• No results found

Bijlage V memo

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Bijlage V memo"

Copied!
4
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

M M E E M M O O

AAN : college B&W gemeente Asten

VAN : R. van Malten, Hoofd OW

DATUM : 15 mei 2012

BETREFT : bezuinigingen OW

Asten profileert zich als een gemeente waar het goed toeven is, met name de toeristische sector is van belang voor de gemeente. Met de komst van Midas, de herinrichting van het centrum wil de gemeente deze positie versterken. Bij openbare werken wordt hard gewerkt om deze ambitie waar te maken en wordt ingezet met steeds minder beschikbare middelen het ambitieniveau hoog te houden.

Echter, de afgelopen jaren is er met regelmaat geld afgeroomd van de budgetten ten behoeve van het onderhoud openbare ruimte. Enerzijds was dit mogelijk door efficiëntere bedrijfsvoering, anderzijds was dit mogelijk door de overspannen aanbestedingsmarkt. Deze mogelijkheden kunnen niet elk jaar hetzelfde rendement opleveren, de inschatting van OW is dat de bodem van efficiëntie is bereikt. Dat wil zeggen dat nog meer bezuiniging gaan leiden tot kapitaal vernietiging, onbegrip bij de burgers en een verhoging van kans op aansprakelijkheidsstelling. Dit geld met name voor wegen en openbare verlichting. Wat betreft groen zal de aansprakelijkheid verhoging zit het met namen in het niet meer veilig kunnen onderhouden van de laanbeplanting (laaghangende takken, dode takken). Bij speelvoorzieningen zullen de bezuiniging zich uiten door het verdwijnen van voorzieningen door gebrek aan geld.

1.0 Wegenbeheer

Uit het wegenbeheersysteem van de gemeente Asten blijkt dat de gemeente circa 1.376.000 m2 verharding in beheer heeft. Dit totaal is onder te verdelen in 743.900 m2 asfaltverhardingen, 616.600 m2 elementenverhardingen en 15.500 m2 betonverhardingen.

Dit vertaald zich in een wegkapitaal voor de gemeente Asten van ca. € 75.000.000,=

Met het uitvoeren van een globale visuele inspectie is inzicht verkregen in de actuele onderhoudstoestand van de verhardingen in beheer bij de gemeente. Geconcludeerd kan worden dat het onderhoudsniveau van de asfalt-, elementen- en elementenverharding in de gemeente Asten voldoende is (beoordeling 7,5). Deze beoordeling is gerelateerd aan een landelijk goed en evenwichtig onderhouden wegennet (kwaliteitsniveau B). Het

kwaliteitsniveau van de wegen in Gemeente Asten is echter de laatste jaren aan het afnemen.

In 2008 heeft de commissie Ruimte aan de hand van een workshop van ingenieursbureau Oranjewoud zich uitgesproken om het kwaliteitsniveau B te handhaven. Vanuit deze

(2)

-2-

commissie uitspraak heeft Oranjewoud een rapport opgesteld waaruit blijkt dat voor het handhaven van het gestelde kwaliteitsniveau jaarlijks een hogere reservering nodig is.

In 2011 is het nieuwe beheerssysteem dgDIALOG van de Grontmij opgezet en gevuld met de actuele gegevens. Op basis van deze nieuwe gegevens is een hernieuwde berekening gemaakt, welke de conclusies van het Oranjewoud rapport onderschrijft en heeft

geactualiseerd.

Op 6 maart 2012 is aan de Raad en Commissie Ruimte van de gemeente Asten een presentatie gegeven over kwaliteitsgestuurd beheer. Tot op heden voerde de gemeente haar beheer uit aan de hand van vastgestelde budgetten. Nu is de wens om het

beheerbudget te koppelen aan kwaliteit.

Tijdens de presentatie is de Raad en Commissie Ruimte gevraagd om de huidige kwaliteit van het beheer van de openbare buitenruimte te beoordelen en deze te benoemen. Een overgrote meerderheid koos voor kwaliteit A voor het centrumgebeid en B voor de overige gebieden. Op de vraag op welk niveau de Raad en Commissie Ruimte graag ziet dat de buitenruimte beheerd zou worden, kon er moeilijk een antwoord worden gegeven.

Het wensbeeld uit 2008 blijft staan maar door de opgelegde bezuinigingen is dit doel in de ogen van de Raad en Commissie Ruimte niet meer realistisch. De raad heeft daarom verzocht om een financieel haalbaar model uit te werken.

De huidige jaarlijkse storting van circa € 625.000,= voor het beheer van de openbare ruimte is niet meer toereikend om het gewenste functionele niveau B te handhaven.

Grofmazig kunnen we stellen dat het behouden van het huidige onderhoudsniveau B een jaarlijkse storting van circa € 1.000.000,= vraagt. Met de huidige jaarlijkse storting kunnen we het minimaal benodigd onderhoudsniveau C, zodat er geen onveilige situaties optreden, niet uitvoeren. De bijdrage voor het klein en groot onderhoud van wegen zal met

€ 165.000,= opgehoogd moeten worden om kostendekkend het wegbeheer op kwaliteit C uit te voeren. Om het minimaal benodigd onderhoudsniveau te voeren is circa

€ 800.000,= nodig. Wordt de wens uitgesproken om het centrum en fiets- en voetpaden op kwaliteit B en de overige gebieden op C te onderhouden dan zal de storting met € 248.000 verhoogd moeten worden.

