Een waaier aan producten
C 24 Goederen leggen een lange weg af C 25 De slaapwandelende slager C 26 Met detective Keiker op speurtocht!
C 27 Geld, geld, geld … C 28 Professor F. Antastico
contracten per thema
Thema 5 | Vrije tijd: kwestie van gezond verstand C 29 Ben jij ook sportief?
C 30 Aan sport geen tekort!
C 31 Pijnig je hersenen!
C 32 De Olympische Spelen, vroeger en nu
C 33 Sportdag
C 34 Spelen met woorden C 35 Bewegende beelden
Thema 6 | Tv: tof venster op de wereld C 36 Krantenkoppen
C 37 Soorten teksten
C 38 De geschiedenis van het schrift achterna C 39 Het dichtershoekje
C 40 Een nieuw televisietoestel C 41 Gezellig voor de buis C 42 Een fotoreportage
Thema 7 | Mensen bouwen, besturen en beschermen
C 43 Huizen tekenen C 44 Blokken stapelen C 45 Architect of loodgieter?
C 46 Op zoek naar bouwgrond C 47 In de Eekhoorntjeslaan C 48 In en rond een huis C 49 Bouwen als kunst Thema 8 | Water anders bekeken C 50 Zet de sluizen maar open!
C 51 Rivieren in België C 52 Een dagje naar zee
C 53 Op zoek naar Gip Gap Gonië C 54 Een dol-ijn dier!
C 55 Een reisje door de tijd per boot C 56 Schippertje, mag ik overvaren?
Thema 9 | Afscheid van het vijfde leerjaar C 57 Vaarwel
C 58 In en rond de luchthaven C 59 Het is weer voorbij … C 60 Jij verdient een pluim!
manus
1 25100
2
Af tegen Datum Mag/Moet Verwerkt Zelf nagezien Juf/Meester Opmerkingen C 1
C 2 C 3 C 4 C 5 C 6 C 7 C 8 C 9 C 10 C 11 C 12 C 13 C 14 C 15 C 16 C 17 C 18 C 19 C 20 C 21 C 22 C 23 C 24 C 25 C 26 C 27 C 28 C 29
Af tegen Datum Mag/Moet Verwerkt Zelf nagezien Juf/Meester Opmerkingen C 31
C 32 C 33 C 34 C 35 C 36 C 37 C 38 C 39 C 40 C 41 C 42 C 43 C 44 C 45 C 46 C 47 C 48 C 49 C 50 C 51 C 52 C 53 C 54 C 55 C 56 C 57 C 58 C 59 C 60
Contract 1
Thema 1 Vakantieherinneringen
Het is 1 september. De vakantie is jammer genoeg voorbij.
Emma denkt nog vaak aan die mooie reis naar IJsland!
Helemaal in het noorden van Europa, net onder de poolcirkel, ligt een land dat een enorme rijkdom aan natuurschoon bezit. Het is IJsland, een land dat door heel weinig toeristen wordt bezocht.
IJsland telt ongeveer 275 000 inwoners. 4/5 van dit prachtige eiland is onbewoonbaar. In IJsland ontdek je voortdurend dat onze aarde in beweging is. Gemiddeld vier keer per jaar is er een vulkaanuitbarsting en zijn er tal van aardbevingen. Geisers spuiten heet water tot 20 m omhoog.
Als je een boottocht maakt is de kans groot dat je zeehonden, dolijnen en zelfs walvissen ziet. IJsland telt zo’n 300 soorten vogels. Vooral de papegaaiduiker valt op door zijn eigenaardige bek.
Pas op: IJsland is een erg duur land. Voor een frisdrank betaal je al vlug 6 euro.
Heb jij ook mooie herinneringen aan de vakantie?
Ontwerp een prentbriefkaart over jouw vakantie.
Schrijf er een passende tekst onder.
IJSLAND:
EEN WONDERMOOI LAND!
De Strokkur: een actieve geiser
De papegaaiduiker
Thema 1 Emma’s weblog Contract 2
1 > Emma is 11 jaar. Ze zit in het vijfde leerjaar.
Ze heeft een eigen weblog.
Emma
Hoi,
ik ben Emma uit 5B.
Ik woon drie hoog
op een steenworp van de zee.
Volgens mijn ouders ben ik een tiener in hart en nieren
met een zwak voor tropische dieren.
Wiskunde is niet mijn sterkste vak, maar in breakdance ben ik een krak.
Zwarte olijven of zoute oesters, neen liever niet, geef mij maar een lekker pakje friet!
Mijn oudere broer heet Pieter.
Hij is een bolleboos, een lapuit en een levensgenieter.
Mijn vader heeft groene vingers, ja, hij is een echte tuinier.
Ook op zijn kookkunst is hij bijzonder ier.
Vind je rode, steile haren of blonde lokken ijn,
dan moet je in mijn moeders kapsalon zijn.
Zij is streng, kordaat, maar rechtvaardig.
Gelukkig is ze voor haar dochtertje steeds aardig!
Mijn lievelingsdier Mijn top 10
Schrijver:
Bart Demyttenaere Hapje:
garnalenkroket Hobby:
breakdance Gezelschapsspel:
twister Drankje:
milkshake
Vakantiebestemming:
IJsland Kleur:
felgeel Film:
Shrek Artiest:
Madonna Hartenwens:
vrede op aarde
Mijn spelhoek
Antwoord: ____________________________________________
_____________________________________________________
De kleine panda is een prachtig dier dat verlekkerd is op
bamboe.
Hij leeft in Azië.
Jammer genoeg staat de panda op de lijst van de bedreigde diersoorten.
De kleine panda wordt ook de rode panda genoemd.
Kun jij deze rebus oplossen?
1
2
3
4
5
6
7
8
9
Mijn hamster is ziek.
10Mijn lievelingsdier Mijn top 10
Schrijver:
________________
Hapje:
________________
Hobby:
________________
Gezelschapsspel:
________________
Drankje:
________________
Vakantiebestemming:
________________
Kleur:
________________
Film:
________________
Artiest:
________________
Hartenwens:
________________
Mijn spelhoek
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
2 > Los de rebus op Emma’s 3 > Ontwerp je eigen weblog. Stel je eerst op een originele manier voor. Vul daarna de rubrieken weblog op. ‘Mijn lievelingsdier’, ‘Mijn spelhoek’ en ‘Mijn top 10’ in. Maak er iets tofs van!
Thema 1 Van klein naar groot Contract 3
Bruno is kleiner dan Frank. Frank is kleiner dan Sem. Wie is het grootst? _________________________ Wie is het kleinst? _________________________
De leerlingen van 5B meten hun lichaamslengte.
Jasper Aron Juul Kamiel Jarno
1 m 32 cm 142 cm anderhalve 1 m 4 dm 1 m 3 dm 8 cm meter
1 > Rangschik de lengtes van klein naar groot.
