• No results found

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen · dbnl

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen · dbnl"

Copied!
74
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

Rudolf Erich Raspe

bron

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen. Gebr. van der Post, Utrecht ca. 1885

Zie voor verantwoording: http://www.dbnl.org/tekst/rasp001kluc01_01/colofon.php

© 2010 dbnl

(2)

1

[Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen]

Münchhausen die naar Rusland trekt, Komt op een veld met sneeuw bedekt.

Hij ziet geen huis of gastvrij dak, En bindt dus 't paard aan eenen tak.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(3)

2

Hij legt zich op zijn mantel neêr, En denkt dra aan het beest niet meer.

Ontwakend in den morgenstond, Ziet hij verbaasd nu in het rond.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(4)

t.o. 2

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(5)

3

Hij ligt op 't kerkhof op een zerk, En 't paard hangt boven aan de kerk.

Want boven 't dorp, door sneeuw bedekt, Had hij zich 's avonds uitgestrekt.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(6)

4

De sneeuw was 's nachts weêr weggedooid.

En onze vriend omlaag gegooid.

Dus wat hij aanzag voor een tak, Bleek nu de spits van 't torendak.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(7)

t.o. 4

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(8)

5

Maar hij bedenkt zich niet, meteen Schiet hij zijn paard weêr naar beneên.

Eens als hij door het venster ziet, Bemerkt hij eenden in het riet.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(9)

6

De Vrijheer grijpt zijn jagtgeweer, En snelt naar d' oever van het meer.

Daar komend merkt hij, schoon te laat, Dat op den haan geen vuursteen staat.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(10)

t.o. 6

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(11)

7

Die nog te halen vordert tijd, Ligt is hij dan de eenden kwijt.

Maar peinzend en bedroefd van zin, Schiet hem op eens een middel in.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(12)

8

Münchhausen niet bevreesd of bang, Legt fluks 't geweer aan zijne wang.

En slaat zich op het regteroog, Zoodat er eene vonk uit vloog.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(13)

t.o. 9

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(14)

9

Hoe vreemd, de vonk ontsteekt het kruid, En zeven eendjes zijn nu buit.

Dus knapen wat u ooit ontmoet, Ziet dat gij als de Vrijheer doet.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(15)

10

Eens dat hij zich op straat bevondt, Vervolgde hem een dolle hond.

Hij, voor de beet des honds beducht, Neemt dus natuurlijk snel de vlugt.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(16)

t.o. 11

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(17)

11

Maar werpt zijn jas eerst op de straat, Daar dan het loopen beter gaat.

De hond die in het jasje bijt, Geeft hem tot redding juist de tijd.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(18)

12

Een voordeur die geopend was, Kwam hier den Vrijheer goed van pas.

De hond wordt spoedig afgemaakt, Waardoor hij weêr in vrijheid raakt.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(19)

t.o. 13

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(20)

13

Zijn huisknecht hangt op zijnen last, Het jasje in de kleederkast.

Verbaasd komt 's andren daags de knecht, Wijl hij tot zijnen meester zegt:

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(21)

14

‘Naar mijne meening is 't gewis, Dat heel de kast bezeten is!’

Men kijkt er na, en zonderbaar De heele kast is dol voorwaar.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(22)

t.o. 14

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(23)

15

Hij wilde zijnen bijstand biên, Om eene vesting te bespiên.

Een stuk geschut dat men ontbrandt, Geeft hem een middel aan de hand.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(24)

16

Juist als de bom haar baan begint, Springt hij er op, vlug als de wind.

Pas is hij echter halver weg, Of hij, bij nader overleg,

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(25)

t.o. 16

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(26)

17

Denkt als ik in de vesting kwam, Waar 't mooglijk men mij 't leven nam.

Ik kan terug, daar dat gewis Voor mij de beste keuze is.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(27)

18

Men schiet van uit een fort op hem, En daardoor raakt hij uit de klem.

Hij springt op d' andren bom nu vlug, En is dra in het kamp terug.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(28)

t.o. 18

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(29)

19

Münchhausen rijdt op zeekren dag, Een poort in na een grooten slag.

Komt op de markt bij een fontein, Zijn paard drinkt 't water frisch en rein.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(30)

20

Maar hoe hij 't beest ook drinken laat, Het wordt van 't water niet verzaad.

Waardoor hij eindlijk ommeziet,

Hetgeen hem 't vreemdste schouwspel biedt.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(31)

t.o. 21

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(32)

21

Zijn paard mist 't gansche achterdeel, Dus helpt het water ook niet veel.

Gij vraagt wat de oorzaak is geweest, Van dees verandering aan het beest.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(33)

22

't Kwam daardoor toen hij binnen reed, Dat men juist 't poortluik vallen deed.

Hierdoor was 't arme dier gekloofd, En van zijn achterlijf beroofd.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(34)

t.o. 23

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(35)

23

Hij komt daarna in 't open veld, En zie, hoe vreemd is 't daar gesteld!

Daar loopt het achterlijf van 't beest, Als waar 't steeds zonder kop geweest.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(36)

24

Naauw wordt hij dit met vreugd gewaar, Of hecht de stukken aan elkaâr,

Met doornen die men in het rond, Daar op de vlakte groeijen vondt.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(37)

t.o. 25

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(38)

25

En beter dan hij had gedacht, Heeft hij dit werk tot stand gebragt.

't Paard groeide aan tot een geheel, Maar ook de doorn werd een priëel.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(39)

26

En 't bragt den vriend een groot gemak, Want hij had nu op 't paard een dak.

Eens kwam hij weder bij een plas, Die gansch bezaaid met eenden was.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(40)

t.o. 26

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(41)

27

Helaas en nu juist deze keer, Mist onze vriend zijn jagtgeweer.

