VRIJHEID EN DEMOCRATIE
Zaterdag 9 Oct. 1954 • Na. !22
Van over de grenzen
(Zie pag. 4).
W E EK B L A D V A N D E V 0 L K S P A R TIJ V 0 0 R 'IR IJ HE I D E N D E M 0 C R A TIE
LIBERALE PLAATSBEPALING
H eewel terwijl wij dit schrijven , het politiek debat in de Tweede Kamer pas begonnen Je. mogen wij één ding reeds vaststellen: het heeft het Nederlandse volk een helder beeld gegeven van de positie welke het liberalisme krachtens zijn beginselen in de huidige politieke situatie inneemt.
In deze situatie moge het befaamde Mande~
ment zijn betekenis hebben, zij wordt er niet door beheerst en zij mag er niet door beheerst worden.
Om het met de woorden van Mr Oud te zeggen:
,.wij hebben geen behoefte aan het nodeloos op~
werpen van barrières". Dit geldt voor ons volk in de huidige fase van zijn bestaan temidden van de in economisch en politiek opzicht nog steeds
Z<> gespannen wereldtoestand concreet evenzeer als het zuiver ideëel gezien voor de liberaal geldt, die immers wel weet dat ook politiek een zaak van beginselen is, maar principieel synthese boven antithese, van welke aard en op welk terrein ook .stelt.
Hoe belangrijk ook de vraag van de politieke partijvorming . moge wezen, de vraag dus ook of deze- op aonfessionele ttondslag behoort te he~
rustea ef niet, en hoe belangrijk al verder de Vl'aag moge zijn of samènwerking van alle -con~
structieve partijeR oak in een Kabinet heden ten dage voorkeur verdient boven een Kabinet op minder brede basis, de economische en sociale problemen die oplossing eisen gaan deze vragen in betekenis verre te boven.
.. Regering. regeer," is primaire eis van het ogenblik. Want daar is een woningprobleem en daar is een probleem van de oude~dagvoorziening
en daar is een economisch conjunctuurprobleem en daar is een onderwijsprobleem en het probleem van wat Mr Oud terecht noemt de verwaarloosde groepen en wat niet al problemen meer. Deze, en
Oud gevaar in een nieuw kleed
Naar het Algemeen Handelsblad weet te melden, heeft een ex-vlieger . van de Luftwaffe, Langhammer, die in de vorige wereldoorlog het ridderkruis met eikenloof kreeg voor het neerhalen van zes en negentig
"vijandelijke vliegtuigen", te Hamburg aan verslaggevers het programma van een nieu- we politieke partij met de naam Nationale Volkspartij van Duitsland bekend gemaakt.
In dit programma van 32 punten wordt verklaard, dat de partij de goede kanten van het nationaal-socialisme voor haar rekening wil nemen.
Het is nog niet duidelijk, welke kanten van
·het nationaal-socialisme de heer Langhammer als goed denkt te beschouwen, aldus het Handelsblad.
Dit is een niet onbedenkelijke ontwikkeling.
De aankondiging van de oprichting van deze nieuwe politieke partij valt ongeveer samen met de verlening van de souvereiniteit aan.
West-Duitsland.
Wellicht wordt Adenauer hierdoor een sterk wapen in de hand gegeven om excessen als het oprichten van nieuwe nationaal-socialis- tische partijen met succes de kop in te druk- ken. Of zal de verlening van de souvereiniteit juist het nationale gevoel weer in oude en verkeerde banen leiden? Ziedaar een vraag, die ons wel eens in ernstige mate verontrust.
niet het Mandement, beheersen de situatie en te~
recht werd ook aan deze reële vraagstukken door onze partijleider in zijn bijdrage tot de algemene beschouwingen aandacht gewijd.
Dat deze bijdrage nochtans haar hoogtepunt bereikte, waar Mr Oud over het Mandement kwam te spreken, danken wij en dankt ons volk misschien minder nog aan de uiteraard niet te ontkennen actuele betekenis van het Mandement dan aan de meesterlijke wijze waarop hij dit do~
cument behandelde.
