• No results found

Overgangsnormen en uitslagregels. Onderdeel van de schoolgids

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Overgangsnormen en uitslagregels. Onderdeel van de schoolgids"

Copied!
30
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Overgangsnormen en uitslagregels

gymnasium, atheneum, havo en TOPmavo Paletsingel 38c

2718 NT Zoetermeer Telefoon (079) 347 17 00 www.picasso-lyceum.nl info@picasso-lyceum.nl

Het Picasso Lyceum (gymnasium, atheneum, havo en TOPmavo) vormt samen met het Stedelijk College (vmbo: alle leerwegen, tevens lwoo en lwt) de Scholen Combinatie Zoetermeer (SCZ). De SCZ en Het Atrium (school voor praktijkonderwijs) zijn onderdeel van de Stichting Stedelijk Voortgezet Onderwijs Zoetermeer (SSVOZ).

Onderdeel van de schoolgids

2018-2019

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(2)

De schoolgids 2018-2019 bestaat uit:

1 De voorlichtingsboekjes, bestemd voor (toekomstige) leerlingen van de Stichting Stedelijk Voortgezet Onderwijs Zoetermeer en hun ouders.

2 Het onderwijsjaarverslag 2017-2018 alsmede het resultatenoverzicht van dat schooljaar.

3 De informatiegidsen, bestemd voor leerlingen van de Stichting Stedelijk Voortgezet Onderwijs Zoetermeer en hun ouders.

4 De leerlingenstatuten, bestemd voor leerlingen van de Stichting Stedelijk Voortgezet Onderwijs Zoetermeer en hun ouders.

5 De overgangsnormen, bestemd voor leerlingen van de Stichting Stedelijk Voortgezet Onderwijs Zoetermeer en hun ouders.

Interactieve pdf

Met deze interactieve pdf heeft u eenvoudig toegang tot alle informatie van deze gids.

Of u nu wilt printen, iets zoekt of direct naar een andere pagina of website wilt gaan.

Linkjes in de tekst (bv naar een website, een document op een website of een tekst- fragment elders in dit boekje) zijn onderstreept. De verschillende functies worden hieronder beschreven.

Zoeken Inhoud Printen Volledig scherm Vorige pagina Volgende pagina

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(3)

Overgangsnormen en uitslagregels 2018 - 2019

Picasso Lyceum Paletsingel 38c 2718 NT Zoetermeer T: (079) 347 17 00 F: (079) 347 17 99 E: info@picasso-lyceum.nl I: www.picasso-lyceum.nl

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(4)

Inhoud

De overgangsnormen 5

Voortgangsrichtlijnen Onderwijs op Maat 6

Algemeen leerjaar 1 en 2 6

Voortgangsrichtlijnen leerjaar 1 9

Voortgangsrichtlijnen leerjaar 2 11

Van klas 3 TOPmavo naar klas 4 TOPmavo 14

Van klas 3 havo naar klas 4 havo 15

Van klas 3 atheneum naar klas 4 atheneum 16

Van klas 3 gymnasium naar klas 4 gymnasium 17

Van klas 4 havo naar klas 5 havo 18

Van klas 4 vwo naar klas 5 vwo 19

Van klas 5 vwo naar klas 6 vwo 21

De uitslagregels 23

Voor TOPmavo 23

Voor havo 24

Voor vwo 26

Na het behalen van het diploma 29

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(5)

De overgangsnormen

Voor de leerlingen in leerjaar 1 en 2 gelden de voortgangsrichtlijnen zoals op pag 2 t/m 6 beschreven. Voor alle andere leerlingen gelden onderstaande algemene bepalingen en de nadere specificering per leerjaar en niveau op de navolgende bladzijden.

Bevordering betekent toegang tot een volgend leerjaar ongeacht het niveau van het volgende leerjaar.

Dit zijn positieve normen, d.w.z. wie hieraan voldoet wordt bevorderd, de leerling die hieraan niet voldoet komt in de docentenvergadering in bespreking.

De bevorderingsnormen gaan uit van afgeronde cijfers. Bijvoorbeeld: 6,5 is een 7, maar 6,48 is een 6.

Een leerling die op het eindrapport voor enig vak een cijfer behaalt lager dan 4 voldoet daarmee niet aan de overgangsnormen.

In relatie tot de bevorderingsprocedures worden geen taken gegeven. Wel kan aan vullend werk worden opgegeven om de kans op goede resultaten te vergroten.

Een leerling kan niet in de loop van een cursusjaar van school verwijderd worden wegens onvoldoende vorderingen. Overplaatsing naar een andere afdeling kan om dezelfde reden slechts na overleg met leerling en ouders op advies van de docenten- vergadering plaatsvinden.

Het is niet toegestaan om twee jaar achter elkaar onder de norm in hetzelfde niveau bevorderd te worden. In zo’n geval kan wel worden besloten de leerling te bevorderen naar een lager niveau.

Het is niet toegestaan om tweemaal in hetzelfde leerjaar te doubleren. Het is een leerling bovendien niet toegestaan langer dan drie jaar het onderwijs in twee op eenvolgende leerjaren te volgen. Eveneens kan een leerling die op de eerste school- dag van het volgende schooljaar 18 jaar wordt (of ouder is) het recht ontzegd worden om voor de tweede maal in hetzelfde leerjaar plaats te nemen.

Indien er na de docentenvergadering nieuwe informatie is die het besluit zou kunnen wijzigen dan is er de mogelijkheid om een revisievergadering aan te vragen. De school- leiding hoeft hier geen gehoor aan te geven, zij kan in redelijkheid besluiten geen revisievergadering bijeen te roepen.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6

(6)

Voortgangsrichtlijnen Onderwijs op Maat

ALGEMEEN LEERJAAR 1 EN 2

Niveau van de leerling

• Het advies van de basisschool is het startniveau van de leerling.

• Leerlingen met een gemengd advies stellen bij het kennismakingsgesprek samen met ouders en coach het niveau per vak af, waarbij 2 à 3 vakken op het hoogste niveau van dit advies worden gevolgd. (Bijvoorbeeld: een leerling met een mavo/

havo advies volgt 2 á 3 vakken op havoniveau.) Het is niet toegestaan om vakken op een lager niveau dan mavo (rood) te volgen.

