• No results found

Gedrag is een signaal

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Gedrag is een signaal"

Copied!
10
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Gedrag is een signaal

Een passende aanpak voor opvallend gedrag

Hanni Bijl-van Gelder Esther van Efferen-Wiersma

(2)

Inhoudsopgave

1. Introductie... 5

2. Van opvallend gedrag naar passende aanpak ... 7

Een kader voor opbrengstgericht werken aan schoolgedrag ... 7

2.2 Een stappenplan voor opvallend schoolgedrag ... 9

2.2 - Stap 1: Loop je basisaanpak nog eens kritisch langs ... 11

2.2 - Stap 2: Data verzamelen ... 11

2.2 - Stap 3: Duiden van data en doelen stellen ... 12

2.2 - Stap 4: Doen ... 15

2.3 Cyclus ... 15

3. Informatie verzamelen over individuele leerlingen ... 16

3.1 Observeren ... 16

- Achtergronden van het ABC-schema ... 19

- Beïnvloeden van gedrag ... 16

3.2 Dossieranalyse ... 18

3.3 In gesprek met een leerling en zijn ouders ... 21

- In gesprek met een leerling ... 21

- In gesprek met ouders ... 23

4. Welk gedrag valt op? ... 26

4.1 Druk gedrag ... 26

4.2 Opstandig en agressief gedrag ... 42

4.3 Teruggetrokken gedrag ... 72

4.4 Sociaal opvallend gedrag ... 88

5. Aan de slag ... 109

5.1 Sociale verhalen en stappenplannen ... 109

5.2 Inzicht in eigen gedrag: 5G-model ... 111

5.3 Portfoliowerkwijze ... 113

5.4 Visualiseren van emoties ... 114

6. Achtergrondinformatie... 116

6.1 ADHD ... 116

(3)

6.7 Dyscalculie ... 124

6.8 Dyslexie ... 125

6.9 Obsessieve-compulsieve stoornis ... 126

6.10 Oppositionele-opstandige stoornis ... 127

6.11 Taalstoornis ... 127

6.12 Trauma en stress ... 128

6.13 Verstandelijke beperking ... 129

7. Literatuur... 131

Bijlagen Leerlijn Leren leren ... 133

Als een kind niet kan leren door de manier waarop wij lesge- ven, misschien zouden we dan les moeten gaan geven op een manier waardoor het kind leert.

Ignacio Estrada (1696-1760)

Als een kind niet kan leren door de manier waarop wij lesgeven, misschien zouden we dan les moeten gaan geven op een manier waardoor het kind leert.

Ignacio Estrada (1696-1760)

(4)

1. Introductie

“Passend Onderwijs leidt ertoe dat er een beroep wordt ge- daan op het vermogen van leerkrachten om probleemgedrag te voorkomen of tegen te gaan. Preventief planmatig werken aan gedrag wordt steeds essentiëler.”

Bron: Onderwijsraad, 2014

De school is er om te leren. Om kinderen verder te brengen in hun ontwikkeling.

Natuurlijk wordt er ook buiten school geleerd, maar de school is in het leven geroepen om kinderen met name te leren lezen, schrijven en rekenen. Dit leren op school krijgen de leerlingen pas voor elkaar als zij weten wat er van hen verwacht wordt. Ook met betrekking tot gedrag. Wanneer je gedrag als vak benadert, werk je met jouw leerlingen opbrengstgericht. Dit werkt motiverend. Leerlingen krijgen meer inzicht in hun eigen gedrag en weten wat zij kunnen doen om verder te komen.

Ook jij als leerkracht weet wat je van jouw groep mag en kan verwachten. Ondanks dat je met het grootste deel van jouw groep goed aan de slag kunt, kan het zijn dat er voor een aantal leerlingen meer nodig is. Zij blijven opvallend gedrag laten zien.

Dit gedrag komt ergens vandaan. Het is voor jou als leerkracht een signaal.

De leerling roept als het ware: ‘Ik heb jou nodig!’ Waarvoor precies, dat kun je individueel verder met de leerling (en zijn ouders/ verzorgers) nagaan. Pas wanneer je weet welk signaal onder het gedrag zit, kun je komen tot een passende aanpak.

