• No results found

Notitie Aanvullende analyse AVI o.b.v. ouders en Zvw-beta-lingsachterstanden

N/A
N/A
Protected

Academic year: 2022

Share "Notitie Aanvullende analyse AVI o.b.v. ouders en Zvw-beta-lingsachterstanden"

Copied!
7
0
0

Bezig met laden.... (Bekijk nu de volledige tekst)

Hele tekst

(1)

Notitie Aanvullende analyse AVI o.b.v. ouders en Zvw-beta-

lingsachterstanden

datum 27 mei 2019

aan Ministerie van VWS

van SEO Economisch Onderzoek

auteurs Sandra Muilwijk-Vriend & Lennart Kroon

Rapportnummer 2019-37

“Informatie & disclaimer”

SEO Economisch Onderzoek heeft op de verkregen informatie en data geen onderzoek uitgevoerd dat het karakter draagt van een accountantscontrole of due diligence. SEO is niet verantwoordelijk voor fouten of omissies in de verkregen informatie en data”.

Copyright © 2019 SEO Amsterdam. Alle rechten voorbehouden. Het is geoorloofd gegevens uit deze notitie te gebruiken in artikelen, onderzoeken en collegesyllabi, mits daarbij de bron duidelijk en nauwkeurig wordt vermeld. Gegevens uit deze notitie mogen niet voor commerciële doeleinden gebruikt worden zonder voorafgaande toestemming van de auteur(s). Toe- stemming kan worden verkregen via secretariaat@seo.nl

Inleiding

In het groot onderhoud AVI/SES dat begin 2019 is uitgevoerd is gekeken naar een aantal uitbrei- dingen van de kenmerken aard van inkomen (AVI) en sociaaleconomische status (SES) in het risi- covereveningsmodel. Voor AVI is onder meer onderzocht of het meerwaarde biedt om 0- tot 17- jarigen ook in te delen in een AVI-klasse. Dit is gedaan aan de hand van de AVI op het adres waarop het kind staat ingeschreven. Dit is een benadering voor de AVI van de ouders. Met CBS- data is het ook mogelijk om de juridische ouders van kinderen te identificeren en de AVI van kinderen op de ouders te baseren.

Daarnaast is in het groot onderhoud gekeken naar de meerkosten die mensen met schuldenproble- matiek in het huidige risicovereveningsmodel hebben. Problematische schulden zijn niet eenvoudig te identificeren met registratiegegevens. Als proxy is gekeken naar de aanwezigheid van schulden, de hoogte van schulden en de deelname in een schuldsaneringstraject. Als alternatief is de aanwe- zigheid van een betalingsachterstand op de premie Zorgverzekeringswet (Zvw) genoemd. Het CAK registreert de betalingsachterstanden en via het CBS is deze informatie beschikbaar voor onderzoek. Deze proxy voor schuldenproblematiek is aanvullend onderzocht.

Deze notitie beschrijft de meerkosten naar AVI van de ouders voor 0-17-jarigen en de meerkosten naar de aanwezigheid van een betalingsachterstand op de Zvw-premie. Deze indicatoren zijn ge- baseerd op microdata van het CBS. Deze microdata zijn beschikbaar voor onderzoeksdoeleinden, maar uitsluitend binnen een beveiligde omgeving. De indicatoren zijn daarom niet direct toepas-

(2)

baar in de risicoverevening. Indien het wenselijk is om deze factoren op te nemen in de risico- verevening zal in overleg met de bronhouders bekeken moeten worden of deze gegevens beschik- baar gemaakt kunnen worden.

AVI voor 0-17-jarigen op basis van de AVI van de ou- ders

De zorgkosten van jongeren hangen samen met de sociaaleconomische status van hun ouders. Zo hebben jongeren die op 18-jarige leeftijd instromen in de (voormalige) Wajong vaker een ouder met een bijstandsuitkering. Ook vóór hun 18e maken deze aanstaande Wajongers al hoge zorgkos- ten (Kok e.a., 2018).

De huidige AVI-indeling maakt geen onderscheid binnen de groep 0-17-jarigen. Zij krijgen allen normbedrag nul. Het is de verwachting dat er verschillen in zorgkosten zijn voor deze groep die samenhangen met de AVI van de ouders. In het persoonskenmerkenbestand, dat Zorginstituut Nederland (ZINL) voor dit onderzoek via ZorgTTP heeft aangeleverd, zitten gegevens over de adressen van de 0-17-jarigen. Kinderen kunnen daardoor ingedeeld worden bij de AVI van de volwassenen die op hetzelfde adres staan ingeschreven.1 Dit is in het groot onderhoud AVI/SES in 2019 al onderzocht (Tempelman et al., 2019).