• Jaarlijks voert de coach minimaal twee ontwikkelgesprekken met leerling en ouders waarin de einddoelen worden vast- dan wel bijgesteld. Het kennismakingsgesprek in juni/juli met alle nieuwe eerstejaars leerlingen geldt als eerste ontwikkelgesprek.

• Indien een leerling in de loop van het schooljaar de doelen op het niveau waarin hij/zij werkt redelijk goed aankan en het vak graag op het hogere niveau zou willen gaan volgen, bespreekt de leerling dat met de vakdocent, de coach en zijn/haar ouders. Als alle partijen akkoord zijn, kan de leerling op het hogere niveau aan het werk. Indien dit succesvol verloopt, wordt dit bij het eerstvolgende ontwikkel- gesprek meegenomen in de einddoelen.

De weg naar het diploma

In de voorgangsrichtlijnen per leerjaar is in een tabel het adviestempo aangegeven.

Dit tempo is erop gericht om een diploma te halen in de tijd die daarvoor vastgesteld is:

mavo in 4 jaar, havo in 5 jaar en vwo in 6 jaar.

We bieden leerlingen de mogelijkheid om een diploma op maat te halen, zoals één of meerdere vakken versnellen, één of meerdere vakken op een hoger niveau of stapelen (bijv. eerst een mavo- en daarna een havodiploma).

Alle leerlingen maken in fase 2 (leerjaar 2 en 3) met hun coach en/of decaan een examenplan (tempo en niveau per vak en de profielkeuze). Voor leerlingen van Stroom 2 (M/H) zal dit aan het einde van leerjaar 2 gebeuren. De leerlingen van Stroom 3 (H/V) zullen een examenplan in het begin van leerjaar 3 maken.

Een leerling gaat te allen tijde verder waar hij/zij gebleven is. Indien er dus vertraging opgelopen is zal de leerling dit in het volgende leerjaar moeten inhalen. Er kan door de docenten in de voortgangsvergadering het bindende advies gegeven om op een lager niveau te gaan werken.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(7)

Symbolen op het rapport

Gekleurd vakje zonder symbool

Het periodedoel is ingevoerd, de leerling is met dit thema/deze trede op het niveau van het gekleurde vakje bezig (rood=mavo, wit=havo, blauw=vwo) of wacht op een beoordeling van de docent.

Vinkje

Een vinkje betekent dat de leerling de doelen van een trede of thema heeft behaald of al beheerst.

Smiley

Indien een leerling een trede/thema van de docent niet hoeft te doen kan hij/zij daarvoor een vrijstelling krijgen, dit is in de portal zichtbaar in de vorm van een smiley.

(Als de leerling de doelen al beheerst en dat heeft aangetoond, is dat dus zichtbaar in de vorm van een vinkje. Een smiley betekent dat de trede/het thema overgeslagen is.

De leerling heeft dus niet hoeven aan te tonen dat hij zij deze doelen beheerst.) Drie puntjes

De trede of het thema is nog niet voldoende of volledig afgerond. In de feedback staat wat er nog gedaan moet worden om het helemaal af te ronden.

Kruis

Wanneer het een leerling niet lukt om een trede of thema in één keer af te sluiten bepaalt de vakdocent, eventueel na overleg met de coach, of de leerling een extra kans krijgt om het doel alsnog te behalen. Wanneer het niet gelukt is om het doel op tijd te behalen is dit zichtbaar in de vorm van een kruis in het rapport van de leerling.

Dit kruis staat in de kleur van het niveau waarop de leerling voor dat vak werkt. Bij de feedback staat aangegeven waarom de leerling het niet gehaald heeft. Een kruis betekent dus dat de trede of het thema niet is afgerond en mag dan ook niet meege- teld worden bij de richtlijnen voor het tempo (zie voortgangsrichtlijnen per leerjaar).

Feedback en beoordelingen

De leerling krijgt van zijn vakdocenten zowel mondelinge als schriftelijke feedback op het werk. Als de feedback in de Learning Portal ontbreekt of beperkt is heeft de vak- docent de feedback mondeling gegeven. De termijn van beoordelen van ingeleverd werk is maximaal 2 weken. Indien een docent langer nodig heeft zal hij/zij dit duidelijk communiceren met de leerling en de coach. Hiervan wordt dan een aantekening gemaakt in het coachverslag, zodat ook ouders op de hoogte zijn.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(8)

Plaatsing voor het volgende schooljaar

Indien een leerling niet aan de richtlijnen voldoet, zal de leerling in de voortgangs- vergadering aan het eind van het schooljaar besproken worden en wordt de plaatsing voor het volgende schooljaar bepaald door deze docentenvergadering.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(9)

VOORTGANGSRICHTLIJNEN LEERJAAR 1

Niveaurichtlijnen

Zodra een leerling 2 kruisen voor een vak heeft, moet deze leerling dit vak op een lager niveau gaan volgen. Er mag ook eerder besloten worden om het vak op een lager niveau te volgen. De leerling bespreekt dit dan met ouders, coach en vakdocent. Als alle partijen akkoord zijn, wordt een kruis omgezet in een vinkje op het lagere niveau indien de doelen op dat niveau wel behaald waren.

Een vak volgen op een niveau lager dan rood is niet toegestaan. Bij 2 kruisen op rood blijft de leerling het vak dus wel op rood volgen. Indien dit bij meerdere vakken het geval is, zal dit besproken worden in het eerstvolgende ontwikkelgesprek. Eventueel wordt een extra ontwikkelgesprek ingepland.

Temporichtlijnen

In het eerste jaar kan een leerling een vertraging oplopen op het adviestempo (zie de tabel hieronder). Deze achterstand zal de leerling dan in leerjaar 2 moeten inhalen.

Er zijn echter wel grenzen aan de achterstand die een leerling mag oplopen.

Leerjaar 1 2018-2019 Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4

Nederlands 1 3 5 7

Engels 1 3 5 7

Frans 1 3 5 7

Wiskunde 1 3 5 8

Biologie (vrijstelling thema 3) 1 1,5 2 4

Geschiedenis rood 1,5 3 4,5 6

Geschiedenis wit/blauw 1,5 2 3,5 5

Aardrijkskunde 1,5 3 4,5 6

Technisch ontwerpen 1 2 3,5 5

Informatiekunde 1 2 3 4

Muziek 1 2 3 4

Handvaardigheid 1 2 3 4

Tekenen 1 2 3 4

Lichamelijke opvoeding 1 2 3 4

Latijn 1 3 5 7

Tabel met het adviestempo van leerjaar 1, verdeeld over de 4 periodes van het schooljaar.