< < < <
2 > Vul het staafdiagram van de lengtes van de vijf jongens aan.
3 > Mieke is 145 cm groot. Ester is 15 cm kleiner dan anderhalve meter. Ilja is 1 dm kleiner dan Mieke. Inke is 8 cm groter dan Carmen. De lengte van Carmen is 126 cm. Noteer de lengte van de vijf meisjes in m en in cm.
Mieke Ester Ilja Carmen Inke
______ m ______ m ______ m ______ m ______ m ______ cm ______ cm ______ cm ______ cm ______ cm 4 > Vul de lijngraiek van de lengtes van de vijf meisjes aan.
Mieke Ester Ilja Carmen Inke 145
140
135
130
125
Dag kinderen, mijn naam is Bert
Degrote.
Lengte in cm
Meisjes 5B Jongens 5B
Lengte in cm
1,45 1,35 1,35 1,26 1,34 145 135 135 126 134
Jasper Aron Juul Kamiel Jarno
150
140
130
Sem Bruno
1 m 32 cm 1 m 3 dm 1 m 4 dm 142 cm anderhalve
8 cm meter
Thema 1 Klinkende namen Contract 4
1 > De naam van bepaalde personen zullen we altijd blijven onthouden. Lees aandachtig de vijf teksten.
Christoffel Columbus werd in 1451 in de Italiaanse havenstad Genua geboren. In die tijd dachten enkele geleerden dat de aarde bolvormig was. Indien dit zo was, dan zou men via het Westen naar India kunnen varen. Op 3 augustus 1492 ver- trok Columbus met drie schepen in wes- telijke richting. Na een lange tocht zag hij op 12 oktober 1492 land in zicht. Colum- bus doopte het eiland ‘San Salvador’. Een nieuw werelddeel was ontdekt: Amerika!
De Amerikanen slaagden er als eersten in op de maan te landen.
Op 21 juli 1969 was Neil Arm- strong de eerste mens die een stap op de maan zette. Toen zijn linkervoet het maanoppervlak raakte, zei hij: ‘Dit is een klein stapje voor een mens, maar een grote sprong voorwaarts voor de mensheid.’
In 1864 richtte de Zwit- serse zakenman Henry Dunant het Rode Kruis op.
Sindsdien is een rood kruis op een witte achtergrond - de omgekeerde Zwitserse vlag - een van de meest bekende symbolen in de wereld.
De Nederlandse schilder Vincent van Gogh werd in 1853 geboren.
Eenvoudige vormen, felle kleuren, heel veel licht en dikke penseel- trekken zijn kenmerken van zijn manier van schilderen. Jammer genoeg brachten zijn schilderijen pas na zijn dood heel veel geld op.
Wist je dat de saxofoon een uitvin- ding van een Belg was? Adolphe Sax werd in 1814 in Dinant (een stad in de provincie Namen) ge- boren. Hij begon al op jonge leef- tijd met allerlei instrumenten te experimenteren. In 1841 stelde hij een nieuw instrument voor: de saxofoon.
2 > Vul de tabel in.
Naam In welk land is deze
persoon geboren?
Wat heeft deze persoon verwezenlijkt?
Beschrijf in het kort!
In welke eeuw heeft hij dit verwezenlijkt?
Welke foto past bij de persoon?
1 2 3 4 5
Columbus Italië Hij ontdekte Amerika. 15e eeuw 3
Armstrong Amerika Hij zette als eerste mens een stap op de maan. 20e eeuw 1 Dunant Zwitserland Hij is de stichter van het Rode Kruis. 19e eeuw 5 van Gogh Nederland Hij schilderde prachtige schilderijen. 19e eeuw 4
Sax België Hij is de uitvinder van de saxofoon. 19e eeuw 2
Thema 1 Namen bij de vleet Contract 5
1 > In een telefoongids staan de namen alfabetisch gerangschikt. Schrijf de tien namen op de juiste plaats.
_____________________ Azaleastraat 45, Gent _____________________ Leopold II-laan 14, Gent _____________________ Vinkendreef 102, Gent _____________________ Heidepark 1, Gent _____________________ Akkerweg 101, Gent _____________________ Koekoekstraat 54, Gent _____________________ Koningin Astridlaan 99, Gent _____________________ Bosstraat 3, Gent
_____________________ Krokuswegel 4, Gent _____________________ Rubensdreef 10, Gent
2 > Schrijf de straatnamen van oefening 1 in de juiste kolom.
Straatnamen verwijzen naar …
een persoon een bloem
een landschap een vogel
3 > Tot welke woordsoort horen de woorden in een hokje?
Geef ze de juiste kleur.
4 > Welk beroep hebben deze personen? Kies uit:
Jef Pillendraaiers apotheker
Mia Krijtjes _______________________________
Eva Melodie _______________________________
Valerie Kruimel _______________________________
Nora Wegwijs _______________________________
Jef Pennentrek _______________________________
Doortje Prik _______________________________
Marino Kwast _______________________________
André Kraan _______________________________
Jos Roer _______________________________
Peter Kiekjes _______________________________
Doms Eggers
Geers Beke Eelen Gobbers Baetens Bonen
Feyt Dekens
loodgieter, onderwijzeres, schipper, bakkerin, gids, dokteres, schrijver, fotograaf, zangeres, schilder
Baetens Beke Bonen Dekens Doms Eelen Eggers Feyt Geers Gobbers
Leopold II -laan Azaleastraat Koningin Astridlaan Krokuswegel Rubensdreef
Heidepark Vinkendreef Akkerweg Koekoekstraat Bosstraat
onderwijzeres zangeres bakkerin gids schrijver dokteres schilder loodgieter schipper fotograaf
werkwoord eigennaam lidwoord bijvoeglijk naamwoord zelfstandig naamwoord
verwijswoord
Pieter drinkt een kop warme soep . Hij roept zijn strenge meester .
‘ Kijk , meester Johan !’
‘Er zit een vieze vlieg in mijn soep!’
‘En ze zwemt schoolslag !’
Welke voornamen vind jij leuk? Stel je top drie voor! 1 ________________________ 2 ________________________ 3 ________________________
5 > Vervolledig de stamboom van Emma. Op ieder blad hoort een naam. Schrijf de namen op het juiste blad.
Tamara is de moeder van Katrien. Tamara is gehuwd met Jos.
Katrien is Emma’s moeder. Emile is Emma’s opa.
Emile is de vader van Paul. Pauls ma heet Rosa. Paul is gehuwd met Katrien.
6 > Maak je eigen stamboom. Misschien moet je de hulp van je ouders of je grootouders inschakelen.
man
vrouw
Tamara
Katrien Paul
Jos Rosa Emile
1 > Kijk goed naar de foto’s. Schrijf de woorden in de eerste kolom.
