Beslissing op bezwaar
Kenmerk: 26178/2012006654
Betreft: aanwijzing publieke lokale media-instelling voor de gemeente Dirksland Het Commissariaat voor de Media,
gezien de besluiten van 6 september 2011, waarbij het Commissariaat voor de Media de Stichting Radio Superstar voor de periode tot 27 april 2014 heeft aangewezen voor de
verzorging van de publieke mediadiensten voor onder meer de gemeente Dirksland en waarbij hij de aanvraag van de Stichting Radio West Goeree-Overflakkee daartoe heeft afgewezen;
gezien het op 18 oktober 2011 tegen deze besluiten ingediende bezwaarschrift;
gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht,
gelet op het bepaalde in de artikelen 2.61, 2.62, 2.63 en 2.64 van de Mediawet 2008,
overweegt als volgt:
_________________________________________________________________________
A. De gevolgde procedure
1. Bij besluit van 27 april 2009 heeft het Commissariaat voor de Media (hierna: het Commissariaat) de Stichting Radio Superstar (hierna: Superstar) aangewezen als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Middelharnis.
2. Bij brief van 23 november 2009 heeft Superstar een aanwijzingsaanvraag voor gebiedsuitbreiding met de gemeenten Dirksland en Oostflakkee ingediend.
3. Bij brief van 10 juni 2010 heeft de Stichting Radio West Goeree-Overflakkee (hierna:
RGL) een (hernieuwde) aanwijzingsaanvraag ingediend voor de gemeente Goedereede en eveneens aangegeven in aanmerking te willen komen voor gebiedsuitbreiding met de gemeente Dirksland.
4. Bij brief van 18 augustus 2010 heeft het Commissariaat, op grond van artikel 2.62, eerste lid, van de Mediawet 2008, de aanwijzingsaanvraag van Superstar toegezonden aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeenten Dirksland en Oostflakkee, met het verzoek aan de respectievelijke gemeenteraden een advies te doen uitbrengen over de vraag of de media-instelling voldoet aan de eisen die de Mediawet 2008 stelt.
5. Bij brief van 18 augustus 2010 heeft het Commissariaat het gemeentebestuur Middelharnis gevraagd om zijn zienswijze met betrekking tot de uitbreiding van het verzorgingsgebied van Superstar met de gemeenten Dirksland en Oostflakkee.
6. Bij brief van 23 september 2010 heeft het Commissariaat, op grond van artikel 2.62, eerste lid, van de Mediawet 2008, de aanwijzingsaanvraag van RGL toegezonden aan het college van burgemeester en wethouders van de gemeenten Dirksland en
Goedereede, met het verzoek de respectievelijke gemeenteraden een advies te doen uitbrengen over de vraag of de media-instelling voldoet aan de eisen die de Mediawet 2008 stelt.
7. Bij brief van 30 september 2010, ingekomen op 5 oktober 2010, heeft het college van burgemeester en wethouders van Middelharnis aangegeven geen bezwaar te hebben tegen het verzoek van Superstar tot uitbreiding van haar verzorgingsgebied met de gemeenten Dirksland en Oostflakkee.
8. Bij brief van 23 december 2010 heeft het college van burgemeester en wethouders van Oostflakkee het positieve advies van de gemeenteraad Oostflakkee van 16 december 2010 inzake het verzoek van Superstar voor de verzorging van de publieke mediadiensten in de gemeente Oostflakkee, doen toekomen. In zijn raadsvoorstel van 30 november 2010 stelt het college van burgemeester en wethouders van Oostflakkee de gemeenteraad Oostflakkee voor een positief advies uit te brengen over aanwijzing van Superstar als lokale publieke media-instelling voor de gemeente Oostflakkee. In zijn besluit heeft de gemeenteraad van Oostflakkee aangegeven dat Superstar voldoet aan de eisen zoals aangegeven in artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008.
9. Bij brief van 22 februari 2011 heeft het college van burgemeester en wethouders van Goedereede het positieve advies van de gemeenteraad Goedereede van 17 februari 2011 inzake het verzoek van RGL voor de verzorging van de publieke mediadiensten in de gemeente Goedereede en mogelijke uitbreiding van het verzorgingsgebied met de gemeente Dirksland, aan het Commissariaat doen toekomen.