Dit is inclusief eventuele vrijstellingen.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(10)

Aan het einde van periode 3 moet de leerling:

- in totaal minimaal 16 treden afgerond hebben bij de tredevakken Ne, En, Fa, wi én - in totaal minimaal 8 thema’s afgerond hebben bij de themavakken bi, ak, gs én - in totaal minimaal 10 treden/thema’s afgerond hebben bij de vakken to, inf, mu, te,

hv, lo.

Voor gymnasiumleerlingen geldt bovendien dat minimaal 4 treden afgerond dienen te zijn bij Latijn.

Aan het einde van periode 4 moet de leerling:

- in totaal minimaal 25 treden afgerond hebben bij de tredevakken Ne, En, Fa, wi én - in totaal minimaal 13 thema’s afgerond hebben bij de themavakken bi, ak, gs én - in totaal minimaal 19 treden/thema’s afgerond hebben bij de vakken to, inf, mu, te,

hv, lo.

Voor gymnasiumleerlingen geldt bovendien dat minimaal 5 treden afgerond dienen te zijn bij Latijn.

Bij deze temporichtlijnen geldt tevens de eis dat een leerling maximaal een achterstand van één periode per vak mag oplopen. Bijvoorbeeld: voor de tredevakken Ne, En, Fa en wi is 5-7-6-7 (25) op het eindrapport toegestaan, maar 3-7-7-8 (25) niet. Bij Ne moeten namelijk minimaal 5 treden afgerond zijn.

Niet voldoen aan de niveau- en/of temporichtlijnen

Indien een leerling aan het einde van periode 3 niet aan deze richtlijnen voldoet, zullen ouders en leerling door de coach uitgenodigd worden voor een extra ontwikkelgesprek.

Daarin wordt advies gegeven over de te nemen stappen. Te denken valt aan:

- overstappen naar een lager niveau (voor een of meerdere vakken);

- inschrijven op een school met vmbo-kaderberoepsgerichte leerweg.

Bij de voortgangsvergadering aan het einde van het schooljaar nemen de docenten hierover een bindend besluit. Het opnieuw doen van het eerste leerjaar is niet toegestaan.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(11)

VOORTGANGSRICHTLIJNEN LEERJAAR 2

De voortgangsrichtlijnen voor leerjaar 2 zijn een vervolg op de richtlijnen die vorig schooljaar in leerjaar 1 golden.

Alle leerlingen hebben in september hun eerste ontwikkelgesprek. Leerlingen starten waar ze vorig jaar gebleven waren, op hetzelfde niveau waar ze in leerjaar 1 op werkten.

Is in dit eerste gesprek geconstateerd dat de leerling een achterstand heeft op het adviestempo dan worden ouders uitgenodigd om bij een coachgesprek in periode 2 aanwezig te zijn.

Niveaurichtlijn

Zodra een leerling 2 kruisen voor een vak heeft, moet deze leerling dit vak op een lager niveau gaan volgen. Een vak volgen op een niveau lager dan rood is niet toegestaan.

Bij 2 kruisen op rood blijft de leerling het vak dus wel op rood volgen. Indien dit bij meerdere vakken het geval is, zal dit besproken worden in het eerstvolgende ontwikkel- gesprek. Eventueel wordt een extra ontwikkelgesprek ingepland.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(12)

Temporichtlijn

Zodra een leerling meer dan één periode achter gaat lopen voor een vak, moet deze leerling dit vak op een lager niveau gaan volgen. Een vak volgen op een niveau lager dan rood is niet toegestaan. Als een leerling die op rood werkt een achterstand van meer dan één periode heeft wordt dit besproken in het eerstvolgende ontwikkel- gesprek waarin advies gegeven wordt over de te nemen stappen. Eventueel wordt een extra ontwikkelgesprek ingepland. De leerling blijft het vak dan wel op rood volgen.

Leerjaar 2 2018-2019 Periode 1 Periode 2 Periode 3 Periode 4

Nederlands 9 12 15 17

Engels 10 13 15 17

Frans 7 9 11 15

Duits 1 3 6 9

Wiskunde 10 12 15 18

Biologie (vrijstelling thema 3, 6, 10, 11, 12) 5 7 8 12

Natuurkunde 1 2 3 5

Geschiedenis rood 6,5 7,5 8,5 10

Geschiedenis wit/blauw 5,5 6,5 7 9

Aardrijkskunde 7,5 9 10,5 12

Economie 1 2,5 4,5 6

Maatschappijleer 1 2 3 5

Muziek 5 6 7 8

Handvaardigheid 5 6 7 8

Tekenen 5 6 7 8

Lichamelijke opvoeding 5 6 7 8

Latijn 6 8 10 13

Grieks 3 5 7 9

Tabel met het adviestempo van leerjaar 2, verdeeld over de 4 periodes van het schooljaar.

Dit is inclusief eventuele vrijstellingen.

Prognose en plaatsing leerjaar 3

Aan het einde van periode 3 is er een voortgangsvergadering met alle vakdocenten van de leerling. Deze vergadering doet een prognose voor de groep waar de leerling in 2019-2020 geplaatst wordt.

Bij de voortgangsvergadering aan het eind van het schooljaar wordt de definitieve plaatsing vastgesteld.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(13)

De groepen voor leerjaar 3 worden samengesteld naar niveau en tempo.

Niveau

- Voor plaatsing in Stroom 2 geldt dat de leerling zijn vakken volgt op rood en/of wit.

- Voor plaatsing in Stroom 3 geldt dat de leerling zijn vakken volgt op wit en/of blauw. Een leerling voor Stroom 3 mag maximaal 1 vak op rood volgen. Dit vak mag tevens geen deel gaan uitmaken van het gekozen profiel in de bovenbouw.

Tempo

- Leerlingen met grote achterstanden kunnen geplaatst worden in een stamgroep van leerjaar 2. De leerling mag maximaal 3 jaar over fase 2 (leerjaar 2 en 3) doen.

In de tijd tussen de prognose en de eindvergadering heeft de leerling de mogelijkheid om te laten zien dat hij/zij toch een hoger tempo of niveau aankan.

Indien een leerling veel vertraging oploopt en/of meerdere kruisen heeft, kan in de voortgangsvergadering van periode 3 het advies gegeven worden om zich in te schrijven op een school met een vmbo-kaderberoepsgerichte leerweg. Bij de voort- gangsvergadering aan het einde van het schooljaar nemen de docenten hierover een bindend besluit.

