• No results found

Hieronder is een overzicht weergegeven van het opleidingsplan van het UWV:

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Hieronder is een overzicht weergegeven van het opleidingsplan van het UWV: "

Copied!
28
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

BIJLAGEN

EVALUATIE-ONDERZOEK KANSEN VOOR KENNISWERKERS

(2)

BIJLAGE 1

Hieronder is een overzicht weergegeven van het opleidingsplan van het UWV:

Weeknr. Maandag Dinsdag Woensdag Donderdag Vrijdag

10 + 11 Assessment

ochtend Programma doornemen 12

middag

managementskills

communicatie en sollicitatie training regulier lesprogramma

regulier lesprogramma

13 Cursus Projectmanagement

(Lingen, Duitsland)

cursus onderzoek methodiek

regulier lesprogramma

regulier lesprogramma

14 t/m 25

Stage

regulier lesprogramma

regulier lesprogramma

26 t/m 29 Consultancy opdracht

Overzicht opleidingsplan UWV.

(3)

BIJLAGE 2

ADVISEUR

KENNISCENTRUM HOGESCHOOL DRENTHE COMPETENTIEPROFIEL

Project

“Kansen voor Kenniswerkers”

Drs. Frits Meijering, senior consultant

(4)

Inhoudsopgave

Inleiding 3

Bouwsteen I: ONDERNEMERSCHAP 5

1.1 Inhoudelijke visie (ontwerpen) 5

1.2 Transformationeel leiderschap (vertalen) 6

1.3 Strategisch management (sturen) 8

Bouwsteen II: KENNISMANAGEMENT 9

2.1 Kenniscreatie 9

2.2 Probleemoplossend handelen 10

2.3 Kwaliteitszorg en projectmanagement (tactisch sturen) 12

Bouwsteen III: PROFESSIONEEL HANDELEN 13

3.1 Informatie-analyse 13

3.2 Methodisch werken (besluitvorming) 14

3.3 Operationeel management 15

Bouwsteen IV: PERSOONLIJKE EFFECTIVITEIT (intra-persoonlijk) 17

Bouwsteen V: SAMENWERKING (interpersoonlijk) 18

Bouwsteen VI: VORMGEVING ORGANISATIECULTUUR 19

Bouwsteen VII: RESULTAATGERICHT HANDELEN 20

(5)

Inleiding

Aanleiding

Dit competentieprofiel kan worden gebruikt als een diagnostisch instrument en is tevens bedoeld als hulpmiddel voor het opstellen van een Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP).

Zeven competentiegebieden in het profiel

Gekozen is voor zeven competentiegebieden, die op vier niveaus leiden tot verschillende competentie- elementen. Wij maken in dit profiel gebruik van zeven competentiegebieden (clusters, bouwstenen) te weten:

1. Ondernemerschap 2. Kennismanagement 3. Professioneel handelen

4. Persoonlijke effectiviteit (intra-persoonlijk) 5. Samenwerking (interpersoonlijk) 6. Vormgeving aan de organisatiecultuur 7. Resultaatgericht werken & rekenschap

Bij de eerste drie competentiegebieden (bouwstenen) is gekozen voor de volgende onderverdeling1:

• Inhoud (ontwerpen);

• Methodisch werken (vertalen);

• Organiseren, managen (sturen).

1 De indeling in ontwerpen, vertalen, sturen is ontleend aan het rapport van de werkgroep Competent HTNO.

(6)

Niveaus

Bij de niveau-indelingen is gekozen voor de volgende typering:

Niveau A Adaptief B Actief C Pro-actief D Trendsettend

Als voor een functie gekozen is voor competentieniveau B, geldt ook het A niveau. Is voor C gekozen, dan geldt ook B, enzovoort. Het is niet vanzelfsprekend dat hogere functies altijd het hoogste niveau kennen.

Onderstaand zijn de competenties per hoofdcategorie nader uitgewerkt.

(7)

BOUWSTEEN I: ONDERNEMERSCHAP

1.1 Inhoud (ontwerpen)

Algemene omschrijving:

• Signaleert economische en maatschappelijke trends, draagt originele ideeën aan en maakt van deze inzichten effectief gebruik.

(omgevingssensitiviteit, externe oriëntatie, politiek bewustzijn, marktgerichtheid).

• Levert voor het kenniscentrum een bijdrage aan de ontwikkeling van een visie voor de lange termijn, weet deze te vertalen in een strategische koers en om te zetten in coherent beleid;

concentreert zich op hoofdlijnen (visie).

• Is in staat buiten bestaande kaders te treden, stimuleert de ontwikkeling van innovatieve producten- en diensten; neemt weldoordachte risico’s waardoor nieuwe wegen kunnen worden ingeslagen en andere werkterreinen c.q. kennisdomeinen kunnen worden ontwikkeld (innovatief, ondernemend, marktgericht, durf, lef).

Niveau A

Taxeert de invloed van actuele maatschappelijke, economische en politieke ontwikkelingen op het strategisch beleid en laat zich hierover informeren.

Houdt rekening met vernieuwingen en veranderingen in de externe omgeving (bedrijfsleven, overheid, non profit sector).

Handelt adaptief binnen bestaande beleidskaders, en taakstellingen; maakt gebruik van bestaande mogelijkheden

Staat open voor innovatieve ideeën en benadert de juiste personen en partijen.

Niveau B

Doorziet het complexe maatschappelijke, economische en politieke krachtenveld; schat de belangen en posities van partijen/actoren juist in en verbindt daar tijdig consequenties aan.

Combineert kennis over ontwikkelingen in de maatschappij en werkveld.

Ontwikkelt met anderen een strategische visie.

Levert een actieve bijdrage aan Inhoudelijke vernieuwing

Staat open voor ‘good practices’ van bedrijven en instellingen.

Operationaliseert het begrip ‘Kenniscentrum’.

Niveau C

Houdt zorgvuldig rekening met de posities en belangen van andere partijen;

signaleert trends en mogelijkheden

Geeft betekenis aan de missie van het kenniscentrum; ontwikkelt

innovatieve kennisproducten en diensten, die herkenbaar zijn in de regio en provincie. Adviseert bedrijven en instellingen bij het ontwikkelen van innovatieve kennisproducten en diensten.

