• No results found

PROTESTANTSE GEMEENTE DOETINCHEM CATHARINAKERK

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "PROTESTANTSE GEMEENTE DOETINCHEM CATHARINAKERK"

Copied!
16
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

CATHARINAKERK

zondag 24 november 2019

zondagen van de Voleinding

kleur: wit, de kleur van licht en hoop, van leven geborgen in de liefde van God

aanvangstijd: 10.00 uur

(2)

Van harte welkom in de kerk.

Op deze laatste zondag van het kerkelijk jaar beseffen we dat ons leven kwetsbaar en breekbaar is. Straks noemen we namen van wie in onze gemeente overleden zijn in het achter ons liggende kerkelijk jaar. Mensen met een verhaal, mensen om wie we geven, mensen om nooit te

vergeten. Bij het noemen van elke naam steken we ook een kaars aan als teken van het licht waarin we ondanks alles blijven geloven, het licht van God dat met ons mee blijft gaan tot over de grens van de dood, maar ook het licht van goede herinneringen en van liefde en betrokkenheid.

Er is tijdens de dienst ook gelegenheid om zelf een kaarsje aan te steken om iemand te gedenken met wie u zich nauw verbonden weet.

Zo reiken we naar licht op deze laatste zondag van het kerkelijk jaar.

Licht dat ons herinnert aan de oude woorden, dat Hij nooit laat vallen het werk van zijn handen. Immers “in Hem leven we”. Dat geldt ook wie gestorven zijn.

We hopen op een goede dienst met elkaar.

Bij de liturgische bloemschikking

Wie draagt ons en hoedt ons,

omarmt ons, wie anders dan Jij,

Geest van God

(Marijke de Bruijne)

In deze dienst:

voorganger: ds. Henk Makkinga organist: Wilco Kleinhesselink m.m.v. Catharinacantorij o.l.v. Elske te Lindert ouderling: Charlotte Zwolsman

diaken: Henk Dijk lector: Lineke Flokstra collectanten: Janny en Fred Pronk kosters: Coby Kuiperij en Bert van der Haar

(3)

Voorbereiding op de dienst:

Orgelspel: Liebster Jesu wir sind hier, J.S. Bach

- Stilte (De ouderling van dienst spreekt het consistoriegebed uit, en wij worden stil voor de ontmoeting met de Eeuwige)

- Begroeting (door de ouderling van dienst) - Aansteken van de kaarsen

- Cantorij: lied 277 (Die ons voor het licht gemaakt hebt)

Wij gaan staan o. Onze hulp is de naam van de Heer

g. DIE HEMEL EN AARDE GEMAAKT HEEFT.

Drempelgebed

o.

a.

o.

a.

o.

a..

Barmhartige God,

wij zijn mensen, breekbaar en broos.

WEES DE ADEM VAN ONS LEVEN, DE BRON DIE KRACHT GEEFT EN MOED.

Zie ons in onze vragen, onze vreugde, ons verdriet

en wees met uw licht om ons en in ons.

OPEN ONZE OGEN

VOOR HET LICHT VAN UW NABIJHEID.

Geef ons oog voor wie onze naaste is.

DOORADEM ONS

MET UW GEEST VAN LIEFDE, VREDE EN RECHT.

AMEN.

Lied 283 (In de veelheid van geluiden)

(4)

2 En van overal gekomen, drinkend uit de ene bron, bidden wij om nieuwe dromen, richten wij ons naar de zon.

3 Want wij mensen op de aarde raken van het duister moe.

Als uw hart ons niet bewaarde sliepen wij ten dode toe.

4 Laat uw dauw van vrede dalen in de voren van de tijd.

Vat ons samen in de stralen van uw goedertierenheid.

5 Die ons naam voor naam wilt noemen, al uw liefde ons besteedt,

zingend zullen wij U roemen en dit huis zingt met ons mee!

Vredegroet

v. De vrede van de Heer is met u g. OOK MET U IS DE HEER.

Wij gaan weer zitten Kyrië

v. … zo bidden wij: Lied 301c Kyrie eleison (cantorij, in canon)

(5)

Gloria: lied 747: 1, 2, 8 (Eens komt de grote zomer)

2 Geen woord kan het bereiken, het is aan niets gelijk,

met niets te vergelijken dat schone koninkrijk.

Als God zich openbaren zal op de jongste dag dan zullen wij ervaren wat Hij met ons vermag.

8 Dan zal het loflied schallen rondom de gouden troon, dan heffen wij daar allen met grote vreugde aan:

Lof zij en eer en sterkte de Vader en de Zoon, de Geest om al zijn werken zij lof van nu voortaan.

(6)

DE SCHRIFTEN, GELEZEN, GEZONGEN EN UITGELEGD

Gebed bij de opening van de Schriften

v. …zo bidden wij allen: Lied 319: 1 (cantorij), 6 (allen), 7 (allen)

6 Zend uw regen uit de wolken die het groeien doet:

graan dat brood wordt voor uw volk in / overvloed.

7 Zij gaat onze aard’ te boven, zend uw adem neer,

heel de aarde moet U loven / meer en meer.

