• No results found

Vraag nr. 94 van 7 maart 2002 van de heer CARL DECALUWE

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2021

Share "Vraag nr. 94 van 7 maart 2002 van de heer CARL DECALUWE"

Copied!
2
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Vraag nr. 94 van 7 maart 2002

van de heer CARL DECALUWE

Sectorale BPA's zonevreemde bedrijven – We s t -Vlaanderen

In de studie van het Strategisch Plan voor Ruimte-lijke Ordening (SPRE) omtrent de omvang van de zonevreemde bedrijven in Vlaanderen werd een hoofdstuk gewijd aan de stand van zaken inzake de sectorale bijzondere plannen van aanleg (BPA ) zonevreemde bedrijven. Dit hoofdstuk was geba-seerd op gegevens van de administratie Ruimtelij-ke Ordening, Huisvesting en Monumenten en Landschappen (Arohm).

Uit de gegevens blijkt dat de provincie We s t -Vlaanderen het voortouw neemt inzake sectorale B PA's zonevreemde bedrijven (SBPA ) . Zowel wat aan het aantal gemeenten betreft dat actief bezig is met een SBPA , de ministeriële goedkeuring (in to-taal 15), als het aantal opgenomen bedrijven (278 bedrijven) scoort West-Vlaanderen het best van alle provincies. Wat de uitval (het aantal onthou-dingen in de door de minister goedgekeurde SB-PA's) betreft, scoort West-Vlaanderen echter ook veel hoger dan de andere provincies. Met andere w o o r d e n , in de provincies Antwerpen en Limburg bedraagt het aantal goedgekeurde en gedeeltelijk goedgekeurde bedrijven 80 à 90 %. In We s t - V l a a n-deren bedraagt dit maar 73 % en ligt het onder het Vlaamse gemiddelde. Volgens de onderzoekers k o n d e n , gelet op de grote verschillen in aantallen b e d r i j v e n , hieruit geen conclusies worden getrok-ken.

1. Kan de minister verklaren waarom het aantal onthoudingen inzake zonevreemde bedrijven in de provincie West-Vlaanderen groter is dan in de provincies Antwerpen en Limburg ?

2. Kan de minister een inventaris geven van het aantal zonevreemde bedrijven per gemeente die een sectoraal BPA indiende in de provincie West-Vlaanderen ?

Kan hij eveneens een overzicht geven van het aantal goedgekeurde en gedeeltelijk goedge-keurde zonevreemde bedrijven en onthoudin-gen per gemeente met een goedgekeurd secto-raal BPA zonevreemde bedrijven in de provin-cie West-Vlaanderen ?

Antwoord

1. Gezien de enorme verscheidenheid van de pro-blematiek van zonevreemde bedrijven in V l a a n-deren en het feit dat het initiatiefrecht bij de ge-meente ligt om te kiezen voor de opmaak van een sectoraal BPA zonevreemde bedrijven, i s het onmogelijk om vergelijkingen te maken tus-sen de provincies m.b. t . het aantal bedrijven dat wordt goedgekeurd in een sectoraal BPA zone-vreemde bedrijven.

Voor iedereen is het duidelijk dat de problema-tiek sterk verschilt van streek tot streek en dat er een concentratie zonevreemde bedrijven is in We s t- en Oost-V l a a n d e r e n . Dit betekent echter niet dat een sectoraal BPA zonevreemde bedrij-ven uit een gemeente met veel zonevreemde be-d r i j v e n , op een anbe-dere manier worbe-dt behanbe-delbe-d als een sectoraal BPA zonevreemde bedrijven uit een gemeente met maar weinig zonevreem-de bedrijven. Er bestaat dus geen directe link tussen de omvang van de problematiek van zo-nevreemde bedrijven en de uitsluitingen uit een (gedeeltelijk) goedgekeurd dossier. Alle dossiers worden door mijn administratie op gelijke voet behandeld aan de hand van de omzendbrief RO 2000/01 over het planologisch attest, h e t b e d r i j f s-B PA en het sectoraal BPA zonevreem-de bedrijven.