Dit boek, Gedrag is een signaal, is onderdeel van een tweedelige boekenserie over gedrag. In deze boekenserie lees je als leerkracht wat je kunt doen om er voor te zorgen dat alle leerlingen zoveel mogelijk kunnen leren in een groep.

(5)

Opbrengstgericht werken aan gedrag

Dit boek beschrijft hoe je alle leerlingen schoolgedrag kunt aanleren. Dit is gedrag dat nodig is om adequaat te kunnen functioneren op school en binnen een groep op school. Als kader voor schoolgedrag gebruikt dit boek de leergebiedoverstijgende leerlijnen Sociaal gedrag en Leren leren. Je leest hoe je aan gedrag van leerlingen kunt werken volgens het 4D-model: Data-Duiden-Doelen-Doen. Met dit boek kunnen leerkrachten en intern begeleiders, maar ook de directie samen met het team, opbrengstgericht aan de slag met gedrag. Het is een voorwaarde dat de school al opbrengstgericht werkt aan gedrag of hiermee bezig is, voordat je verder kunt gaan met boek 2.

Boek 2: Gedrag is een signaal

Een passende aanpak voor opvallend gedrag

Dit boek beschrijft het aanleren van schoolgedrag bij leerlingen waarbij dit niet vanzelfsprekend gaat, oftewel leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften. Dit boek geeft aan waar bepaald gedrag een signaal van kan zijn en op welke manier je als leerkracht of intern begeleider tegemoet kunt komen aan specifieke onderwijs- behoeften.

Bij de boekenserie hoort een training. Kijk voor meer informatie op:

www.cedgroep.nl/gedragiseensignaal.

Dit boek is gebaseerd op onder andere onderwijskundige, (neuro-)psychologische en orthodidactische literatuur. De geraadpleegde bronnen kun je terugvinden in hoofdstuk 7.

Dit boek is bedoeld voor gebruik in het basisonderwijs (BaO), het speciaal basis- onderwijs (SBO) en het speciaal onderwijs (SO). Het is ook goed te gebruiken binnen het voortgezet speciaal onderwijs (VSO).

(6)

2. Van opvallend gedrag naar passende aanpak

Wanneer spreek je eigenlijk van opvallend gedrag? Is dat gedrag dat afwijkt van de grootste groep leerlingen? Binnen de school? Of alleen binnen jouw groep? Is het een onderbuikgevoel dat jij als leerkracht hebt van een leerling? Of valt gedrag op als je merkt dat jouw inspanningen weinig effect lijken te hebben op de

ontwikkeling van een leerling? Er kunnen verschillende redenen zijn waarom jij als leerkracht vindt dat gedrag opvalt. In dit boek gaat het voornamelijk om school- gedrag.

Een belangrijk uitgangspunt voor het werken aan opvallend schoolgedrag, is dat je werkt met een duidelijk kader

hiervoor. In het boek Gedrag is een vak zijn de leerlijnen Sociaal gedrag en Leren leren aangereikt als kader. Maar het kan ook heel goed dat jouw school op een andere manier werkt aan schoolgedrag. Het is van belang dat jij als leerkracht weet wat je van je van leerlingen kunt vragen en dat leerlingen weten wat er van hen verwacht wordt. Pas als de ambitie van de school op het gebied van schoolgedrag helder is (de schoolstandaard), kun je spreken van gewenst, ongewenst of opvallend gedrag. Hoe ga je daar dan vervolgens mee aan de slag? Dit hoofdstuk biedt een stappenplan voor de aanpak van opvallend schoolgedrag. Het stappenplan is meteen een leeswijzer voor het gebruik van dit boek

Gedrag is een signaal.

2.1 Een kader voor opbrengstgericht werken aan schoolgedrag

Je werkt op jouw school opbrengstgericht aan gedrag. Je hebt met elkaar binnen de school afgesproken wat jullie ambitie is op het gebied van schoolgedrag: jullie hebben een schoolstandaard vastgesteld. Zoals je in Gedrag is een vak hebt kunnen lezen, biedt het 4D-model een praktisch kader om in een school en in een groep

Lees meer over schoolgedrag in het boek Gedrag is een vak

Gebruik dit boek om meer begrip voor en grip op opvallend school- gedrag van leerlingen te krijgen.