Schriftlezing: Genesis 50: 22-26

22Jozef bleef in Egypte wonen, met zijn hele familie. Hij werd honderdtien jaar. 23Hij zag Efraïms kleinkinderen nog, en ook de geboorte van de kinderen van Machir, de zoon van Manasse, maakte hij nog mee. 24Toen hij zijn einde voelde naderen, zei hij tegen zijn broers: ‘God zal zich jullie lot aantrekken: hij zal jullie uit dit land wegleiden en je naar het land brengen dat hij onder ede aan Abraham, Isaak en Jakob heeft beloofd.

25Zweer me dat jullie, wanneer God zich jullie lot aantrekt, mijn lichaam van hier zullen meenemen.’ 26Jozef stierf toen hij honderdtien jaar was.

Hij werd gebalsemd en in een sarcofaag gelegd, in Egypte.

(7)

Schriftlezing: Openbaring 21: 1-4

1Ik zag een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Want de eerste hemel en de eerste aarde zijn voorbij, en de zee is er niet meer. 2Toen zag ik de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem, uit de hemel neerdalen, bij God vandaan. Ze was als een bruid die zich mooi heeft gemaakt voor haar man en hem opwacht. 3Ik hoorde een luide stem vanaf de troon, die uitriep: ‘Gods woonplaats is onder de mensen, hij zal bij hen wonen. Zij zullen zijn volken zijn en God zelf zal als hun God bij hen zijn. 4Hij zal alle tranen uit hun ogen wissen. Er zal geen dood meer zijn, geen rouw, geen jammerklacht, geen pijn, want wat er eerst was is voorbij.’

l. Woord van de Heer g. WIJ DANKEN GOD.

Lied 91a: 1 (allen), 2 (cantorij), 3 (allen) (Wie in de schaduw Gods mag wonen)

(8)

2 Engelen zendt Hij alle dagen om jou tot vaste gids te zijn.

Zij zullen je op handen dragen door een woestijn van hoop en pijn.

Geen bange nacht zal je doen beven, geen ziekte waar een mens van breekt.

Lengte van leven zal God geven, rust aan de oever van een beek.

3 Geen duister zal je overvallen, er is een licht dat eeuwig brandt.

Duizenden doden kunnen vallen, – jij blijft geschreven in Gods hand.

God is een schild voor zijn getrouwen die leven van geloof alleen.

Hij zal een nieuwe hemel bouwen van liefde om hun tranen heen.

Overdenking Stilte

Lied 657 (Zolang wij ademhalen)

(9)

2 Al is mijn stem gebroken, mijn adem zonder kracht, het lied op and’re lippen draagt mij dan door de nacht.

Door ademnood bevangen of in verdriet verstild:

het lied van Uw verlangen heeft mij aan ’t licht getild.

3 Het donker kan verbleken door psalmen in de nacht.

De muren kunnen vallen:

zing dan uit alle macht!

God, laat het nooit ontbreken aan hemelhoog gezang, waarvan de wijs ons tekent dit lieve leven lang.

4 Ons lied wordt steeds gedragen door vleugels van de hoop.

Het stijgt de angst te boven om leven dat verloopt.

Het zingt van vergezichten, het ademt van uw Geest.

In ons gezang mag lichten het komend bruiloftsfeest.

GEDACHTENIS VAN WIE GESTORVEN ZIJN Inleidende woorden

De mensen van voorbij zij blijven met ons leven.

5

De mensen van voorbij ze zijn met ons verweven in liefde, in verhalen,

(10)

die wij zo graag herhalen, in bloemengeuren, in een lied dat opklinkt uit verdriet.

De mensen van voorbij zij worden niet vergeten.

De mensen van voorbij zijn in een ander weten.

Bij God mogen ze wonen, daar waar geen pijn kan komen.

De mensen van voorbij zijn in het licht, zijn vrij.

Cantorij: “Introit”, uit Requiem van K. Jenkins (deel 1)

De voorganger noemt de namen van wie overleden zijn in het achter ons liggende kerkelijk jaar. Na het noemen van elke naam wordt door de ouderling van deze zondag, Charlotte Zwolsman, telkens een kaars aangestoken als teken van het licht dat sterker is dan alle duister.

Na het noemen van een aantal namen zingt de Cantorij “Pie Jesu”, van K. Jenkins (deel 9)

Na het noemen van een aantal namen steken we ook een kaars aan voor kinderen, ontijdig gestorven, die soms nog geen naam mochten hebben maar die gekend zijn voor wie hen gedragen hebben en die van God een nieuwe naam ontvingen.

En we steken een kaars aan voor hen die slachtoffer werden in plaatsen van natuurgeweld, oorlog en honger, voor hen die het leven lieten op zee, op de vlucht, op zoek naar veiligheid en toekomst, soms naamlozen voor ons, maar gekend door God.

Zingen: Lied 725 (Gij boden rond Gods troon)

(11)

2 O heiligen vanouds, die ons zijn voorgegaan en alle strijd voorbij nu rond uw koning staan, uw grote koor

in ’t zoete licht van zijn gezicht zingt ons nu voor!