Wie het voorrecht had, de zéér druk bezochte vergadering van onze Partijraad op .2 October bij
• te wonen, kon uit de woorden daar door hem ge~
sproken al wel zo ènigszins concluderen hoe onze partijleider de eensgezinde overtuiging onzer geestverwanten bij het Kamerdebat zou vertolken.
Wij zijn er zeker van ons niet te vergissen, wan~
n~er wij thans constateren dat Mr Ouds rede in de Kamer - ook op de overvolle publieke tribune!
- beschouwd werd als één die van historische waarde zal blijken.
Zij . was posi·
tief.
zij 't met meeite, hele citaten uit deze rede - Mr Ouds grote rede! - aan te halen. De eerste hier.- van is, dat elk citeren de harmonische, logische opbouw van het geheel voor de lezer teloor zou doen gaan - en hoe vloeide hier inderdaad in . beginselvastheid het een logisch uit het ander voort! De tweede reden is, dat deze rede beter lot verdient dan in krant of weekblad .. verslagen ..
te worden.
Wij zouden een dringend verzoek tot ons hoofdbestuur willen richten: doe Mr Ouds rede van Dinsdag 5 October 1954 in druk verschij·
nen. En schakel al onze actieve leden in om haar op ruime schaal te verspreiden. Deze rede toch is in haar klare positiviteit een propagandamiddel in dienst van het Liberalisme dat niet buigt naar rechts of naar links, maar dat zich sterk weet in zelfbewustheid en dit màg, omdat het zijn recht- vaardiging slechts zoekt in wat het tot het geeste- lijk en economisch welzijn van gemeenschap en e-nkeling kan bijdragen.
deR.
Mr Oud pole~
miseerde niet te~
gen het Mande- ment, hij greep veeleer de ver·
DE STAAT WIL PERCENTAGE VAN
schijning daar•
van aan om een beschouwing over het door hem zo vurig he~
leden liberalisme te geven, die niet nalaten kon die~
pe indruk te ma·
ken op wie haar hoorde. Onder zijn belichting rees eens weer 't beeld van dit li~ · beralisme klaar voor ons volk op, in zijn onvergan~
kelijke waarde zowel naar . de geestelijke als naar de economi- sche zijde van ons volksbestaan.
Zo werd deze rede tot een ma- gistrale plaatsbe- paling van 't li- ' beralisme in de huidige geestelij·
ke en sociale structuur.
Wij weerhou•
den ons om tweeërlei reden,
KOMENDE HUURVERHOGING •
•
MINISTER WITTE ZIET ER EEN MELKKOETJE IN
I OCTOBER 1954 PAG. I
Critische nabeschouwing over de parlementaire behandeling der Middenstandsnota (11 • slot)
Een maar schrale fiscale oogst en scheutig met
een staatssecretaris die
maar • • toezeggingen was
Toch werd een eerste stap gezet op de weg naar een meer harmonisch en' toch dynamisch . middenstandsbeleid
Uiterst merkwaardig was de verklaring van de staatssecretaris over de inter- 41epartementale samenwerking, welke verscheidene algevaardigden onbevredigend achten.
vandaan haalden om vrijwel onafgebro- ken de tribunes te bevolken, terwijl daar beneden buiten de middenstandsspecia- listen der fracties bijna niemand enige belangstelling toonde.
Zij konden zich daarbij beroepen op ee~ mededeling van mr Veldkamp zelf, die wij in onze voorbeschouwing (V. en D. no. 317, 4o September, blz. 5) woordelijk
aanhaalden. Hoe gering die was kwam aan het
licht, toen over een communistisch voor- stel tot het toestaan van een interpellatie over de kosten van levensonderhoud moest worden gestemd en het ·quorum niet aanwezig bleek. Het duurde ruim vijf kwartier voordat staatssecretaris Veldkamp zijn onderbroken rede kon voortzetten.
Wat antwoordde de bewindsman nu?
