• No results found

Inhoud HUISHOUDELIJK REGLEMENT... 9 Lidmaatschap :... 9 Bestuur: Samenstelling bestuur: WEDSTRIJDEN CATEGORIEEN...

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Inhoud HUISHOUDELIJK REGLEMENT... 9 Lidmaatschap :... 9 Bestuur: Samenstelling bestuur: WEDSTRIJDEN CATEGORIEEN..."

Copied!
35
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

K.K.D.B.

v.z.w.

1999

Herzien 4 dec 2001 Goedgekeurd 4 feb 2002

Aangepast 6 feb 2005

Aangepast 15 feb 2006

Aangepast 10 feb 2007

Aangepast 10 feb 2008

Aangepast 9 feb 2010

Aangepast oktober 2015

(2)

Inhoud

HUISHOUDELIJK REGLEMENT ... 9

Lidmaatschap : ... 9

Bestuur: ... 10

Samenstelling bestuur: ... 11

WEDSTRIJDEN ... 11

CATEGORIEEN ... 12

KEIZERSCHIETING ... 12

HET GEMIDDELDE ... 13

JEUGDSCHUTTERS ... 15

SELECTIEWEDSTRIJDEN ... 15

HET PERSOONLIJK KAMPIOENSCHAP ... 17

BONDENKAMP ... 17

KAMPIOENSCHAP 3 PIJLEN. ... 21

VOORSCHIETEN. ... 22

PROPAGANDASCHIETINGEN. ... 23

REGELING BIJ AFSCHOT ... 24

SCHEIDSRECHTERS ... 24

KEUREN TERREIN ... 24

GELDENDE NORMEN ... 25

SPORT- EN SCHIETREGLEMENTEN ... 26

1. TOEPASSINGSGEBIED ... 26

2. SCHIETWIJZE ... 26

3. UITRUSTING VAN DE SCHUTTERS ... 27

4. COMPOUND DIVISIE ... 29

5. BAREBOW DIVISIE ... 30

6. WEDSTRIJDTERREINEN ... 30

7. INLICHTINGEN ... 31

8.VEILIGHEIDSVOORZIENING ... 31

9. WEDSTRIJDLEIDING ... 31

10. HET MARKEREN OF OPSCHRIJVEN VAN DE GESCHOTEN PUNTEN ... 33

11. BETWISTINGEN TIJDENS EEN WEDSTRIJD ... 34

12. DEELNEMERSVOORWAARDEN ... 35

(3)
(4)
(5)
(6)
(7)
(8)
(9)

KONINKLIJKE KEMPISCHE DOELSCHUTTERSBOND ( K.K.D.B. ) v.z.w.

Aansluitend bij de statuten hanteert de bond volgend huishoudelijk reglement :

HUISHOUDELIJK REGLEMENT

Lidmaatschap :

De K.K.D.B. omvat de schuttersverenigingen die reglementair aangesloten zijn bij de K.KD.B. en eventuele losse schutters die voldoen aan de K.K.D.B.- voorschriften.

Tegenover de K.K.D.B. dient elke vereniging of losse schutter bijkomende verplichtingen te volbrengen.

1. Een jaarlijks lidgeld betalen. Dit bedrag wordt tijdens de voorjaarsvergadering bepaald.

Op de vergadering van 1 februari 2015 is dit vastgelegd op € 15 per club en 1€ per schutter op de ledenlijst.

Indien een maatschappij het lidgeld niet tijdig betaald, dit is voor 1 maart van het nieuwe seizoen, zal de schatbewaarder een aanmaning sturen naar de betrokken maatschappij met de vermelding van laattijdige betaling. De losse schutters betalen € 5 (verzekering

inbegrepen).

2. Alle schutters dienen vanaf hun aansluiting verzekerd te zijn, voor de losse schutters zorgt de K.K.D.B. voor een geldige verzekering via de polis verenigingsleven van de grens-

schutters.

3. Het lidmaatschap vangt aan vanop het ogenblik dat de betrokken clubs of schutters hun lidgeld hebben betaald aan de K.K.D.B.

4. Schutters welke reglementair overgaan van vereniging naar vereniging moeten hun overgang schriftelijk geregeld hebben, tussen 1 januari en 15 februari van het nieuwe schuttersjaar.

5. Elk lid dient het schiet- en wedstrijdreglement eigen aan de K.K.D.B. te aanvaarden en te volgen.

6. De ledenlijsten moeten voor 1 maart aan de sportleider van de K.K.D.B. bezorgd worden.

7. Tijdens een schuttersjaar kan en mag een schutter slechts één en dezelfde vereniging verdedigen.

8. Een schutter kan het nieuwe seizoen starten met 2 verschillende wapens. Deze schutters behouden voor ieder wapen hun gemiddelde.

9. Elk lid van de K.K.D.B. mag als Kempense club lid zijn van de Handboogliga vzw.

10. Een club welke als nieuwkomer tot de K.K.D.B. wil toetreden of een club welke na een tijdelijke onderbreking opnieuw wil meedoen, zal een verzoek tot aanvaarding sturen aan het bestuur van de Kempen.

Het gewestelijk bestuur zal zo mogelijke positieve aanvaarding bij de Kempen melden welke dan in een bestuursvergadering ( Raad van Beheer ) met 2/3 van stemmen de vereniging al of

(10)

niet aanvaarden. De uitslag van deze stemming zal tijdens de algemene voorjaarsvergadering medegedeeld worden.

11. Elk lid en elke club kan ontslagneming of uittredend zijn. Men dient het steeds schriftelijk te melden aan het bestuur van de K.K.D.B.. Wanneer een uittredende club een wisselbeker in haar bezit heeft, dient die onverwijld teruggegeven te worden aan de K.K.D.B.. Schutters mogen echter niet de getroffene worden van een uiteenvallende vereniging. Daarom zullen zij hun belangen mogen blijven verdedigen, ten persoonlijke titel, en dit voor het lopende

schuttersseizoen.

12. Schutters en clubs welke niet voldoen aan hun verplichtingen of die betrapt worden op onsportieve daden kunnen door het bestuur gesanctioneerd of desnoods uitgesloten

worden.

13.De clubs moeten hun voorstel een maand voor de algemene najaarsvergadering

binnensturen op het secretariaat. De secretaris zal deze voorstellen overmaken aan alle clubs van de K.K.D.B.. De clubs kunnen dan eventueel wijzigingen aanvragen over dit voorstel of een nieuw voorstel indienen op het secretariaat.

De gevraagde wijzigingen moeten wel binnen zijn de woensdag voor de algemene najaarsvergadering.

14.Om geldig te stemmen moeten minstens 2/3de van de aanwezige clubs hun stem uitgebracht hebben (1 stem per aanwezige club)

Bestuur:

De K.K.D.B. heeft haar eigen voorzitter, ondervoorzitter, sportleider, secretaris en schatbewaarder.

Om de 2 jaar vanaf 2015 twee nieuwe bestuursleden kiezen:

1e maal 2017 - Voorzitter en schatbewaarder en sportleider 2e maal 2019 - Secretaris en ondervoorzitter.

De huidige bestuursleden kunnen zich altijd herkiesbaar stellen.

De verkiezing gebeurt op de najaarsvergadering, de nieuwe bestuursleden nemen hun mandaat op met de voorjaarsvergadering.

Hun mandaat wordt bepaald door de statuten.

Al deze personen vormen het dagelijks bestuur.

Dit bestuur wordt bij gewone vergadering aangevuld door de gewestelijke voorzitters, sportleiders, secretarissen, schatbewaarders en twee afgevaardigden ( per gewest ) van de schutters.

Het bestuur zal :

a) voorstellen doen aangaande, het schiet- en wedstrijdreglement, aanvaardingsvoorwaarden, lidgeld en inleggelden, kalender,

te nemen sancties eretekens en prijzen.

(11)

b) de K.K.D.B.- ploegen opstellen wanneer deze in een kamp de belangen van de K.K.D.B.

moeten verdedigen.

c) de algemene voorjaarsvergadering voorbereiden.

d) de voorstellen en nieuwe reglementspunten opstellen en bepalen.

e) de schietingen regelen en de voorwaarden daarvan aanduiden.

f) onderlinge schikkingen treffen om de sportiviteit en kampgeest aan te wakkeren.

g) de getroffen en genomen beslissingen van de algemene vergadering doen toepassen.

h) de opgelegde taken, uitgeschreven in de statuten, uitvoeren.

Samenstelling bestuur:

Het dagelijks bestuur van de K.K.D.B. ziet er op 01.02.2015 uit als volgt : Voorzitter : Goris Eddy, Kerkhovenakker laan A 31 te 2960 Brecht.

Tel. 03/290.44.68 of 0478/56.08.37- e-mail: e.goris@telenet.be Ondervoorzitter :Marijnissen Frans, Beemdenweg 39 te 2990 Wuustwezel Tel. 03/669.53.29 - e-mail: mariafransmarijnissen@skynet.be Sportleider : Frans Roelen, Kerkveld 6 te 2323 wortel; 033146897

Tel. 0472/99.10.17 - e-mail: frans.roelen@skynet.be

Schatbewaarder : Schrauwen Erik, Ganzendries4 bus 3 te2320 Hoogstraten Tel. 0476/28.72.52 - e-mail: schrauwen.eric@skynet.be

Secretaris : Pelgrims Ludwig, Sint-Niklaasstraat1/1 te 2260 Westerlo

Tel. 014/54.40.99 of 0485/39.03.20 - e-mail: wsswesterlo@ssgw.be

Vertegenwoordigers vanuit de :

Noorderbond:

Roelen Jan, sportleider, Achtelsestraat 96 te 2320 Hoogstraten.