10. Bij brief van 9 mei 2011 heeft het college van burgemeester en wethouders van Dirksland het positieve advies van de gemeenteraad Dirksland inzake het verzoek van Superstar voor de verzorging van de publieke mediadiensten in de gemeente
Dirksland, aan het Commissariaat doen toekomen.
11. Ingevolge het bepaalde in artikel 4:7, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (hierna: Awb) heeft het Commissariaat Superstar, RGL en het gemeentebestuur van Dirksland op 6 juli 2011 over beide aanvragen gehoord.
12. Bij besluiten van 6 september 2011, verzonden op 8 september 2011, heeft het Commissariaat Superstar aangewezen als lokale publieke media-instelling voor onder meer de gemeente Dirksland en de aanvraag van RGL daartoe afgewezen.
13. Bij brief van 18 oktober 2011, ingekomen bij het Commissariaat op dezelfde datum, heeft RGL gemotiveerd bezwaar ingediend tegen de besluiten van het Commissariaat van 6 september 2011 (hierna: de bestreden besluiten).
14. Ingevolge het bepaalde in artikel 7:2 van de Awb heeft het Commissariaat Superstar, RGL en het gemeentebestuur van Dirksland op 1 december 2011 gehoord. Het verslag van de hoorzitting is bijgevoegd.
15. Bij brief van 23 december 2011 heeft het Commissariaat de aanwijzingsaanvraag van Superstar toegezonden aan het college van burgemeester en wethouders van
Middelharnis met het verzoek de gemeenteraad een advies te doen uitbrengen over de vraag of Superstar voldoet aan de eisen die de Mediawet 2008 stelt, nu Superstar het verzoek heeft ingediend tot de uitbreiding van haar verzorgingsgebied met de gemeenten Dirksland en Oostflakkee.
16. Bij brief van 15 februari 2012 heeft het college van burgemeester en wethouders van Middelharnis het positieve advies van de gemeenteraad Middelharnis inzake het verzoek van Superstar tot uitbreiding van haar verzorgingsgebied met de gemeenten Dirksland en Oostflakkee, aan het Commissariaat doen toekomen. In zijn besluit van 2 februari 2012 heeft de gemeenteraad van Middelharnis aangegeven dat Superstar voldoet aan de eisen zoals aangegeven in artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008. De gemeenteraad van Middelharnis heeft daarbij positief geadviseerd over de aanvraag van Superstar tot uitbreiding van haar verzorgingsgebied met de gemeenten Dirksland en Oostflakkee.
17. Ingevolge het bepaalde in artikel 7:9 van de Awb heeft het Commissariaat Superstar en RGL op 20 april 2012 gehoord. Het verslag van de hoorzitting is bijgevoegd.
B. Ontvankelijkheid
18. Aangezien de bestreden besluiten op 8 september 2011 zijn verzonden en het bezwaarschrift van RGL op 18 oktober 2011 is ontvangen, is RGL tijdig in bezwaar gekomen. Nu RGL in deze kwestie als belanghebbende aangemerkt kan worden – zij is namelijk door de gewraakte besluiten rechtstreeks in haar belang(en) geraakt – en het bezwaarschrift binnen de daarvoor gestelde termijn is ingediend, kan dit
bezwaarschrift in behandeling worden genomen. Het Commissariaat is van oordeel dat RGL, voor wat betreft de algemene bepalingen, zoals bedoeld in artikel 6:5 van de Awb, in haar bezwaar kan worden ontvangen.
C. Wettelijk kader
19. Voor een overzicht van de relevante bepalingen wordt verwezen naar de bijlage.
D. Bezwaren RGL
20. Het Commissariaat heeft kennis genomen van de bezwaren van RGL, zoals verwoord in haar brief van 18 oktober 2011 en nader toegelicht tijdens de hoorzittingen van 1 december 2011 en 20 april 2012.
21. De bezwaren kunnen als volgt worden samengevat.
22. In de bestreden besluiten staat aangegeven dat Superster zich met haar programma’s zal richten op Middelharnis, Dirksland en Oostflakkee en dat RGL zich met haar programma’s zal richten op Goedereede en Dirksland. RGL merkt op dat deze stelling onjuist is omdat slechts één van de lokale media-instellingen zich op Dirksland kan richten.
23. RGL betwist dat Superstar de apparatuur van de voormalige lokale media-instelling van Dirksland, Stichting Lokale Omroep Flakkee (hierna: de SLOF) heeft
overgenomen en een deel van haar programmering heeft doorgezet. Volgens RGL gaat het wat het laatste betreft slechts om de raadsvergaderingen en de kerkdienst.
