Inspectierapport
BSO Rataplan (BSO) De Koeldert 26 4181CK Waardenburg
Registratienummer 186264689
Toezichthouder: GGD Gelderland-Zuid
In opdracht van gemeente: Neerijnen
Datum inspectie: 01-05-2017
Type onderzoek: Jaarlijks onderzoek
Status: Definitief
Datum vaststelling inspectierapport: 11-05-2017
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave... 2
Het onderzoek ... 3
Observaties en bevindingen ... 4
Overzicht getoetste inspectie-items ... 8
Gegevens voorziening... 10
Gegevens toezicht ... 10
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum ... 11
3 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 01-05-2017
BSO Rataplan te Waardenburg
Het onderzoek
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek is uitgevoerd op grond van artikel 1.62 lid 2 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen. Het betreft een onaangekondigd jaarlijks onderzoek.
Het onderzoek heeft zich voornamelijk gericht op de pedagogische praktijk, de werkwijze van de groep, de beroepskracht-kind ratio, personeelsgegevens, veiligheid en gezondheid en meldcode kindermishandeling en een gesprek met de manager.
Beschouwing
Deze beschouwing beschrijft de resultaten bij de uitgevoerde inspectie. Na de feiten over het kindercentrum en de inspectiegeschiedenis, volgen in hoofdlijnen de bevindingen. Deze worden elders in dit rapport per domein uitgewerkt.
Algemene feiten
Buitenschoolse opvang Rataplan (BSO) is gevestigd in kinderdagverblijf Dribbel aangrenzend is basisschool De Waerdenburght gevestigd. De kinderdagverblijf groepen zijn gesitueerd rondom een ruime speelhal. De BSO heeft een eigen groepsruimte met 10 kindplaatsen met 1 vaste
pedagogisch medewerkster.
Inspectiegeschiedenis
November 2015: er zijn geen tekortkomingen geconstateerd (locatie gevestigd te Haaften).
Vanaf april 2016 is BSO Rataplan gevestigd op huidige locatie. Tijdens het onderzoek voor registratie en onderzoek na registratie werden er geen tekortkomingen geconstateerd.
Bevindingen op hoofdlijnen
De huidige inspectie betreft een onaangekondigde reguliere inspectie. Naar aanleiding van het onderzoek is geconstateerd dat alle getoetste inspectie items voldoen aan de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen.
Voor een nadere omschrijving en toelichting op bovenstaande, verwijs ik u naar de desbetreffende inspectie-items in het rapport.
Advies aan College van B&W Geen handhaving.
Observaties en bevindingen
Pedagogisch klimaat
Pedagogische praktijk
Mogelijkheid bieden van emotionele veiligheid.
Er heerst een ontspannen, open sfeer in de groep.
Observatie
De meeste kinderen tonen in hun gedrag dat ze zich op hun gemak voelen. Drie kinderen spelen op de mat met auto's, blokken en dieren. Twee kinderen spelen samen met een groot speelhuis met meerdere verdiepingen. Ze hebben een rijkelijke fantasie en hebben het zichtbaar naar de zin. De beroepskracht reageert op een warme en ondersteunende manier.
Mogelijkheid bieden tot ontwikkeling van persoonlijke competentie
Kinderen hebben de mogelijkheid om (leer) ervaring op te doen dankzij de groep, spelmateriaal, activiteitenaanbod en inrichting.
Observatie
Het programma bestaat uit vrij spel en gestructureerde individuele en groepsactiviteiten men werkt in thema's. Tijdens de inspectie is het thema "gezondheid" en hebben de kinderen een ambulance gemaakt, vol trots bespreken ze hun werkstukken tijdens het eten. De beroepskracht geeft aan dat er veel gebruik wordt gemaakt van het grote schoolplein waar veel mogelijkheden zijn om te spelen.
Het spelmateriaal wat wordt aangeboden past bij de leeftijd, ontwikkelingsfase, lichamelijke en geestelijke mogelijkheden van een kind. Het materiaal maakt emoties los van p lezier, verrassing, verwondering, ongeduld of teleurstelling. Er is spelmateriaal om individueel mee te spelen maar ook in groepsverband (gezelschapsspelletjes en bouwmateriaal als blokken, mechanical ect.) Beroepskracht stimuleren de kinderen zelf hun keuzes te maken voor spelmateriaal en
daarnaast stimuleert ze de kinderen om spelmateriaal te kiezen dat bijdraagt in hun ontwikkeling.
Mogelijkheid bieden tot ontwikkeling van sociale competentie De beroepskrachten ondersteunen de kinderen in hun onderlinge interactie.