Schrijf daarna het meervoud en het verkleinwoord op.
Meervoud Verkleinwoord
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Thema 1 Ken je nog de woorden van het vierde leerjaar?
Contract 6
1 2 3 4 5
9 10
6 7 8
2 > Emma heeft veel moeite met woorden met -ng en -nk. Thuis oefent ze op haar computer.
Schrijf de woorden op die ze typt.
De getypte letters zijn in het geel aangeduid.
links bange
tang honger
winkel streng
schildpad schildpadden schildpadje potlood potloden potloodje
mol mollen molletje
ballon ballonnen ballonnetje handschoen handschoenen handschoentje
vlag vlaggen vlaggetje
zeehond zeehonden zeehondje
kanon kanonnen kanonnetje
postzegel postzegels postzegeltje
sneeuwman sneeuwmannen sneeuwmannetje
3 > Start bij de letter m.
Sla telkens één letter over.
Zo krijg je zeven woorden met een tweeklank. Ga verder tot alle letters gebruikt zijn.
4 > Spiegeltje, spiegeltje aan de wand … Weet jij welke woorden hier staan?
5 > Los het Zweeds raadsel op. In elk hokje hoort één letter.
Het zijn allemaal ei-woorden.
Fouten? Ik schrijf de woorden juist. _____________________________________________________________________________________________________
_________________________________________________________________________________________________________________________________
zachtje s
vruchtbaar goochelen gedicht lichaam
ietslich t
reinigen dreigen stijgen
eigenlijk wm uw hu d c a sh
e c
t s
i w e u o e m i i k a
w a
ur
e k ie o r o p s
mooi, kraai, moeite, schuw, spreeuw, kieuw,
schaduw
zachtjes vruchtbaar goochelen gedicht lichaam fietslicht reinigen dreigen stijgen eigenlijk
R E
T E I
A A R D B E I K
E G E
I E I L A N D F O N T E I N R
I
G E I T
R Z
M E I S J E
N I
S
Thema 1 Het lesrooster Contract 7
Bereken de duur van de speeltijd
in de voormiddag: ____________________________ , over de middag: ____________________________ , in de namiddag: ____________________________
De eerste schooldag schrijft Emma het lesrooster in haar agenda.
Hieronder zie je er een deel van. Bekijk het aandachtig.
Maandag Dinsdag Woensdag
08.30 - 09.20 wiskunde taal wiskunde
09.20 - 10.10 taal wiskunde taal
speeltijd
10.25 - 11.15 contractwerk taal Frans
11.15 - 11.40 Frans Frans
speeltijd
13.00 - 13.50 wereldoriëntatie muzische vorming 13.50 - 14.40 wereldoriëntatie muzische vorming
speeltijd
14.50 - 15.40 hoekenwerk lichamelijke opvoeding
1 > Wanneer begint de les …
wiskunde op maandag? ____________ u.
Frans op dinsdag? ____________ u.
taal op woensdag? ____________ u.
2 > Wanneer eindigt de les …
wiskunde op dinsdag? _______ : _______
Frans op woensdag? _______ : _______
3 > Duid op de klokken aan …
begin van de les Frans einde van de les Frans
op maandag. op maandag.
begin van de schooldag einde van de schooldag
op woensdag. op woensdag.
4 > Welke les krijgt Emma op het aangeduide tijdstip?
Maandag Dinsdag Woensdag
08.30 11.15 09.20 10 10
11 15 Frans muzische vorming taal
15 minuten 1.20 u. 10 minuten
Thema 2 Op stap in Gent Contract 8
1 > Veel mensen vinden Gent de gezelligste stad van België. Heb jij zin in een bezoekje? Voer de opdrachten uit.
Welke Belgische stad vind jij het gezelligst? ______________________________________________________________________________________________
2 > Zet bij elke foto de letter van de tekst die erbij hoort. Schrijf bij elke foto een passende titel.
d Kleur het onderwerp groen en wat er over het onderwerp wordt gezegd blauw.
Langs de Graslei liggen verschillen- de bootjes. Els koopt een ticket. Ze maakt een boottocht op de Leie. In de boot zitten toeristen uit verschil- lende landen. De gids geeft uitleg over de stad. Hij spreekt drie talen.
Langs de oever staan heel mooie herenhuizen. Gent is een prachtige stad! Vaar jij ook eens mee?
a Schrijf de zinnen over, maar vergeet de hoofdletters niet!
lies en bert wonen in de koestraat in gent. met kerstmis kun je schaatsen in de openlucht of winkelen in de bekende veldstraat.
______________________________
______________________________
______________________________
______________________________
______________________________
b Zet in elk hokje een passend leesteken.
Heb je het Gravensteen al bezocht Dat is een burcht die in 1180 werd gebouwd Een bezoek aan de kerker de grafelijke kamer en de walgang is zeker de moeite waard Je kunt er ook een grote verzameling foltertuigen bekijken Heel eng hoor Zin in een bezoekje
c Onderstreep in elke zin de persoonsvorm dubbel.
Midden juli ga ik naar de Gentse Fees- ten. De Gentse Feesten duren tien da- gen. Op elk pleintje speelt een groepje muzikanten. De binnenstad staat vol kraampjes. De feestgangers dansen tot erg laat in de nacht. Daarna reinigen de vuilnismannen de straten. Zo’n feest beleef je maar één keer op een jaar!
c d a b
Lies en Bert wonen in de Koestraat in Gent. Met Kerstmis kun je schaatsen in de openlucht of winkelen in de bekende Veldstraat.
? . ,
. .
! ?
1 142 949 1 393 160
1 694 475
817 206 1 047 626
1 291 850 367 693
1 042 840
459 904
259 698
West-Vlaanderen
Oost-Vlaanderen
Antwerpen
Limburg
Vlaams-Brabant
Waals-Brabant
Luik
Luxemburg Namen
Henegouwen
Thema 2 België in cijfers Contract 9
1 > Orden de bevolkingscijfers van de Vlaamse provincies van minder naar meer.
< < < <
Besluit: _________________________ is de Vlaamse provincie waar het grootste aantal mensen woont.
_________________________ is de Vlaamse provincie waar het kleinste aantal mensen woont.
2 > Orden de bevolkingscijfers van de Waalse provincies van meer naar minder.
> > > >
Besluit: _________________________ is de Waalse provincie waar het grootste aantal mensen woont.
_________________________ is de Waalse provincie waar het kleinste aantal mensen woont.
3 > Noteer het getal dat het dichtst bij 1 miljoen ligt.
_____________________________________
4 > Welke provincie(s) heeft/ hebben meer dan 1,5 miljoen inwoners?