RGL merkt op dat alle andere programma’s zijn gestaakt en dat er geen sportprogramma’s meer door Superstar worden uitgezonden.
24. RGL stelt dat een aantal oud-medewerkers van de SLOF heeft aangegeven dat, indien RGL als media-instelling voor de gemeente Dirksland wordt aangewezen, ze bereid zijn om de werkzaamheden, die eerder voor de SLOF werden uitgevoerd, uit te voeren voor RGL.
25. RGL stelt dat er een aantal pogingen is ondernomen om de samenwerking van Superstar en RGL te bevorderen, maar door diverse oorzaken zijn deze eenzijdig opgeschort. Volgens RGL is dit niet aan haar te wijten.
26. RGL wijst erop dat het uitzendgebied van RGL in de gemeente Dirksland eindigt ofwel in de dorpskern Melissant. Het feit dat Dirksland op een steenworp van Middelharnis afligt, geldt niet alleen voor Superstar, maar ook voor RGL.
27. Ten slotte stelt RGL dat het Commissariaat ten onrechte een politieke lading ten grondslag aan zijn beslissingen zou hebben gelegd. RGL betwist het oordeel van de gemeenteraad van Dirksland, gevolgd door het Commissariaat in zijn besluiten, dat de gemeente Dirksland meer een sociale, culturele en geografische eenheid vormt met de gemeente Middelharnis dan met de gemeente Goedereede. Volgens RGL mag een politiek standpunt van de gemeenteraad van Dirksland geen overweging zijn in deze zaak. De aanwijzing zou, volgens RGL, gebaseerd moeten zijn op de kwaliteit van de media-instelling, de visie van de media-instelling en de samenstelling van haar programmabeleidbepalend orgaan (hierna: het pbo).
E. Standpunt Superstar
28. In het bezwaarschrift van RGL wordt gesteld dat de van de SLOF overgenomen programma' s zijn gestaakt. Deze bewering verbaast Superstar omdat alle
programma's die door de SLOF werden verzorgd, nog steeds met veel succes door Superstar worden uitgezonden. Als voorbeeld noemt Superstar het bekendste programma "Muzikale Hartenwensen", een religieus verzoekplatenprogramma met elke week een korte meditatie/overdenking door diverse predikanten. Superstar merkt daarbij op dat dit programma ruim 21 jaar geleden is begonnen bij de SLOF. Dit programma wordt gemaakt door een team van 6 mensen die samen met het programma door Superstar overgenomen zijn van de SLOF.
29. Vanwege de overwegend religieuze bevolking zendt Superstar op de zondag drie kerkdiensten uit, waaronder de dienst van de grote Kerk van Dirksland. Twee van de drie kerkdiensten werden in het verleden uitgezonden door de SLOF.
30. In het bezwaarschrift van RGL wordt aangegeven dat Superstar geen
sportprogramma’s meer verzorgt. Superstar vindt deze stelling onjuist en geeft aan dat Superstar naast het brengen van de wekelijkse sportprogramma’ s ook ingaat op de uitnodigingen van verschillende sportverenigingen. In de sportprogrammering wordt, volgens Superstar, op deze manier informatie geboden vanuit alle gemeenten van het eiland Goeree-Overflakkee.
31. Superstar merkt op dat de inwoners van Dirksland meer gericht zijn op de gemeente Middelharnis dan op de gemeente Goedereede. Door onder andere de korte afstand en familiebanden van de inwoners van Middelharnis en Dirksland worden ondermeer de kerken door inwoners van de ene gemeente in de andere gemeente bezocht en andersom.
32. De programma's van Superstar zijn, door de overname van de medewerkers en programma’s van de SLOF, ook gericht op de gemeente Dirksland.
33. De samenstelling van het pbo van Superstar is erg ruim, het bestaat uit diverse vertegenwoordigers uit de gemeenten Middelharnis, Dirksland en Oostflakkee.
Superstar geeft ook ruimschoots de aandacht aan de betrokken gemeenten en is daar vertegenwoordigd. Superstar is dan ook ingeburgerd in de gemeenten Middelharnis, Dirksland en Oostflakkee. Dit standpunt is tevens door de gemeenteraad Middelharnis bevestigd. Superstar merkt hierbij op dat het advies van de gemeenteraad
Middelharnis een weloverwogen beslissing is waarbij de gemeenteraad Middelharnis unaniem heeft gekozen voor Superstar.