Ontwerpt innovatieve kennisproducten en diensten

Handelt op basis van een scherp inzicht in complexe maatschappelijke, economische en politieke ontwikkelingen; maakt een goede taxatie van het ingewikkelde krachtenveld en benut deze kennis voor het kenniscentrum.

Niveau D

Profileert het kenniscentrum als een vernieuwende organisatie Oefent invloed uit op beleid; werkt toekomstscenario’s uit Profileert zich als

ondernemer

Ontwikkelt een creatief assortiment (niches) aan kennisproducten en -diensten, dat op bovenregionaal niveau en zelfs op (inter)nationaal niveau de aandacht trekt (nieuwe kennisproducten en nieuwe doelgroepen)

(8)

1.2 Transformationeel leiderschap (vertalen) Algemene omschrijving:

• Geeft richting en sturing aan groepen en individuen met het oog op de toekomst.

• Is in staat ingrijpende veranderingen te implementeren.

• Weet anderen te inspireren en te overtuigen.

• Is baanbrekend in denken en doen.

• Treedt op als transformationeel manager

• Gaat confrontaties aan.

Niveau A

Verbindt verschillende soorten informatie, kennis en concepten met elkaar en komt daarmee tot eigen ideeën (brainstormen). Speelt in op ideeën en vragen van anderen (intern en extern). Biedt ruimte voor niet-alledaagse mogelijkheden en voorstellen.

Staat open voor mogelijkheden die de positie van het kenniscentrum versterken (lokaal, regionaal) en benadert daartoe de juiste personen of groepen.

Staat open voor nieuwe ideeën

Spreekt anderen aan op het gemeenschappelijk belang.

Niveau B

Denkt in termen van oplossingen en bouwt verder op bestaande ideeën.

Improviseert. Betreedt onbekende paden.

Vernieuwt bestaande activiteiten en werkwijzen. Bedenkt innovatieve methoden en oplossingen op bekende terreinen.

Ontwikkelt in overleg en afstemming met externe partners mogelijkheden, die de positie van het kenniscentrum op locaal niveau versterken.

Improviseert

Signaleert verschillen in zienswijze. Lost inhoudelijke verschillen op in het kader van het te bereiken doel. Betrekt actoren (extern, intern) bij

veranderingen door redenen aan te geven, strategische discussies aan te gaan en achterliggende opvattingen te verduidelijken.

Niveau C

Bevordert nieuwe werkwijzen en oplossingen op onbekende terreinen.

Reageert pro-actief op mogelijkheden.

Stimuleert het gebruik van inventieve mogelijkheden die de positie van het kenniscentrum versterken in Drenthe en Noord Nederland. Nodigt externe stakeholders uit om actief mee te denken over het strategisch beleid van het kenniscentrum. Verzilvert ideeën.

Handelt grensverleggend

Ontwikkelt een implementatiestrategie om veranderingen (van onderop) te realiseren.

(9)

Niveau D

Bedenkt nieuwe werkwijzen en methoden, die efficiënter en effectiever zijn.

Kiest creatieve oplossingen die een grote impact hebben op de omgeving en als een hefboom werken voor verandering. Weet anderen te overtuigen door gebruik te maken van verbeeldingskracht (imaginatie). Legt

dwarsverbindingen (lateraal denken), maakt gebruik van scenario’s, creëert ruimte voor originele oplossingsmogelijkheden.

Benut innovatieve mogelijkheden (fondsen, middelen, kennisbronnen) die de positie van het kenniscentrum landelijk en internationaal versterken en behartigt de belangen van de organisatie (lobbyen)

Transformeert, confronteert en stimuleert

Is in staat mensen op basis van een inspirerende visie te motiveren tot innovaties en/of ingrijpende veranderingen. Weet mensen te binden en te boeien. Voert een publiek debat. Profileert het

kenniscentrum als instelling van betekenis. Is koersvast, richt zich op hoofdlijnen zonder afstandelijk te worden.

Maakt gebruik van verschillende veranderingsstrategieën en gaat zo nodig confrontaties aan. Weet adequaat om te gaan met

weerstanden tegen verandering. Onderkent verschillende leerstijlen.

(10)

1.3 Strategisch management (sturen)

Algemene omschrijving:

Geeft richting en sturing aan de organisatie door de interne bedrijfsprocessen af te stemmen op externe veranderingen. Opereert als strategisch manager en maakt gebruik van ondersteuning (mensen, middelen) vanuit de organisatie.

Niveau A

Agendeert strategische thema’s en toetst de voortgang.

Heeft een goed overzicht over verschillende opties en laat zich informeren door ter zake deskundigen.

Planning

Werkt ordelijk en systematisch volgens logische stappen.

Niveau B

Stemt de werkzaamheden van verschillende werkgroepen/projectgroepen op elkaar af en bewaakt nauwkeurig de voortgang van vernieuwingsactiviteiten.

Afstemmen en overzicht houden

Ziet toe op het aanbrengen van een adequate structuur in de werkzaamheden van medewerkers/ werkgroepen/ projectgroepen, die betrokken zijn bij innovatieve activiteiten.

Niveau C Coördineren en

Prioriteiten stellen

Zet strategisch beleid (lange termijn) om in organisatorische maatregelen.

Anticipeert op ingrijpende organisatorische veranderingen en maakt tijdig mensen en middelen vrij; past in het licht van externe ontwikkelingen de interne organisatiestructuur aan (van afdelingen naar

business-units).

Stelt prioriteiten.

Niveau D

Regisseert op centraal niveau. Coördineert diverse innovatieve activiteiten (die inhoudelijk van elkaar verschillen) en die een lange doorlooptijd hebben.

Heeft overzicht (helicopterview).

Gebruikt een geavanceerd Kennis- en Informatie Systeem, dat inzicht geeft in de activiteiten en resultaten op elk niveau van de organisatie; stuurt op kengetallen.

Sturen en Ondersteunen

Ontwerpt een projectorganisatie. Anticipeert bij de inrichting van de organisatiestructuur op toekomstige ontwikkelingen. Handelt op basis van een transparante besturingsfilosofie.