Tel. 03/314.18.76

Verheyen Jos, schuttersafgevaardigde, Lindendreef 22 te 2320 Hoogstraten.

Tel. 03/314.32.84

Jos Verbaeten, Bredaseweg 39a te 2322 Minderhout Tel. 0477/41.84.71

Westerbond:

Denies Henri, schuttersafgevaardigde, Jan Breydelstraat 24 te 2990 Wuustwezel Tel.03/669.84.34

Wens Walter, de schaggelen 127 2390 Westmalle Tel. 03/311 53 21. 0496 57 21 87

Zuiderbond:

____________________

WEDSTRIJDEN

De K.K.D.B. heeft haar eigen wedstrijden waarvoor in onderling overleg het schiet- en wedstrijdreglement wordt vastgelegd.

Men tracht voor elk seizoen een regelmatige kalender op te stellen.

(12)

Volgende schietingen komen in aanmerking :

1. Keizerschieting

2. Persoonlijk kampioenschap 3. Bekerschieting

4. Bondenkamp

5. Kampioenschap 3 pijlen 6. Propagandawedstrijden

7. De selectie wedstrijden welke het persoonlijk kampioenschap voorafgaan.

Aflasten van een wedstrijd, indien een wedstrijd van de KKDB door omstandigheden moet worden afgelast of verplaatst naar een nieuwe datum, zullen alle aangesloten schutters opnieuw kunnen inschrijven.

____________________

CATEGORIEEN

Leeftijd en afstand:

Vanaf 0 t.e.m. 13 jaar 12 meter.

Vanaf 14 t.e.m 15 jaar 20 meter.

Vanaf 16 t.e.m. 17 jaar jeugd 25 meter.

Vanaf 18 t.e.m. 49 jaar seior 25 meter.

Vanaf 50 jaar master 25 meter.

Vanaf 60 jaar veteraan 25 meter.

Vanaf 70 jaar ereveteraan 25 meter.

____________________

KEIZERSCHIETING

1. Elk jaar richt de K.K.D.B. haar keizerschieting in en wel op een dag welke tijdens de voorjaarsvergadering bepaald wordt (de zaterdag voor Onze- Heer-Hemelvaart wordt

daarvoor voorbehouden). De keizerschieting vangt aan om 10.00 uur voor de jeugd op 12 en 20 meter en om 14.00 uur voor de 25 meter schutters.

2. Alleen stopkoningen van de onderscheiden verenigingen en de titeldragende schutter worden voor deze wedstrijd uitgenodigd. De stopschieting moet in elke maatschappij gebeuren tijdens het openstaan van het jaarlijks schuttersseizoen.

Als uiterste datum wordt dit 14 dagen voor de zaterdag van Onze- Heer-Hemelvaart.

Tot en met deze dag mag men de stopkoning in de eigen maatschappij verschieten.

3. Er wordt geschoten op een nationaal blazoen (1 - 10).

4. De stopschieting wordt voorafgegaan door een wedstrijd over 10 pijlen, met 2 proefpijlen, waaraan een geldprijs is verbonden, de schutters trekken zelf pijlen en noteren eveneens de score.

De K.K.D.B. geeft een bedrag vooruit dat mag aangevuld worden door geldelijke sponsoring ( inrichtende maatschappij bv...). = € 2,50 per schutter ?

5. Bij het betalen van het lidgeld moet er een bedrag van € 2,50 betaald worden voor de recurveschutter per vereniging. Dit bedrag moet samen met het lidgeld betaald worden, of gestort op de rekening van de K.K.D.B. en dit voor 1 maart van het nieuwe schuttersjaar.

(13)

Voor de compoundschutters en de jeugd is dit eveneens € 2,50, doch deze betalen € 2,50 op de dag van de schieting aan de sportleider. Dit bedrag wordt volledig in prijzengeld omgezet.

De inschrijving moet op voorhand gebeuren op het adres van de sportleider.

6. Na deze wedstrijd vangt onmiddellijk de keizerschieting aan. Daartoe wordt in het midden van de cirkelroos een buisje van 15 mm diameter gestoken met daarin een ” klapstop ”.

7. De schutter welke in de buis schiet en zo mogelijk de stop doet klappen, is keizer.

8. Elke schutter schiet beurtelings naar de buis. De uittredende keizer van de recurve en compound mag 1 schot vooraf doen met de betrachting zijn titel te verlengen. Schiet deze schutter met zijn pijl in de buis, dan is de wedstrijd beëindigd en ontvangt hij het nieuwe ereteken. Mist hij met zijn eerste pijl, dan staat de titelwedstrijd voor elke deelnemer open.

9. Elke aangevangen ronde moet volledig voltooid worden.

10. De schutter welke nu in een ronde in de buis schiet, is de nieuwe keizer. Schieten er in dezelfde ronde meerdere schutters in de buis dan zullen zij na het verloop van alle beurten, kampen. Daartoe wordt een priem in het midden van de roos gestoken. De schutter welke het dichtst bij de priem schiet is keizer.

11. Wanneer na 10 beurten nog geen keizerschot is gevallen, wordt de buis vervangen door een priem.

12. Na de wedstrijd worden de gewonnen geldprijzen en de 2 eretekens overhandigd.

De geldprijzen worden berekend aan de hand van een gemiddelde met een zeer aanvaardbaar + en - berekening. De eretekens worden aangeschaft door de K.K.D.B.

13. De vereniging waartoe de nieuwe keizer van de recurven behoort zal het volgende jaar moeten instaan voor de inrichting van de keizerschieting.

14. Om een vlot wedstrijdverloop te garanderen, mag er op meerdere doelen geschoten worden wanneer men voor elke doel een redelijke bezetting heeft (minimum 6 schutters).

15. Elke pijl moet onmiddellijk getrokken worden behalve een binnen de buis geschoten pijl.

Deze inslag moet en mag door de betrokken schutter(s) gecontroleerd worden.

16. De schietorde wordt bepaald aan de hand van de inschrijving. De titelverdedigende schutter schiet echter als eerste kandidaat ( kandidate).

Bij afwezigheid van de titelverdediger schiet de plaatselijke koning eerst.

17. De nieuwe keizers ontvangen ten persoonlijke titel een waardevol ereteken.

18. Een geschoten pijl welke de stop doet klappen maar niet in de buis zit, wordt niet aanzien als een titelschot.

19. Wanneer een schutter zich aanmeldt als de wedstrijd al bezig is, kan hij bij de groep aansluiten, maar mag de voorbijzijnde schietbeurten niet meer inhalen.

20. Alle onvoorziene gevallen zullen door de aanwezige bestuursleden behandeld worden op de dag van de wedstrijd.

21. Voor compoundschutters is hetzelfde reglement van toepassing.

____________________

HET GEMIDDELDE

1. Door het gemiddelde verstaan we de gemiddelde waarde van geschoten pijlen op nationaal blazoen 1 - 10. Deze waarde bekomt men door de totale waarde van geschoten pijlen te delen door het aantal geschoten pijlen op eenzelfde blazoen op een voor de schutter voorbehouden doelstand.

2. Elke schutter kan zijn gemiddelde verbeteren.

3. Wanneer een recurveschutter een bepaalde waarde heeft geschoten tijdens een bij voorbaat bepaalde wedstrijd wil de K.K.D.B. de bijzondere prestatie belonen.

Een gemiddelde van 8.5 geeft recht op een bronzen ereteken.

(14)

Een gemiddelde van 9.0 geeft recht op een zilveren ereteken.

Een gemiddelde van 9.3 geeft recht op een gouden ereteken.

Een gemiddelde van 9.5 geeft recht op een masiefzilveren ereteken.

4. Wanneer een compoundschutter een bepaalde waarde heeft geschoten tijdens een bij voorbaat bepaalde wedstrijd wil de K.K.D.B. de bijzondere prestatie belonen.

Een gemiddelde van 9.0 geeft recht op een bronzen ereteken.

Een gemiddelde van 9.3 geeft recht op een zilveren ereteken.

Een gemiddelde van 9.5 geeft recht op een gouden ereteken.

Een gemiddelde van 9.7 geeft recht op een masiefzilveren ereteken.

5. Men kan deze eretekens slechts éénmaal in ontvangst krijgen.

6. Men kan maar 1 ereteken per wedstrijd bekomen.

7. Gewonnen eretekens van 9.5 voor recurve en 9.7 voor compound worden tijdens de voorjaarsvergadering overhandigd. Deze schutter zal op deze vergadering uitgenodigd worden.

De andere eretekens worden uitgereikt na een wedstrijd welke voor de K.K.D.B. in aanmerking komen, dit na een kontrole van de sportleider.

8. Wanneer men het gemiddelde van de schutters kent, kan men hen rangschikken volgens die waarde en aan de hand daarvan reeksen opstellen waarbij de schutters onderling in wedstrijd kunnen gegroepeerd worden.

9. Hoe meer pijlen geschoten worden zoveel te beter kan men een juister gemiddelde bepalen.

10. De wedstrijden welke in de de K.K.D.B. in aanmerking komen om een startgemiddelde te bereiken zijn:

Voor een nieuwe schutter : a. de selectiewedstrijden

b. de beker- en kampioenschapswedstrijd ( ook gewestelijk).

11. Wanneer een schutter uit een andere bond of gewest getransfereerd wordt zal zijn gemiddelde, behaald in dat gewest, dienen als startgemiddelde voor de K.K.D.B..

Indien het een schutter betreft die niet op de ledenlijst van de K.K.D.B. staat dient hij zijn gemiddelde te laten meedelen door de voorzitter van zijn club en dit aan de sportleider van de K.K.D.B. als de betrokken schutter dit verzuimt start hij in de 1ste categorie.