Indien de leerling alsnog aan de voortgangsrichtlijnen voldoet, kan de leerling zijn schoolloopbaan op het Picasso Lyceum vervolgen en kan de inschrijving op de andere school ongedaan worden gemaakt.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(14)

Van klas 3 TOPmavo naar klas 4 TOPmavo

1 Voor de vakken Nederlands, Engels, maatschappijleer, Frans, Duits, geschiedenis, aardrijkskunde, economie, wiskunde, natuur- en scheikunde I, biologie, kunstvakken II-tekenen en lichamelijke opvoeding 2:

• minimaal 59 punten*;

• maximaal 3x 5 of 1x 5 en 1x 4,

waarvan maximaal 1x 5 in het gekozen vakkenpakket voor klas 4.

2 Kunstvakken I, lichamelijke opvoeding en rekenen dienen afgesloten te worden met

‘goed’ of ‘voldoende’.

3 De handelingsdelen voor het derde leerjaar dienen voor het einde van het schooljaar te zijn afgerond en met ‘goed’ of ‘voldoende’ te zijn beoordeeld.

Indien leerlingen niet voldoen aan de bovenstaande norm zullen zij in ieder geval voor die vakken waar zij een 7,0 of hoger staan naar het volgende leerjaar worden geplaatst.

* Uit het bovenstaande rijtje heeft iedere leerling 10 vakken.

De som van deze afgeronde eindcijfers dient samen minimaal 59 te bedragen.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels4 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(15)

Van klas 3 havo naar klas 4 havo

1 Voor de vakken Nederlands, Engels, Frans, Duits, maatschappijgeschiedenis, aardrijkskunde, economie, wiskunde, natuurkunde en biologie/scheikunde:

• minimaal 59 punten;

• maximaal twee onvoldoendes, waarbij 1x 4 is toegestaan en waarbij slechts 1x 5 in de vakken Nederlands, Engels en wiskunde is toegestaan (voor het profiel cultuur en maatschappij zonder wiskunde geldt dat slechts 1x 5 in de vakken Nederlands en Engels is toegestaan).

2 Voor de vakken beeldende vorming, muziek en lichamelijke opvoeding:

• minimaal 18 punten

• maximaal twee onvoldoendes, waarbij 1x 4 is toegestaan.

3 Het vak rekenen dient te worden afgesloten met ‘goed’ of ‘voldoende’.

Als de leerling aan deze voorwaarden voldoet, wordt hij bevorderd.

4 Daarnaast geldt als toelatingsnorm tot de profielen:

• drie (eventueel gekozen) vakken in het profiel samen 20 punten;

• 1x 5 is toegestaan.

De profielvakken zijn:

cultuur en maatschappij maatschappijgeschiedenis Frans of Duits

economie of beeldende vorming of muziek economie en maatschappij maatschappijgeschiedenis

Economie wiskunde natuur en gezondheid wiskunde

scheikunde*

biologie*

natuur en techniek wiskunde scheikunde*

natuurkunde

Een leerling die naar het vierde leerjaar is bevorderd zonder aan de profielnorm te hebben voldaan en doubleert, kan het recht worden ontzegd om hetzelfde profiel opnieuw te doen.

* Het combinatiecijfer biologie/scheikunde telt voor de overgang mee als één vak.

Voor de toelatingsnorm tot het profiel worden de aparte deelcijfers gehanteerd.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels4 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(16)

Van klas 3 atheneum naar klas 4 atheneum

1 Voor de vakken Nederlands, Engels, Frans, Duits, maatschappijgeschiedenis, aardrijkskunde, economie, wiskunde, natuurkunde en biologie/scheikunde:

• minimaal 59 punten;

• maximaal twee onvoldoendes, waarbij 1x 4 is toegestaan en waarbij slechts 1x 5 in de vakken Nederlands, Engels en wiskunde is toegestaan.

2 Voor de vakken beeldende vorming, muziek en lichamelijke opvoeding:

• minimaal 18 punten;

• maximaal twee onvoldoendes, waarbij 1x 4 is toegestaan.

3 Het vak rekenen dient te worden afgesloten met ‘goed’ of ‘voldoende’.

Als de leerling aan deze voorwaarden voldoet, wordt hij bevorderd.

4 Daarnaast geldt als toelatingsnorm tot de profielen:

• drie (eventueel gekozen) vakken in het profiel samen 20 punten;

• 1x 5 is toegestaan.

De profielvakken zijn:

cultuur en maatschappij maatschappijgeschiedenis wiskunde

economie of beeldende vorming of muziek economie en maatschappij maatschappijgeschiedenis

economie wiskunde natuur en gezondheid wiskunde

scheikunde*

biologie*

natuur en techniek wiskunde scheikunde*

natuurkunde

Een leerling die naar het vierde leerjaar is bevorderd zonder aan de profielnorm te hebben voldaan en doubleert, kan het recht worden ontzegd om hetzelfde profiel opnieuw te doen.

* Het combinatiecijfer biologie/scheikunde telt voor de overgang mee als één vak.

Voor de toelatingsnorm tot het profiel worden de aparte deelcijfers gehanteerd.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels4 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(17)

Van klas 3 gymnasium naar klas 4 gymnasium

1 Voor de vakken Nederlands, Engels, Latijn, Grieks, Frans, Duits, maatschappij- geschiedenis, aardrijkskunde, economie, wiskunde, natuurkunde en biologie/

scheikunde:

• minimaal 71 punten;

• maximaal twee onvoldoendes, waarbij 1x 4 is toegestaan en waarbij slechts 1x 5 in de vakken Nederlands, Engels en wiskunde is toegestaan.

2 Voor de vakken beeldende vorming, muziek en lichamelijke opvoeding:

• minimaal 18 punten;

• maximaal twee onvoldoendes, waarbij 1x 4 is toegestaan.

3 Het vak rekenen dient te worden afgesloten met ‘goed’ of ‘voldoende’.

Als de leerling aan deze voorwaarden voldoet, wordt hij bevorderd.

4 Daarnaast geldt als toelatingsnorm tot de profielen:

• drie (eventueel gekozen) vakken in het profiel samen 20 punten;

• 1x 5 is toegestaan.