Daar vindt hij echter in zijn zak, Iets dat hem redt uit 't ongemak.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(42)

28

Een stukje spek, een eindje touw, Dat geeft hem ook een middel gaauw.

Hij bindt het spek aan 't touw, de guit, En werpt het in het water uit.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(43)

t.o. 28

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(44)

29

De eerste eend verslindt het vlug, Maar 't komt in 't water weêr terug.

Hetgeen van dit gevolg ook is, Elk eendje ras gevangen is.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(45)

30

Hij vloog er toen meê door de lucht, De schoorsteen in met groot gerucht.

Münchhausen klimt den Etna op, En staat welhaast op 's Kraters top.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(46)

t.o. 30

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(47)

31

Wijl hij het stoute plan nu heeft, Te zien waar of Vulcanus leeft.

De vriend bedenkt zich ook slechts kort, En heeft zich naar omlaag gestort.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(48)

32

Daar valt door rook en vuur en gruis, Hij nu omlaag met groot gedruisch.

En hoe verwonderd keek Vulcaan, Toen hij een mensch voor zich zag staan.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(49)

t.o. 33

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(50)

33

Wat keken die Cyclopen raar, Als of 't een geestverschijning waar.

Maar men ontving hem echter goed, En hij nam afscheid welgemoed.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(51)

34

Hij ziet eens ganzen in de lucht, Die nemen overhaast de vlugt.

Hij heeft geen hagel in de tas, Dat gansch door hem vergeten was.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(52)

t.o. 35

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(53)

35

Maar in verlegenheid gebragt, Heeft hij een middel ras bedacht;

Hij doet zijn laadstok op 't geweer, En schiet er zes in ééne keer.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(54)

36

Münchhausen wandelt in een bosch, Daar komt een leeuw nu op hem los.

Het beestje maakt zich juist gereed, Den vriend te vatten bij zijn kleed.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(55)

t.o. 37

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(56)

37

De Vrijheer echter ook niet mis, Weet hoe de leeuw te krijgen is.

Hij pakt hem bij den bek alreê, En scheurt het ondier zoo in twee.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(57)

38

Münchhausen op een verren togt, Heeft ook den Sultan toen bezocht.

De Sultan zegt: ‘uw smaak is fijn, En proef nu eens dit glaasje wijn.’

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(58)

t.o. 38

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(59)

39

Hij proeft het met zorgvuldigheid, En geeft den Sultan dit bescheid:

‘'t Is lekker, maar voor een miljoen, Zal ik 't u beter proeven doen.’

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(60)

40

‘Heel goed, maar gij weet wel, o maat, Dat ik mij nimmer foppen laat.

Staat hier de flesch om vier uur niet, Weet dat ik u onthoofden liet.’

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(61)

t.o. 40

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(62)

41

De Vrijheer echter heeft een knecht, Die een uur per minuut aflegt.

Die man doet nu ook goed zijn pligt, En heeft de boodschap ras verrigt.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(63)

42

Eens dat hij aan het zwemmen is, Wordt hij verzwolgen door een visch.

Maar door zijn vlugheid en verstand, Komt hij tot in de maag te land.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(64)

t.o. 42

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(65)

43

Een zeeschip dat daar juist passeert, Heeft ras den haai geharpoeneerd.

Men brengt het monsterdier aan land, En opent hem het ingewand.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(66)

44

Maar naauw is deze daad geschied, Of 't is verbazing wat men ziet.

Een man stapt uit de groote visch, Dat niemand dan de Vrijheer is.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(67)

t.o. 45

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(68)

45

Bedankt hen die zoo juist van pas, Hem redden uit het haaikarkas.

Mimi des Vrijheers hazewind, Was door de jaren bijna blind.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(69)

46

Waarom hij, tot gemak, den hond, Een lamplicht aan zijn staart vast bond.

Maar het gebeurde op zeekren tijd, Daar raakt hij zijnen hond toch kwijt.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(70)

t.o. 47

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(71)

47

Het dier was afgedwaald van 't spoor, En liep al snuffelend nu maar door.

Dat duurde zoo een jaar of tien, Doch van den hond was niets te zien.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(72)

48

Tot eens op zeekren schoonen dag Men op het slot hem komen zag.

De pooten echter van Mimi Half afgesleten - tot de knie.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(73)

t.o. 49

Lith. Emrik & Binger.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

(74)

49

Wat nood dus sprak de Vrijheer strak, 'k Gebruik hem voortaan slechts als brak.

Rudolf Erich Raspe, Kluchtige avonturen van Baron von Münchhausen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

[r]

Tekst en Muziek: Travis Cottrell, Angela Cottrell Ned. tekst:

[r]

Eens toen was mijn leven eenzaam, U bracht hoop in mijn bestaan, U kwam wonen in mijn leven.. Ik geloof dat U er bent, ik geloof dat U

daar in de nacht vol duister, knielend op een steen, was Hij aan het bidden met zijn gevecht alleen.. Vredig groeien rozen, bloesem wonderschoon, maar bij de stenen trappen

met Zijn gehoorzaamheid heeft Hij onze overtredingen uitge- delgd, door Zijn offerande Gods toorn verzoend, met Zijn bloed onze smetten uitgewist, door Zijn kruis

Hij vond het jammer dat zijn vrouw hem de laatste tijd niet meer in alles volgde. Eerst zaghlj hoog tegen zijn 'Molly' op, maar nu kwam hij erachter dat haar

En inderdaad, hoewel er van de zijde der menschen slechts enkel schande is geweest, zoolang Jezus Christus daar hing aan het kruis, toch heeft God reeds gewild, dat