Dit is eveneens geldig voor compoundschutters. Voor wipschutters die overstappen naar doelschutters moeten zo snel mogelijk een gemiddelde laten kennen.

12. Volgende schietingen worden aanvaard tot herberekening vertrekkende vanuit het startgemiddelde ( omgerekend tot 100 pijlen ) :

a. de selectiewedstrijden

b. de beker- en kampioenschapsschieting.

c. het gewestelijk kampioenschap

13. Na het schietseizoen wordt het gemiddelde herwerkt aan de hand van behaalde resultaten in bovenvermelde wedstrijden. De behaalde score wordt samen met het startgemiddelde, herwerkt tot het nieuwe gemiddelde voor het komend seizoen.

V.b. gemiddelde van 2015 + 4selectiewedstrijden + Kamp. Kempen + Gewest Kamp.

Aantal schot 100 4X30=120 + 30 + 30 = 280 schot.

8.66 dit is het startgemiddelde voor 2016.

Nieuwe schutters starten van nul en bouwen zo na een jaar een gemiddelde op.

14. Hoe meer aangeduide schietingen een schutter doet, hoe beter men zijn juiste gemiddeldewaarde kan berekenen.

15. Dit geldt eveneens voor de compoundschutters.

16. Jeugdschutters die van 12 naar 20 meter overstappen, of van 20 naar 25 meter starten dat jaar zonder gemiddelde.

(15)

OVERGANG NAAR ANDERE KATEGORIE

Een schutter welke op 1 januari 14 jaar is, schiet op 20 meter en wie 16 jaar is schiet op 25 meter en schiet gans het jaar in de categorie. Hetzelfde principe geldt voor de andere categorieën.

JEUGDSCHUTTERS

Men is jeugdschutter vanaf de leeftijd van 0 jaar t.e.m. 17 jaar. Deze schieten op volgende afstanden:

Vanaf 0 t.e.m. 13 jaar 12 meter.

Vanaf 14 t.e.m 15 jaar 20 meter.

Vanaf 16 t.e.m. 17 jaar jeugd 25 meter.

Vanaf 18 jaar is men senior.

Schietterrein: De doelen voor de jeugschutters 12 en 20 meters zullen in het begin en op het einde van de doellijn geplaatst worden.

_____________________

SELECTIEWEDSTRIJDEN

1. Er zijn 4 selectiewedstrijden die het persoonlijk kampioenschap voorafgaan. De datums worden elk jaar bekend gemaakt op de jaarlijkse algemene vergadering.

2. De wedstrijden staan onder de leiding van een hoofdscheidsrechter als er minder dan 70 schutters aan lijn zijn en een hulpscheidsrechter als er meer dan 70 schutters aan de lijn zijn.

3. Aanvang van de wedstrijd 14 uur met een pauze van 15 min.

4. Aantal schot = 30 voorafgegaan door 2 proefpijlen.

5. Inschrijvingen gebeuren steeds na het versturen van een uitnodiging, met een deelnemers- formulier per vereniging door de sportleider. De clubs doen na ontvangst van de

inschrijvingen het nodige voor de selectiewedstrijden (klaarmaken van de pelotons).

6. Inschrijvingsgeld is € 2,50 per schutter tenzij er op de jaarlijkse algemene vergadering een wijziging wordt aangevraagd. Het inschrijvingsgeld wordt aan de inrichter betaald hetzij individueel of gezamenlijk per vereniging.

7. De inrichter maakt na elke selectiewedstrijd een uitslag en doet de prijsuitreiking voor het persoonlijk kampioenschap.

8. De verdeling van het inschrijvingsgeld is als volgt: € 1,00 is voor de inrichtende club voor onkosten van de doelen, € 1,00 gaat naar de prijzengelden, en € 0,50 dient voor aanschaf van bekers of prijzen voor het kampioenschap van de K.K.D.B.

9. De inrichtende clubs zorgen zelf voor scheidsrechters om de wedstrijd te leiden;

Bij een selectiewedstrijd mag men in de voormiddag eventueel een mini-propagandawedstrijd organiseren.op dezelfde wijze als een selectiewedstrijd waar er dan max. 10 schutters van de inrichtende club mogen schieten die dan in de namiddag zeker aan het helpen zijn.

De prijsverdeling bij de selectiewedstrijden is als volgt bepaald:

1) Als er 5 schutters of minder in een reeks zitten dan maar € 2,50 uitbetalen 2) Als er tussen de 5 en de 10 schutters zijn, dan € 2,50 en € 5,00

3) Als er tussen de 10 en 15 schutters zijn dan € 2,50, € 5,00 en € 7,50

(16)

BEKERSCHIETING EN PERSOONLIJK KAMPIOENSCHAP

1. Tijdens de voorjaarsvergadering bepaalt de algemene vergadering de dag waarop de bekerschieting en tegelijkertijd het persoonlijk kampioenschap geschoten worden.

2. Tegelijkertijd wil zeggen dat de pijlen geschoten om de bekerschieting ook tellend zijn voor het persoonlijk kampioenschap, voor die schutters welke door elke vereniging aangegeven worden om de beker per ploeg te verdienen. Schutters die in een bekerploeg staan moeten lid zijn voor 15 februari van het lopende jaar.

3. De schutters die buiten een ploeg vallen kunnen tegelijkertijd mee overschieten om het persoonlijk kampioenschap.

4. De bekerschieting is een ploegenwedstrijd waarvoor elke aangesloten club een ploeg van 5 schutters + 1 reserve mag aanduiden tot het behalen van de beker 1ste vijftal.

De reserve van het eerste vijftal schiet niet mee op de doel van het vijftal, zelfs als er maar zes schutters van deze club deelnemen. Hetzelfde voor het tweede vijftal.

Daarbij is er ook een beker 2de vijftal te behalen waarvoor elke vereniging 1 of meerdere groepen van 5 schutters + 1 reserve mag aanduiden.

Bovendien is er een beker te behalen door die vereniging welke het schietgemiddelde van de 1ste ploeg, het best verbetert of het dichtst benadert, indien er van geen verbetering sprake is.

Het gemiddelde waartegen moet geschoten worden, is berekend aan de ploegresultaten van de voorgaande 2 bekerschietingen waaraan telkens een volledig 1ste vijftal heeft meegedaan.

5. Wanneer een tweede vijftal van een maatschappij wordt ingeschreven dan is de eerste opgeschreven schutter de reserve van het 1ste vijftal.

6. De reserve komt in aanmerking wanneer een effectieve schutter boogbreuk heeft, onherstelbare schade lijdt of bij onvoorziene omstandigheden moet stoppen.

De geschoten resultaten van een uitgevallen schutter blijven steeds meetellen. De reserve vult desnoods maar aan. Deze schutter telt ook mee voor het tweede vijftal.

7. De schieting verloopt over 30 pijlen (2 x 15) voorafgegaan door 2 proefpijlen door de wedstrijdleider aan te duiden.

8. Er wordt geschoten op nationaal blazoen 1 - 10. Twee schutters per doel, in lijn, met beurtwisseling bij het opgaan volgens het ABC-beurtrolsysteem.

9. Schiettijd met lichten aan te duiden. Dubbele optekening van de geschoten pijlen.

10. De ploegen staan geschikt volgens de behaalde uitslagen van voorafgaande bekerschieting.

Daar er voor elke vijftal 1 genummerde doel en schietstand zijn aangeduid wordt elk schot, geschoten op een ander doel, als een buitenschot opgeschreven.

11. Binnen de aangegeven tijd moeten alle schutters aan de sportleider K.K.D.B. bekend gemaakt worden en ingeschreven worden.

12. Voor elke ploeg (al of niet uit 5 schutters) wordt een inleg geëist. Elke schutter betaalt bovendien een inschrijvingsgeld.

13. Die vereniging wint de beker waarvan haar vijftal de hoogste score heeft behaald. Bij gelijke punten telt als afschotgetal de som van de laatst geschoten pijl van de schutters van het vijftal.

14. Wanneer een tweede vijftal meer punten schiet dan het eerste vijftal van dezelfde

maatschappij, zal het scoretotaal van het tweede vijftal voor de beker 1ste vijftal opgeschreven worden. De punten van het 1ste vijftal worden opgetekend in de uitslag van de beker 2de vijftal.

15. De winnaar van de bekerschieting zal als eerste de eerste keuze hebben om de

bekerschieting in te richten het volgend jaar, wensen zij niet in te richten dan zal er overgaan worden tot een lottrekking tussen de kandidaat- inrichters.

(17)

Iedere club krijgt de mogelijkheid om het kampioenschap in te richten. Om hiervoor in aanmerking te komen moeten clubs zich kandidaat stellen voor de najaarsvergadering. Zij moeten ook aanwezig zijn, volmacht telt niet. De toewijzing zal gebeuren door lottrekking.

16. Elke schutter van het winnend 1ste vijftal krijgt een medaille toegewezen. Indien de reserve moet invallen zal ook hij een medaille ontvangen. De eretekens worden aangeschaft door de K.K.D.B.

17. Er wordt ook een wisselbeker voorzien door Raymond Geeraerts voor compoundploegen.

Een compoundploeg bestaat uit 3 schutters en er moeten minstens 2 drietallen meeschieten. Er mogen meerdere compound drietallen per club worden opgesteld.

18. De overhandiging van de geschoten wisselbeker en eretekens zullen na controle van de uitslag, ter plaatse gebeuren.

____________________

HET PERSOONLIJK KAMPIOENSCHAP

1. Het persoonlijk kampioenschap wordt geschoten over 90 geldende pijlen. Deze 90 pijlen worden geschoten tijdens 3 van de 5 selectiewedstrijden waarop telkens 30 pijlen worden geschoten.