Hierbij hebben we dan nog niet de rehabilitatiekosten (grote reconstructie werken) opgenomen van circa € 1.000.000,=. Deze bedragen gebaseerd op verwijdering van teervrije constructies. Door de onzekerheid over het teergehalte van de wegen die voor onderhoud in aanmerking komen, zijn eventueel extra kosten voor de afvoer hiervan niet opgenomen in de budgetten. Om de wegen op peil te kunnen houden moet de storting jaarlijks geïndexeerd worden en moet er extra geld voor areaaluitbreidingen komen.

Hiernaast dient er jaarlijks een bedrag van circa € 15.000,= gereserveerd te worden voor onderzoek en uitvoering onderhoudsplan voor het kunnen voeren van een evenwichtig, duurzaam en economisch verantwoord beleid.

Advies voor wegen

Optie 1:

Gevraagd wordt niet langer per project ‘nieuw geld’ toe te kennen maar de jaarlijkse storting te verhogen, waardoor de raad niet langer geconfronteerd wordt met telkens nieuwe aanvragen. De verhoging van de storting zal bij eeuwigdurend onderhoud

€ 1.225.000,= bedragen, tot een totaalbedrag van € 1.850.000,=. Met deze manier van werken wordt ‘gespaard voor later’. Bij het doorrekenen van het beheer voor wegen blijkt dat er direct voldoende wordt gespaard om de geplande rehabilitatiewerken in de eerste 10 jaar uit te voeren, mits de reeds gereserveerde (toegekende) gelden ten laste van de Reserve Eenmalige Bestedingen beschikbaar blijven. De kans dat er gevraagd wordt om

‘nieuw geld’ voor wegen is daarmee zeer klein.

(3)

-3- Optie 2:

De bijdrage voor het klein en groot onderhoud van wegen zal met € 165.000,= opgehoogd moeten worden om kostendekkend het wegbeheer op kwaliteit C uit te voeren. Wordt de wens uitgesproken om het centrum en fiets- en voetpaden op kwaliteit B en de overige gebieden op C te onderhouden dan zal de storting met € 248.000,= verhoogd moeten worden.

Voor het rehabiliteren van wegen wordt ‘nieuw geld’ aangevraagd voor die projecten waarbij de noodzaak van rehabilitatie hoog is. Daarbij wordt de raad betrokken bij ieder

rehabilitatieproject en heeft inspraak op het toewijzen van dit geld. Met deze manier van werken ontbreekt het echter aan een totaal overzicht over de bestedingen aan wegen en fluctueren de jaarlijks aanvragen voor ‘nieuw geld’ enorm. Nadeel/gevaar van deze optie is dat wanneer de Raad geen nieuw geld beschikbaar stelt voor een eindmaatregel, er geen geld is voor onderhoud van de verharding, wat tot kapitaalvernietiging zal leiden.

2.0 Groenonderhoud

Voor groenonderhoud is een taakstelling van 10% opgenomen, welke naar verwachting van het taakveld GNL (Groen Natuur en Landschap) realiseerbaar binnen de komgrenzen, met de kanttekening dat het onderhoudsniveau van B/C of C/D verder zal verlagen.

Concreet betekend dit het meer zichtbaar worden van onkruid in plantsoenen en op verhardingen, extensief gazononderhoud.

Hiernaast is er ook minder beschikbaar zijn om “versleten” groenvakken te reconstrueren of om te vormen naar nieuw of ander onderhoudarmer groen.

Anders ligt het bij onderhoud bomen buitengebied, hier verder zal bezuinigen een verhoging van risico’s met zich mee brengen. Voor het onderhoud van de aanwezige 11.509 bomen in het buitengebied is ca. € 6.000,= beschikbaar, terwijl bij een gemiddelde

onderhoudsinterval van 5 jaar jaarlijks circa € 35.000,= nodig zijn. In 2012 wordt het beheerplan bomen opgesteld, welke meer inzicht zal verschaffen in kosten en risico’s.

Hiernaast zal de bestrijding van de Eiken Processierups een groeiend probleem worden in financiële zin en zullen de huidige budgetten ontoereikend zijn om dit adequaat op te kunnen pakken.

3.0 Speelwerktuigen

In 2010 is de raad geïnformeerd dat er vanaf 2013 een tekort in de begroting gaat ontstaan voor het onderhoud en inrichten van speelvoorzieningen. Tot 2011 was er jaarlijks

€ 21.500,= beschikbaar, met de extra bezuiniging wordt het budget voor vervanging circa

€ 14.000,=, terwijl voor behoud van de huidige speelwaarde is jaarlijks circa € 55.000,=

nodig.