Observatie
Er is ruimte voor zowel rustige als drukke activiteiten, zowel binnen als buiten zijn er voldoende mogelijkheden. De groep biedt kinderen de mogelijkheid te leren omgaan met verschillen tussen groepsgenootjes. Er wordt samen een bouwwerk gemaakt op de mat van blokjes en auto's. De kinderen zoeken contact met de beroepskracht zodra ze er zelf niet meer uitkomen, de
beroepskracht luistert en geeft sturing zonder het probleem op te lossen en zorgt dat alles in goede banen verloopt.
Overdracht waarden en normen
Beroepskrachten hanteren de waarden en normen uit het pedagogisch beleid als vanzelfsprekende leidraad voor hun professioneel handelen.
Observatie:
Beroepskracht legt de kinderen uit welke omgangsvormen ze verwacht van de kinderen.
Bijvoorbeeld geen speelgoed van elkaar afpakken, niet slaan, niet vloeken. Ze legt uit waarom ze dit niet wil en geeft ook aan hoe kinderen ermee om kunnen gaan als dit toch gebeurt en op wie ze kunnen terugvallen. Samen met de kinderen lost ze kleine voorvallen op en geeft ook
complimenten als de kinderen zelf tot een oplossing zijn gekomen.
Conclusie
5 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 01-05-2017
BSO Rataplan te Waardenburg
Uit bovenstaande voorbeelden blijkt dat de vier pedagogische basisdoelen uit de Wet kinderopvang voldoende worden gewaarborgd.
Gebruikte bronnen:
Interview houder en/of locatieverantwoordelijke (Clustermanager R. Oerlemans)
Interview (vaste invalkracht)
Observaties (vrijspelen, eten en drinken)
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De beroepskracht en invalkracht beschikken over een Verklaringen omtrent het gedrag (VOG), hiermee voldoet men aan de gestelde voorwaarden.
Passende beroepskwalificatie
De beroepskracht en invalkracht beschikken over een diploma conform de CAO kinderopvang.
Opvang in groepen
De buitenschoolse opvang Cool Cat bestaat uit één basisgroep met een vast beroepskracht en invalkracht en heeft maximaal 10 kindplaatsen in de leeftijd van 4 tot 13 jaar.
Beroepskracht-kindratio
Er is een steekproef genomen uit de kindaanwezigheidslijsten en de personee lsplanning van de maand april. Hieruit is gebleken dat de beroepskracht-kindratio voldoet aan de eisen en was er geen aanleiding om de steekproef uit te breiden.
Tijdens de inspectie zijn er 5 kinderen en de vaste invalkracht aanwezig.
Hiermee voldoet men aan de gestelde voorwaarden Beroepskracht-kindratio.
Gebruikte bronnen:
Observaties (vrijspelen, eten en drinken)
Diploma beroepskracht
Verklaringen omtrent het gedrag
Presentielijsten (maand april)
Personeelsrooster (maand april)
7 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 01-05-2017
BSO Rataplan te Waardenburg
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid met bijbehorend plan van aanpak is uitgevoerd door de houder in op 25 mei 2016. Er is gecontroleerd op inhoud en volledigheid, onder andere is gekeken naar de datum van inventarisatie en of de inhoud de actuele situatie betreft. Omdat de BSO naar een groter groepsruimte is verhuisd zijn er wat veranderingen en aanpassingen gemaakt in de inventarisatie. In de praktijk is gekeken naar de kennis van de beroepskracht met betrekking tot de risico-inventarisaties en de mogelijkheden die worden geboden om ervan kennis te kunnen nemen. Uit interview blijkt dat de beroepskracht op de hoogte is van de signalen waar men op moet letten en welke stappen men moet nemen bij een vermoeden.
Hiermee voldoet men aan de gestelde voorwaarden.
Meldcode kindermishandeling
De meldcode kindermishandeling is voor de beroepskracht makkelijk te vinden op de computer. De meldcode staat regelmatig op de agenda van het werkoverleg. In de praktijk is gekeken naar de kennis van de beroepskrachten met betrekking tot de meldcode en de mogelijkheid om kennis te kunnen nemen van het protocol.
Hiermee wordt voldaan aan de gestelde voorwaarden.
Gebruikte bronnen:
Risico-inventarisatie veiligheid (25 mei 2016)
Risico-inventarisatie gezondheid (25 mei 2016)
Actieplan veiligheid (ingezien)
Actieplan gezondheid (ingezien)
Ongevallenregistratie
Meldcode kindermishandeling
Overzicht getoetste inspectie-items
Pedagogisch klimaat
Pedagogische praktijk
De houder draagt zorg voor uitvoering van het pedagogisch beleidsplan.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor het waarborgen van emotionele veiligheid.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van persoonlijke competentie te komen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt er zorg voor dat de kinderen de mogelijkheid krijgen om tot ontwikkeling van sociale competentie te komen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
De houder draagt zorg voor de overdracht van normen en waarden.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 2, 3 en 4 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 7 lid 1 sub a Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Personeel en groepen
Verklaring omtrent het gedrag
De houder en personen werkzaam bij de onderneming waarmee de houder het kindercentrum exploiteert zijn in het bezit van een verklaring omtrent het gedrag die is afgegeven na 1 ma art 2013.