34. Superstar pleit voor het ongegrond verklaren van bezwaren van RGL en het in stand laten van de bestreden besluiten.
F. Overwegingen Commissariaat
Gemeenteraadadvies
35. Zoals het Commissariaat in de bestreden besluiten heeft aangegeven heeft de gemeenteraad Dirksland vastgesteld dat zowel Superstar als RGL voldoen aan de wettelijk gestelde bepalingen om aangewezen te kunnen worden als lokale publieke media-instelling.
36. In gevallen dat er sprake is van meerdere aanwijzingsaanvragen waarvan de gemeenteraad heeft vastgesteld dat voldaan is aan de eisen opgenomen in artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008, bevorderen burgemeester en wethouders ingevolge het bepaalde in artikel 2.63, eerste lid, van de Mediawet 2008, voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is, het samengaan van deze instellingen.
37. Indien burgemeester en wethouders er niet in slagen de betrokken aanvragers tot samengaan te bewegen, vraagt het Commissariaat de gemeenteraad een voorkeur voor één van de partijen uit te spreken. Het Commissariaat hecht grote waarde aan dit advies en wijkt hier in principe niet vanaf, tenzij de gemeenteraad ongemotiveerd en evident in strijd met de Mediawet 2008 of het bestendige beleid van het
Commissariaat zijn voorkeur heeft gegeven.
38. De advisering door de gemeenteraad is in de Mediawet 2008 verplicht gesteld, omdat de gemeenteraad het beste kan beoordelen of een media-instelling representatief is voor de in die gemeente belangrijkste maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen. Op grond van artikel 3:50 van de Awb kan aan een dergelijk advies niet lichtvaardig worden voorbij gegaan. Het Commissariaat is van oordeel dat de gemeenteraad daarnaast ook een goed zicht heeft op welke omroep als meest lokale initiatief is aan te merken en daarvoor zijn voorkeur uit te spreken. Indien het gemeenteraadsadvies zorgvuldig tot stand is gekomen en de raad op goede gronden een gemotiveerde voorkeur heeft uitgesproken, en het Commissariaat geen
zwaarwichtige reden ziet om daarvan af te wijken, is het bestendige beleid om dit advies te volgen.
39. Bij gelegenheid van de bovengenoemde hoorzittingen heeft het Commissariaat vastgesteld dat burgemeester en wethouders van Dirksland geen initiatieven hebben genomen om Superstar en RGL tot samengaan te bewegen. Gezien de opstelling van beide media-instellingen in het verleden, een opstelling die samenwerking of
samengaan uitsluit, en waarin blijkens het gestelde tijdens de hoorzittingen geen wijziging is opgetreden, is het naar het oordeel van het Commissariaat aannemelijk dat een dergelijk initiatief ook niet tot samengaan zou hebben geleid.
40. In zijn advies van 28 april 2011 heeft de gemeenteraad van Dirksland zijn voorkeur uitgesproken voor Superstar. Het Commissariaat stelt vast dat het advies van de gemeenteraad van Dirksland aan het Commissariaat deugdelijk en gemotiveerd is onderbouwd. Het Commissariaat overweegt in dit verband het volgende.
41. In zijn raadsvoorstel van 14 maart 2011 stelt het college van burgemeester en wethouders van Dirksland de gemeenteraad Dirksland voor een voorkeur uit te spreken voor de Superstar gezien het feit dat een groot deel van de medewerkers en apparatuur van de SLOF, overgestapt respectievelijk overgenomen is door Superstar.
Voorts is een deel van de programmering van de SLOF voortgezet door Superstar en zendt Superstar nu al de gemeenteraadsvergaderingen van Dirksland uit, alsmede kerkdiensten vanuit de Hervormde Gemeente van Dirksland. In de
sportprogrammering wordt informatie geboden vanuit alle gemeenten van Goeree- Overflakkee. Bij besluit van 28 april 2011 heeft de gemeenteraad van Dirksland aangegeven dat zowel Superstar als RGL voldoen aan de eisen zoals aangegeven in artikel 2.61, tweede lid, van de Mediawet 2008. De gemeenteraad van Dirksland heeft unaniem besloten een voorkeur uit te spreken voor Superstar.