"Men beeft gemeend uit de omstandigheid, dat in de Memorie van Antwoord ten aanzien van de interdepartementale middenstandscommissie minder bevre- digend«; geluiden klinken, te moeten afleiden, dat de interdepartementale samen- werking· niet goed zou zijn.
Ik moet dat misverstand met de meeste nadruk "uit de wereld helpen. Ge·
dul"f,lnde de twee jaar van vervulling van mijn ambt heb ik met andere departe- menten een bijzonder goede samenwerking gehad en ik meen te mogen zeggen - ik heb dit ook neergelegd in een aantal voorbeelden in de Memorie van Ant- woord - dat ·bij tal van wetsontwerpen en regelingen van andere departementen zeer goed met het aspect van bet midden- en kleinbedrijf is rekening gehouden".
Wij moeten met verbazing vaststellen, dàt de heer Veldkamp ill de M.VI.A.
wel degelijk heeft verklaard, dat het commissoriaal overleg blijkens de prac- tische resultaten niet het verwachte nut heeft afgeworpen en dat met de commis- sie "teleurstellende ervaringen" zijn op- gedaan.
Hoe valt dit met zijn jongste verkla- . ri~g te rijmen? Deze tegenstrijdigheid
werd helaas niet opgehelderd. In elk ge- val zal nauwlettend moeten worden toe- gezien op het kabinetsbeleid, opdat dit voortaan homogeen zij.
Wij hebben slechts enkele belangrijke punten kunnen lichten uit de lawine van onderwerpen, welke na de toch uitge- breide schriftelijke voorbereiding tijdens het driedaagse debat werden aangesne- den.
Talrijke details van het vestigings- en ci'edietbeleid passeerden de revue.
In deze kaleictoscoop namen het so- ciale beleid (in afwachting van wetsont- werpen inzake ouderdomsvoorziening en kinderbijslag voor zelfstandigen) en het winkelsluitingsbeleid (De staatkundig- gereformeerde dr Van Dis toornde tegen de vrijheid van de gemeentebesturen om Zondagverkoop toe te staan, welke de staatssecretaris in een land met gemeng- de bevolking onvermijdelijk acht) maar een heel bescheiden plaats in, evenals belangrijke problemen als het randbe- driJf en het handels- en vakonderwijs,.
omdat deze nog commissoriaal zijn.
Knelpunten op het terrein der belastingen.
Z owel in áls buiten de Kamer waren .-elen van mening, dat er vooral op fiscaal terrein voor het midden- en klein- bedrijf heel wat knelpunten liggen.
De uit dien hoofde in het Voorlopig·
Verslag voorkomende critiek werd in de M. v. A•. door de staatssecretaris van Fi- nanciën beantwoord en zo zat de heer Van den Berge tijdens de beraadslagingen achter de regeringstafel om de sprekers over dit onderdeel van antwoord te die- nen.
Hij trof het in zoverre, dat de fracties merkwaardigerwijze . verzuimd hadden haar belastingspecialisten in het vuur te zenden, zodat hij -met uitzondering van prof. Lemaire (K.N.P.) - geen deskun- digen op fiscaal gebied tegenover zich kreeg.
Wat niet wegnam, dat de staatssecreta- ris toch heel wat critiek had te verdu- ren.
Hij trachtte die te bezweren met een beroep op het algemene karakter, dat de belastingheffing behoort te hebben, me-
d~ als uitvloeisel van artikel 182 der Groodwet (geen privileges op het stuk der belastingen), ooch - met uitzonde- ring van de cömmunisten - werd niet gepleit voor een uitzonderingsbehande- ling voor middenstandsbedrijven, doch slechts voor meer rekening houden met
'~ (1/.fM&O~
STALEN MEUBELEN
"GI~O"-LAMPEN
de sociaal-economische verhoudingen, hetgeen ook de heer v. d. Berge in be- ginsel toelaatbaar achtte.