(7)

Je weet inmiddels dat de 4 D’s staan voor: Data verzamelen en Duiden, op basis daarvan Doelen stellen en vervolgens Doen. De schoolstandaard vormt de basis voor het plannen van het onderwijsaanbod en het toewijzen van leerlingen aan de arrangementen in het groepsplan. Dit betekent concreet dat jij als leerkracht het gedrag van leerlingen steeds vergelijkt met het gedrag dat de school als standaard (ambitie) heeft gesteld. Op basis van deze vergelijking maak je aanpassingen in het onderwijsaanbod op het gebied van het aanleren van schoolgedrag.

Wanneer je in jouw groep ziet dat je met enkele leerlingen de standaard niet haalt, ga je in eerste instantie kritisch bekijken wat jij als leerkracht kunt veranderen aan de kenmerken uit het onderwijsleerproces, om ervoor te zorgen dat de leerlingen de doelen wel kunnen behalen: het leerstofaanbod, het klassenmanagement, de leer- tijd, het didactisch en pedagogisch handelen en/of het schoolklimaat (kortweg: de onderwijskenmerken). Zo kan het zijn dat een leerling niet genoeg heeft aan de basisinstructie, de basisleertijd of de geboden leerkrachtvaardigheden in het basis- arrangement. Dan wordt die leerling toegewezen aan het intensief arrangement.

Dit betekent dat je als leerkracht meer gaat doen om de leerling toch de gestelde doelen te laten behalen. Bijvoorbeeld meer instructie bieden, meer leertijd bieden

(8)

en/of meer tussentijdse positieve feedback geven op de doelen. Dit beschrijf je vervolgens in het intensief arrangement. De doelen blijven nog steeds hetzelfde.

In het boek Gedrag is een vak lees je hoe je op een cyclische manier gericht aan de onderwijskenmerken kunt werken.

2.2 Een stappenplan voor opvallend schoolgedrag

Een leerling die niet genoeg heeft aan het intensief arrangement, wijs je toe aan het zeer intensief arrangement. Deze leerling krijgt wél eigen doelen. De doelen moeten aansluiten op de specifieke onderwijsbehoeften van de leerling. Maar hoe kom je achter deze behoeften? Door goed naar het gedrag van een leerling te kij- ken, te luisteren en je te verdiepen in achtergronden over gedrag (data verzamelen), kun je achter het signaal van dit gedrag komen (duiden). Dit signaal geeft je inzicht in het gedrag van een leerling waardoor je onderwijsbehoeften kunt formuleren.

Met deze onderwijsbehoeften kom je tot een passende aanpak (doelen stellen). De doelen die je vervolgens voor deze leerling beschrijft in het groepsplan, neem je eveneens op in het ontwikkelingsperspectiefplan (OPP) van de leerling. De stappen die je volgt bij de aanpak van opvallend schoolgedrag, vind je in het volgende overzicht.

(9)

Situatie:

- Een leerling heeft niet genoeg aan het intensief arrangement;

- Je wijst een leerling toe aan het zeer intensief arrangement;

- Het is onduidelijk wat de specifieke onderwijsbehoeften van een leerling zijn.

Loop je basisaanpak nog eens kritisch langs →Checklist in bijlage - Verbeteringen mogelijk? Stel hierop doelstellingen en neem deze op in je groepsplan.

Ga terug naar de 4D-cyclus.

- Een sterke basisaanpak? Ga door naar stap 2: data verzamelen.

Data verzamelen → Hoofdstuk 3 - Observeren.

- Dossieranalyse.

- Gesprekken met leerling en ouders.

- Verdiepen in achtergrondinformatie over gedrag. → Hoofdstuk 6

Duiden van data en doelen stellen → Hoofdstuk 4 3a → Clusteren van gedrag.

3b → Welk signaal zit onder het gedrag?

3c → Wat zijn onderwijsbehoeften bij dit signaal?

3d → Wat is een passende aanpak?

Doen → Hoofdstuk 5

Praktische voorbeelden van uitgewerkte aanpakken, passend bij specifieke onderwijs- behoeften.