42. Ook in de onderhavige bezwaarprocedure ziet het Commissariaat geen aanleiding de stelling van de gemeente Dirksland dat een zorgvuldig onderzoek naar beide partijen heeft plaatsgevonden in twijfel te trekken. Het Commissariaat merkt in dit verband op dat de aanvragen van de beide media-instellingen tot aanwijzing voor de verzorging van de publieke mediadiensten voor de gemeente Dirksland twee keer zijn besproken, in de gemeenteraadsvergaderingen van respectievelijk 7 april en 28 april 2011.
Daaruit is gebleken dat de gemeenteraad Dirksland unaniem zijn voorkeur heeft uitgesproken voor Superstar. Het gemeentebestuur van Dirksland heeft tijdens de hoorzitting aangegeven dat zijn voorkeur naar die media-instelling ging omdat Superstar zich met haar omroep en media-aanbod het meest op de gemeente Dirksland richt. Een van de argumenten daarvoor is dat in het pbo van Superstar er meer mensen zijn vanuit de gemeente Dirksland dan in het pbo van RGL. RGL heeft niet aangetoond of aannemelijk gemaakt dat dit niet het geval zou zijn.
43. Uit hetgeen RGL heeft aangevoerd of anderszins valt naar het oordeel van het Commissariaat ook niet af te leiden dat het advies van de gemeenteraad van Dirksland ondeugdelijk zou zijn of in alle redelijkheid niet kan worden gevolgd. Het Commissariaat heeft dan ook geen aanleiding gezien en ziet ook thans geen reden om af te wijken van het advies van de gemeenteraad van Dirksland.
44. Het Commissariaat hecht in dit verband grote waarde aan het oordeel van het college van burgemeester en wethouders van Middelharnis, zoals is verwoord in het
collegeadvies van 11 januari 2012 aan de gemeenteraad van Middelharnis. In zijn raadsvoorstel stelt het college van burgemeester en wethouders de gemeenteraad voor positief te adviseren inzake de aanvraag van Superstar om uitbreiding van haar verzorgingsgebied. Op basis van de uitkomsten van het onderzoek en de
samenstelling van de ledenlijst van het pbo van Superstar concludeert het college van burgemeester en wethouders van Middelharnis dat het pbo van Superstar op dit moment voldoende representatief is voor het verzorgingsgebied van de drie
gemeenten: Dirksland, Middelharnis en Oostflakkee. Daarnaast merkt het college van burgemeester en wethouders van Middelharnis op dat een aantal leden van het pbo van Superstar een koepelorganisatie vertegenwoordigt voor het hele eiland Goeree- Overflakkee, waardoor gewaarborgd is dat niet slechts de belangen van de gemeente waar men woonachtig is, worden vertegenwoordigd, maar ook de belangen van alle drie gemeenten: Middelharnis, Dirksland en Oostflakkee. Het uitbreiden van het verzorgingsgebied van Superstar wordt als natuurlijke ontwikkeling gezien, gelet op de overeenkomsten en bindingen op het eiland en de grote samenhang van de bewoners en familie onderling in de verschillende kernen. Hierbij wijst het college van burgemeester en wethouders van Middelharnis erop dat de gemeenten Dirksland en Oostflakkee in hun adviezen eveneens tot de beoordeling zijn gekomen dat het pbo van Superstar representatief is en deze media-instelling voldoet aan de door de Mediawet 2008 gestelde eisen.
45. Het Commissariaat is van oordeel dat de adviezen van de gemeenteraden van Middelharnis, Dirksland en Oostflakkee kunnen worden beschouwd als een
gezamenlijk advies, zoals bedoeld in artikel 2.64, eerste lid, van de Mediawet 2008.
De betrokken gemeenteraden hebben er bij hun advisering rekening mee gehouden dat de onderhavige aanwijzingsaanvragen van Superstar en RGL betrekking hebben op het verzorgen van lokaal media-aanbod dat bestemd is voor twee of meer
gemeenten. Het Commissariaat stelt vast dat de door de betrokken gemeenteraden uitgebrachte adviezen betrekking hebben op het pbo van Superstar dat in
samenstelling identiek is. Uit de onderhavige adviezen kan het Commissariaat afleiden dat de betrokken gemeenteraden hun advisering met elkaar hebben afgestemd zodat hun adviezen op dit vlak gelijkluidend zijn. Zo is het advies van de gemeenteraad van Middelharnis gebaseerd op dezelfde overwegingen en
argumenten die ten grondslag liggen aan het advies van de gemeenteraden van Dirksland en Oostflakkee. Het Commissariaat is van oordeel dat daarmee aan de wettelijke vereisten neergelegd in artikel 2.64 van de Mediawet 2008, is voldaan.