(art 1.50 lid 3 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
De verklaring omtrent het gedrag van een stagiaire, uitzendkracht of vrijwilliger is niet ouder dan twee jaar.
(art 1.50 lid 4, 8 en 9 en 1.57 lid 1, 2, 3 en 5 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Passende beroepskwalificatie
Alle beroepskrachten beschikken over een voor de werkzaamheden passende beroepskwalificatie zoals opgenomen in de meest recent aangevangen cao kinderopvang.
(art 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 3 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 4 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Opvang in groepen
De opvang vindt plaats in basisgroepen.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 5 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
9 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 01-05-2017
BSO Rataplan te Waardenburg
De basisgroep bestaat uit maximaal twintig kinderen in de leeftijd van 4 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 1 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) OF De basisgroep bestaat uit maximaal dertig kinderen in de leeftijd van 8 jaar tot de leeftijd waarop het basisonderwijs voor die kinderen eindigt.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 1 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 2 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen) Beroepskracht-kindratio
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 4 jaar.
- 1 beroepskracht per 10 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.
Bij kinderen van verschillende leeftijden in één groep wordt het minimale aantal beroepskrachten berekend met de rekentool op www.rijksoverheid.nl.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 3 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen) OF
De verhouding tussen het aantal beroepskrachten en het aantal feitelijk gelijktijdig aanwezige kinderen in de groep bedraagt ten minste:
- 2 beroepskrachten en een extra volwassene per 30 aanwezige kinderen in de leeftijd vanaf 8 jaar.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 4 en 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen)
Minstens de helft van het aantal vereiste beroepskrachten wordt ingezet wanneer er tijdelijk wordt afgeweken van de beroepskracht-kindratio.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 4 lid 2 en 3 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 6 lid 8 Regeling kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen)
Veiligheid en gezondheid
Risico-inventarisatie veiligheid en gezondheid
De houder heeft een risico-inventarisatie veiligheid betreffende de actuele situatie.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 2 lid 5 Regeling kwaliteit kinderopvang en
peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang, buitenlandse kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
De houder stelt jaarlijks een risico-inventarisatie gezondheid op.
(art 1.49 lid 1 en 1.50 lid 1 en 2 en 1.51 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen; art 2 lid 1 Besluit kwaliteit kinderopvang en peuterspeelzalen; art 5 lid 3 sub f Besluit registers kinderopvang, buitenlandse kinderopvang en peuterspeelzaalwerk)
Meldcode kindermishandeling
De houder bevordert de kennis en het gebruik van de meldcode.
(art 1.51a lid 4 Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen)
Gegevens voorziening
Opvanggegevens
Naam voorziening : BSO Rataplan
Website : http://www.krbv.nl
Aantal kindplaatsen : 10
Gegevens houder
Naam houder : Kinderopvang Rivierenland
Adres houder : Postbus 77
Postcode en plaats : 4000AB Tiel
Website : www.krbv.nl
KvK nummer : 11063335
Aansluiting geschillencommissie : Ja
Gegevens toezicht
Gegevens toezichthouder (GGD)
Naam GGD : GGD Gelderland-Zuid
Adres : Postbus 1120
Postcode en plaats : 6501BC Nijmegen
Telefoonnummer : 088 - 144 71 44
Onderzoek uitgevoerd door : W. Peters Gegevens opdrachtgever (gemeente)
Naam gemeente : Neerijnen
Adres : Postbus 30
Postcode en plaats : 4180BA Waardenburg
Planning
Datum inspectie : 01-05-2017
Opstellen concept inspectierapport : 09-05-2017
Zienswijze houder : 11-05-2017
Vaststelling inspectierapport : 11-05-2017 Verzenden inspectierapport naar houder : 16-05-2017 Verzenden inspectierapport naar
gemeente
: 16-05-2017 Openbaar maken inspectierapport : 30-05-2017
11 van 11 Definitief inspectierapport buitenschoolse opvang jaarlijks onderzoek 01-05-2017
BSO Rataplan te Waardenburg
Bijlage: Zienswijze houder kindercentrum
De zienswijze betreft een reactie van de houder op de inhoud van het inspectierapport.
Reactie op het inspectierapport van BSO Rataplan in Waardenburg.
De bevindingen van het onderzoek naar de kwaliteit bij buitenschoolse opvang Rataplan in Waardenburg stemmen ons tevreden.
Het geeft voldoening dat de inspanningen van het team van BSO Rataplan leidt tot zo’n positief rapport.
Met vriendelijke groeten, Rianne Oerlemans
Clustermanager Kinderopvang Rivierenland