Zoals je ziet gebruik je verschillende paragrafen en hoofdstukken uit dit boek bij de stappen. Het is dus niet de bedoeling dat je dit boek chronologisch van voor naar achteren leest. Gebruik dit boek als naslagwerk en pak het er steeds bij wanneer je vastloopt in het stellen van doelen bij een (aantal) leerling(en) op het gebied van schoolgedrag.

Hier volgt een korte toelichting bij het stappenplan met daarbij verwijzingen naar de betreffende hoofdstukken in dit boek.

Stap 1

Stap 2

Stap 3

Stap 4

(10)

Loop je basisaanpak nog eens kritisch langs

Binnen de 4D-cyclus reflecteer je op vaststaande momenten jouw onderwijsaanbod op alle onderwijskenmerken. Wanneer je merkt dat jouw aanpassingen in je leer- krachthandelen weinig effect hebben op het schoolgedrag van een leerling, is het belangrijk om je basisaanpak nog een keer kritisch langs te lopen. Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften hebben immers vaak behoefte aan een duidelijke structuur en voorspelbaarheid. Door jouw klassenmanagement en didactisch en pedagogisch handelen sterk neer te zetten, kom je al aan veel onderwijsbehoeften tegemoet. In de bijlagen vind je drie checklisten met adviezen voor een sterke basisaanpak. De checklisten sluiten aan bij de doelstellingen die je stelt op de verschillende onderwijskenmerken. Voorbeelden van deze doelstellingen kun je lezen in het boek Gedrag is een vak.

Zijn er nog verbeteringen in je leerkrachtgedrag mogelijk? Ga dan eerst hiermee aan de slag. Neem hiervoor doelen op in je groepsplan. Je gaat weer terug naar je reguliere 4D-cyclus.

Is jouw basisaanpak sterk? Dan is het van belang om na te gaan waarom deze specifieke leerling hier niet van kan profiteren. Je start met het verzamelen van data over deze leerling.

Data verzamelen

Vanuit de overdracht met je collega van het vorige schooljaar, een overdracht van een andere school of vanuit een (intake)gesprek met ouders/verzorgers1, krijg je vaak al informatie over een leerling. Je hebt misschien al verslagen gelezen en daar ook achtergrondinformatie bij gezocht. Op basis hiervan kun je vaak al een redelijke inschatting maken van eventuele specifieke onderwijsbehoeften en hierbij een aanpak (doelen) formuleren. Pas als je merkt dat jouw aanpak niet (meer) tot het gewenste gedrag bij een leerling leidt, is het belangrijk om het gedrag van een leerling nauwkeuriger te gaan beschrijven. Op die manier krijg je meer inzicht in patronen van gedrag van een leerling.

Stap 2 Stap 1

Gebruik de checklisten uit de bijlagen voor het versterken van je basisaanpak.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Dit heeft de inspectie op twee manieren onderzocht: (1) door na te gaan of op opbrengstgerichte scholen meer toetsen als voldoende worden beoordeeld dan op minder

Deze gegevens noteert u in het groepsoverzicht, wat dan weer de input levert voor een volgend groepsplan. Evaluatie van

De kwaliteitskaarten Staal zijn opgesteld om de kwaliteit van het onderwijsaanbod met Staal op groeps- en schoolniveau structureel te kunnen beoordelen, vastleggen en verbeteren..

In deze handleiding krijgt u uitleg hoe het groepsoverzicht en groepsplan voor Pluspunt 3 kan worden ingevuld.. De bijbehorende formats vindt u in

In deze handleiding krijgt u uitleg hoe het groepsoverzicht en groepsplan voor De wereld in getallen 4 kan worden ingevuld.. De bijbehorende formats vindt u in

Vul bij deze groep kinderen de kolom Resultaten observaties Kleuterplein in als er signalen zijn die van invloed zijn op de volgende groepsplanperiode.. De kolom hoeft voor

Ook in de lagere stromen van het vmbo, het mbo en in delen van het vso zijn er veel leerlingen die behoefte hebben aan een gestructureerd ritmisch aanbod met veel aandacht

getoetst. Vrijere vormen van onderwijs, thematisch onderwijs of projectonderwijs lenen zich daar minder goed voor. Terwijl je wel wilt weten wat de impact van je onderwijs is op