(11)

BOUWSTEEN II: KENNISMANAGEMENT

2.1 Kenniscreatie

Definitie:

• Stimuleert het delen van kennis en kennistransfer binnen de organisatie.

• Is in staat tot conceptueel denken en komt tot oordeelsvorming

• Generalist

Niveau A Brengt het assortiment aan

producten en diensten van het kenniscentrum in kaart

Is in staat kennis te bundelen. Informeert klanten over de kennisproducten en diensten van het kenniscentrum.

Niveau B

Gebruikt actuele kennis, nieuwe (onderzoeks)methoden en technieken, e-learning e.d.

Combineert inhoudelijke, methodische en organisatorische aspecten.

Legt dwarsverbanden.

Heeft kennis van de belangrijkste in de samenleving in gebruikt zijnde kwaliteitszorgsystemen.

Expliceert kennis

Maakt kennis zichtbaar (expliciteren, codificeren).

Niveau C

Zoekt onderlinge verbanden en patronen. Heeft inzicht.

Beschikt over de ‘state of art’-expertise en maakt als generalist hiervan effectief gebruik.

Heeft inzicht in de werk- en beroepenvelden.

Bevordert kenniscreatie.

Maakt gebruik van ‘good practices’ van de adviseurs van het kenniscentrum en benut goede praktijkvoorbeelden (kennis delen) Is in staat om voor de hoofdprocessen van het kenniscentrum met behulp van gesystematiseerde procesanalyses voorstellen te ontwikkelen tot verbetering van de organisatie, werkplannen e.d.

Kan complexe problemen op basis van relevante informatie helder analyseren, verwoorden (conceptualiseren) en vereenvoudigen.

Draagt pro-actief bij aan de inhoudelijke ontwikkeling door kennis te delen

.

Kan achterliggende opvattingen en vooronderstellingen (mentale modellen) theoretisch verhelderen.

Niveau D

Schept voorwaarden zodat collega-adviseurs zich kunnen profileren.

Schept een uitdagende leer- en werkomgeving op basis van competentiegericht werken.

Geniet brede erkenning op inhoudelijk gebied en geldt als autoriteit en professioneel rolmodel.

Wordt geconsulteerd en ingezet als inhoudelijk expert binnen en buiten het kenniscentrum.

Ontwikkelt een overzicht van kennisdomeinen (taxonomie) voor een geavanceerd kennis, ervarings- en informatiesysteem (KEIS).

Ontwerpt voor het kenniscentrum een ‘corporate curriculum’.

Analyseert de werkprocessen binnen het kenniscentrum vanuit een systeemtheoretisch kader.

Kan switchen tussen abstracte concepten en concrete voorbeelden.

Vervult een voortrekkersrol bij inhoudelijke ontwikkelingen en kennismanagement.

Ontwikkelt inventieve oplossingen, gericht op verbetering van de bestaande praktijken

Levert een bijdrage aan structurele verbetering van bestaande praktijken.

(12)

2.2 Probleemoplossend handelen Definitie:

• Gebruikt de methodiek van probleemoplossend handelen

• Is in staat het beleid van het kenniscentrum interactief te vertalen naar klanten door gebruik te maken van discussie- en vergadermethoden, communicatievormen, overtuigingskracht,

presentatietechnieken en ICT.

Niveau A

Legt zaken mondeling en schriftelijk uit, geeft heldere instructies. Maakt gebruik van moderne communicatiemiddelen om klanten en collega’s tijdig te informeren.

Informeert klanten, management, collega’s en andere betrokkenen over inhoudelijke zaken.

Is in staat een beleidsinhoudelijke vergadering voor te zitten als (technisch) voorzitter.

Is bereikbaar, laat zich zien (‘walking and wandering around’), heeft een goede antenne voor signalen vanuit de organisatie.

Is ontvankelijk voor klachten, reageert adequaat op vragen en wensen van klanten, is aanspreekbaar.

Voert periodiek overleg met collega’s.

Speelt in op behoeften en wensen van klanten

Maakt gebruik van HRM instrumenten zoals:

- Werving- en selectie;

- Functioneringsgesprekken;

- Beoordelingsgesprekken;

- Aanpak ziekteverzuim;

- Loopbaangesprekken;

- Persoonlijke Ontwikkelingsplannen;

- Competentieprofielen;

- Assessments.

Niveau B

Maakt, afhankelijk van het type klant, gebruik van verschillende vormen van schriftelijke en mondelinge communicatie en presentatietechnieken.

Nodigt klanten, management en collega’s uit mee te denken over inhoudelijke en beleidsmatige zaken.

Luistert, vraagt door, biedt ruimte voor uitwisseling van verschillende standpunten en denkbeelden en kan deze goed samenvatten.

Benut de methodiek van probleemoplossend handelen.

Is in staat de ernst van structurele problemen te beoordelen, hieruit realistische conclusies te trekken en neemt doortastend beslissingen.

Betrekt klanten en collega’s actief bij het vinden van oplossingen van vraagstukken.

Maakt gebruik van verschillende managementstijlen

Maakt gebruik van een combinatie van kwaliteits- en HRD instrumenten.

Benut kwantitatieve en kwalitatieve gegevens voor het ontwikkelen van organisatiebeleid en personeelsmanagement.

Niveau C

Voert overleg en discussieert met klanten, collega’s en andere betrokkenen over inhoudelijke en beleidsmatige zaken en betrekt ze bij besluitvorming.

Maakt op effectieve wijze gebruik van diverse vormen van schriftelijke en mondelinge communicatie en is in staat een groot publiek te beïnvloeden.

Maakt gebruik van verschillende typen interventies om inhoudelijke zaken multifocaal te belichten en gebruikt goede argumenten.

Laat klanten en medewerkers zelf oplossingen bedenken.

Zoekt naar win-win oplossingen.

Maakt gebruik van een samenhangend systeem van HRM-instrumenten (zoals werving & selectie, beloning, personeels-evaluatie,

deskundigheidsbevordering, employability).

Past de stijl van adviseren aan bij de ontwikkelingsfase van de afdelingen en teams.

Nodigt klanten uit actief mee te denken over beleidsvraagstukken.