_____________________________________
_____________________________________
5 > Noteer het getal dat tussen 1 100 000 en 1 200 000 ligt.
_____________________________________
6 > Noteer het getal waarin het cijfer 6 de waarde heeft van 6TD.
_____________________________________
7 > Noteer de getallen waarin het cijfer 3 de waarde heeft van 3HD.
_____________________________________
_____________________________________
8 > Noteer de getallen waarin het cijfer 4 de waarde heeft van 40 000.
_____________________________________
_____________________________________
Bevolkingscijfers per provincie op 1 juli 2006
■ Vlaamse provincies
■ Waalse provincies
1 042 840
Antwerpen
1 142 949 367 693 367 693 1 393 160
1 047 626 1 042 840 1 142 949
Antwerpen Limburg
Henegouwen Luxemburg
817 206 1 047 626 1 142 949 1 393 160 1 694 475
1 291 850 1 042 840 459 904 367 693 259 698
9 > V Hoeveel immigranten zijn er in de provincies Oost- en West-Vlaanderen samen?
B A _______________________________________
_______________________________________
_______________________________________
_________________________________ OK
10 > V Hoeveel immigranten zijn er in de provincies Waals- en Vlaams-Brabant samen?
B A _______________________________________
_______________________________________
_______________________________________
_________________________________ OK
11 > V Hoeveel immigranten zijn er in de provincie Henegouwen meer dan in de provincie Antwerpen?
B A _______________________________________
_______________________________________
_______________________________________
_________________________________ OK 12 > V Hoeveel immigranten zijn er in de provincie Luxemburg minder dan in de provincie Limburg?
B A _______________________________________
_______________________________________
_______________________________________
_________________________________ OK
Immigranten per provincie (2006)
Antwerpen 119 243
Vlaams-Brabant 66 611
Limburg 67 780
Oost-Vlaanderen 42 833 West-Vlaanderen 24 577
Waals-Brabant 30 395
Henegouwen 142 909
Luik 106 939
Luxemburg 13 334
Namen 18 955
13 > Welke vraag past bij deze bewerking?
18 955 + 30 395 = 49 350
V ____________________________________
____________________________________
____________________________________
___________________________________ ? 14 > Welke vraag past bij deze bewerking?
119 243 - 42 833 = 76 410
V ____________________________________
____________________________________
____________________________________
___________________________________ ?
Er zijn in de provincies Oost- en West-Vlaanderen samen
67 410 immigranten.
Er zijn in de provincies Vlaams- en Waals-Brabant samen 97 006 immigranten.
Er zijn in de provincie Henegouwen 23 666
immigranten meer dan in de provincie Antwerpen.
Er zijn 54 446 immigranten minder in de provincie Luxemburg dan in de provincie Limburg.
Hoeveel immigranten zijn er in de provincies Namen en Waals-Brabant samen
Hoeveel immigranten zijn er in de provincie Oost- Vlaanderen minder dan in de provincie Antwerpen
4 2 8 3 3 + 2 4 5 7 7 6 7 4 1 0
1 4 2 9 0 9 – 1 1 9 2 4 3 0 2 3 6 6 6
6 7 7 8 0 – 1 3 3 3 4 5 4 4 4 6 3 0 3 9 5 + 6 6 6 1 1 9 7 0 0 6
Thema 2 Made in Belgium Contract 10
1 > Sommige Belgische producten vallen erg in de smaak in het buitenland. Veel Amerikanen vinden onze Belgische chocolade een delicatesse. Vul de tickets aan.
appelen
kg E/kg E
2 kg E 1,49 E ________________
5 kg E 1,50 E ________________
witlof
kg E/kg E
3 kg E 1,40 E ________________
1/2 kg E 1,80 E ________________
frieten
kg E/kg E
________ kg E 0,80 E 8
________ kg E 0,80 E 4
suiker
kg E/kg E
2 kg E ________________ E 5,20
5 kg E ________________ E 5,50
chocolade
kg E/kg E
0,5 kg E 2,70 E ________________
1/4 kg E 2,80 E ________________
2,98 7,50
10 5 4,20
0,90
2,60 1,10
1,35
0,70
2 > Handelaars proberen hun
producten ook in het buitenland te verkopen. Kies een van de vijf producten van bladzijde 18.
Maak een aantrekkelijke afiche om dat product te promoten (= verkopen).
Bedenk een passende merknaam.
Bedenk een toffe, aantrekkelijke, grappige slagzin.
Gebruik passende bijvoeglijke naamwoorden.
Maak hieronder je afiche.
3 > Bepaalde producten komen uit het buitenland.
Schrijf onder elk product het land van herkomst. Kies uit:
Japan - Nederland - Spanje - Frankrijk - Zwitserland - Schotland - Italië - Amerika
4 > Herken je de logo’s van deze twee ‘landen’ in België?
Frankrijk Nederland Japan Zwitserland
Italië Spanje Schotland Amerika
Bobbejaanland
Plopsaland
Thema 2 België, een land vol strips Contract 11
1 > België is niet alleen het land van de chocolade en de frietjes, maar ook het land van bekende striptekenaars.
Ken jij deze Belgische striphelden?
2 > Lees het verhaal aandachtig.
Jan is een kleine, maar stoere jongen. Op een zonnige dag haalt hij zijn materiaal uit om te klimmen. Hij besluit om het Atomium te beklimmen.
Na een paar uur klimmen slaagt hij in zijn opdracht. Hij plant de Belgische vlag op de bovenste bol. Beneden wordt hij geïnterviewd door een massa journalisten.
Ze vragen hem: ’Wat is de volgende uitdaging?’ Jan antwoordt lachend: ‘Een groot pak Belgische frietjes smullen.’
3 > Maak van het verhaal een fraaie strip. Kies zelf het aantal vakjes.
© Marsu by Franqiun © 2009 Standaard Uitgeverij Antwerpen-België
© 2009 Standaard Uitgeverij Antwerpen-België
© 2009 Standaard Uitgeverij Antwerpen-België
© 2009 Standaard Uitgeverij Antwerpen-België
© 2009 Standaard Uitgeverij Antwerpen-België
© Hergé/Moulinsart 2008
© 2008 - Jef Nys, Ballon Media
Jommeke Kuifje Nero Jerom Kiekeboe Wiske Guust Flater Urbanus
Thema 2 Een reis door België Contract 12
1 > Verbind de foto met de juiste plaats op de kaart. Gebruik je atlas.
2 > Schrijf de nummers van de foto’s in de juiste kolom.