2. De deelnemende schutters moeten bij voorbaat ingeschreven zijn.

3. In vergelijking met de rangschikking van het gemiddelde (van hoog naar laag) kan men de ingeschreven recurveschutters onderverdelen in reeksen van 15 schutters ,ook schutters met eenzelfde gemiddelde moeten in eenzelfde categorie.

Bij deze reeksen komen er ook reeksen voor nieuwe schutters. Het zijn schutters waarvan de K.K.D.B. nog geen gemiddelde heeft.

In uitzonderlijke gevallen kan het bestuur ingrijpen indien het schuttersaantal verkleint door andere categorieën te maken.

4. De best geklasseerde senior, dame, jongere, masters van 60-64 of veteraan 65-69 jaar of veteraan + 70 jaar een bijzonder ereteken als kampioen behalen.

5. Daar de 30 pijlen van het kampioenschap tegelijkertijd geschoten worden met de pijlen van de bekerschieting zullen de schietreglementen voor de bekerschieting tevens gelden voor de schutters welke niet in ploegverband schieten.

6. De gewonnen eretekens worden door de K.K.D.B. aangeschaft en ter plaatse overhandigd.

Er zijn 3 prijzen per categorie.

7. Dit geldt eveneens voor de compoundschutters en 12 meter schutters en 20 meter schutters

____________________

BONDENKAMP

In afspraak met het gewest Essen heeft er een jaarlijkse schuttersontmoeting met bijbehorende schieting plaats op de eerste zondag na 15 augustus van het lopende jaar.

Deze ontmoeting is de ‘topdag’ en de schieting de ‘topwedstrijd‘voor de K.K.D.B., niet alleen om de zin van het gebeuren, maar vooral om de voorwaarden tot deelname als schutter in één van de onderscheiden ploegen. Door toedoen van wijlen Senator J.Jespers van de K.K.D.B. en wijlen de heer Ed. Backx, voorzitter van het gewest Essen, kwam deze ontmoeting tot stand.

(18)

Vanaf de aanvang moest deze wedstrijd een bijzondere dag worden. Daarom werd er op aangedrongen deze ontmoeting in volle belangstelling en bekendheid te brengen en de elite- schutters van beide gewesten in lijn te brengen.

Om de belangstelling te wekken werd er : 1. Een opvallende propaganda gevoerd.

2. De gemeentelijke en geestelijke overheid, alsmede de voor de inrichtende vereniging, belangrijke personen, uitgenodigd.

3. Een verzoek gericht aan het gemeentebestuur tot een waardige medewerking en

ondersteuning, hetzij door een ontvangst op het gemeentehuis ( of ) het aanbieden van een receptie en ( of ) het schenken van een ereprijs.

4. Voorzien aan de winnende ploegen en schutters waardevolle prijzen te geven, welke door de inrichters aangeschaft worden.

5. Jammer genoeg zijn al de goedbedoelde inzetten met de jaren verloren gegaan. We denken maar aan de feestelijke optocht, de ontvangst op het gemeentehuis, de medewerking van BLOSO, de ereprijzen van beide voorzitters. Toch moet men blijven streven om deze ontmoeting als een echte verbroedering te behouden naast de waardevolle prestaties en sportieve bekamping van alle belanghebbenden.

Aan de inrichtende maatschappij wordt bij hoogdringendheid gevraagd, bijzondere aandacht te hebben bij het aanduiden van het schietterrein.

De eisen waaraan het terrein moet voldaan staan vermeld in het schietreglement van de K.K.D.B. .

Het gewestelijk bestuur moet inzicht krijgen van de schietgelegenheid.

ZO BEGON HET.

In 1947 nodigde de K.K.D.B. het gewest Essen uit, voor een eerste bondenkamp. Er zou dus tussen de Noorder-, Wester-, en Zuiderbond en het gewest Essen onderling gekampt worden.

Slechts twee jaar schoot Essen tegen de afzonderlijke bonden met een groot overwicht. Vanaf 1949 kampte Essen tegen een Kempische selectie samengesteld uit schutters van Noord, West of Zuid.

De vooropgestelde ontmoeting kreeg vanaf 1950 een onderlinge Kempische kamp bij, want de verschillende Kempische bonden schoten voor een bijgevoegde wisselbeker, met dien

verstande dat de gewestelijke schutters, opgesteld in de eliteploeg tegen Essen, ook hun gewestelijke bond door die pijlen konden verdedigen.

De verschillende besturen van Kempen en Essen pasten onderling de reglementen aan, aan de gangbare evolutie van en bij het handboogschieten. Daarbij trachtte men steeds

gelijkwaardige kampen te krijgen en moedigde men de deelnemers aan door het schenken van meerdere waardevolle prijzen.

Vanaf 1947 schoot men op blazoen 1 - 6, en vanaf 1949 op 1 - 10. In 1968 werd er ook een veteranenploeg +65 jaar opgesteld om in ploegverband te kampen om een wisselbeker.

In 1969 werden 15 schutters in de eliteploeg opgesteld en kwam er buiten de veteranenploeg ook een wedstrijd voor dames bij.

In 1970 werd er wederzijds een jongerenploeg (- 18 jaar) in lijn gebracht en vanaf 1980 kwam een tweede ploeg veteranen (60 - 64 jaar) bij. De bijgevoegde ploegen bestonden altijd uit 5 effectieve + 1 reserve.

(19)

Vanaf 1983 werd er beslist dat alle ploegen (seniors, dames, jongeren en veteranen samen, Noorder - Wester - en Zuiderbond ) zouden schieten tegen hun eigen gemiddelde, dat berekend wordt aan de hand van de uitslagen behaald tijdens de voorafgaande drie jaren.

Dit gemiddelde wordt bij voorbaat bekend gemaakt.

Iedereen die lid is van de KKDB kan aan deze bondenkamp meeschieten.

Reglement Bondenkamp

1/ Al de wedstrijden tussen de verschillende ploegen gaan over 30 pijlen, 25m 1 pijlstelsel.

De eerste beurt over 16 pijlen, een kleine pauze, een tweede beurt over 14 pijlen . De wedstrijd vangt aan met 2 proefpijlen, na de pauze geen proefpijl.

2/ Mogen aan de wedstrijd deelnemen , alle geselecteerde schutters van de Kempen en van Essen Schutters welke in beide federaties (Essen- Kempen)aangesloten zijn kunnen de bondenkamp niet mee schieten. De ledenlijsten van de K.K.D.B. en Essen zullen vergeleken worden, met het

lidmaatschap van de Handboogliga wordt geen rekening gehouden.

3/ De beide besturen zijn gemachtigd bij ongunstige weersomstandigheden de Bondenkamp af te gelasten of opschorten. Valt de opschorting voor het 16e schot dan wordt de wedstrijd als niet geschoten beschouwd. Valt de opschorting na het 16e schot dan telt de wedstrijd voor dat jaar.

4/ De wedstrijd wordt geschoten tegen het gemiddelde van het lopende jaar (Herklassering).

5/ De ploegen van de Kempen en Essen bestaan uit

*Jeugd 12 meter vanaf …..jaar t.em. 13 jaar 5 schutters

*Jeugd 20 meter vanaf 14 jaar t.em. 15 jaar 5 schutters

*Jeugd 25 meter vanaf 16 jaar t.em. 17 jaar 5 schutters

*Masters vanaf 50 jaar t.em. 59 jaar 5 schutters

*Veteranen vanaf 60 jaar . t.em. 69 jaar 5 schutters

*Ereveteranen vanaf 70 jaar t.em. ….. jaar 5 schutters

* Dames 5 schutters

* Compound 5 schutters

* Seniors 25 schutters

* Reserven 5 schutters

Bij een voltallige bezetting 140 schutters dit is 28 doelen

De datum van 1 januari telt als richtlijn voor het bepalen van de ouderdom en de categorieën.

6/ De doelverdeling zal gebeuren volgens een beurtrol.

De doelen voor de 12 en 20 meters zullen altijd als eerste staan.

In 2015/ Essen,KKDB,Essen, KKDB. enz

De reeksen staan per 5 schutters samen opgesteld op 1 doel. Zowel van de K.K.D.B. als van Essen. De seniors worden van hoog naar laag gemiddelde opgesteld. Verder hebben we dan voor elk van de volgend e categorieën1 doel: jeugd 12m - 1 doel, jeugd 20m - 1 doel, jeugd 25m - 1 doel, Masters - 1 doel, Veteranen- 1 doel Ereveteranen - 1 doel, Dames - 1 doel , Compound – 1 doel ,1 Reserven - 1 doel.

Ieder jaar wisselt men van startvolgorde.

7/ Nakamp.

Recurve: 5 schutters van Essen en 5 schutters van de K.K.D.B. ( hoogste van die dag geschoten) Compound: 2 schutters van Essen en 2 schutters van de K.K.D.B. (hoogste van die dag geschoten) De schutters zullen op 1 lijn schieten. Deze volgorde is gekoppeld aan de volgorde van de opstelling seniors doelen, dus in 2015 eerst de 5 schutters van Essen en dan de 5 Schutters van de K.K.D.B., vervolgens de 2 compounds van de Essen en dan de 2 compounds van de K.K.D.B.

De schutters blijven achter de schietlijn staan. De K.K.D.B. en Essen duiden de personen aan welke de pijlen trekken de punten noteren en de scoreformulieren bijwerken.

De nakamp word geschoten over 10 pijlen vooraf gegaan door 2 proefpijlen. Bij onvoorziene omstandigheden kunnen beide besturen beslissen om de nakamp terug te brengen naar 5 pijlen.