Over de feitelijke uitwerking bleken de meningen echter zeer uiteen te lopen en men kon moeilijk tot . elkaar komen, omàat over de practische uitwerking van de belastingheffing op de middenstands- bedrijven nog zo weinig bekend is.
Het was daarom te waarderen, dat de staatssecretaris een onderzoek toezegde en wij hopen nu maar, dat dit niet volko- men ambtelijk zal worden ingesteld, maar door een commissie van brede sa- menstelling, waarin ook particuliere ex- perts en economen zitting zullen krijgen.
Met het oog op dé komende algehele herziening van het belastingstelsel, waar- naar de heer v. d. Bèrge verscheidene wensen verwees, kan 'dit onderzoek zeer nuttig zijn. Eigenlijk had het resultaat al in de Middenstandsnota behoren te staan.
Overigens was de staatssecretaris niet scheutig met toezeggingen. Hij wilde de vrijstelling wegens bij overlijden of li- quidatie aan het licht tredende stille re- serves wel van f 5000.- tot f 7500.- op- voeren en een aanwijzing aan de belas- tingdienst geven om het minimum van { 3000.- voor het in aanmerking komen voor investeringsaftrek bij een vennoot- schap onder firma niet langer per be- lastingplichtige firmant te beoor;delen, doch hun bijdragen als één geheel te be- schouwen.
De heffing van omzetbelasting bij in- koopverenigingen, voor wat betreft het verrichten van nevendiensten voor de le- den, zal nog eens worden bezien.
Dat was het mager resultaat van het fiscale debat. Men wist toen nog niet, dat de algemene belastingverlaging eerst voor 1956 zou worden voorgesteld, on- danks de kostenverhogende werking van een nieuwe loonronde en een huurverho- ging. Anders ware de teleurstelling onge- twijfeld nog groter geweest.
Indrukken van het debat.
0 p de buitenstaanders moet dit debat wel een rommelige indruk hebben gemaakt en zij zullen zich zeker hebben afgevraagd, waar de vrij grote schare van ingewijden (organisatiefunctionaris- sen en deskundigen) de moed en de lust
Nu was het tijdstip voor de behande- ling der nota o.i. weinig gelukkig geko- zen: aan het einde van het zittingsjaar, terwijl verscheidene leden in Straatsburg of nog met vacantie waren. Dat de voor- nemens van de regering, o.a. met betrek- king tot de belastingverlaging en huur- verhoging, nog niet bekend waren, was ook een handicap.
Dat aan de regeringstafel noch een der bewindslieden van Sociale Zaken, noch minister De Bruyn zitting had genomen, terwijl de Kamers onderwerpen; beho- rende tot hun competentie, besprak, lijkt ons - hoe bekwaam de heer Veldkamp ook deze on<ferwerpen behandelde - niet juist of is het symptomatisch voor de waardering van het Kaqinet, dat de beraadslaging over dit toch niet onbelang- rijk onderdeel van het regeringsbeleid met een verdediging door twee staats- secretarissen voldoende gehonoreerd achtte?
Balans opgemaakt.
De voor de hand liggende vraag, of de parlementaire behandeling der nota aan de verwachtingen heeft vol- daan, kan verschillend worden beant- woord.
Degenen, die de nota als een toverboek en de samenstellers als tovenaars hebben beschouwd (de kwalificatie is van dr Veldkamp) en wonderen hebben ver- wacht, zullen ongetwijfeld teleurgesteld zijn.
Wanneer men echter beseft, hoe om- vangrijk en ingewikkeld het complex van middenstandsvraagstukken wel is en hoe beperkt de mogelijkheden van de overheid bij het bijdragen tot de oplos- sing zijn, dan kan men de conclusie trek- ken, dat met de behandeling dezer nota - ondanks haar vele gebreken - een eerste stap is gezet naar een harmonisch en toch dynamisch middenstandsbeleid.
De algemene grondslagen en de con- crete uitwerking, voor zover thans gepro- jecteerd, hebben de instemming van een grote meerderheid der Kamer verwor- ven, ook zonder dat hierover een bepaal- de uitspraak werd gedaan, zoals de heer Cornelissen had gewenst.