(13)

Niveau D

Maakt gebruik van ICT-mogelijkheden (internet), massamedia (radio, TV., kranten, tijdschriften) en hulpmiddelen om helder en effectief te

communiceren.

Kan discussies voeren. Is in staat vraagstukken, problemen en dilemma’s te verhelderen.

Is in geval van calamiteiten of crises in staat keuzes te maken en op een overtuigende wijze lastige besluiten toe te lichten, zowel binnen als buiten de organisatie.

Gebruikt competentiemanagement om de employability te stimuleren en te vergroten.

Investeert in deskundigheidsbevordering (HRD, IiP).

Neemt eigen professionele verantwoordelijkheid.

Hanteert een persoonlijke en effectieve stijl van adviseren.

Stimuleert geïnstitutionaliseerde, democratische vormen van overleg.

(14)

2.3 Kwaliteitszorg en projectmanagement Definitie:

• Maakt gebruik van instrumenten gericht op kwaliteitsverbetering (tactisch management).

• Bewaakt de voortgang van projecten.

• Onderkent de invloed en gevolgen van beslissingen op andere onderdelen van de organisatie (organisatiesensitiviteit).

• Fungeert als projectmanager.

Niveau A

Vraagt aandacht voor kwaliteitszorg als een modern organisatiekenmerk en maakt het belang ervan zichtbaar aan de hand van indicatoren en

gedragscriteria.

Structureert organisatorische activiteiten

Verzamelt informatie ten behoeve van kwaliteitszorg en kennismanagement.

Maakt gebruik van bestaande instrumenten van kwaliteitsbewaking- en beoordeling.

Neemt maatregelen om de kleine kwaliteit in een organisatie structureel te verbeteren.

Niveau B

Maakt gebruik van de beschikbare instrumenten voor kwaliteitsbewaking en –beoordeling.

Weet kwaliteitszorgadviezen om te zetten in doelgerichte acties volgens een afgesproken beleidscyclus.

Begeleidt en bewaakt de beleidsprocessen (beleidscycli)

Stimuleert het uitvoeren van werkzaamheden in samenwerkingsverbanden.

Neemt deel aan (project)groepen, die voorstellen doen voor

kwaliteitsverbetering. Delegeert de werkzaamheden zodanig, dat deze aansluiten bij de kennis en het niveau van de klant en kijkt daarbij naar het groeipotentieel.

Niveau C

Maakt gebruik van een zo volledig mogelijk instrumentarium voor kwaliteitsverbetering- en beoordeling (audits, evaluaties, medewerkers- tevredenheidsonderzoek (MTO, EFQM etc.)

Zoekt t.b.v. projecten actief naar passende opdrachten voor gekwalificeerde, ambitieuze collega’s van het kenniscentrum.

Kan binnen de gegeven kaders autonoom optreden.

Maakt gebruik van systeemanalyses

Legt rekenschap af op basis van indicatoren, procedures en doelstellingen.

Niveau D

Maakt gebruik van instrumenten op het gebied van kwaliteitsverbetering, waardoor het kenniscentrum in een volgende fase van

organisatieontwikkeling komt. Is zich bewust van de gevolgen van interventies in de organisatie op andere instellingen (ketenoriëntatie).

Wijst op een weloverwogen wijze complexe werkzaamheden toe aan daartoe getalenteerde/gekwalificeerde medewerkers.

Fungeert als projectmanager. Geeft medewerkers zo veel mogelijk bewegingsvrijheid in complexe en onvoorspelbare situaties. Laat medewerkers projectmatig werken.

Toont organisatiesensitiviteit en handelt vanuit een

ketenoriëntatie

Toetst periodiek en op hoofdlijnen de effectiviteit van een project. Weet op juiste wijze wet- en regelgeving en procedures toe te passen.

(15)

BOUWSTEEN III: PROFESSIONEEL HANDELEN

3.1 Informatieanalyse Definitie:

• Levert kennisproducten als inhoudelijk deskundige

• Draagt zorg voor organisatorische, financiële, facilitaire, technische en administratieve middelen zodat men gericht kan werken.

• Bepaalt binnen de gegeven doelen, prioriteiten en benodigde acties. Zet de zaken conform de planning in beweging.

Niveau A Agendeert onderwerpen voor

de verschillende vormen van overleg

Inventariseert gesprekspunten, onderwerpen en thema’s, die voor de klant belangrijk zijn. Heeft oog voor details.

Niveau B

Analyseert informatie.

Is in staat informatie te

ordenen en te structureren. Formuleert de kern van problemen. Bepaalt hoofd- en bijzaken; stelt prioriteiten.

Niveau C

Formuleert een gefundeerd advies, ook als niet alle informatie beschikbaar is.

Is pro-actief in het verzamelen, analyseren en bewerken van informatie. Ontdekt tijdig consequenties van beleids- beslissingen voor de klant.

Anticipeert op mogelijke knelpunten (en voorkomt op deze manier problemen).

Niveau D

Analyseert ‘de vraag achter de vraag’.

Weet mogelijke oorzaken en gevolgen op te sporen.

Maakt gebruik van een transparant informatiesysteem dat hij/zij regelmatig evalueert en laat bijstellen. Is zeer bedreven in het verwerven van informatie en middelen.

Gebruikt informatie t.b.v. korte- en lange-termijn oplossingen en beleidsvoorstellen.

Levert actief relevante gegevens aan en signaleert vroegtijdig de mogelijke consequenties, onderneemt hierop zonodig actie door zelf beleidsvoorstellen te leveren.

(16)

3.2 Methodisch werken (besluitvorming, flexibel handelen) Definitie:

• Past de eigen gedragsstijl, ideeën of werkwijzen aan de veranderende omstandigheden aan, improviseert en blijft besluitvaardig in situaties waarin er tegenwerking ontstaat.

Niveau A

Sluit aan bij de situatie van de klant. Accepteert dat werkzaamheden door andere personen en omstandigheden kunnen worden beïnvloed en handelt daarnaar.

Schakelt snel tussen verschillende werkzaamheden op verschillende niveaus (operationeel niveau, tactisch/beleidsniveau, strategisch niveau).