Met het opheffen van speellocaties wordt direct bespaard op onderhouds- en inspectiekosten maar wordt er op termijn niet meer voldaan aan het vastgestelde speelruimtebeleid.

Bezuinigen door het vervangen van oude toestellen door kleinere of minder toestellen is niet meer mogelijk, deze bezuinigingsslag is al gemaakt. Om bezuinigingsdoelstellingen te bereiken dan zal er een substantieel deel van de speelterreinen moeten worden opgeheven.

Geschat wordt dat dit percentage zal liggen tussen de 25 en 50%.

4.0 Openbare verlichting

Uit het beheersysteem van de gemeente Asten blijkt dat de gemeente circa 3.425

lichtmasten en 3.475 armaturen in beheer heeft. Verder komt uit het beheersysteem naar voren dat er een achterstand is in onderhoud en vervanging van circa 450 lichtmasten en circa 1.200 armaturen. De vervangingswaarde hiervan kan gesteld worden op circa

€ 750.000,= op basis van 1 op 1 vervangen. Een deel van deze masten (ca. 160 stuks) zijn

(4)

-4-

vorige jaar vervangen (Sterrenwijk). Het huidige budget van € 120.000,= is dus niet toereikend voor het wegwerken van het achterstallig onderhoud en het vervangen in de komende jaren.

In het kader van de openbare veiligheid en daarmee de wettelijke aansprakelijkheid is er een stabiliteitsmeting uitgevoerd om de technische levensduur van lichtmasten verantwoord te verlengen. Op 657 lichtmasten is een stabiliteitsmeting uitgevoerd. 1 lichtmast is per direct verwijderd. 43 lichtmasten dienen binnen een periode van 6 maanden vervangen te worden. Het vervangen van deze masten kan ervoor zorgen dat er een slordig straatbeeld ontstaat, omdat niet de gehele straat, maar delen hiervan vervangen worden. De overige 613 gemeten lichtmasten zijn voor een periode van 5 jaar gewaarborgd.

De openbare verlichting voldoet niet overal aan de eisen die vanuit de ROVL-2011 richtlijn worden gesteld. Het is daarom niet altijd mogelijk om lichtmasten 1 op 1 te vervangen. Om aan deze richtlijn te voldoen moeten er masten bijgeplaatst worden. Hiervoor is een budget van € 24.000,=.

Om kosten te besparen kan er ingezet moeten worden om versneld gebruik gaan maken van nieuwe technieken; passieve verlichting, dimmen en LED verlichting (vraagt vooraf investeringen) en het kijken of het huidige verlichtingsregime besparingen kan opleveren.

Overdenking Openbare Werken

Openbare werken is zich ervan bewust dat in de financiële moeilijke tijden het een zeer ongelegen moment is om meer financiële middelen beschikbaar te krijgen voor goed, veilig en duurzaam onderhoud openbare ruimte. Met name, de wegen, gerealiseerd tussen 1960 en 1980, zullen de aankomende 20 jaar, vanuit het cyclisch onderhoudsprogramma, toe zijn aan grootschalige rehabilitatie. Dit valt ongelukkig samen met de financieel moeilijke tijd waarin we nu zitten, echter Openbare Werken heeft hier geen invloed op. De afdeling zal dan ook alle middelen en mogelijkheden aanwenden om de keuzes die er dienen te worden gemaakt, op een zo verantwoord mogelijke manier aan te bieden aan het bestuur en raad, met als uiteindelijke doelstelling; met zo weinig mogelijke financiële middelen een zo hoog mogelijke kwaliteit te realiseren. Het vooruit schuiven van het beschikbaar stellen van financiële middelen zal toekomstige besturen opzadelen met onevenredig meer kosten.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Het is verrassend dat men in zo grote getale kiest voor een superheffing met een goede melkprijs omdat in het vorige hoofdstuk bleek dat op slechts 26% van de bedrijven geen van

Waar liggen mogelijkheden voor de Raad om te sturen. Raad: kaderstelling door vaststelling (wat moet er gebeuren (hoofdlijn) en hoeveel geld is er beschikbaar College: de

This paper aims to better understand the complexity of addressing health behaviour of adolescent girls with a low SEP by gaining insights into (i) the perspectives of ado- lescent

Framing alternative policy proposals as human security policies is relevant here, for human security is a deeply examined and practiced policy philosophy that underlies

Tegen deze achtergrond kan een boek over Friese grond in de negentiende eeuw belangwek- kend zijn, ware het niet dat al op de eerste pagina gesteld wordt dat de auteur nauwelijks

Elke afzonderlijke gemeente vereist een individuele aanpak. Het is niet mogelijk om een standaard dienst aan de gemeenten te leveren. Uit het onderzoek naar de gebruikte

De problemen tussen politie en bestuur komen voor een belangrijk deel voort uit het feit dat de politie niet alleen een bestuurlijke, maar ook (en vooral) een -

Tegelijkertijd hebben we ook geconstateerd dat veel best practices, bedoeld om gemeenten te ondersteunen, (nog) niet worden gebruikt, soms omdat ze nog maar kort beschikbaar