(20)

Bij gelijkheid van punten door 2 of meerdere schutters zal men keer op keer 1 schot toevoegen tot er een beslissing valt.

8/ Voor alle individuele uitslagen telt bij gelijkheid van punten het laatste schot als afschot.

9/ Er worden geen proefpijlen toegestaan bij pijl of peesbreuk. Voor een zieke schutter of bij onherstelbare materiaalbreuk kan een reserveschutter ingeschakeld worden.

10/ Er word geschoten met lichten volgens het ABC-beurtrolsysteem. De schutters moeten de tijdslimiet van 45 seconden respecteren. Pijlen geschoten buiten de tijdslimiet zullen als 0 opgetekend worden,

De schutters moeten zich ook houden aan de beurtrol van het ABC-systeem.

11/ Om de veiligheid optimaal te garanderen moet het schietterrein vrijgegeven worden door de scheidsrechters van dienst. Bij elke onveilige situatie wordt het schieten onmiddellijk onderbroken.

12/ De prijzen worden uitgereikt door de inrichtende club.

13/ PRIJZEN…… DE SCHUTTERS STAAN OPGESTELD VOLGENS HUN GEMIDDELDE DUS VAN HOOG NAAR LAAG.

De jeugd 12 meter en 20 meters ontvangen een medaille.

Verder is er 1 prijs per doel hoogste schutter (€ 5,00) en 1 prijs per doel voor de schutter welke zijn gemiddelde het best verbeterd heeft (€ 3,00). Dit mag niet de schutter zijn welke winnaar is met de hoogste punten.

De wisselbeker ere voorzitter Marcel Verbaeten zal aan de hoogste schutter van de winnende JEUGD ploeg overhandigd worden.

De wisselbeker oud voorzitter Jozef de Smedt zal aan de hoogste schutter van de winnende VETERANEN ploeg overhandigd worden.

De wisselbeker Eric Galle zal aan de hoogste schutter van de winnende DAMES ploeg overhandigd worden.

De wisselbeker Maria Van Gorp Nick sport zal aan de hoogste Compound schutter van de winnende ploeg overhandigd worden.

De wisselbeker senator Arnold Van Aperen zal aan de hoogste schutter van de winnende SENIORS ploeg overhandigd worden.

14/ Volgorde prijsuitreiking.

Jeugd 12m / Jeugd 20m / Jeugd 25m / Ereveteranen / Veteranen / Masters / Dames / Seniors / Nakamp

15/ Verantwoordelijke voor de wisselbekers.

De sportleiders van de K.K.D.B. en Essen zijn verantwoordelijk voor de gewonnen wisselbekers in hun gewest.

16/ Scheidsrechters.

De wedstrijd staat onder de leiding van 1 scheidsrechter van de K.K.D.B. en 1 scheidsrechter van Essen.

17/ Uitmaak wedstrijd.

De wedstrijd wordt uitgemaakt door de sportleiders van beide gewesten, of hun vervangers.

18/ De sportleiders zorgen ervoor dat de schrijfpelotons in orde zijn voor de wedstrijd.

19/De inrichters zorgen voor alle bekers, geldprijzen, medailles , een programmaboekje waarin alle ploegen vermeld staan en de winnaars van de voorbije nakampen, zij geven een herinnering aan alle deelnemers .

20/ Bij onsportieve houding of daad van een schutter kan de leiding in samenspraak met de besturen sancties nemen.

21/ Met dit reglement aangaande de Bondenkamp vervallen alle voorgaande reglementen.

Opgemaakt en ondertekend door beide bonden op 10 maart 2015 Voor de kempen . Goris Eddy- Marijnissen Frans en Roelen Frans Voor Essen .Van Ginneken Ludo- Van Doren lucien en Mol Rinus

(21)

KAMPIOENSCHAP 3 PIJLEN.

1. De K.K.D.B. bepaalt tijdens de voorjaarsvergadering dag, uur en plaats van het kampioenschap 3 pijlen. Aan deze schieting mogen alle aangesloten en in orde zijnde schutters deelnemen.

2. De wedstrijd word geschoten op een nationaal blazoen (1 - 10) van 60 cm diameter, maar compoundschutters kunnen een tri-of vierspot blazoen voor de afstand van 25 m vragen.

3. Inleg voor deze wedstrijd bedraagt € 5,00, en wordt als volgt verdeeld: € 1,50 voor de inrichtende club voor de onkosten van de doelen en € 3,50 € voor de K.K.D.B. - door diegenen die de inschrijvingen en uitslag verzorgen te besteden aan de prijzen (medailles en geldprijzen).

4. De inleg voor deze schieting kan enkel na aanvraag aan het bestuur gewijzigd worden en goedgekeurd op de jaarlijkse algemene vergadering.

5. De K.K.D.B. staat in voor de verdeling van het prijzengeld eveneens voor de eretekens.

6. Prijzen 15 schutters per reeks volgens een kapsysteem in te delen na de kwalificatieronde van 12 x 3 pijlen. Het zijn geldprijzen.

7. Dit geldt eveneens voor compoundschutters, en 12-meter- en 20-meterschutters.

8. WEDSTRIJDVERLOOP:

1) 2 x 3 proefpijlen 2) kwalificatieronde:

- 12 x 3 pijlen

- Er staan max. 3 schutters per doel en men schiet volgens het ABC-beurtrolsysteem.

- De recurve- en compoundschutters blijven gescheiden bij de doelindeling.

- Bij een gelijke puntenstand zal het afschot (score van de laatste 3 pijlen) de doorslag geven en eventueel de scores van de voorgaande reeksen van 3 pijlen tot een

ongelijkheid wordt gevonden.

3) nakamp:

- geschoten door de drie beste schutters per categorie - 3 x 3 pijlen met eventueel shoot-offs

- Er staat één schutter per doel, waarbij de drie schutters per categorie die tegen elkaar kampen naast elkaar staan.

- Indien twee of drie schutters in een bepaalde categorie na 9 pijlen een gelijke puntenstand hebben, zal er met behulp van één of meerdere shoot-offs de winnaar aangeduid worden. Bij een shoot-off schiet de betreffende schutter één pijl, waarna gekeken wordt of de score t.o.v. de tegenstrever(s) doorslaggevend is geweest. Als na één shoot-off de scores tussen de tegenstrevers gelijk blijft, herhaalt men de procedure totdat er minstens één punt verschil is in de score en er bijgevolg een afvaller is.

- Indien bepaalde geselecteerden niet aan de nakamp wensen deel te nemen, zullen waar nodig vervangers de resterende plaatsen invullen tot er drie schutters per categorie aan de lijn staan. Schutters die zich voor de nakamp afmelden, verwittigen zelf tijdig het secretariaat.

4) opmaak uitslag en prijsuitreiking:

- kwalificatiereeks: kapsysteem, reeksindeling en geldprijzen idem selectiewedstrijd - nakamp: per categorie medailles voor de drie beste schutters en een geldprijs voor de Winnaar

5) bediening lichten: max. 120 sec voor 1 x 3 pijlen (90 sec groen licht – 30 sec oranje licht)

(22)

6) De ‘grote’ tien geldt voor alle categorieën.

7) Bij slechte weersomstandigheden en/of weinig deelnemers kan de voorziene buitenschieting een indoorwedstrijd worden (indien terrein met schutterslokaal dit toelaat).

9. CATEGORIEËN:

1) recurve 25 meter: bij nakamp uitsplitsing over heren recurve en dames recurve 2) compound 25 meter

3) recurve 20 meter 4) recurve 12 meter 5) compound 20 meter 6) compound 12 meter

NIEUWE SCHUTTERS

Wat zijn nieuwe schutters voor de K.K.D.B.?

Dit zijn schutters die voor de eerste maal voorkomen op een ledenlijst van een Kempisch aangesloten club. Schutters welke nog nooit voor de Kempen hebben geschoten, maar al meerdere jaren op een ledenlijst staan van een Kempense club zijn geen nieuwe schutters.

De ouderdom van deze beginnende schutter is niet bepaald.

Wipschutters ?

Deze zijn schutters die reeds een handboog gehanteerd hebben en zijn geen nieuwe schutters, deze moeten een gemiddelde voorleggen aan de sportleider van de K.K.D.B. via hun

maatschappij. Bijv. schietingen onderling of van op oefendagen, anders starten deze schutters in 1ste categorie.

Overstap van recurve naar compound of omgekeerd ?

Deze schutters die overstappen naar recurve of compound zijn geen nieuwe schutters indien zij reeds aangesloten zijn bij de K.K.D.B.en zij behouden hun gemiddelde niet.

Schutters uit een ander gewest of gilde?

Deze schutters zijn eveneens geen nieuwe schutters. Zij moeten tevens hun gemiddelde kenbaar maken via hun maatschappij aan de sportleider van de K.K.D.B., anders starten deze schutters in 1ste categorie.

____________________

VOORSCHIETEN.

Aan mogelijke scheidsrechters van de zondagswedstrijd wordt toegestaan dat ze de

voorafgaande officiele propagandawedstrijdof mini- propaganda schieten als geldend voor de schieting van de zondagnamiddag indien ze daarvoor opgesteld worden. Dit geldt ook voor bepaalde helpers ( 10 ) indien zij de zondagnamiddag moeten instaan voor de hulp en bediening, maar zij dienen dan ook effectief aanwezig te zijn bij hun opdracht.

Zij mogen niet in aanmerking komen voor het 1ste vijftal of reserve daarvan bij een bekerschieting. Zij moeten tevens bij de ingeschreven schutters zijn.