De profielvakken zijn:

cultuur en maatschappij maatschappijgeschiedenis Frans of Duits

economie of beeldende vorming of muziek economie en maatschappij maatschappijgeschiedenis

economie wiskunde natuur en gezondheid wiskunde

scheikunde*

biologie*

natuur en techniek wiskunde scheikunde*

natuurkunde

Een leerling die naar het vierde leerjaar is bevorderd zonder aan de profielnorm te hebben voldaan en doubleert, kan het recht worden ontzegd om hetzelfde profiel opnieuw te doen.

* Het combinatiecijfer biologie/scheikunde telt voor de overgang mee als één vak.

Voor de toelatingsnorm tot het profiel worden de aparte deelcijfers gehanteerd.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels4 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(18)

Van klas 4 havo naar klas 5 havo

Leerlingen in klas 4 havo worden bevorderd naar klas 5 havo als:

• alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of

• er 1x 5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, of

• er 1x 4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is, of

• er 2x 5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is, of

• er 1x 5 en 1x 4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is,

• er voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde slechts 1x 5 is behaald;

• de vakken lichamelijke opvoeding en rekenen zijn beoordeeld als ‘goed’ of

‘voldoende’.

Combinatiecijfer

Cijfers voor maatschappijleer en culturele en kunstzinnige vorming maken deel uit van het combinatiecijfer.

• In de overgangsnormen telt het combinatiecijfer als één eindcijfer, beide onderdelen tellen hierin even zwaar mee.

• In de overgangsnormen telt het combinatiecijfer even zwaar mee als de eindcijfers van de overige vakken.

• Het combinatiecijfer mag niet lager dan een 4 zijn. Ook de afzonderlijke onderdelen van het combinatiecijfer mogen niet lager dan een 4 zijn.

· Het combinatiecijfer wordt in 5 havo uitgebreid met het cijfer voor het profielwerkstuk.

Indien leerlingen niet voldoen aan de bovenstaande norm zullen zij in ieder geval voor die vakken waar zij een 7,0 of hoger staan naar het volgende leerjaar worden geplaatst.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 45 naar 6Overgangsnormen

(19)

Van klas 4 vwo naar klas 5 vwo

Leerlingen in klas 4 atheneum worden bevorderd naar klas 5 atheneum als:

• alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of

• er 1x 5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, of

• er 1x 4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is, of

• er 2x 5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is, of

• er 1x 5 en 1x 4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is,

• er voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde slechts 1x 5 is behaald;

• de vakken lichamelijke opvoeding en rekenen zijn beoordeeld als ‘goed’ of

‘voldoende’.

Combinatiecijfer

Cijfers voor maatschappijleer en culturele en kunstzinnige vorming maken deel uit van het combinatiecijfer.

• In de overgangsnormen telt het combinatiecijfer als één eindcijfer, beide onderdelen tellen hierin even zwaar mee.

• In de overgangsnormen telt het combinatiecijfer even zwaar mee als de eindcijfers van de overige vakken.

• Het combinatiecijfer mag niet lager dan een 4 zijn. Ook de afzonderlijke onderdelen van het combinatiecijfer mogen niet lager dan een 4 zijn.

• Het combinatiecijfer wordt in 6 vwo uitgebreid met het cijfer voor het profielwerkstuk.

Indien leerlingen niet voldoen aan de bovenstaande norm zullen zij in ieder geval voor die vakken waar zij een 7,0 of hoger staan naar het volgende leerjaar worden geplaatst.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 45 naar 6Overgangsnormen

(20)

Leerlingen in klas 4 gymnasium worden bevorderd naar klas 5 gymnasium als:

• alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of

• er 1x 5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, of

• er 1x 4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is, of

• er 2x 5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is, of

• er 1x 5 en 1x 4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is,

• er voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde slechts 1x 5 is behaald;

• de vakken lichamelijke opvoeding en rekenen zijn beoordeeld als ‘goed’ of

‘voldoende’.

Combinatiecijfer

Cijfers voor maatschappijleer en culturele en kunstzinnige vorming maken deel uit van het combinatiecijfe.r

· In de overgangsnormen telt het combinatiecijfer als één eindcijfer, indien zowel maatschappijleer en cultureel kunstzinnige vorming deel uitmaken van het combinatiecijfer dan tellen beide vakken even zwaar mee.

• In de overgangsnormen telt het combinatiecijfer even zwaar mee als de eindcijfers van de overige vakken.

• Het combinatiecijfer mag niet lager dan een 4 zijn. Ook de afzonderlijke onderdelen van het combinatiecijfer mogen niet lager dan een 4 zijn.

• Het combinatiecijfer wordt in 6 gymnasium uitgebreid met het cijfer voor het profielwerkstuk.

Indien leerlingen niet voldoen aan de bovenstaande norm zullen zij in ieder geval voor die vakken waar zij een 7,0 of hoger staan naar het volgende leerjaar worden geplaatst.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 45 naar 6Overgangsnormen

(21)

Van klas 5 vwo naar klas 6 vwo

Leerlingen in klas 5 atheneum worden bevorderd naar klas 6 atheneum als:

• alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of

• er 1x 5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, of

• er 1x 4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is, of

• er 2x 5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is, of

• er 1x 5 en 1x 4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is,

• er voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde slechts 1x 5 is behaald;

• de vakken culturele en kunstzinnige vorming, lichamelijke opvoeding en rekenen zijn beoordeeld als ‘goed’ of ‘voldoende’.

Combinatiecijfer

Cijfers voor maatschappijleer en culturele en kunstzinnige vorming maken deel uit van het combinatiecijfer.

• In de overgangsnormen telt het combinatiecijfer als één eindcijfer, beide onderdelen tellen hierin even zwaar mee.

• In de overgangsnormen telt het combinatiecijfer even zwaar mee als de eindcijfers van de overige vakken.

• Het combinatiecijfer mag niet lager dan een 4 zijn. Ook de afzonderlijke onderdelen van het combinatiecijfer mogen niet lager dan een 4 zijn.

• Het combinatiecijfer wordt in 6 vwo uitgebreid met het cijfer voor het profielwerkstuk.