Zoos en dierentuinen Historische gebouwen Recreatieparken en attracties Musea
6 Dierenpark
Planckendael (Muizen, Mechelen)
5 Het Zilverstrand (Mol) 4 Het Provinciaal
Domein Puyenbroeck (Wachtebeke) 3 Het Canada War
Museum (Maldegem)
7 Het Gallo-Romeins Museum (Tongeren)
8 Provinciaal Domein Halve Maan (Diest)
9 Autoworld (Brussel) 2
De IJzertoren (Diksmuide)
1 Bellewaerde (Ieper)
10 Het Vlasmuseum
(Kortrijk) 11 Het Gravensteen
(Gent)
6 2, 11 1, 4, 5, 8 3, 7, 9, 10
Thema 2 Onze buren Contract 13
1 > Kleur op de kaart van West-Europa België rood.
2 > Schrijf de buurlanden van België en hun hoofdsteden op.
Buurlanden van België Hoofdstad a
b c d e
3 > Aan welke zee ligt onze Belgische kust?
______________________________________________
4 > Gebruik deze info om de tabel op de volgende bladzijde aan te vullen.
Vlaggen
Autokentekens
NL F D GB
IONISCHE ZEE TYRRHEENSE ZEE
MIDDELLANDSE ZEE NOORDZEE
c
d e
b
a
Frankrijk Parijs Duitsland Berlijn Nederland Amsterdam Groot-Hertogdom Luxemburg Luxemburg Groot-Brittannië of Verenigd Londen Koninkrijk
Noordzee
Enkele kiekjes uit onze buurlanden
Land Vlag Autokenteken Taal Foto’s
Nederland en
en
Groot-Brittannië en
Frans en
5 > Ben jij een talenknobbel? Bewijs het maar!
Staat er op de koffer een Frans woord, kleur het blauw. Staat er op de koffer een Engels woord, kleur het rood.
6 > Schrijf onder elke koffer de juiste vertaling. Kies uit: iets, boek, meisje, drie, beer, jongen, auto, kat.
1 2 3 4 5 6 7 8
Duitsland D
Frankrijk
NL
GB F
Nederlands
Engels Duits
3 5
4 6
2 8
1 7
cat boy livre
ille vélo car
trois bear
kat jongen boek meisje fiets auto drie beer
Thema 2 België in puzzels Contract 14
1 > Welke Belgische provincie is het?
2 > Welke Belgische provinciehoofdplaats zit in elke zin verborgen?
In België regent het vaak.
Met de iets zul je niet over de brug geraken.
Doe de luiken dicht!
Je moet je niet verbergen!
We vernamen zopas het slechte nieuws.
Wil je dat afval eens aan de kant werpen?
3 > Los de rebus op. Ken je dit buurland van België?
+ +
-t n = r t = l
4 > Duid de vijf verschilpunten aan.
5 > Antwoord met een Belgische plaatsnaam.
a Een berk is een …
b Een ander woord voor ‘hesp’ + Ik was … in de badkamer.
c Dier dat onder de grond leeft en niet ziet.
d Om oranje te maken heb je rood en … nodig.
e Niet lang, maar … + Niet arm, maar … f De grootste stad aan de
Belgische kust.
Welk woord lees je in het gele vak?
________________________
West-Vlaanderen Luik
Gent Brugge
Luik Bergen
Namen Antwerpen
Nederland België
a B O O M
b H A M M E
c M O L
d G E E L
e K O R T R I J K
f O O S T E N D E
Thema 3 Dieren op een drafje Contract 15
Sommige dieren zijn echte topatleten: ze halen snelheden van meer dan 100 kilometer per uur!
1 > Vul in.
Afstand na 2 uur: _______________
Afstand na 1
2 uur: ______________
Afstand na 1
4 uur: ______________
Afstand na 3 uur: _______________
Afstand na 2 uur: _______________
Afstand na 1
2 uur: ______________
Afstand na 1
4 uur: ______________
Afstand na 3 uur: _______________
2 > Sommige dieren houden helemaal niet van een hoge snelheid. Vul in.
Dier Snelheid Tijd Afstand
50 m/u. 1/2 uur
250 m/u. 4 uur
6 km/u. 1/4 uur
3 > De opa van Emma is duivenmelker. Hij laat zijn vijf duiven op verschillende plaatsen los. Zij vliegen gemiddeld 120 km/u.
Hoeveel tijd hebben ze nodig om de duiventil te bereiken?
Vul de tabel in.
Duif Snelheid Afstand Tijd
Raket 120 km/u.
Duiker 120 km/u.
Geschelpte 120 km/u.
Spurter 120 km/u.
Pigeon 120 km/u.
R: Raket D: Duiker G: Geschelpte S: Spurter P: Pigeon arend: 160 km/u.
jachtluipaard: 120 km/u.
R
10 km P
D
G S
duiventil
60 km 30 min.
40 km 20 min.
30 km 15 min.
20 km 10 min.
10 km 5 min.
240 km 60 km 30 km 360 km 320 km 80 km 40 km 480 km
25 m 1000 m of
1 km
1,5 km
Thema 3 Het ei-verhaal Contract 16
3 > Een doolhof vol ei-woorden. Begin bij de pijl onderaan.
Je moet eindigen bij de ‘N’ in het midden.
Schrijf al de ei-woorden op die je tegenkomt.
1 > Welk ei-woord staat er op het ei? Kies uit:
aardbei, onveilig, terrein, eigenares, bedreigen, reiziger, kapitein, meikever, bereiden, onderscheid
2 > Een piramide vol ei-woorden. In elk hokje hoort één letter.
a Dat legt een kip.
b Vijfde maand van het jaar.
c Ander woord voor ‘meisje’.
d Niet het begin, maar het … e Het meervoud van ‘ei’.
f Ander woord voor ‘jaargetijde’.
g De baas van een schip.
h Een plein voor de kerk.
i Kleiner maken.
I
L
E E
M V
T
R A
G
S
A N D
R
L P L E I
N R
E
I G
E
I
E H
E I M
P A L E
I S
G
E W
D
P
A E I
L
E
N
H C S
N E G E
aardbei kapitein bereiden eigenares meikever
Ionderscheid terrein bedreigen onveilig reiziger
steil, plein, reiger, eiland, geheim, paleis, eigenschap, dweilen
V E R K L E I N E N
K E R K P L E I N
K A P I T E I N
S E I Z O E N
E I E R E N
E I N D E
M E I D
M E I
E I
i h
g f
e d
c b
a
4 > In elk rijtje zitten twee ei-woorden verscholen. Schrijf ze op.
Kijk goed naar het voorbeeld.
D W P A E I L L E I S R Z E I E I Z E N L E N
dweil paleis
B E I S P R E I T E L E I L E I K E L D E R
K L P R E I E I W E I R E N I G F R E I N
5 > Maak goede samenstellingen. Schrijf de woorden die in de kip staan op de juiste plaats.
6 > De letterdief heeft al de klinkers gestolen.
Weet jij welke ei-woorden hier staan?