Opmerkelijk is de stunt van de com- munisten, die bij motie o.a. een speciale fiscale en sociale behandeling van de middenstand verlangden, daarmede het groepsbelang boven het algemeen belang stellend.
Wanneer men nu bedenkt, dat de mid- denstand (in de ruimste zin) in de volks-
DEZE BURGER
beleeft nu weer zijn hoogtij van het jaar, want wanneer de laatste manne- quins de wuiten onder ons in vervoering brengen en wanneer de laatste bladeren de zeer geveeligen onder ons tot tranen of! en vaerzen dringen, staan mijn vrouwen en mannen op het hoogste katheder des Rijks en zeggen waar- toe hun het herte dringt.
Heisa, makkers, de tornooien op den Binnenhof zijn in volle gang, de lansen glinsteren in de zon der openbare aandacht; de maliënkolders glanzen in het licht der volksgenegenheid.
De trommen rommen van romme, romme, romme; de schouten en .hun makkers trekken uit hun (bruins)slot; echo, Wie is er weer stout? . ... Oud.
En rondom de arena het ongeduldige volk. Het hitst de strijders op. Het vuurt de vechters aan. Het trappelt van spanning. Het schreeuwt zich de kelen hees en het zingt zijn liedeke: ,.Mandema.pt, mandement .... wat doet ge er mee . . . . wat doet ge ermee. . . . ze sluiten .ermee.. . . ze sluiten ermee .... de poort."
Temidden der uilzinnige schare: ik, Uw dienaar, de burger.
De burger die zijn ogen uitkijkt naar l1el prachtig, stormachlig tafereel; die zich de nek rekt om goed toe te zien of Rode Ridder Willem en Roomse Rakker Beel wel vast genoeg in 't dubbelzael zitten om niet over de episco- pale hindernis te struikelen.
Hopsa, heisa, makkers- dit is een goed feest voor oog en oor en hart.
De sterksten des lands, de hoogsten des rijks, stralend en blakend in de rosse gloed der heiligste zekerheden.
Eeri groot leest voor de ziel van
DEZE BURGER.
democratische republieken met wortel en tak :s en nog wordt uitgeroeid - de heer Peschar deed daarvan aan de hand van authentieke publicaties nog eens een boekje open - dan komt deze apenliefde van Haken c.s. in een eigenaardig licht te staan. Geen wonder, dat deze motie alleen de stemmen van vier der voorstel- lers kreeg.
Basis van samenwerking.
0 p basis van de verkregen overeen- stemming tussen regering en volks- vertegenwoordiging kan nu worden voortgewerkt. Wij hebben het vertrou- wen, dat dr Veldkamp dit op voortva- rende, doeltreffende wijze zal doen, zo- lang zijn politieke werkzaamheid hem dit zal toelaten..
Nochtans zijn wij na dit debat nog sterker er van overtuigd dan toen het denkbeeld van een Middenstandsnota was geboren, dat het doelmatiger en meer vruchtbaar zou zijn geweest, indien de samenstelling niet aan het departe- mentale apparaat, maar aan een staats- commissie zou zijn opgedragen, waarin overheid, bedrijfslever, en deskundigen zouden kunnen samenwerken.
De vraagstukken zijn zo talrijk, om- vangrijk en veelzijdig en bestrijken bo- vendien een terrein, dat telkens ook bui- ten de overheidssfeer treedt, dat deze methode te verkiezen ware geweest.
Vele detaildiscussies zouden door com- missoriale voorbereiding kunnen zijn vermeden, wetenschappelijke en practi- sche verdieping zouden door tijdige in- schakeling van niet-ambtelijke deskundi- gen en organisaties zijn verkregen, kort- om er zou een meer gedegen en veelzij- diger eindresultaat zijn bereikt.
Dit geldt in nog sterkere mate voor de
... _ . . ...., •• '.L ••• -v-1-!,....-