Flexibel gedrag

Neemt beslissingen op basis van relevante informatie en duidelijke feiten;

hakt knopen door, stuurt doelgericht.

Niveau B

Is snel inzetbaar, pakt urgente zaken snel op, is bereikbaar in spoedeisende situaties.

Snel inzetbaar

Neemt weloverwogen beslissingen en houdt rekening met gevolgen en neveneffecten.

Niveau C

Improviseert succesvol bij onvoldoende of onvolledige informatie en weet het eigen handelen effectief aan te passen.

Is ter plekke wanneer dit nodig is.

Improviseren en doordacht handelen

Neemt op een bedachtzame en consistente wijze besluiten over gevoelige zaken. Hakt knopen door.

Niveau D

Past afhankelijk van de situatie de stijl van adviseren aan.

Bewandelt meerdere wegen om hetzelfde doel te bereiken.

Flexibele stijl van handelen

Maakt doordachte keuzes bij zwaarwegende kwesties en blijft bij tegenwerking achter de genomen beslissing staan; handelt consistent.

(17)

3.3. Plannen & organiseren (operationeel management) Definitie:

• Handelt op basis van geldende regels en procedures. Werkt planmatig en gestructureerd aan de realisatie van organisatiedoelen (operationeel management).

• Maakt gebruik van gedelegeerde beslissingsbevoegdheden, waarbij wordt toegezien op

effectuering van de te verrichten activiteiten. Bepaalt de prioriteit en geeft aan welke acties, tijd en middelen daarbij nodig zijn om de gegeven doelstellingen te kunnen realiseren (delegeren).

• Bewaakt efficiënte bedrijfsvoering, controleert de voorgang en stuurt zo nodig bij (monitoring).

• Doorziet bedrijfsprocessen.

Niveau A

Is in staat financieel-economische, technische en infrastructurele knelpunten snel op te lossen. Maakt efficiënt gebruik van beschikbare tijd, financiën, ICT, middelen en faciliteiten.

Informeert management, collega’s en klanten tijdig.

Draagt zorg voor een accurate registratie en administratie van gegevens, toont aandacht voor details, beheert agenda, haalt deadlines, bewaakt routines e.d.

Draagt zorg voor een juiste verdeling van schaarse middelen op basis van vooraf vastgestelde criteria.

Handelt conform geldende regels en procedures

Delegeert taken aan de juiste mensen.

Niveau B

Organiseert het eigen werk effectief door het formuleren van doelstellingen en het plannen van activiteiten.

Maakt gebruik van planning & control. Werkt systematisch (‘plan-do-check-act’).

Richt zich op hoofdzaken, onderscheidt hoofd- van bijzaken.

Kan zich op meerdere praktische onderwerpen richten, is in staat tot multi- tasking.

Anticipeert op mogelijke technische, financiële en infrastructurele

problemen. Voorziet veranderingen in de bestaande situatie en praktijken en is in staat daar tijdig op in te spelen.

Is in staat op goede gronden te bepalen wanneer uitzonderingen op regels wenselijk of noodzakelijk zijn.

Stelt prioriteiten en werkt planmatig

Zoekt naar achterliggende en structurele oorzaken van organisatorische knelpunten en symptomen.

Houdt bij het delegeren van taken rekening met de wensen en mogelijkheden van de medewerkers.

Niveau C

Lost lastige technische, financiële en infrastructurele knelpunten op.

Plaatst organisatorische zaken in een breder kader en is in staat verschillende activiteiten op elkaar af te stemmen. Stelt prioriteiten zodat doeleinden efficiënt en effectief gerealiseerd kunnen worden.

Overziet de gevolgen van organisatorische veranderingen voor andere onderdelen van het kenniscentrum.

Bewaakt de planning op middellange termijn en coördineert operationele processen

Maakt op operationeel niveau gebruik van geavanceerde technieken, hulpmiddelen en infrastructurele ICT mogelijkheden om de back office optimaal te laten functioneren.

Biedt collega’s zoveel mogelijk ruimte.

(18)

Niveau D

Overziet implicaties en consequenties op lange termijn van organisatorische interventies.

Speelt tijdig in op consequenties van ingrijpende veranderingen voor de organisatiestructuur, het financiële beleid, de administratie en facilitaire voorzieningen e.d.

Draagt zorg voor lange termijn planning

Is in geval van crises of calamiteiten in staat de juiste organisatorische beslissingen te nemen.

Legt taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zo diep mogelijk in de organisatie.

(19)

BOUWSTEEN IV: PERSOONLIJKE EFFECTIVITEIT

Definitie:

• Is gedurende langere tijd actief, heeft uithoudingsvermogen.

• Kan effectief presteren onder tijdsdruk, bij tegenslag of complicaties.

• Kan grenzen stellen.

• Toont een lerende instelling.

• Ontleent inspiratie aan persoonlijke en professionele overtuigingen.

Niveau A

Is energiek, stressbestendig, blijft effectief presteren onder tijdsdruk, bij tegenslag, teleurstelling en tegenspel en bewaakt eigen grenzen.

Stelt zich assertief op, kan zonodig ‘nee’ zeggen en grenzen stellen Maakt gebruik van time-management.

Heeft humor, kan relativeren.

Bewaakt eigen grenzen en schept voorwaarden voor persoonlijke ontwikkeling.

Is zich bewust van persoonlijke en professionele waarden.

Niveau B

Is zich bewust van eigen sterke en minder sterke kanten, is zich bewust van persoonlijke opvattingen en (voor)oordelen.

Is bereid van eigen fouten te leren; gebruikt tegenslagen en dieptepunten als inspiratiebron voor de verbetering van persoonlijke effectiviteit.

Staat open voor feedback, laat zich (mentaal) coachen.

Handelt flexibel, past eigen gedragsstijl aan indien zich problemen voordoen of indien zich kansen aftekenen.

Neemt deel aan intervisie gesprekken.

Geeft vorm aan zelfmanagement op basis van een persoonlijk ontwikkelingsplan.

Reflecteert op het eigen handelen.

Is breed inzetbaar in andere kaderfuncties (lijn, staf).