DWL _____________________ ZLSCHP ____________________
FNTN _____________________ SCHNHD ____________________
MRSPN _____________________ MRKTPLN ____________________
SCHDNG _____________________ MSJSNM ____________________
SNLHD _____________________ MKVR ____________________
7 > Schrijf de ei-woorden op de juiste plaats in het rooster.
beitel beiaard
geheim waterpeil
paasei inleiding omheining
sneltrein dreigen
eis omleiding
allerlei sprei deinen overheid
_____
snel markt aanleg water __________
_________
bliksem parkeer _______
wol ____
________
_________
__________
zoon soep __________
________
brief brei
aleider
dreig trein peil
plein
klein prei
terrein steiger
reizen zeilen
eikel leider
weinig refrein beitel sprei
klei prei
dweil fontein marsepein scheiding snelheid
zeilschip schoonheid marktplein meisjesnaam meikever
brei
trein plein steiger peil klein
prei afleider terrein dreig
G E
H B
E D E I N E N
I B I I
O M H E I N I N G T O
V I L E I S M
E W A T E R P E I L N L
R A I A E E
H R D A L L E R L E I
E D I S T D
I N E S P R E I
D G I E N
I G
D R E I G E N
Thema 3 De tekens van de dierenriem Contract 17
Heb je ’s nachts al eens naar die prachtige sterrenhemel gekeken? Heb je dan een of ander sterrenbeeld ontdekt? In de loop van het jaar kun je steeds andere sterrenbeelden zien: het sterrenbeeld Stier of Ram of … De namen van die sterrenbeelden zijn de tekens van de dierenriem.
VISSEN
20 februari - 20 maart
STIER
21 april - 21 mei
KREEFT
22 juni - 23 juli
LEEUW
24 juli - 23 augustus
MAAGD
24 augustus - 23 september
TWEELINGEN
22 mei - 21 juni
WATERMAN
21 januari - 19 februari Volgende week wordt het een uiterst druk- ke week. Heel veel vrienden komen raad vragen. Probeer voldoende te slapen en af en toe te sporten. In uw relatie verloopt alles naar wens. Uw partner zal u volgend weekend aangenaam verrassen.
RAM
21 maart - 20 april Op uw werk krijgt u gelukwensen van uw baas. Misschien krijgt u wel een ikse loonsverhoging. Let erg goed op in het verkeer. Een ongeval is vlug gebeurd. In de loop van volgende week zult u een oude jeugdvriend(in) ontmoeten. Uw partner is erg vermoeid. Nodig hem/haar eens uit op een romantisch dineetje.
Woensdag 4 oktober wordt een erg zware dag. U moet heel moeilijke beslissingen nemen. Denk goed na vooraleer een dei- nitief antwoord te geven. Uw partner zal u met raad en daad bijstaan. De horoscoop geeft u de raad om in uw vrije tijd vol- doende te rusten.
Volgende week krijgt u de kans om in een ander bedrijf aan het werk te gaan. Aarzel niet, want u zult er veel meer verdienen.
Bezoek eens enkele vrienden/vriendin- nen, want zij krijgen de indruk dat u hen in de steek laat. Uw partner verlangt ernaar om eens op stap te gaan. Verras hem/haar met een reisje.
SCHORPIOEN
24 oktober - 22 november
STEENBOK
22 december - 20 januari
WEEGSCHAAL
24 september - 23 oktober Volgende week krijgt u de kans om een nieuw huis aan te kopen. Overleg samen met uw partner vooraleer een beslissing te nemen. Op het einde van de week hangt er een verrassing in de lucht. Ver- zorg u goed, want de laatste tijd loopt u er erg vermoeid bij.
1 > Vul in.
Ik ben geboren op ______________________________________________ . Onder welk sterrenbeeld ben jij geboren? _____________________________
2 > Vul de tabel in.
Naam Geboren op … Sterrenbeeld
Manu 24 september
Iza 3 oktober
Merel 15 april
Juul 18 juli
Emma 22 december
3 > Teken een passend symbool voor de sterrenbeelden Vissen, Stier, Kreeft, Leeuw en Schorpioen.
4 > In sommige kranten en weekbladen kun je je horoscoop lezen.
Je leest er wat je op het gebied van werk, gezondheid, liefde … in de toekomst mag verwachten. Klopt dit met de werkelijkheid?
Dat is een andere vraag! Bij enkele sterrenbeelden staat er al een voorspelling. Kijk in de sterren en voorspel de toekomst voor de overige sterrenbeelden.
5 > Verbind enkele stippen met elkaar, zodat je een sterrenbeeld krijgt. Fantaseer maar!
BOOGSCHUTTER
23 november - 21 december
Samen met uw partner en kinderen beleeft u volgende week een ontzettend toffe week. Geniet ervan, want in de toekomst staan er heel veel vergaderingen op het programma. Eet steeds gezond en neem eens de tijd om een boek te lezen. Uw part- ner straalt van energie. Hij of zij krijgt de kans om een nieuw project op te starten.
weegschaal weegschaal
ram
kreeft
steenbok
Thema 3 Ieder vogeltje zingt zoals het gebekt is
Contract 18
Elk voorjaar nestelen enkele Vlaamse gaaien zich in de tuin van Emma. Emma herkent die vogel aan zijn mooi verenkleed. Vogels kun je ook herkennen aan hun snavel. Lees aandachtig de acht beschrijvingen. Schrijf onder elke tekening de naam van de vogel.
De kluut heeft een dunne, zwarte, omhoog gebogen snavel. Hij veegt met zijn bek over het wateroppervlak (net iemand die aan het maaien is). Zo vangt hij gemakkelijk waterinsecten en kleine kreeftjes in ondiep water.
Een reiger kan een hele tijd stokstijf stil- staan. Hij houdt de omgeving nauwkeurig in de gaten. Met zijn dolkvormige, spitse snavel hapt hij bliksemsnel naar vissen of amibieën.
De lepelaar heeft zijn naam te dan- ken aan een lange, lepelvormige snavel. Deze witte vogel is verzot op stekelbaarsjes.
Als een slechtvalk een prooi ziet, vliegt hij er pijlsnel heen, grijpt hem vast met zijn klauwen en doodt hem met zijn bek.
Zijn snavel lijkt op een haak. Zo kan hij zijn voedsel in kleine stukjes scheuren.
De wulp is niet moeilijk te herkennen. Hij heeft een lange, naar beneden gebogen snavel.
Pelikanen hebben in de ondersnavel een opvallende, grote huidzak. Hiermee kan de pelikaan vis uit het water scheppen.
Met zijn korte, kegelvormige snavel kan de vink erg snel de omhulsels van zaadjes breken.
Herken jij de platte en brede snavel van de eend? Ongetwijfeld!
lepelaar wulp kluut reiger
eend vink pelikaan slechtvalk
Hieronder staan vijf namen van vogels. Vervolledig de woorden, zodat de vijf namen verschijnen.