Indien leerlingen niet voldoen aan de bovenstaande norm zullen zij in ieder geval voor die vakken waar zij een 7,0 of hoger staan naar het volgende leerjaar worden geplaatst.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 44 naar 5Overgangsnormen

(22)

Leerlingen in klas 5 gymnasium worden bevorderd naar klas 6 gymnasium als:

• alle eindcijfers 6 of hoger zijn, of

• er 1x 5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, of

• er 1x 4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is, of

• er 2x 5 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is, of

• er 1x 5 en 1x 4 is behaald en voor de overige vakken een 6 of hoger, waarbij het gemiddelde tenminste 6,0 is,

• er voor de vakken Nederlands, Engels en wiskunde slechts 1x 5 is behaald;

• de vakken lichamelijke opvoeding en rekenen zijn beoordeeld als ‘goed’ of

‘voldoende’.

Combinatiecijfer

Cijfers voor maatschappijleer en culturele en kunstzinnige vorming maken deel uit van het combinatiecijfer.

• In de overgangsnormen telt het combinatiecijfer als één eindcijfer, indien zowel maatschappijleer en cultureel kunstzinnige vorming deel uitmaken van het combinatiecijfer dan tellen beide vakken even zwaar mee.

• In de overgangsnormen telt het combinatiecijfer even zwaar mee als de eindcijfers van de overige vakken.

• Het combinatiecijfer mag niet lager dan een 4 zijn. Ook de afzonderlijke onderdelen van het combinatiecijfer mogen niet lager dan een 4 zijn.

• Het combinatiecijfer wordt in 6 gymnasium uitgebreid met het cijfer voor het profielwerkstuk.

Indien leerlingen niet voldoen aan de bovenstaande norm zullen zij in ieder geval voor die vakken waar zij een 7,0 of hoger staan naar het volgende leerjaar worden geplaatst.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 44 naar 5Overgangsnormen

(23)

De uitslagregels

Voor TOPmavo

Een examenkandidaat is geslaagd als:

Een kandidaat slaagt voor het vmbo-t als het gemiddelde cijfer voor de vakken van het centrale examen ten minste een voldoende is. Dat is onafgerond een 5,5.

De rekentoets telt niet mee bij het bepalen van dit gemiddelde.

Daarnaast geldt één van de volgende voorwaarden. De kandidaat slaagt als:

• alle eindcijfers een 6 of hoger zijn;

• één eindcijfer een 5 is en alle andere eindcijfers een 6 of hoger;

• één eindcijfer een 4 is en de overige eindcijfers een 6 of hoger waarvan ten minste één cijfer 7 of hoger;

• voor twee vakken een eindcijfer 5 en de overige eindcijfers een 6 of hoger waarvan ten minste 1 cijfer 7 of hoger.

Het rekentoetscijfer telt niet mee bij bovenstaande vier voorwaarden.

Het eindcijfer 3 of lager op de cijferlijst betekent dat de kandidaat niet geslaagd is.

Daarna gelden de overige voorwaarden. De kandidaat dient

• voor Nederlandse taal minimaal een 5 te halen;

• de rekentoets minimaal één keer afgelegd te hebben;

• minimaal een ‘voldoende’ te hebben gehaald voor de vakken lichamelijke opvoeding, kunstvakken I en het profielwerkstuk.

Hoe wordt het eindcijfer berekend?

Het eindcijfer van een vak is het gemiddelde van het schoolexamencijfer (SE) en het centraal examencijfer (CE). Dit cijfer wordt afgerond op een geheel cijfer. Als het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is, wordt het eindcijfer naar beneden afgerond. Een 5,49 is dus een 5. Als dat cijfer een 5 of hoger is, wordt het eindcijfer naar boven afgerond. Een 5,50 is een 6.

Als er voor een vak geen centraal examen is, dan is het cijfer van het schoolexamen ook het eindcijfer.

Rekentoets

De rekentoets is wel een onderdeel van het eindexamen, maar telt niet mee in de berekening van het gemiddelde centraal examencijfer.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnen3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(24)

Extra vak

Een kandidaat kan niet worden afgewezen op een onvoldoende voor het examen in een extra vak. Zonder dit extra vak moet er dan wel worden voldaan aan de eisen om te slagen.

Cum laude

Een kandidaat is cum laude geslaagd als het gemiddelde van de eindcijfers voor Nederlands, Engels, maatschappijleer, de vakken in het profieldeel en het vak met het hoogste cijfer in het vrije deel een 8,0 of hoger is. De rekentoets telt dit jaar niet mee. Bovendien mag geen van de cijfers die bij de uitslagbepaling betrokken zijn lager zijn dan 6.

Voor havo

Een examenkandidaat is geslaagd als:

Een kandidaat slaagt voor het havo als het gemiddelde cijfer voor de vakken van het centraal examen ten minste een voldoende is. Dat is onafgerond een 5,5.

De rekentoets telt niet mee bij het bepalen van dit gemiddelde.

Daarnaast geldt één van de volgende voorwaarden:

• alle eindcijfers zijn een 6 of hoger;

• één eindcijfer is een 5 en alle andere eindcijfers een 6 of hoger;

• één eindcijfer is een 4 en de overige eindcijfers zijn een 6 én het gemiddelde van alle eindcijfers is een 6,0 of hoger;

• één eindcijfer is een 4 en één eindcijfer is een 5 en de overige eindcijfers zijn een 6 of hoger en het gemiddelde van alle eindcijfers is een 6,0 of hoger;

• twee eindcijfers zijn een 5 en de overige eindcijfers zijn een 6 of hoger en het gemiddelde van alle eindcijfers is een 6,0 of hoger.

Het rekentoetscijfer telt niet mee bij bovenstaande vijf voorwaarden.

Cijfers voor het vak maatschappijleer, culturele en kunstzinnige vorming en het profielwerkstuk maken deel uit van het combinatiecijfer. Bij het bepalen van de uitslag telt het combinatiecijfer als één cijfer.

Bij kandidaten die het vak culturele en kunstzinnige vorming eerder hebben afgerond met een ‘onvoldoende’, ‘voldoende’, of ‘goed’ geldt dat hun eerder gemaakte werk opnieuw wordt beoordeeld en dat de beoordeling in een cijfer wordt uitgedrukt.

Dat cijfer telt mee in het combinatiecijfer.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnen3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(25)

Daarna gelden de overige voorwaarden:

• voor de vakken Nederlandse taal en literatuur, Engelse taal en literatuur, wiskunde A en wiskunde B mag slechts één 5 als eindcijfer behaald zijn. De rest van genoemde eindcijfers moet minimaal een 6 zijn;

• de rekentoets moet minimaal één keer afgelegd zijn;

• voor het vakken lichamelijke opvoeding moet minimaal een ‘voldoende’ zijn behaald.