3 Gij heiligen van hier, zing met uw aardse stem hoezeer uw hart verlangt naar ’t nieuw Jeruzalem.

Hef dan het hoofd en leef voorgoed haar tegemoet.

God zij geloofd.

4 Ook ik zing voluit mee de glorie van de naam;

met hart en ziel ben ik zijn liefde toegedaan!

Dat tot het eind mijn leven lang vol van gezang om Hem mag zijn!

(12)

Hierna krijgt u zelf gelegenheid een kaars aan te steken om iemand persoonlijk te gedenken met wie u zich nauw verbonden weet. Deze kaars wordt u voor in de kerk aangereikt.

Tijdens het aansteken van de kaarsen wordt op de vleugel gespeeld.

Cantorij: ”In Paradisum”, K. Jenkins (deel 13)

GEBEDEN EN GAVEN - Dankgebed

- Voorbeden

Na elke intentie zingen wij: lied 368j

-

- Stilgebed

- Onze Vader

Onze Vader die in de hemelen zijt, uw Naam worde geheiligd;

uw Koninkrijk kome,

uw Wil geschiede op aarde zoals in de hemel.

Geef ons heden ons dagelijks brood;

en vergeef ons onze schulden,

zoals ook wij onze schuldenaars vergeven.

En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van de boze, want van U is het Koninkrijk

en de kracht en de heerlijkheid in eeuwigheid. Amen

Inzameling van de gaven voor diaconie en kerk. De derde collecte is bestemd voor het Pastoraat

Tijdens de collecte zingt de cantorij “The Lord is my shepherd”

Wij gaan staan

(13)

Slotlied 416 (Ga met God en Hij zal met je zijn)

2 Ga met God en Hij zal met je zijn:

bij gevaar, in bange tijden, over jou zijn vleugels spreiden.

Ga met God en Hij zal met je zijn.

3 Ga met God en Hij zal met je zijn:

in zijn liefde je bewaren, in de dood je leven sparen.

Ga met God en Hij zal met je zijn.

4 Ga met God en Hij zal met je zijn tot wij weer elkaar ontmoeten, in zijn naam elkaar begroeten.

Ga met God en Hij zal met je zijn.

(14)

WEGZENDING EN ZEGEN

Uitzending

Zegen

v. ……. Lied 430 (voorganger, cantorij en gemeente)

Refrein: 1e x cantorij, 2e x allen

Cantorij: Voor wie zoeken in de stilte naar een vuur voor hart en handen

Refrein: allen

(15)

Cantorij: Voor wie zingen op Gods adem van de hoop die niet zal doven:

Refrein: allen

Cantorij: Voor wie roepen om vrede, van gerechtigheid dromen:

Refrein: allen

Cantorij: Voor wie wachten in vertrouwen dat de liefde zal blijven:

Refrein: allen

(16)

Orgelspel: Wij moeten Gode zingen, W. Vogel

De namen van de overledenen staan ook geschreven op een witte steen. Deze witte steen herinnert aan een tekst uit het boek

Openbaringen in de Bijbel: “Wie overwint zal ik van het verborgen manna geven, en ook een wit steentje waarop een nieuwe naam staat die niemand kent, behalve degene die het ontvangt.” De witte steen met de naam van hem of haar met wie u verbonden bent wordt na de dienst voor in de kerk u aangereikt.

Achter in de kerk kunnen we elkaar ontmoeten, er staat koffie, thee en limonade klaar. Welkom!

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Inzicht in mezelf heeft er iets mee te maken dat ik met mijn innerlijk in contact sta, dat ik niet alleen mijn uiterlijke gestalte waarneem maar het diepste zelf, dat wat mijn

Want het licht is sterker dan het donker en het daglicht overwint de nacht, zoek je weg niet langer in het duister, keer je om en zie Gods nieuwe dag. 3 Steek een kaars aan tegen

de mensen niet verlaten, Gods woord zijn toegedaan, dat is op deze aarde.. de

Dat is tegen hem gericht, want wie zijn wij dat u zich bij ons zou beklagen?’ 8 Mozes vervolgde: ‘Vanavond zal de HEER u vlees te eten geven, en morgenochtend zult u volop brood

Het water dat ik geef, zal in hem een bron worden waaruit water opwelt dat eeuwig leven geeft.’ 15 ‘Geef mij dat water, heer,’ zei de vrouw, ‘dan zal ik geen dorst meer hebben

Alle inwoners van dit land zijn doodsbang voor jullie, 10 want we hebben gehoord dat de HEER de Rietzee voor jullie heeft drooggelegd toen jullie uit.. Egypte wegtrokken en

De engel van de ontspanning nodigt je uit je serieuze masker af te zetten, je gespannen spieren los te laten, jezelf te laten vallen en eenvoudig te vertrouwen op wat er in je

geen dorst meer hebben en hoef ik ook niet meer hierheen te komen om water te putten.’. Piano, orgel: Lied 653: 1 en 3 Uitleg en verkondiging Stilte - Orgel-, pianospel