R E I G E R O O I E V A A R K O E K O E K F L A M I N G O S P E C H T
Thema 3 Moestuinen in allerlei vormen Contract 19
Achter Emma’s huis ligt een moestuin die in vijf percelen is verdeeld.
Emma’s ouders kweken er sla, wortelen, prei en aardappelen.
Elk perceel heeft de vorm van een vierhoek.
1 > Geef de beste naam voor elke vierhoek.
a _______________________
b _______________________
c _______________________
d _______________________
e _______________________
2 > Bereken de omtrek van elk perceel.
Omtrek perceel
a: __________________________________________________________________
b: __________________________________________________________________
c: __________________________________________________________________
d: __________________________________________________________________
e: __________________________________________________________________
3 > Emma’s grootouders hebben twee stukjes grond. Het ene stuk is precies het spiegelbeeld van het andere.
a Teken het spiegelbeeld.
b Verdeel de gespiegelde iguur in vier vierhoeken: een vierkant, een rechthoek, een parallellogram en een trapezium.
c b a
d
e
100 m 20 m
80 m
30 m
50 m
40 m
40 m
40 m
40 m
parallellogram trapezium rechthoek ruit
trapezium
(80 m + 40 m)
x2 = 120 m
x2 = 240 m 80 m + 40 m + 100 m + 30 m = 250 m (100 m + 50 m)
x2 = 150 m
x2 = 300 m 40 m
x4 = 160 m
40 m + 80 m + 20 m + 50 m = 190 m
Thema 3 Van den vos Reynaerde Contract 20
1 > Ken jij het prachtige verhaal van de sluwe vos Reynaert? Schrijf de werkwoorden in de tegenwoordige tijd. Zo lees je het begin van dit dierenverhaal.
Koning Nobel (houden) ______________________ een hofdag. Heel veel dieren (klagen) ______________________ over het gedrag van de vos Reynaert.
De koning (luisteren) ______________________ aandachtig naar de wrede verhalen. Hij (vinden) ______________________ de schurkenstreken van Reynaert onaanvaardbaar. De koning (besluiten) ______________________ om Bruun de beer naar de listige vos te sturen. Nobel (willen) ______________________ hem voor zijn gruweldaden straffen. Hij (waarschuwen) ______________________ de beer voor Reynaerts listige streken.
Na een lange tocht door het bos (bereiken) ______________________ Bruun Reynaerts kasteel.
‘Reynaert, ik (moeten) ______________________ je naar koning Nobel brengen’, (zeggen) _____________________
Bruun overtuigend.
‘Ik (kunnen) ______________________ met jou niet meegaan’, (antwoorden) ______________________ de vos.
‘Mijn buik (barsten) ______________________ van de honing’, (liegen) ______________________ hij.
‘Waar (vinden) ______________________ jij die lekkernij?’, (vragen) ______________________ de beer geïnteresseerd.
‘In de eiken van timmerman Lamfroit (vinden) ______________________ je heel veel lekkere honing!’
Beiden (wandelen) ______________________ naar het erf van de timmerman.
‘(Steken ) ______________________ je hoofd tussen die gespleten eik’, (bevelen) ______________________ Reinaert.
De gulzige beer (likkebaarden) ______________________ en (houden) ______________________ zijn hoofd tussen de gespleten boom.
Tussen de gespleten eik (zitten) ______________________ enkele wiggen. Razendsnel (trekken) ______________________ Reynaert de wiggen uit de spleet.
‘Mijn kop zit vastgeklemd’, (kreunen) ______________________ Bruun. De vos (grinniken) ______________________ .
‘(Smullen) ______________________ maar van die lekkere honing’, (grijnzen) ______________________ Reynaert.
Lamfroit (schrikken) ______________________ van Bruuns luid gekreun.
2 > Wat gebeurt er nu met Bruun? Schrijf het vervolg van dit verhaal in de tegenwoordige tijd. Onderstreep in elke zin de persoonsvorm.
____________________________________________________________________________________________________________________________________
____________________________________________________________________________________________________________________________________
____________________________________________________________________________________________________________________________________
____________________________________________________________________________________________________________________________________
____________________________________________________________________________________________________________________________________
houdt luistert
besluit
waarschuwt bereikt
moet zegt
kan barst vind
wandelen vind
klagen vindt
wil
antwoordt liegt
vraagt Steek
likkebaardt zitten
kreunt Smul
schrikt
beveelt houdt
trekt
grinnikt
grijnst
De vos is een erg listig dier. Ben jij ook zo listig?
Som drie positieve karaktereigenschappen van jezelf op. ________________________ , ________________________ en _________________________
En heb je ook negatieve eigenschappen? Schrijf er twee op. ______________________________________ en _____________________________________
3 > Bruun de beer is er niet in geslaagd om Reynaert naar de koning te brengen. De koning stuurt dan Tybeert de kater naar de vos. Hoe zal Tybeert Reinaert overtuigen om mee te gaan? En welke list zal Reynaert nu bedenken? Schrijf het gesprek tussen Tybeert de kater en Reinaert de vos op. Maak daarna een tekening van de ontmoeting van Tybeert met Reynaert.
Tybeert: ______________________________________________________________________________________________________________________________
Reynaert: _____________________________________________________________________________________________________________________________
Tybeert: ______________________________________________________________________________________________________________________________
Reynaert: _____________________________________________________________________________________________________________________________
Tybeert: ______________________________________________________________________________________________________________________________
Reynaert: _____________________________________________________________________________________________________________________________
Tybeert: ______________________________________________________________________________________________________________________________
Reynaert: _____________________________________________________________________________________________________________________________
Tybeert: ______________________________________________________________________________________________________________________________
Reynaert: _____________________________________________________________________________________________________________________________
Tybeert: ______________________________________________________________________________________________________________________________
Reynaert: _____________________________________________________________________________________________________________________________
Tybeert: ______________________________________________________________________________________________________________________________
Reynaert: _____________________________________________________________________________________________________________________________
Tybeert: ______________________________________________________________________________________________________________________________
Reynaert: _____________________________________________________________________________________________________________________________
Tybeert: ______________________________________________________________________________________________________________________________
Reynaert: _____________________________________________________________________________________________________________________________
Tybeert: ______________________________________________________________________________________________________________________________
Reynaert: _____________________________________________________________________________________________________________________________
1 > Vergelijk tekening 1 en 2. Los de vragen op.
❶
Welke veranderingen bemerk je in het landschap?
______________________________________________________________
______________________________________________________________
______________________________________________________________
❷
Noteer twee positieve gevolgen van die veranderingen.
______________________________________________________________
______________________________________________________________
Noteer twee negatieve gevolgen van die veranderingen.