Het eindcijfer 3 of lager op de cijferlijst betekent dat de kandidaat niet geslaagd is.

Dit geldt ook voor de verschillende onderdelen van het combinatiecijfer.

Voor alle duidelijkheid: als één van de onderdelen van het combinatiecijfer 3 of lager is, is de leerling niet geslaagd, zelfs als het gemiddelde (oftewel: het combinatiecijfer) 6 of hoger is.

Hoe wordt het eindcijfer berekend?

Het eindcijfer van een vak is het gemiddelde van het schoolexamencijfer (SE) en het centraal examencijfer (CE). Dit cijfer wordt afgerond op een geheel cijfer. Als het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is, wordt het eindcijfer naar beneden afgerond. Een 5,49 is dus een 5. Als dat cijfer een 5 of hoger is, wordt het eindcijfer naar boven afgerond. Een 5,50 is een 6.

Als er voor een vak geen centraal examen is, dan is het cijfer van het schoolexamen ook het eindcijfer.

Kernvakkenregel

In het rijtje vakken voor de kernvakkenregel staat wiskunde genoemd. Dit kan zijn:

wiskunde A of wiskunde B.

Wie het profiel cultuur en maatschappij doet, hoeft geen wiskunde in zijn pakket te hebben. Dan geldt de kernvakkenregel alleen voor Nederlands en Engels. Wordt er toch wiskunde A of wiskunde B gevolgd in het profiel cultuur en maatschappij dan telt wiskunde gewoon mee voor de kernvakkenregel.

Rekentoets

De rekentoets is wel een onderdeel van het eindexamen, maar telt niet mee in de berekening van het gemiddelde centraal examencijfer.

Combinatiecijfer

Cijfers voor maatschappijleer, culturele en kunstzinnige vorming en het profielwerkstuk maken deel uit van het combinatiecijfer. Bij het bepalen van de uitslag van het examen telt het combinatie cijfer als één cijfer.

Het combinatiecijfer mag geen 3 zijn. Ook de afzonderlijke onderdelen van het combinatiecijfer mogen geen 3 zijn.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnen3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(26)

Extra vak

Een kandidaat kan niet worden afgewezen op een onvoldoende voor het examen in een extra vak. Zonder dit vak moet er dan wel worden voldaan aan de eisen om te slagen.

Cum laude

Een kandidaat is cum laude geslaagd als het gemiddelde van de eindcijfers een 8,0 of hoger is. Alleen het hoogste cijfer uit het vrije deel telt mee voor deze berekening.

Dit jaar telt de rekentoets niet mee. Bovendien mag geen van de cijfers die bij de uitslagbepaling betrokken zijn, lager zijn dan 6.

Voor vwo

Een examenkandidaat voor het atheneum is geslaagd als:

Een kandidaat slaagt voor het atheneum als het gemiddelde cijfer voor de vakken van het centraal examen ten minste een voldoende is. Dat is afgerond een 5,5.

De rekentoets telt niet mee bij het bepalen van dit gemiddelde.

Daarnaast geldt één van de volgende voorwaarden:

• alle eindcijfers zijn een 6 of hoger;

• één eindcijfer is een 5 en alle andere eindcijfers een 6 of hoger;

• één eindcijfer is een 4 en de overige eindcijfers zijn een 6 of hoger én het gemiddelde van alle eindcijfers is een 6,0 of hoger;

• één eindcijfer is een 4 en één eindcijfer is een 5 en de overige eindcijfers zijn en 6 of hoger en het gemiddelde van alle eindcijfers is een 6,0 of hoger;

• twee eindcijfers zijn een 5 en de overige eindcijfers zijn een 6 of hoger en het gemiddelde van alle eindcijfers is een 6,0 of hoger.

Het rekentoetscijfer telt niet mee bij bovenstaande vijf voorwaarden.

Cijfers voor maatschappijleer en het profielwerkstuk maken deel uit van het combinatiecijfer. Bij het bepalen van de uitslag telt het combinatiecijfer als één cijfer.

Daarna gelden de overige voorwaarden:

• voor de vakken Nederlandse taal en literatuur, Engelse taal en literatuur, wiskunde A, wiskunde B en wiskunde C mag slechts één 5 als eindcijfer behaald zijn. De rest van genoemde eindcijfers moet minimaal een 6 zijn;

• de rekentoets moet minimaal één keer afgelegd zijn;

• voor de vakken lichamelijke opvoeding en culturele en kunstzinnige vorming moet minimaal een ‘voldoende’ zijn behaald.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnen3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(27)

Het eindcijfer 3 of lager op de cijferlijst betekent dat de kandidaat niet geslaagd is.

Dit geldt ook voor de verschillende onderdelen van het combinatiecijfer.

Voor alle duidelijkheid: als één van de onderdelen van het combinatiecijfer 3 of lager is, is de leerling niet geslaagd, zelfs als het gemiddelde (oftewel: het combinatiecijfer) 6 of hoger is.

Een examenkandidaat voor het gymnasium is geslaagd als:

Een kandidaat slaagt voor het gymnasium als het gemiddelde cijfer voor de vakken van het centraal examen ten minste een voldoende is. Dat is afgerond een 5,5.

De rekentoets telt niet mee bij het bepalen van dit gemiddelde.

Daarnaast geldt één van de volgende voorwaarden:

• alle eindcijfers zijn een 6 of hoger;

• één eindcijfer is een 5 en alle andere eindcijfers een 6 of hoger;

• één eindcijfer is een 4 en de overige eindcijfers zijn een 6 of hoger én het gemiddelde van alle eindcijfers is een 6,0 of hoger;

• één eindcijfer is een 4 en één eindcijfer is een 5 en de overige eindcijfers zijn een 6 of hoger en het gemiddelde van alle eindcijfers is een 6,0 of hoger;

• twee eindcijfers zijn een 5 en de overige eindcijfers zijn een 6 of hoger en het gemiddelde van alle eindcijfers is een 6,0 of hoger.

Het rekentoetscijfer telt niet mee bij bovenstaande vijf voorwaarden.

Cijfers voor maatschappijleer en het profielwerkstuk maken deel uit van het combinatiecijfer. Bij het bepalen van de uitslag telt het combinatiecijfer als één cijfer.