Niveau C

Reageert sensitief op andere mensen in de omgeving.

Maakt systematisch gebruik van feedback van anderen over het eigen functioneren. Staat open voor hulp van collega’s.

Is zich bewust van gevoelens van anderen.

Is alert op de persoonlijke invloed op anderen.

Motiveert, begeleidt en onder- steunt anderen bij hun persoonlijke en professionele

ontwikkeling

Ondersteunt klanten (als gesprekspartner, coach, mentor of supervisor) en collega’s bij hun persoonlijke en professionele ontwikkeling.

Niveau D

Toont overtuigingskracht, geeft blijk van persoonlijke effectiviteit en maakt dit zichtbaar via zelfsturing.

Kan werken onder grote druk en weet weerstanden weg te nemen door ze succesvol om te buigen.

Zoekt persoonlijke uitdagingen, geeft blijk van durf, is ambitieus.

Inspireert anderen

Wordt gevraagd als mentor, trainer, opleider, inleider of adviseur op het gebied van persoonlijke ontwikkeling, zingevings-vraagstukken en interpersoonlijke relaties.

(20)

BOUWSTEEN V: SAMENWERKING

Definitie:

• Is in staat tot collegiale samenwerking (sparring partner).

• Is in staat functionele en constructieve samenwerkingsrelaties op te bouwen met individuen, teams, collega’s en vertegenwoordigers van bedrijven en instellingen.

• Kan zich verplaatsen in de positie en opvattingen van anderen en kan omgaan met verschillende belangen en opvattingen; is in staat een dialoog te voeren en verschillen te overbruggen.

• Legt gemakkelijk contact, ontwikkelt netwerken en handelt dienstverlenend.

• Heeft gevoel voor bestuurlijke verhoudingen.

Niveau A

Is ontvankelijk voor signalen en klachten, reageert adequaat op vragen en wensen, toont zich servicegericht.

Participeert aan diverse vormen van formeel en informeel overleg. Bevordert functionele samenwerking.

Neemt deel aan en bevordert samenwerkingsactiviteiten.

Maakt gebruik van relatienetwerken voor de toetsing van eigen activiteiten.

Niveau B

Is pro-actief en speelt tijdig in op wensen van klanten en stakeholders.

Nodigt klanten (afnemers van kennisdiensten) uit om feedback te geven.

Legt en onderhoudt interne en externe contacten.

Kan omgaan met weerstanden en macht. Ziet weerstanden als vorm van commitment en toont respect voor andere meningen en opvattingen.

Maakt persoonlijke opvattingen en meningsverschillen bespreekbaar.

Is een actief teamlid, participeert aan netwerken

Creëert draagvlak. Fungeert als actief teamlid.

Niveau C

Nodigt klanten uit actief mee te denken. Gaat met klanten een samenwerkingsrelatie aan op basis van gelijkwaardigheid.

Onderhoudt planmatig een uitgebreid intern en extern netwerk. Is bestuurlijk en maatschappelijk actief.

Kan omgaan met rivaliserende belangen en tegenstellingen. Is in staat te onderhandelen.

Is in staat interpersoonlijke problemen en (emotionele) conflicten te bespreken en op een inventieve wijze op te lossen.

Functioneert in een team op basis van complementaire rollen.

Bevordert teambuilding, ontwikkelt en onderhoudt netwerken.

Stimuleert het zelfsturend vermogen van het team.

Niveau D

Vertaalt op de juiste wijze complexe (uitgesproken en onuitgesproken) wensen van diverse klanten naar nieuw te ontwikkelen kennisproducten- en diensten.

Maakt gebruik van invloedrijke personen uit het netwerk, ontwikkelt samenwerkingsverbanden en sluit kansrijke coalities.

Treedt op als procesbegeleider.

Is in geval van rivaliserende belangen en conflicten in staat tot politiek handelen. Ontwikkelt originele oplossingen voor intermenselijke problemen en conflicten.

Weet een breed draagvlak te creëren, ontwikkelt en onderhoudt een breed regionaal en (inter)nationaal netwerk

Wordt intern en/of extern gevraagd als bemiddelaar of als mediator.

(21)

BOUWSTEEN VI: VORMGEVING ORGANISATIECULTUUR

Definitie:

• Levert een bijdrage aan de professionele organisatiecultuur en geeft vorm aan de ‘couleur locale’ van het kenniscentrum door gebruik te maken van (ondersteunende) technische, communicatieve en (inter)culturele bekwaamheden.

Niveau A

Treedt op als representant en ambassadeur van het kenniscentrum.

Draagt zorg voor integere en respectvolle omgang.

Maakt gebruik van symbolen en rituelen.

Draagt zorg voor de uitvoering en vormgeving van marketing en pr- activiteiten.

Stimuleert (inter)nationele uitwisseling en contacten.

Representeert het kenniscentrum intern en extern

Bewaakt de normen van het kenniscentrum.

Niveau B

Geeft vorm aan de ‘corporate culture’ van het kenniscentrum. Stimuleert het leggen van informele contacten.

Levert een actieve bijdrage aan de omslag van een bureaucratische en politieke cultuur naar een professionele cultuur door waarden en normen expliciet te maken.

Houdt vast aan normen, ook wanneer sancties nadeel, spanningen en conflicten opleveren; stelt duidelijke normatieve grenzen. Stimuleert reflectie op waarden en normen.

Denkt mee over het marketing en pr-beleid.

Draagt zorg voor profilering van het kenniscentrum (boegbeeld).

Besteedt op systematische en pro-actieve wijze aandacht aan de organisatiecultuur

Ontwikkelt gedragscodes en draagt zorg voor naleving van normen.

Niveau C

Maakt gebruik van bijzondere talenten en capaciteiten van medewerkers en benut eigen creatieve mogelijkheden

Combineert verschillende mogelijkheden om vorm te geven aan de organisatiecultuur van het kenniscentrum

Culturele vormgeving

Stimuleert dat medewerkers optreden als contactpersoon of intermediair.

Niveau D

Neemt initiatieven voor de vormgeving aan een gezamenlijke organisatiecultuur van het kenniscentrum (marketing en pr-beleid) Stimuleert interactie tussen de verschillende organisaties

Levert een constructieve bijdrage aan de vormgeving van een herkenbare organisatiecultuur van het kenniscentrum (corporate culture).

