• No results found

NOTITIE Praktijksituatie en geurbeleving

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "NOTITIE Praktijksituatie en geurbeleving"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

NOTITIE Praktijksituatie en geurbeleving

Na ingebruikname van de papiermachine 2 (PM2) augustus 2016 blijkt uit het klachtenoverzicht [1]

dat veel klachten over geur zijn geuit. Hiervoor is niet direct een specifieke bron aan te wijzen, echter een relatie met het in gebruik nemen van PM2 is opportuun. Om een en ander in de juiste context te plaatsen wordt kort de historie van de totstandkoming van de normstelling voor geur toegelicht.

Vergunning 15 september 2009

De op 15 september 2009 verleende revisievergunning noemt de discrepantie tussen de berekende en de beleefde geurhinder. Hiermee wordt bedoeld dat op basis van berekeningen potentiële geurhinder is te verwachten. Echter in de praktijk wordt die niet beleefd. Die hinderbeleving is destijds door een Telefonisch Leef Onderzoek (TLF) in kaart gebracht. Het ontstane beeld hieruit kwam overeen met het zeer lage aantal klachten over geurhinder binnen het gebied van circa 1.500 woningen met een geurbelasting van meer dan 5 OUE/m³ als 98-percentiel. Vorenstaande heeft mede bepaald dat Gedeputeerde Staten van Gelderland gelet op het destijds geldende Gelders geurbeleid immissiewaarden hebben toegepast die boven de grenswaarden liggen1.

Vergunning 27 maart 2015

Voor de aanvraag van de ombouw van PM2 heeft het MER een afname van de geuremissie ten opzichte van de vergunning uit 2009 geschetst. Aangezien er geen aanleiding was om te veronderstellen dat de hinderbeleving anders zou zijn is de discrepantie voortgezet. Wel is voorschrift 2.16 aan de vergunning verbonden die voorschrijft dat Parenco periodiek dient te onderzoeken wat de mogelijkheden tot beperking van de geuremissie zijn, teneinde te kunnen voldoen aan de grenswaarde uit het Gelders geurbeleid.

Vergunde situatie versus feitelijke situatie

PM2 is in 2009 buiten gebruik gesteld. De PM2 is in 2015/2016 omgebouwd en geschikt gemaakt voor de productie van verpakkingspapier. In augustus 2016 is de omgebouwde PM2 in gebruik genomen. De geurbelasting in de omgeving is daarmee substantieel toegenomen tot wat men daarvoor gewend was2. Dit kan mede de oorzaak zijn dat relatief veel klachten over geur zijn geuit.

Onderzoek GGD Gelderland Midden

GGD Gelderland Midden heeft op basis van het geuronderzoek en het onderzoek naar de uitstoot van stoffen van PM2 gekeken of er gezondheidsrisico’s zijn voor de bewoners van Renkum [2]. De conclusie is dat de uitstoot van PM2 geen gezondheidsrisico’s voor bewoners van Renkum veroorzaakt. Maar de geur kan volgens de GGD wel tot gezondheidsklachten leiden door de ervaren (ernstige) hinder. De GGD vindt het wenselijk dat de geur van Parenco afneemt, ook al voldoet deze aan de vergunning. De GGD gaat in samenwerking met de Omgevingsdienst Regio Arnhem in opdracht van de gemeente Renkum en de provincie Gelderland medio 2018 onderzoek uitvoeren

1 Het Gelders geurbeleid hanteert immissiewaarden van streng tot minder streng, nl: streefwaarden, richtwaarden en grenswaarden.

2 In alle uitgevoerde berekeningen en metingen is uitgegaan van de op dat moment vergunde geuremissie Omgevingsdienst Regio Nijmegen

Afdeling Vergunningverlening

(2)

naar de concentraties van stoffen op leefniveau om eventuele blootstellings- en gezondheidsrisico’s vast te kunnen stellen. Bewoners zijn daar bezorgd over.

Beschouwing

Niet onomstotelijk kan gesteld worden dat de geurklachten alleen te wijten zijn aan het opnieuw in gebruik nemen van PM2. Te meer nu de gemeten geurbelasting ruim lager is dan het MER heeft berekend. Het ligt eerder in de rede dat door het na zeven jaar opnieuw in gebruik nemen van PM2 de volle omvang van de geurbelasting bij omwonenden tot besef is gekomen.

Vorenstaande betekent niet dat daarmee de ervaren geurhinder zondermeer aanvaardbaar is.

Immers de vergunde emissiewaarden in de vergunning zijn gebaseerd op immissiewaarden die boven de grenswaarden van het Gelders geurbeleid liggen. Anderzijds is sprake van een vergunde situatie waarbij Parenco rechten heeft die niet zonder meer aangetast kunnen worden.

Voorschrift 2.16 van de vergunning uit 2015 verplicht Parenco om onderzoek te doen naar het verminderen van de geurbelasting. Het onderzoek bevat ten minste de te treffen maatregelen per geurbron, het effect van die maatregelen en de exploitatie- en investeringskosten die hiermee gepaard gaan. Uiteindelijk moet het onderzoek uitwijzen of de maatregelen haalbaar zijn.

Voorschrift 2.16 betreft een inspanningsverplichting die geen garantie geeft dat de geurbelasting echt omlaag wordt gebracht. Parenco dient de inspanningsverplichting uiterst serieus te nemen, te meer nu er geurklachten zijn.

[1] Klachtenoverzicht 2016-2017

[2] Brief naar omwonenden Parenco 13 november 2017 inclusief beoordeling GGD vastgelegd in twee brieven (d.d. 27 oktober 2017 en 3 oktober 2017).

Nijmegen, april 2018

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

3 Een financiëledienstverlener als bedoeld in het tweede lid die werknemers en andere natuurlijke personen als bedoeld in artikel 6, onderdeel b, in dienst heeft,

Wanneer wij de onderzoeken in plaats van Parenco uit gaan voeren, voldoet Parenco niet alleen niet aan de vergunning, maar kan ook de indruk gewekt worden dat zij het niet zo

bovenstaande, besluit de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie dat de voorschriften, opgenomen onder de randnummers 32 tot en met 38, alsmede de toelichting hierop

bovenstaande, besluit de Minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie dat de voorschriften, opgenomen onder de randnummers 32 tot en met 38, alsmede de toelichting hierop

Wanneer er meer geciteerd wordt dan hierboven aangegeven of minder dan het deel dat niet tussen haakjes staat geen

Het besluit voor deze activiteit is gebaseerd op artikel 2.10, lid 1 van de Wabo..

Hierbij lijkt de deur op een kier te worden gezet voor niet-ontvankelijkheid van het openbaar ministerie als reactie op langdurige strafprocedures: indien overschrijding van

Voorwaarden die betrekking hebben op de beschikbaarheid van voldoende woningen, het behoud van intramurale zorg voor zware zorgbehoeftigen, aandacht voor verslavingszorg en