Daarna gelden de overige voorwaarden:

• voor de vakken Nederlandse taal en literatuur, Engelse taal en literatuur, wiskunde A, wiskunde B en wiskunde C mag slechts één 5 als eindcijfer behaald zijn. De rest van genoemde eindcijfers moet minimaal een 6 zijn;

• de rekentoets moet minimaal één keer afgelegd zijn;

• voor de vakken lichamelijke opvoeding en culturele en kunstzinnige vorming moet minimaal een ‘voldoende’ zijn behaald.

Het eindcijfer 3 of lager op de cijferlijst betekent dat de kandidaat niet geslaagd is.

Dit geldt ook voor de verschillende onderdelen van het combinatiecijfer.

Voor alle duidelijkheid: als één van de onderdelen van het combinatiecijfer 3 of lager is, is de leerling niet geslaagd, zelfs als het gemiddelde (oftewel: het combinatiecijfer) 6 of hoger is.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnen3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(28)

Hoe wordt het eindcijfer berekend?

Het eindcijfer van een vak is het gemiddelde van het schoolexamencijfer (SE) en het centraal examencijfer (CE). Dit cijfer wordt afgerond op een geheel cijfer. Als het eerste cijfer achter de komma een 4 of lager is, wordt het eindcijfer naar beneden afgerond.

Een 5,49 is dus een 5. Als dat cijfer een 5 of hoger is, wordt het eindcijfer naar boven afgerond. Een 5,50 is een 6.

Als er voor een vak geen centraal examen is, dan is het cijfer van het schoolexamen ook het eindcijfer.

Kernvakkenregel

In het rijtje vakken voor de kernvakkenregel staat wiskunde genoemd.

Dit kan zijn: wiskunde A, wiskunde B of wiskunde C.

Combinatiecijfer

Cijfers voor het profielwerkstuk en maatschappijleer maken deel uit van het combina- tiecijfer. Bij het bepalen van de uitslag van het examen telt het combinatiecijfer als één cijfer.

Het combinatiecijfer mag geen 3 zijn. Ook de afzonderlijke onderdelen van het combinatiecijfer mogen geen 3 zijn.

Extra vak

Een kandidaat kan niet worden afgewezen op een onvoldoende voor het examen in een extra vak. Zonder dit vak moet er dan wel worden voldaan aan de eisen om te slagen.

Cum laude

Een kandidaat is cum laude geslaagd als het gemiddelde van de eindcijfers een 8,0 of hoger is. De rekentoets en alleen het hoogste cijfer uit het vrije deel tellen mee voor deze berekening. Bovendien mag geen van de cijfers die bij de uitslagbepaling betrokken zijn, lager zijn dan 7. Wanneer een kandidaat cum laude geslaagd is, komt dat op het diploma te staan.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnen3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(29)

Na het behalen van het diploma

TOPmavo naar 4 havo

Een leerling die een vmbo-t-diploma heeft behaald kan worden toegelaten tot 4 havo wanneer de leerling:

• een gemiddelde van 6,8 of hoger heeft behaald op de eindlijst. In dit gemiddelde wordt de rekentoets niet meegeteld;

• slechts 1x 6 heeft behaald op de eindlijst voor Nederlands, Engels en wiskunde (minimaal dus 1x 6 en 2x 7);

• minimaal een 6 heeft gehaald voor rekenen;

• examen heeft gedaan in wiskunde. Wanneer dat niet het geval is kan de leerling alleen het C&M-profiel volgen;

• succesvol heeft deelgenomen aan de overstapmodules voor wiskunde en scheikunde als de leerling deze vakken in 4 havo in het pakket opneemt.

Over deze overstap worden de leerlingen in klas 3 geïnformeerd door de decaan van de TOPmavo. Het volledig overstapprotocol is te vinden op de site.

Havo naar 5 vwo

Een leerling die een havo-diploma heeft behaald kan worden toegelaten tot 5 vwo wanneer de leerling:

• voor Nederlands, Engels en de profielvakken een gemiddelde van 6,5 of hoger heeft behaald op de eindlijst;

• slechts 1x 6 heeft behaald op de eindlijst voor Nederlands, Engels, wiskunde en rekenen (minimaal dus 1x 6 en 3x 7);

• examen heeft gedaan in Frans of Duits;

• examen heeft gedaan in een extra vak.

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

VoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

(30)

gymnasium, atheneum, havo en TOPmavo Paletsingel 38c

2718 NT Zoetermeer Telefoon (079) 347 17 00 www.picasso-lyceum.nl info@picasso-lyceum.nl

2017-2018

Overgangsnormen en uitslagregels

Het Picasso Lyceum (gymnasium, atheneum, havo en TOPmavo) is onderdeel van de Stichting Stedelijk Voortgezet Onderwijs Zoetermeer (SSVOZ).

Onderdeel van de schoolgids

O ver gangsnormen Na je diploma Uitslagr egels Vo or tgangsrich tlijnen 3 naar 4 4 naar 5 5 naar 6

Na je diplomaVoortgangsrichtlijnenUitslagregels3 naar 44 naar 55 naar 6Overgangsnormen

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het was geen vreemde vraag: al sinds ze naar binnen waren gegaan, merkte Pinkeltje dat het nest voortdurend heen en weer wiegde in de wind, wat hem een beetje het gevoel gaf alsof

De leerling dient aan al deze punten te voldoen om direct over te gaan naar het volgende leerjaar binnen de leerweg Mavo..

• Verwerking van uw persoonsgegevens beperkt is tot enkel die gegevens wel- ke minimaal nodig zijn voor de doeleinden waarvoor ze worden verwerkt;?. • Vragen om uw

Indien de norm voor de gemengde leerweg niet wordt behaald, worden de vakken ak/gs en economie naar groep 2 verplaatst.. Totaalgemiddelde

De gegevens die door het NIK worden verwerkt, zijn alleen die gegevens die nodig zijn voor de uitvoering van de bovenstaande doeleinden en u wordt geacht toestemming te hebben

1 Wanneer een leerling niet bevorderd kan worden naar het volgende leerjaar van de havo en het advies krijgt voor mavo op het Minkema, dan wordt in overleg met de andere locatie

De persoonsgegevens worden verwijderd uiterlijk 2 jaar nadat de huur is geëindigd en alle lopende zaken zijn afgehandeld, met dien verstande dat de gegevens met betrekking tot

Indien de norm voor de gemengde leerweg niet wordt behaald, worden de vakken geschiedenis en economie naar groep 2 verplaatst. Totaalgemiddelde