Lokaal draagvlak
46. Groot belang hecht het Commissariaat aan het feit dat Superstar het meest lokale initiatief is. Het Commissariaat geeft, in het geval er sprake is van meerdere
aanwijzingsaanvragen, de voorkeur aan die instelling die zich met haar media-aanbod het meest op betrokken gemeente richt.
Dit vloeit voort uit de bedoeling van de wetgever en de functie van de lokale publieke media-instelling: het verschaffen van lokaal gebonden informatie en het creëren van een extra communicatiemogelijkheid voor de lokale bevolking. Het uitgangspunt van de Mediawet 2008 is dat per gemeente één lokale publieke media-instelling wordt aangewezen, die zich met haar media-aanbod dan ook richt op die gemeente. Het staat immers vast dat een lokale publieke media-instelling voor één gemeente adequater kan reageren op actuele gebeurtenissen die belangrijk zijn voor inwoners van die gemeente dan een lokale publieke media-instelling die zich met haar media- aanbod moet richten op meer dan een gemeente.
47. In dit verband komt naar het oordeel van het Commissariaat ook gewicht toe aan het gegeven dat de gemeenteraad van Dirksland in zijn advies gemotiveerd zijn voorkeur heeft uitgesproken voor Superstar als zijnde het meest lokale initiatief. Bij gelegenheid van de bovengenoemde hoorzittingen heeft het Commissariaat vastgesteld dat een groot deel van de medewerkers van de SLOF overgenomen is door Superstar. Voorts heeft Superstar de apparatuur van de SLOF overgenomen en een deel van haar programmering voortgezet. RGL heeft deze feiten betwist. Het Commissariaat stelt vast dat deze stellingen van RGL een feitelijke grondslag missen, althans
onvoldoende gemotiveerd zijn onderbouwd. Deze stellingen dienen daarom verworpen te worden.
Sociale, culturele en geografische eenheid
48. De aanwijzingsaanvraag van een lokale publieke media-instelling die voornemens is media-aanbod te verzorgen dat bestemd is voor twee of meer gemeenten dient te worden getoetst aan de Beleidsregels lokaal publiek media-aanbod voor twee of meer gemeenten 2009 (hierna: Beleidsregels). In artikel 4, aanhef en onder b van deze Beleidsregels wordt de voorwaarde gesteld dat de betreffende gemeenten kunnen worden beschouwd als een sociale, culturele en geografische eenheid in die zin dat het door de inwoners ook daadwerkelijk als een streek wordt ervaren.
49. In zijn bestreden besluiten heeft het Commissariaat vastgesteld dat de gemeente Dirksland meer een sociale, culturele en geografische eenheid vormt met de
gemeente Middelharnis dan met de gemeente Goedereede, hetgeen door RGL niet is weersproken. Bovendien zijn niet alleen de inwoners van Dirksland meer gericht op Middelharnis dan op Goedereede, maar wil ook het gemeentebestuur van
Goedereede een zekere mate van zelfstandigheid behouden ten aanzien van een voorgenomen gemeentelijke herindeling van de gemeenten op het eiland Goeree- Overflakkee. RGL heeft niet aangetoond dan wel voldoende aannemelijk gemaakt dat deze stellingen onjuist zijn.
50. De vorming van een lokale publieke media-instelling voor Middelharnis, Dirksland en Oostflakkee in tegenstelling tot de vorming van een lokale publieke media-instelling voor Goedereede en Dirksland, is hierdoor in overeenstemming met de
uitgangspunten van de Mediawet 2008 en de Beleidsregels.
51. Deze factoren sterken het Commissariaat dan ook in zijn oordeel dat er geen gronden zijn om af te wijken van de adviezen van de gemeenteraden Middelharnis, Dirksland en Oostflakkee.
52. Het Commissariaat is van oordeel dat hij bij zijn beoordeling acht heeft geslagen op alle factoren die voor het functioneren van de lokale publieke media-instelling van belang kunnen zijn.