Stimuleert (inter)culturele uitwisseling.

(22)

BOUWSTEEN VII:

RESULTAATGERICHT WERKEN EN REKENSCHAP

Definitie:

• Legt periodiek verantwoording af over de behaalde resultaten, zoals vastgelegd in managementafspraken, op basis van gegevens over de kwantitatieve en kwalitatieve output.

• Is in staat aan belanghebbenden rekenschap af te leggen

• Komt gemaakte afspraken na.

Niveau A

Legt begrotingen, strategisch beleid en organisatorische keuzes ter goedkeuring voor.

Maakt resultaten kwantitatief zichtbaar in de vorm van rapportages.

Maakt resultaten kwalitatief zichtbaar aan de hand van waarderingen van klanten, werkveld, overheid en personeel.

Maakt afrekenbare afspraken.

Maakt afspraken over de wijze waarop en de mate waarin het management kan worden aangesproken op de behaalde resultaten.

Visualiseert en bespreekt regelmatig de resultaten.

Maakt resultaten zichtbaar.

Creëert een interne management cultuur waarin het aanspreken op resultaten

“gewoon” is en als logisch onderdeel van professionaliteit wordt beschouwd.

Niveau B

Is in staat tot sturing aan het werk op een zodanige wijze dat de afgesproken doelen worden behaald.

Verzamelt regelmatig en stelselmatig signalen van klanten en omgeving zoals enquêtes, tevredenheidsonderzoeken, follow-up, oordelen van het afnemende veld.

Is in staat om, in effectieve communicatie met de organisatie, de sturing aan te passen naar de mate van geconstateerde effectiviteit en efficiency.

Stuurt op resultaten.

Spreekt collega’s aan op de mate waarin de afgesproken doelen worden bereikt.

Niveau C

Zorgt voor transparante monitoring van de resultaten en geeft zichtbaar leiding aan het gesprek hierover.

Is in staat om, tezamen met collega’s, interne gegevens en de externe rapportages om te zetten in concrete acties voor verbetering.

Stuurt de organisatie naar de mate van behaald succes.

Neemt positieve maatregelen bij goed functioneren en passende maatregelen bij het uitblijven van de afgesproken resultaten.

Niveau D

Is in staat om het werk maximaal te stimuleren in de afgesproken richting.

Gebruikt instrumenten en stelt sancties als er onvoldoende wordt gepresteerd.

Weet een goed functionerende organisatie nog verder te stimuleren en een minder goed

presterende zichtbaar te verbeteren.

Schuwt, indien noodzakelijk, de objectieve consequenties van onvoldoende prestatierealisatie (reorganisatie, afbouw van werkzaamheden, eventueel ontslag) niet.

(23)

BIJLAGE 3

Project “Kansen voor kenniswerkers”

EVALUATIE ASSESSMENT Datum: 17 maart 2006

Naam deelnemer: ____________________________

Vooraf lezen:

Deze evaluatie is onderdeel van de rapportage naar het project

kansen voor kenniswerkers

. Met behulp van uw mening kan gekeken worden naar de effectiviteit van het project en naar eventuele verbeterpunten. U wordt daarom verzocht de volgende stellingen zorgvuldig te lezen en naar alle eerlijkheid te beantwoorden. Dit formulier zal vertrouwelijk behandeld worden. De antwoorden zullen in een later stadium tijdens een persoonlijk gesprek met Maarten Boxem worden besproken.

Graag per stelling één vakje inkleuren.

De opdracht was duidelijk en het was duidelijk wat er van mij werd verwacht

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens Er was sprake van voldoende voorbereidingstijd voor mij

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens De opdracht is voldoende uitgediept

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens Ik heb nieuwe inzichten verkregen door de opdracht

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens Ik kon mij herkennen in de uitkomsten van de assessoren

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens Het competentiemodel voor adviseur kenniscentrum was begrijpelijk

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens Het competentiemodel stelt mij in staat om een POP op te stellen

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens Ik kan het competentiemodel zelf toepassen bij een assessment

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens Ruimte voor opmerkingen:

Hartelijk dank voor de moeite

(24)

Evaluatiegesprekken 11 en 12 mei 2006 Naam: _______________________

¾ Kans op werk vergroot?

¾ Bespreken evaluatieformulieren

¾ Leermodules bespreken

¾ Wat zijn bevindingen tov het project?

¾ Aanbevelingen?

Kans op werk

Hoe schat jij je kansen op werk in vergeleken met de oude situatie (voor het project)?

0 Sterk verbeterd 0 Beter 0 Gelijk 0 Verminderd Ik verwacht door het project binnenkort een baan te hebben 0 Mee eens 0 Mee oneens

Tevredenheid

Mijn tevredenheid over de leermodules

0 Zeer tevreden 0 Redelijk tevreden 0 Min of meer tevreden 0 Ontevreden Mijn tevredenheid over het assessment

0 Zeer tevreden 0 Redelijk tevreden 0 Min of meer tevreden 0 Ontevreden Leermodules

De leermodules verliepen professioneel

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing De manier van lesgeven paste bij mij

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing De aangeboden stof was te moeilijk

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing De aangeboden stof was te makkelijk

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Ik heb waardevolle nieuwe dingen geleerd

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Het was bruikbaar om theorie bij te spijkeren

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing De leermodules sloten aan op de competenties uit het assessment

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing De leermodules waren te kort

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing De leermodules pasten niet goed in het programma

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing De leermodules hebben mij geholpen om de consultantopdracht te verrichten

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Ik denk de leermodules goed te kunnen gebruiken in een nieuwe baan

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Overige bevindingen

Ik had graag willen weten of mijn gemaakte portfolio voldeed aan alle eisen

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Ik had behoefte aan een sollicitatietraining

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Ik had meer willen weten over voor mij geschikte banen

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Ik zou willen weten wat mijn rechten zijn als werkzoekende

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Mentale effecten

Mijn motivatie is gestegen door dit project

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Ik heb het gevoel dat we één groep zijn

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Ik had behoefte aan meer controle over de (persoonlijke) invulling van het project

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing

(25)

Dit project is in het bezit van een vertrouwenspersoon

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Het project gaf me een gevoel van trots (zo ja, welk onderdeel?)