In eerste instantie moet worden vastgesteld dat gemiddeld meer dan driekwart van de bedrijven die opgenomen zijn in een deelplan, ook effec-tief geheel of gedeeltelijk wordt goedgekeurd. Dit betekent dat voor een beperkte minderheid van de bedrijven die in een deelplan zijn opge-n o m e opge-n , ofwel het bedrijf opge-niet iopge-n aaopge-nmerkiopge-ng komt voor de toepassing van het sectoraal BPA zonevreemde bedrijven, ofwel het voorgestelde bestemmingsplan om ruimtelijke redenen niet kan worden goedgekeurd.

(2)

geadvi-seerd toch nog opgenomen in het o n t w e r p-B PA . De aard van de activiteiten – die duidelijk is omschreven in de omzendbrief RO 2000/01 – de stedenbouwkundige-vergunningentoestand en de ruimtelijke afweging zijn meestal de hoofdredenen om aan een gedeelte de goedkeu-ring te onthouden.

Voor een aantal dossiers die in We s t-V l a a n d e-ren zijn opgemaakt in de pioniersfase van het sectoraal BPA zonevreemde bedrijven, k a n worden gezegd dat er bij de opmaak nog ondui-delijkheid heerste over wat kon en wat niet in aanmerking kwam. Dit zette de gemeenten aan om te proberen tot het uiterste te gaan. In een tweede fase zijn een deel van de bedrijven

waaraan oorspronkelijk een goedkeuring werd o n t h o u d e n , opnieuw opgenomen, waardoor er opnieuw een hoog percentage bedrijven in de tweede fase een goedkeuring werd onthouden. 2. Hierna vindt de Vlaamse

volksvertegenwoordi-ger een overzicht van het aantal zonevreemde bedrijven die een definitief aanvaard sectoraal B PA indienden per gemeente in de provincie West-Vlaanderen.

In dezelfde tabel zit een overzicht van het aan-tal goedgekeurde en gedeeltelijk goedgekeurde zonevreemde bedrijven en onthoudingen per gemeente met een goedgekeurd sectoraal BPA zonevreemde bedrijven.

Gemeente Inventaris Voorontwerp Dossier Ministerieel Aantal Waarvan Waaraan definitief besluit bedrijven gedeeltelijk

goed-aanvaard in deel- goedge- keuring

plannen keurd onthouden

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Camera's toegangswegen Antwerpse Ring Het project wordt verder uitgebreid met de in- stallatie van bijkomende camera's tegen einde september 2002 op de belangrijkste toegangs-

Nu blijkt dat de plaatsing van dit geluidsscherm uitgesteld wordt tot na de heraanleg van het kruis- punt Vredestraat – Bieststraat – Verbindingsweg.. Klopt de berichtgeving

Er dient nog te worden nagekeken of deze her- stellingswerken kunnen worden gefinancierd door een verhoging van de normale onder- houdskredieten voor de Leie ; zoniet moeten

In gebieden waar de belbus actief is, wordt zichtbaar gebruikge- maakt van deze vorm van openbaar vervoer.. A n- derzijds is visueel vast te stellen dat de belbussen een relatief

Volgens welke criteria worden de subsidievoor- waarden en de beoordelingselementen opge- steld binnen de bevoegdheden van de minister?. Kan de minister een overzicht geven van

Ik verwijs de Vlaamse volksvertegenwoordiger voor het antwoord op deze vraag naar mijn collega, mevrouw Vera Dua, Vlaams minister van Land- bouw

2 1 van 10 november 2000 over de geluidsmetingen langs de E17 ter hoogte van de Plataanlaan stelde de minister vice-president dat deze locatie minder prioritair is om

E17 Plataanlaan Kortrijk – Bermonderhoud De inwoners van de Plataanlaan in Kortrijk zijn ervan overtuigd dat het zeker tien jaar geleden is dat de berm langs de E17 ter hoogte