53. Op grond van bovenstaande overwegingen en na afweging van alle betrokken belangen besluit het Commissariaat het bezwaar van RGL, gericht tegen zijn besluiten van 6 september 2011, ongegrond te verklaren.
54. Op grond van artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur publiceert het Commissariaat de volledige tekst van dit besluit over twee weken op zijn website.
Besluit
Het Commissariaat:
I. verklaart de bezwaren van RGL gericht tegen zijn besluiten van 6 september 2011, ongegrond;
II. handhaaft zijn besluiten van 6 september 2011, met dien verstande dat de motivering op bovenstaande wijze wordt aangevuld;
III. publiceert op grond van artikel 8 van de Wet openbaarheid van bestuur de volledige tekst van dit besluit over twee weken op zijn website.
Hilversum, 19 juni 2012
COMMISSARIAAT VOOR DE MEDIA,
prof. dr. Tineke Bahlmann voorzitter
prof. mr. dr. Madeleine de Cock Buning commissaris
Belanghebbenden die zich met dit besluit niet kunnen verenigen, kunnen op grond van de Algemene wet
bestuursrecht binnen zes weken na de dag waarop dit besluit is bekendgemaakt beroep instellen bij de Rechtbank van het arrondissement waarbinnen hun woonplaats zich bevindt.
Wettelijk kader
Artikel 2.61
1.Voor de verzorging van de publieke mediadiensten op regionaal en lokaal niveau kan het Commissariaat regionale respectievelijk lokale instellingen als publieke media-instellingen aanwijzen volgens de bepalingen van deze paragraaf.
2.Voor aanwijzing komen slechts in aanmerking instellingen die:
a. rechtspersoon naar Nederlands recht met volledige rechtsbevoegdheid zijn;
b. zich volgens de statuten uitsluitend of hoofdzakelijk ten doel stellen het op regionaal respectievelijk lokaal niveau uitvoeren van de publieke mediaopdracht door het verzorgen van media-aanbod dat gericht is op de bevrediging van maatschappelijke behoeften die in een provincie, een gemeente of een deel van de provincie waarop de instelling zich richt leven, en het verrichten van alle activiteiten die nodig zijn om daarmee een publieke taak te vervullen;
en
c. volgens de statuten een orgaan hebben dat het beleid voor het media-aanbod bepaalt en dat representatief is voor de belangrijkste in de desbetreffende provincie of gemeente voorkomende maatschappelijke, culturele, godsdienstige en geestelijke stromingen.
Artikel 2.62
1.Aanwijzing geschiedt nadat Provinciale Staten hebben dan wel de gemeenteraad heeft geadviseerd over de vraag of de instelling aan de eisen, bedoeld in artikel 2.61, tweede lid, voldoet.
2.Een regionale publieke media-instelling wordt alleen aangewezen als Provinciale Staten zich bereid verklaren voor de bekostiging ervan zorg te dragen.
Artikel 2.63
1.Als meer dan één lokale instelling in een gemeente aan de eisen, bedoeld in artikel 2.61, tweede lid, voldoet, bevordert het College van Burgemeester en Wethouders voor zover dat redelijkerwijs mogelijk is het samengaan van die instellingen.
2.Er kan per gemeente slechts één lokale publieke media-instelling worden aangewezen, waarbij het Commissariaat acht slaat op alle factoren die voor het functioneren van de instelling van belang kunnen zijn.
Artikel 2.64
1.Een instelling die de publieke mediaopdracht wil uitvoeren voor meer dan één provincie of gemeente, wordt alleen dan voor dat gebied aangewezen, als Provinciale Staten of de gemeenteraden van de desbetreffende provincies of gemeenten het in artikel 2.62, eerste lid, bedoelde advies gezamenlijk hebben uitgebracht.
2.Het Commissariaat stelt Provinciale Staten en de gemeenteraden van de desbetreffende provincies of gemeenten in kennis van een aanvraag van een instelling als bedoeld in het eerste lid.
Artikel 2.65
1.Een aanwijzing geschiedt op aanvraag, geldt voor vijf jaar en vervalt van rechtswege na afloop van deze periode.
2.Zonodig wijst het Commissariaat de dagen waarop en de uren waarin programma-aanbod van regionale en lokale mediadiensten wordt uitgezonden op de voor de regionale dan wel lokale publieke mediadiensten beschikbare ruimte op een omroepzender.