De schutters van het 2de vijftal mogen eveneens niet voorschieten, ook de reserve schutters mogen niet voorschieten.

(23)

PROPAGANDASCHIETINGEN.

Propagandaschietingen worden in de K.K.D.B. aanzien als beschermde wedstrijden indien ze gegeven worden de dag voor een erkende bondswedstrijd.

Voor deze wedstrijd gelden in elke bond dezelfde afspraken, als daar zijn:

* De schieting is toegankelijk voor alle boogschutters al of niet aangesloten bij een vereniging of federatie, zonder onderscheid.

* Aanvang 14 uur.

* Het inleggeld wordt bij de inschrijving aanbetaald.

Deze bedraagt € 2,50, ook op 12 en 20 meter kan geschoten worden.

* Een wedstrijd gaat over 30 x 1 pijl voorafgegaan door 2 x 1 proefpijl.

* Volgende prijsverdeling wordt voorzien : 3 prijzen per reeks - 10 schutters per reeks Bijv. 70 schutters, is 7 reeksen van 3 prijzen.

72 schutters, is 7 reeksen van 3 prijzen.

73 schutters, is 7 reeksen van 3 prijzen + 1 reeks van 1 prijs.

77 schutters, is 7 reeksen van 3 prijzen + 1 reeks van 2 prijzen.

80 schutters, is 8 reeksen van 3 prijzen.

1e prijs € 7,50 – 2e prijs € 5,00 – 3e prijs € 2,50

Deze prijzen kunnen eventueel vervangen worden door bekers.

Aan de inrichters wordt gevraagd of zij op de strooibiljetten of affiches vermelden of het geldprijzen of bekers toekent.

De categorieën bestaan zoveel mogelijk uit hetzelfde aantal schutters.

Indien dit niet mogelijk is zijn het steeds de hoogste reeksen (of is het de hoogste reeks) welke 1 schutter meer hebben (of niet).

Verder wordt slechts 1 ploegenprijs toegekend. Hiervoor worden de beste 4 scores van iedere deelnemende vereniging samengesteld. Voor de compoundschutters bestaat de ploeg uit 3 schutters.

Nakamp

Na afloop van de schieting wordt een nakamp van tienmaal 1 pijl gehouden.

De deelnemers hieraan moeten tijdens de pauze opgegeven worden.

Er zijn voor de inrichters twee verplichte reeksen: ‘Heren’, 1 schutter per vereniging en

‘Dames’, aantal onbeperkt. De winnaars worden tot Dagkoning, respectievelijk Dagkoningin uitgeroepen en ieder van hen bekomt een prijs.

Het staat de inrichters vrij om voor deze nakamp nog meer prijzen uit te loven, bijv. ‘Jeugd’, onder de 18 jaar op 1 januari van het lopende jaar, aantal onbeperkt en/of ‘Veteranen’, 60 jaar of ouder op 1 januari van het lopende jaar, aantal onbeperkt. Voor de compoundschutters mag er 1 schutter per maatschappij deelnemen aan de nakamp.

In alle klassementen beslist de formule van het afschot in geval van gelijke punten.

Alle onvoorziene gevallen en eventuele betwistingen worden door het dagelijks bestuur van de bond geregeld.

(24)

REGELING BIJ AFSCHOT

Het gebeurt maar al te dikwijls dat schutters een gelijke uitslag behalen. Dan wordt de rangschikking met de daarbijbehorende toekenning van de prijzen met het afschot geregeld.

Het afschot is het laatst behaalde resultaat.

Bij 1-pijlschieting is dit de laatste pijl.

Bij 3-pijlenschieting is dit het totaal van de laatste reeks van 3 pijlen.

Bij een ploegenwedstrijd is dit het totaal van de laatste pijl welke door elke schutter is geschoten.

Bij een ploegenwedstrijd 3 pijlen telt het totaal van de laatste 3 pijlen van elke ploegschutter samen.

Het gebeurt ook dat bij het afschot laatste pijl, er nog een gelijkheid is.

Dan vergelijkt en rangschikt men volgens de voorlaatste geschoten pijl of reeks.

Desnoods blijft men vergelijken tot men een verschil aantreft.

____________________

SCHEIDSRECHTERS

Indien het passend of soms noodzakelijk is, kan in afspraak met de verantwoordelijke een erkende scheidsrechter van buiten eigen regio gevraagd worden.

Voor de wedstrijden van de K.K.D.B. is het de inrichtende club die de scheidsrechters vraagt om een wedstrijd te leiden.

Meestal is het noodzakelijk dat er twee scheidsrechters per wedstrijd fungeren. De helpers van de scheidsrechters worden door de inrichtende vereniging aangeduid als daar zijn: een persoon om de lichttijd te bedienen, meerdere personen om blazoenen te verwisselen op aanduiding van de scheidsrechters.

Meestal zijn de scheidsrechters ook schutters. Indien een scheidsrechter als schutter in aanmerking komt om eigenlijk tijdens een door hem te leiden wedstrijd te schieten, dan mag hij zijn wedstrijdpijlen schieten tijdens de voorafgaandelijke propagandawedstrijd.

Na een geleide wedstrijd wordt een verslag opgemaakt dat samen met de

hoofdverantwoordelijke besproken wordt. Aan de scheidsrechters wordt gevraagd dat deze een verslag van de wedstrijd opmaken en dit verslag naar de secretaris van de K.K.D.B.

versturen.

Mogelijke genomen beslissingen of uitgesproken sancties moeten steeds verantwoord zijn.

De inrichtende vereniging zal een overeengekomen financiële vergoeding (€ 20,00) aan elke scheidsrechter betalen.

KEUREN TERREIN

Indien een wedstrijd van de KKDB doorgaat op een ongekend terrein dit eerst laten keuren of inspecteren door 2 scheidsrechters.

De scheidsrechters kunnen nooit verantwoordelijk gesteld worden voor ongevallen tijdens een wedstrijd van de K.K.D.B..

____________________

(25)

GELDENDE NORMEN

Schietingen Deelnemers Wedstrijd pijlen

Aanvang Inleg Bond Per deelnemer

Reeksen Prijzen

selectiewedstrijden K.K.D.B.-schutters 30 14 uur €2,50 per schutter 3 prijzenper reeks van 15 schutters

Persoonlijk kampioenschap

K.K.D.B.-schutters 30 14 uur €2,50 per schutter 3 prijzen

per reeksvan 15 schutters Hoogste senior

Hoogste dame masters 50 j veteraan 60 jaar ereveteraan 70 jaar en jeugd 12 en 20

meter - de K.K.D.B. zorgt

voor de eretekens 5 schutters per ploeg

+ 1 reserve 2 of meer ploegen

30 14 uur € 1,25 per ploeg Beker 1ste 5-tal

Beker 2de 5-tal dit zijn wisselbekers

Verbetering van het gemiddelde + 5 medailles voor

het 1ste vijftal - de K.K.D.B. zorgt

voor de eretekens Keizerschieting Alle stopkoningen

K.K.D.B.

10 vooraf en dan tot keizerschot of max.10 schot. Dan priem

10 uur jeugd 14 uur

rec &

comp

€ 2,50 geldprijzen +

eretekens de K.K.D.B. zorgt

voor de eretekens

Propaganda wedstrijd

Alle schutters 30 14 uur €2,50 per schutter per reeks 15 schutters

3 prijzen per reeks prijs voor de nakamp

en voor het ploegenklassement Kampioenschap

3 pijlen

K.K.D.B. schutters 36 + nakamp

over 9 pijlen door

de 3 beste schutters

per categorie

14 uur €5,00 per schutter selectiewedstrijd: 3 prijzenper reeks van

15 schutters - nakamp: per categorie medailles

voor de3 beste schutters en een geldprijs voor de winnaar - de K.K.D.B. zorgt voor

de geldprijzen Bondenkamp Geselecteerden K.K.D.B.

25 sen. 5 jeugd 5 dames 5 masters +60j - 5 veter

+65j 5 compound schutters

5 jeugd 20m.

5 jeugd 12m.

30 14 uur Geen inleg Wisselbekers + per

Doel van 5 schutters 2 geldprijzen Eretekens voor nakamp 2 De inrichtende maatschappij zorgt

voor de eretekens

(26)

Konincklijke Kempische doelschuttersbond SPORT- EN SCHIETREGLEMENTEN

1. TOEPASSINGSGEBIED

Het hierbij beschreven K.K.D.B.- reglement is van toepassing tijdens elke officiële wedstrijd.

Elk lid van de Kempen (schutter, organisator, scheidsrechter en bestuurslid) heeft de taak er naar te streven deze normen zo stipt mogelijk toe te passen.

Het behoort tot de bevoegdheid van de sportleiders de toepassing van deze voorschriften op te leggen en te controleren.

Dit reglement is toepasbaar zowel voor wedstrijden met 1 pijl als voor wedstrijden met 3 pijlen.

Veiligheid : Het is niet meer toegelaten om een boog aan te trekken boven de doelen,

schutters die dat wel doen moeten hun schietwijze aanpassen of er kunnen sancties genomen worden.

Het is de bedoeling dat de verantwoordelijke van de clubs hier vooral aandacht aan besteden gedurende de opleiding van nieuwe of jonge schutters.

- De wedstrijden welke volgens het ABC systeem geschoten worden, moeten de

schutters aan de lijn komen volgens het scoreblad, indien niet en het wordt opgemerkt dan zullen hun schoten als buitenschoten genoteerd worden.

- Schutters welke naar de WC moeten, worden verzocht op voorhand de scheidsrechter te verwittigen.

- Schutters welke aan de lijn materiaalpech hebben, een stap terug zetten, boog in de hoogte en de scheidsrechter op de hoogte brengen van hun pech.