______________________________________________________________
______________________________________________________________
Thema 3 Natuur … schoon Contract 21
2 > Vergelijk tekening 3 en 4. Los de vragen op.
❸
Welke veranderingen bemerk je in het landschap?
______________________________________________________________
______________________________________________________________
______________________________________________________________
❹
Noteer twee positieve gevolgen van die veranderingen.
______________________________________________________________
______________________________________________________________
Noteer twee negatieve gevolgen van die veranderingen.
______________________________________________________________
______________________________________________________________
De weide met de bomen is verdwenen.
In de plaats staat een fabriek.
De huizen zijn door appartementen vervangen.
Een deel van het bos is verdwenen.
In de plaats is er een autosnelweg aangelegd.
De beek is vervangen door een breed kanaal.
Meer werkgelegenheid.
Meer woongelegenheid.
Een groene zone is verdwenen.
Water- en luchtvervuiling.
Milieuvriendelijk verkeer van goederen (over het water). Meer autowegen.
File op de autosnelweg.
Een deel van een groene zone is verdwenen.
Thema 4 Te koop! Contract 22
1 > Elke vrijdagavond doet Emma’s moeder
boodschappen in de supermarkt.
In de rekken ontbreken enkele producten. Schrijf de naam van de producten in de bruine vakken.
2 > Schrijf boven de producten de passende naam in het gele vak.
Kies uit:
vis - deegwaren - drank - groenten - melkproducten 3 > Noteer onder elke
foto de juiste naam van het product.
In elk vakje hoort één letter. Splits eronder het woord waar het kan.
Schrijf in het blauwe vak het woord in het meervoud.
paprika cognac spaghetti pladijs snoekbaars yoghurt
andijvie jenever room lasagne
sla forel wijn boter macaroni
zon-ne-bril zonnebrillen
groenten
andijvie paprika
vis
pladijs snoekbaars
drank
cognac jenever
melkproducten
yoghurt room
deegwaren
spaghetti lasagne
krui-wa-gen
kruiwagens dob-bel-steen
dobbelstenen haar-dro-ger
haardrogers ko-kos-noot kokosnoten
fo-to-toe- stel
fototoestellen kop-te-le-foon
koptelefoons pen-nen-zak
pennenzakken schom-mel-paard
schommelpaarden kur-ken-trek-ker kurkentrekkers
Z O N N E B R I L
F O T O T O E S T E L K O P T E L E F O O N P E N N E N Z A K S C HO MM E L P A A R D K U R K EN T RE K K E R K R U I W A G E N D O B B E L S T E E N H A A R D R O G E R K O K O S N O O T
Thema 4 Een waaier aan producten Contract 23
1 > Het warenhuis ‘De Beste Koop’ zorgt elke dag voor een groot aanbod van verse groenten en fruit.
Appels Kersen Pompelmoezen Bananen Perziken
€ 2,68/kg € 4,96/kg € 1,49/kg € 1,20/kg € 2,98/kg Bereken de prijs voor …
2 kg perziken: 2 x € 2,98 = € _________________________________
½ kg perziken: ____________________________________________
3 kg pompelmoezen: ____________________________________________
¼ kg kersen: ____________________________________________
5 kg bananen: ____________________________________________
¾ kg bananen: ____________________________________________
2 > Noteer de inhoud van de les in de tabel en vul aan.
l dl cl ml
= ________ cl = ________ ml
Zes lessen bevatten __________ l bronwater.
In een halve les zit __________ cl bronwater.
Als ik 2/3 van de les drink, dan blijft er nog
__________ cl water in de les. bronwater 1,5 liter
3 > Welke wijn is het goedkoopst?
Tip: bereken de prijs voor 1 les!
Domaine Puisseguin du Caillouquet
Saint-Emillion Bergerac Clos Vougeot
6 lessen voor 4 lessen voor 3 lessen voor
€ 44,94 € 29,28 € 22,77
G __________________________________________________________
__________________________________________________________
__________________________________________________________
B __________________________________________________________
__________________________________________________________
__________________________________________________________
A ____________________________________________________ OK
4 4 , 9 4 6 - 4 2 7 , 4 9 2 9
- 2 4 5 4 - 5 4 0
Puisseguin: 6 flessen =
E44,94 Bergerac: 4 flessen =
E29,28 Clos Vougeot: 3 flessen =
E22,77
E
44,94 : 6 =
E7,49
E
29,28 : 4 =
E7,32
E
22,77 : 3 =
E7,59
De Bergerac is de goedkoopste wijn.
5,96
E
2,98 : 2 =
E1,49 3
x E1,49 =
E4,47
E
4,96 : 4 =
E1,24 5
x E1,20 =
E6
3 4 van
E1,20 =
E0,90
1 5 150 1500
9 75
50
2 9 , 2 8 4 - 2 8 7 , 3 2 1 2
- 1 2 0 8 - 8 0
2 2 , 7 7 3 - 2 1 7 , 5 9 1 7
- 1 5
2 7
- 2 7
0
4 > In de supermarkt is er een ruime keuze aan vis.
De volledige voorraad vis werd verkocht. Bereken de totale winst.
Vis Hoeveelheid Inkoopprijs E/kg Verkoopprijs E/kg Winst
Staartvis 10 kg 14,05 18,55
Kabeljauw 20 kg 10,35 13,45
Koolvis 30 kg 4,05 5,15
Totale winst:
5 > In een doos zitten 15 vissticks. Een visstick weegt 150 g.
De doos weegt 20 g. Vul de tabel aan.
Per doos
Netto Tarra Bruto
6 >
Welk product weegt juist 3/4 kg? __________________________
Welk product weegt juist 2/5 kg? __________________________
Product + product = 3/4 kg Product - product = 1/5 kg Product x 6 = 1,5 kg
Bereken de prijs per kilogram.
Product 1: _____________________________________________
Product 5: _____________________________________________
Product 6: _____________________________________________
Hoeveel kost 1 kg Tortilla chips?
750 g € 2,10
:3 :3
250 g € __________
4x 4x
1 kg € __________
Hoeveel kost 1 kg gepelde tomaten?
400 g € __________
: _____ : _____
______ g € __________
_____ x _____ x
1 kg € __________
Koekjes 200 g
€ 2,50
Tortilla chips 750 g
€ 2,10
Nootjes 150 g
€ 1,04
Gepelde tomaten 400 g
€ 0,60
Tonijnsalade 250 g
€ 2,40
Pasta 500 g
€ 2,59
1
2
3
4 5 6
E
4,50
x10 =
E45
E
3,10
x20 =
E62
E
1,10
x30 =
E33
E
140
2250 g 2270 g 20 g
Tortilla chips Gepelde tomaten
E
2,50
x5 =
E12,50
E
2,40
x4 =
E9,60
E