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Ik weet waar mijn krachten liggen en waar mijn valkuilen liggen

0 Helemaal van toepassing 0 Grotendeels van toepassing 0 Deels van toepassing 0 Niet van toepassing Herken je bij jezelf één van de volgende uitspraken? Bij een afwijzing heeft het geen zin om te vragen naar de reden; Ze verzinnen gewoon redenen om van je af te zijn; Een sollicitatiebrief zie ik als een formaliteit; Ik ga alleen voor de ideale baan; Ik moet eerst honderd procent zeker zijn van mijn keuze; Ik kan het mijn gezin niet veroorloven om minder te verdienen; Zonder ervaring ben je kansloos; Het vinden van een baan is een kwestie van geluk hebben; Ik kan het me niet veroorloven om een foute keuze te maken.

Aanbevelingen

Als dit project opnieuw gehouden zou worden, dan zou hier meer rekening mee gehouden kunnen worden:

Dit zou ik veranderen (weglaten/toevoegen/andere vorm):

Dit is voor verbetering vatbaar:

Overig:

(26)

Project “Kansen voor kenniswerkers”

EVALUATIE ASSESSMENT Datum: 24 april 2006

Naam assessor: __________________________

Aantal uitgevoerde assessments: _______

Graag per stelling één vakje inkleuren

Het was duidelijk wat er van mij werd verwacht

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Ik had voldoende voorbereidingstijd

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Ik beschikte over voldoende kennis van de uitgevoerde taken van de deelnemers

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Het competentieprofiel was goed te begrijpen voor mij

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Ik wist hoe ik moest kiezen tussen de verschillende beoordelingscriteria

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Ik beschikte over voldoende kennis van assessment-technieken, -dimensies en –gedrag

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Ik had behoefte aan een training vooraf

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Ik beschikte vooraf over voldoende informatie van de te beoordelen deelnemer

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Het assessmentformulier was helder en goed bruikbaar

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Ik had moeite met het beoordelen van de deelnemers

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Er was voldoende tijd om de uitkomsten te bespreken met de deelnemers

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Er was sprake van consensus tussen mij en de mede-evaluator

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

De deelnemers waren in staat om goed deel te nemen aan het assessment

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Na afloop had ik het gevoel dat ik een goed inzicht heb verkregen in de competenties van de deelnemer

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

Het assessment is voldoende uitgediept

Helemaal oneens

Deels oneens

Deels eens

Helemaal eens

(27)

Ruimte voor opmerkingen:

Hartelijk dank voor de moeite

(28)

Evaluatie leermodules project kansen voor kenniswerkers Datum: 23 juni 2006

Naam: _______________________

Graag ingevuld retourneren aan Maarten Boxem. Kruis per stelling één vakje aan.

Er was sprake van voldoende voorbereidingstijd

Helemaal van toepassing

Grotendeels van toepassing

Deels van toepassing

Niet van toepassing

Ik had meer informatie vooraf gewild over de (begin)situatie van de deelnemers

Helemaal van toepassing

Grotendeels van toepassing

Deels van toepassing

Niet van toepassing

Vooraf waren de doelstellingen van de leermodules bij mij bekend

Helemaal van toepassing

Grotendeels van toepassing

Deels van toepassing

Niet van toepassing

De groepen waren te groot

Helemaal van toepassing

Grotendeels van toepassing

Deels van toepassing

Niet van toepassing

Ik heb mijn theorie aangepast aan de groep

Helemaal van toepassing

Grotendeels van toepassing

Deels van toepassing

Niet van toepassing

Ik heb mijn manier van lesgeven aangepast aan de groep

Helemaal van toepassing

Grotendeels van toepassing

Deels van toepassing

Niet van toepassing

Het verschil in kennisniveau van de deelnemers onderling was te groot

Helemaal van toepassing

Grotendeels van toepassing

Deels van toepassing

Niet van toepassing

Ik vond het lastig om aan deze groep les te geven

Helemaal van toepassing

Grotendeels van toepassing

Deels van toepassing

Niet van toepassing

Ik had liever gezien dat een nieuwe module pas begon na afsluiten van een vorige module

Helemaal van toepassing

Grotendeels van toepassing

Deels van toepassing

Niet van toepassing

De leermodules duurden te kort om alle relevante stof in te behandelen

Helemaal van toepassing

Grotendeels van toepassing

Deels van toepassing

Niet van toepassing

Dit wil ik nog kwijt over de leermodules of over het project:

Hartelijk dank voor de genomen moeite

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

3.5 indien meer dan één voorbeeld, reden, uitwerking, citaat of andersoortig antwoord gevraagd wordt, worden uitsluitend de eerstgegeven antwoorden beoordeeld, tot maximaal

Toch kan het gebeuren dat wanneer het gezin na de vakantie het huis binnenstapt, het gezin binnen enkele seconden van alle kanten besprongen wordt door volwassen kattenvlooien. 0 0 0

2 p 39 ■ Geef de fysisch-geografische verklaring voor dat verschil waarbij je ingaat op zowel gebied X als gebied Y. kaart 11 Seizoensbeweging van de kudden naar hun

3.3 indien een antwoord op een open vraag niet in het antwoordmodel voorkomt en dit antwoord op grond van aantoonbare, vakinhoudelijke argumenten als juist of gedeeltelijk

Antwoordopties kunnen vaker gebruikt worden en niet alle antwoordopties hoeven gebruikt te worden.. Het getal tussen haakjes geeft het aantal

wachttijd in sec.. gesprekstijd

Bij de leefstijlbenadering plaats je mensen niet in hokjes, maar je hebt een zekere abstractie nodig om iets te kunnen zeggen over de woonwensen van de consument.. van der Heide

5 Als in het antwoord op een vraag meer van de bovenbeschreven fouten (rekenfouten, fout in de eenheid van de uitkomst en fout in de nauwkeurigheid van de uitkomst) zijn gemaakt,