De geschoten pijlen mogen enkel door de schutters gehaald worden. Kinderen, vrienden, familieleden, enz. zijn niet meer toegelaten in de schietzone, omdat ze niet verzekerd zijn.

De leiding : Elke wedstrijd van de Kempen zal geleid worden onder toezicht van één of meerdere door de K.K.D.B. erkende scheidsrechters.

____________________

2. SCHIETWIJZE

2.1 EEN PIJL :

De schutters zullen schieten volgens een vooraf bepaalde beurtrol.

De maximum tijd om een pijl te schieten zal 45 sec. bedragen.

De wedstrijden één-pijlstelsel zullen steeds aanvangen met twee proefpijlen.

Deze proefpijlen zullen niet geteld worden.

Blazoen: Er zal geschoten worden op een blazoen van 60 cm diameter (geel midden) op 25 meter.

Het toegelaten verschil in maatafwijking van het blazoen zal bij het meten de 2 mm niet mogen overschrijden in eender welke zone en 3 mm op de totale diameter van 60 cm.

Zij zullen gemeten vanaf het middelpunt van de tien 1,30 m van de grond geplaatst worden.

Met een toegestane tolerantie in afwijking van 5 cm naar onder of naar boven.

De afstand tussen het midden van twee schietschijven/blazoenen zal 1,60 m bedragen.

(27)

Aantal schutters per doel: voor de één-pijlwedstrijd worden maximum 6 schutters per doel opgesteld. Alleen bij de bekerschieting en de bondenkamp zijn het 5 schutters per doel.

Iedere pijl die buiten de tijdsgrens is geschoten, wordt ongeldig verklaard.

Indien men materiaalbreuk heeft, dient men de scheidsrechter te verwittigen. De schutter krijgt dan 20 minuten de tijd om zijn materiaal te herstellen.

2.2 DRIE PIJLEN :

Er is toegelaten twee reeksen van drie pijlen vooraf te schieten als proefpijlen, dit onder de leiding van de scheidsrechter. Deze proefpijlen zullen niet geteld worden.

De wedstrijd drie-pijlenstelsel zullen steeds gebeuren naar een veelvoud van drie pijlen (12 reeksen van drie pijlen).

De maximum tijd om een reeks van drie pijlen te schieten, zal 2 minuten bedragen.

Iedere pijl die buiten de tijdsgrens geschoten wordt, is ongeldig en voor die reeks wordt de pijl met de hoogste puntenwaarde afgetrokken.

De overige regels zijn dezelfde als bij de 1-pijlwedstrijd.

2.3 EEN EN DRIE PIJLEN :

Bij uitzonderingen van gehandicapte personen zullen de schutters in staande houding schieten, zonder steun en zich houden met een voet aan iedere kant van de schietlijn.

Een pijl zal niet aangerekend worden als zijnde geschoten, als de pijl in de 3-meterzone ligt en het geen terugkerende pijl betreft.

Een pijl zal niet aangerekend worden als zijnde geschoten indien een blazoen of doel omverwaait.

De scheidsrechter neemt naar zijn/haar eigen menig, de nodige beslissingen om voldoende extra tijd te geven om de reeds geschoten pijlen opnieuw te schieten.

Elke vorm van mondelinge bijstand aan de schutter, die zich op de schietlijn bevindt, is toegelaten zolang de andere schutters niet gestoord worden, dit vanachter de wachtlijn.

Als een schutter zijn pijl weggeschoten heeft, dient hij onmiddellijk de schietlijn te verlaten (en niet wachten tot zijn mede schutter heeft geschoten).

____________________

3. UITRUSTING VAN DE SCHUTTERS

Dit artikel geeft het type van uitrusting die de schutters mogen gebruiken tijdens de wedstrijden.

Er mag eveneens gebruik gemaakt worden van een uitrusting die in dit artikel niet vermeld of bepaald is, mits voorafgaande toestemming van de scheidsrechter.

In dit geval is het noodzakelijk voor de wedstrijd de uitrusting of het gedeelte waarvoor de toelating gevraagd wordt, voor te stellen.

3.1. EEN BOOG:

Moet voldoen aan de beschrijving van het principe zoals verstaan wordt om het

boogschieten te bedrijven d.w.z. een instrument met een middenstuk en twee werparmen eindigend in een top alwaar de pees wordt bevestigd. De boog wordt gespannen door een enkele pees, die direct verbonden is met de toppen van de werparmen. Tijdens het ontspannen wordt de boog vastgehouden met één hand aan het middenstuk terwijl met de vingers van de andere hand de pees wordt gespannen, gehouden en losgelaten. Een multi-kleur middenstuk is

(28)

toegelaten alsook de merknaam op de binnenzijde van de bovenste arm.

Een compoundboog kan alleen in een afzonderlijke categorie worden toegelaten.

3.2. EEN BOOGPEES:

Mag vervaardigd zijn uit eender welk aantal draden van het gekozen materiaal voor dit doel, Met een centrale serving voor het plaatsen van de trekhand en het aanduiden van het

nokpunt. Voor het bepalen van een nokpunt mogen één of twee ringetjes geplaatst worden.

Aan beide uiteinden zijn twee lussen voorzien om te plaatsen op de toppen van de

werparmen. Er mag ook een kisser geplaatst worden met een maximum diameter van 1 cm.

De serving mag NIET voorzien zijn van een PEEPSIGHT of eender welk merkteken dat het mikken kan beïnvloeden.

3.3. PIJLSTEUN: ( regelbaar of niet )

Mag verstelbaar zijn maar niet elektrisch of elektronisch bediend kunnen worden. Mag ook niet gebruikt worden als hulp bij het mikken. Het drukpunt mag niet verder dan 4 cm naar binnen (gemeten vanaf het pivotpunt) geplaatst worden.

3.4.VIZIER:

Voor het mikken is een vizier toegestaan, maar NOOIT meer dan één.

Een vizier op de boog gemonteerd voor het mikken wat toelaat te corrigeren op zowel wind als hoogte, is onderworpen aan volgende bepalingen:

1. In het vizieroog mag zich geen prisma, lens of ander vergrotingsmiddel bevinden, noch mag er meer dan één vizierpunt in aangebracht worden. Een verlengstuk waarop het vizier gemonteerd wordt, is toegelaten.

2. Een plaatje of tape met de aanduiding van de afstanden mag op de boog worden aangebracht, maar mag geen hulp bieden bij het mikken.

3.5. STABILISATOREN en TFC’s:

Zijn toegelaten behalve als ze dienen als:

1. Peesgeleiders

2. Iets anders aanraken dan de boog.

3. Een hinder betekenen voor de andere schutters aan de schietlijn.

3.6. PIJLEN:

Mogen van eender welk type zijn, zolang ze voldoen aan de beschrijving van het woord pijl, gebruikt om het handboogschieten te beoefenen en dat deze niet onnodige beschadigingen aanbrengen aan het blazoen of het doel.

Maximum diameter = 9,3 mm Pijldikte = 23.17

Een pijl bestaat uit een schacht met een punt, nok en veren.

De pijlen van een deelnemer moeten gemarkeerd zijn, op de pijlschacht, met zijn naam of initialen.

Alle pijlen (3 of 6) geschoten in dezelfde reeks moeten voorzien zijn van dezelfde tekening van veren en nokken.

3.7. VINGERBESCHERMER:

Vingerbeschermers zijn toegelaten onder eender welke vorm zolang ze geen hulp bieden bij het spannen, houden en lossen van de pees.

Een blokje tegen het knijpen van de pijl tussen de vingers is toegestaan alsook een

(29)

ankerplaatje.

Een gewone handschoen, want of een gelijkaardig middel mag aan de hand gedragen worden, maar niet aan de grip bevestigd zijn. Het mag niet mechanisch zijn.

3.8. OPTISCHE MIDDELEN:

Verrekijkers en andere optische middelen mogen gebruikt worden om pijlen te lokaliseren in het doel zolang ze de andere schutters op de schietlijn niet hinderen.

Gewone brillen, speciale schietbrillen of zonnebrillen mogen gedragen worden als ze niet voorzien zijn van microlenzen of gelijkaardige hulpmiddelen die gebruikt kunnen worden als hulp bij het mikken. Het glas van het niet-gebruikte oog mag volledig dichtgeplakt worden of een ooglapje mag gedragen worden.

3.9. ACCESSOIRES:

Zijn toegelaten: zoals armbeschermers, borstbeschermers, polsriemen, pijlkokers en boogstaanders, voetmerkers die niet hoger zijn dan 1 cm van de grond.

3.10. UITZONDERINGEN:

Een persoon die een handicap heeft en gebruik dient te maken van hulpmiddelen bij het boogschieten, zal toegelaten worden indien hij een medisch attest kan voorleggen bij het bestuur van de K.K.D.B..

4. COMPOUND DIVISIE

Worden toegelaten binnen de volgende bepalingen.

Alle types van toegevoegd materiaal, behalve als ze elektrisch of elektronisch zijn.

4.1. COMPOUNDBOOG:

De compoundboog heeft een algemene omschrijving idem als de recurveboog behalve dat het maximum gewicht hier beperkt wordt tot 60 pounds (lb).

Het spannen van de compoundboog gebeurt d.m.v. een mechanisch systeem bestaande uit een combinatie van kabels en/of energetische wielen.

De boog wordt gespannen door een enkele pees, direct verbonden tussen de toppen van de werparmen in het wiel of cam of vastgemaakt aan de kabels via het wiel of cam.

Kabelhouders en kabelgeleiders zijn toegelaten.

4.2. PEES:

Idem als recurve, behalve dat er een PEEPSIGHT mag geplaatst worden.

4.3. VIZIER:

Idem als recurve, behalve dat ze hier wel prisma, lenzen of ander optisch vergrotings- materiaal zijn toegelaten.

4.4. VINGERBESCHERMER :

Idem als recurve, behalve dat ze hier wel hulp mogen bieden bij het spannen, houden of lossen van de pees.

Ze mogen niet elektrisch of elektronisch zijn en mogen niet verbonden zijn met de boog.

Men mag gebruik maken van een mechanische losser.

Al het materiaal is onderworpen aan dezelfde regels als voor de recurve divisie.

Voor deelnemers in alle divisies is het volgende materiaal verboden:

(30)

Eender welk elektronisch communicatiemiddel zoals mobiele telefoons (mag wel in trilstand of stille functie gezet worden) of koptelefoons voorbij de wachtlijn.

5. BAREBOW DIVISIE

5.1. BAREBOWBOOG:

Idem als recurve, behalve dat de boog “BLOOT” moet zijn en vrij van eender welke markeringen die zouden kunnen gebruikt worden als hulpmiddel bij het mikken.

Er mogen geen markeringen zijn op de binnenzijde van de bovenste werparm.

Geïntegreerde TFC’s zijn toegelaten zolang ze niet gebruikt worden voor het monteren van stabilisatoren. Alle gewichten, ongeacht de vorm van verlengstukken, niet onder een hoek geplaatst en mogen niet schokabsorberend zijn. De boog moet compleet met accessoires door een diameter van 12,2 cm (tol. circa 0,5 mm) gehaald kunnen worden.

5.2. PIJLENSTEUN:

De beschrijving is identiek aan die van de recurveboog, behalve dat bij de barebow divisie deze enkel mag geplaatst worden BINNEN het venster van de boog.

Al het andere materiaal moet aan de regels voldoen zoals beschreven in recurve divisie.

____________________

6. WEDSTRIJDTERREINEN

6.1. HET SCHIETVELD:

Moet in winkelhaak gezet worden en de afstand zal met de nauwkeurigheid gemeten worden vanaf het punt vertikaal gelegen onder het geel van ieder blazoen tot aan de schietlijn.

6.2. DE WACHTLIJN:

Zal getrokken worden op een afstand van minstens vier/vijf meter achter de schietlijn.

6.3. DRIE-METER LIJN:

Zal getrokken worden op drie meter voorbij de schietlijn.

6.4. DOELEN:

De doelen worden geplaatst onde de reglementaire helling van 0° tot 15°.

Ze zijn genummerd en worden naast elkaar in één rechte lijn gezet.

Op de schietlijn worden de overeenstemmende standnummers geplaatst.

6.4. bis :

De center van het geel zal zich op 1,30 m van de grond bevinden (een afwijking van 5 cm naar onder of naar boven is toegestaan).

6.5. AFSTAND TUSSEN DE DOELEN:

Als er twee schutters gelijk aantreden, moet de afstand tussen de doelen minimum 1,60 m zijn, gemeten van center tot center.

(31)

6.6. BOGENLIJN:

Zal getrokken worden op minstens 5 m achter de wachtlijn.

Deze zone dient enkel voor de bogen en is uitsluitend toegankelijk voor deelnemers.

6.7. TENTENLIJN:

Zal getrokken worden bij voorkeur op 5 m achter de bogenlijn.

Deze zone dient voor zit- en staanplaatsen van de toeschouwers en paraplu’s van maximum 1,80 m diameter

Tenten dienen achter de tentenlijn geplaatst te worden. Paraplu’s met een zeil worden aanzien als een tent.

6.8. BLAZOENEN:

Alle blazoenen moeten tijdens de pauze vevangen worden.

____________________

7. INLICHTINGEN

7.1. Naam van de inrichtende vereniging, juiste plaats en ligging van het schietterrein, met nauwkeurige vermelding van het adres, eventueel een routebeschrijving.

7.2. Een contactadres met vermelding van een telefoon- en/of GSM-nummer en e-mailadres.

____________________

8.VEILIGHEIDSVOORZIENING

Er moet steeds aanwezig zijn : Een E.H.B.O.- kit.

Telefoonnummer van de plaatselijke geneesheer van wacht voor eventuele ongevallen.

____________________

9. WEDSTRIJDLEIDING

9.1. DE LEIDING VAN OFFICIELE WEDSTRIJDEN VAN DE K.K.D.B.:

Zal onder toezicht van 2 scheidsrechters gebeuren indien er meer dan 70 schutters aan lijn zijn .

9.2. VERGOEDING:

Per wedstrijd is een forfaitair bedrag vastgesteld op € 20,00.

9.3. LEIDEN EN CONTROLEREN:

Een scheidsrechter zal aangezocht worden om een wedstrijd te leiden en te controleren.

Deze zal eveneens verantwoordelijk zijn voor genomen en te behouden

veiligheidsmaatregelen op het terrein. De scheidsrechter zal de wedstrijd leiden door middel van fluitsignalen :

- één fluitsignaal zal het startsein van elke schietbeurt betekenen.

(32)

- twee fluitsignalen zullen voor de schutters het einde van hun schietbeurt aangeven.

- drie fluitsignalen zullen het teken voor de schutters zijn om zich naar de doelen te begeven voor het noteren en terughalen van de pijlen.

Een reeks van 5 korte fluitsignalen zal een teken zijn voor het onmiddellijk staken van de wedstrijd. Dit betekent gevaar!!!

Indien de wedstrijd onderbroken wordt gedurende een reeks, voor om het even welke reden, zal één fluitsignaal het teken voor hernemen zijn.

9.3. BIS FLUITSIGNALEN:

Fluitsignalen kunnen vervangen worden door automatische geluiden doch het fluitsignaal van de scheidsrechter heeft steeds voorrang.

9.4. VERANTWOORDELIJKHEID:

De scheidsrechter zal eveneens verantwoordelijk zijn voor : 1. De inspectie van de uitrusting;

2. Het verloop van de schieting in overeenstemming met het huidige reglement;

3. De scheidsrechterlijke uitspraak bij geschillen en bij klachten betreffende de wedstrijd en het toekennen van de punten;

4. Het opmaken van een wedstrijdverslag, te bezorgen aan het secretariaaat van de K.K.D.B..

9.5. GESPANNEN BOOG:

Geen enkele schutter mag zijn boog spannen achter de schietlijn.

Als een schutter voor het begin van de wedstrijd of tijdens de rustperiode zijn boog voorzien van een pijl spant en deze zou lossen, opzettelijk of niet, zal deze pijl hem aangerekend worden voor de te schieten reeks, en zelfs als hij het blazoen raakt of niet raakt , zal het schot als een buitenschot opgetekend worden.

9.6. OP DE SCHIETLIJN:

Gedurende het verloop van de wedstrijd zullen alleen die schutters die

aan de beurt zijn, zich op de schietlijn bevinden. Al de anderen zullen zich met hun

materiaal achter de wachtlijn moeten houden. Na het schieten van zijn pijl of de laatste van zijn drie pijlen, begeeft de schutter zich onmiddellijk achter de wachtlijn. Hij mag deze plaats betreden om zijn boog te corrigeren.

9.7. ANDER MATERIAAL:

Een schutter mag aan het materiaal van een andere schutter niet komen, zonder toelating van de eigenaar. Een schutter die zich na het begin van de wedstrijd aanbiedt, verliest het aantal reeds geschoten pijlen.Indien de scheidsrechter hierbij echter een geval van overmacht meent te moeten vaststellen, mag de betrokken schutter bij het einde van de reeks, de ontbrekende pijlen inhalen.

3-pijlen wedstrijd: maximum 12 inhaalschoten onder toezicht van de scheidsrechter.

1-pijl wedstrijd: maximum 4 inhaalschoten onder toezicht van de scheidsrechter.

9.8. DE LICHTEN:

Moeten zodanig opgesteld staan dat zij over gans het schietterrein duidelijk zichtbaar zijn.

Bij gebruik van lichten wordt als volgt te werk gegaan:

- Rood licht + 2 geluidsignalen: de schutters van de eerste beurt komen aan de schietlijn.

Referenties

Outline

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Construeer (teken nauwkeurig) in alle drie de gevallen de resulterende kracht met behulp van de parallellogramconstructie. Zie de figuren hiernaast. Schrijf onder de figuren hoe

Aan het begin van iedere nieuwe zittingsperiode worden in de eerste vergadering van het algemeen bestuur de voorzitter, de leden van het dagelijks bestuur voor de

4 Indien er sprake is van zaken waarbij belangenverstrengelingen aan de orde (kunnen) zijn bij leden van Nationaal Bestuur, de Directie of bij de externe accountant in relatie tot

De kasseien van de Moskesstraat en de S-bocht in het centrum van gaststad Overijse zullen op 13 april opnieuw sleutelpunten zijn in de 62ste editie van De Brabantse Pijl.. Krijgen

14.2 De bestuurder zal vertrouwelijke informatie niet buiten de raad van bestuur brengen of openbaar maken aan het publiek of op andere wijze ter beschikking van derden

Wij adviseren u om voor navigatie de afstanden te gebruiken per situatie en niet het totaal als maatstaf te gebruiken.. Indien u een keer verkeerd rijdt

Het is evenmin juist, dat dit huis (het oude huis WIDDERSHOVEN) door de gemeente zou zijn aangekocht en gesloopt. Feit is, dat de gemeente alleen toestemming

De “ad hoc” commissies Algemene Klinische Chemie (bestaande uit de collegae Slaats, Voorbij na- mens de VAL, Lombarts, Kreutzer en Backer) en He- matologie (bestaande uit de