Nadeel van een indeling op basis van adres is dat sommige kinderen niet samenwonen met hun (beide) ouders. Het gaat dan met name om kinderen van gescheiden ouders, maar bijvoorbeeld ook om kinderen waarvan de ouders zijn overleden of kinderen die al op zichzelf wonen, in een instel- ling wonen, of bij andere familieleden op een adres wonen. Alternatief is daarom om gebruik te maken van gegevens van het CBS. Via het CBS kan voor ieder kind (18-) bepaald worden wie zijn juridische ouders zijn. Deze informatie komt uit de GBA/BRP. Deze informatie is gebruikt om de AVI van ouders aan kinderen toe te kennen. Net als bij de AVI-indeling op basis van volwassenen op het adres is ook hier gekeken naar twee varianten:

1. 0-17-jarigen krijgen de AVI van de ouder met de laagste AVI-klasse;

2. 0-17-jarigen krijgen de AVI van de ouder met de hoogste AVI-klasse.

Bij de indeling naar AVI-klassen van de ouders wordt de gebruikelijke AVI-prioritering gehanteerd.

Dat wil zeggen dat bij indeling van kinderen in de laagste AVI-klasse van de ouders de volgorde als volgt is: duurzaam arbeidsongeschikt (IVA), overig arbeidsongeschikt, bijstandsgerechtigde, stu- dent, werkloos of in loondienst (mits niet hoogopgeleid), zelfstandige en hoogopgeleide. Iedereen die dan niet is ingedeeld vormt samen met de werklozen en werkenden in loondienst de referen- tiegroep. Dus als de ene ouder een IVA-uitkering ontvangt en de andere ouder werkt, dan wordt de jongere in het eerste geval ingedeeld bij IVA en in het tweede geval in de referentiegroep. En

1 Deze volwassenen moeten minstens 15 jaar ouder zijn dan het oudste kind op het adres. Dit om te voor- komen dat de AVI van een meerderjarige broer of zus wordt gebruikt. Daarnaast wordt alleen de AVI van volwassenen tot 65 jaar gebruikt. Als er enkel volwassen 65+’ers op het adres wonen worden kinderen ingedeeld bij de referentiegroep. Dit is gedaan omdat deze 65+’ers hoogstwaarschijnlijk niet de ouders van het kind zijn.

(3)

als de ene ouder werkt en de andere hoogopgeleid is, dan wordt het kind in het eerste geval inge- deeld in de referentiegroep en in het tweede geval in de klasse hoogopgeleid.

De verschillen tussen een indeling van kinderen naar AVI-klasse van de volwassenen op het adres en een indeling naar AVI-klasse van de ouders van het kind zijn beperkt. Tabel 1 laat zien hoeveel verzekerdenjaren tussen klassen schuiven wanneer de laagste AVI van de ouders en de laagste AVI op het adres met elkaar worden vergeleken. De tabel geeft aan dat voor bijna 95 procent van de verzekerdenjaren de indeling op basis van de laagste AVI op het adres gelijk is aan de laagste AVI van de ouders. Er zijn vooral verschillen in de AVI-indeling bij de groep 0-17-jarigen die student als laagste AVI op het adres hebben. Een behoorlijk deel van hen behoort tot de referentiegroep wanneer de AVI-indeling wordt gebaseerd op de ouders.2

Tabel 1 In veel gevallen komt de laagste AVI van de ouders overeen met de laagste AVI van de volwassenen op het adres

0-17-jarigen Laagste AVI van de ouders

Laagste AVI op het

adres IVA Arbeidsonge-

schikten excl.

IVA

Bijstandsge-

rechtigden Student Zelfstan-

digen Hoogopge-

leiden Referentie- groep

IVA 16.755 527 542 34 180 82 2.035

Arbeidsongeschikten

excl. IVA 492 190.067 3.683 206 1.953 599 15.221

Bijstandsgerechtig-

den 707 8.425 213.244 157 929 201 10.088

Student 10 192 330 15.839 860 591 4.248

Zelfstandigen 149 1.767 2.183 85 322.597 1.217 21.855

Hoogopgeleiden 107 859 1.142 141 5.574 217.573 15.958

Referentiegroep 2.038 20.870 24.806 763 16.704 6.661 2.232.045

De tabel laat voor de 0-17-jarigen de aantallen verzekerdenjaren zien in de verschillende AVI-klassen bij de laagste AVI van de ouders en de laagste AVI op het adres.

Bron: Berekeningen SEO Economisch Onderzoek, mede aan de hand van CBS microdata.

Tabel 2 geeft aan dat er verschillen zijn in de meerkosten in het somatische model van 0-17-jarigen naar de AVI-klasse van hun ouders. Uitgaande van de laagste AVI van de ouders zijn er in het huidige model inclusief AVI en SES meerkosten voor de lage AVI-klassen: € 83 voor kinderen van ouders met IVA, € 167 voor kinderen van ouders met een overige arbeidsongeschiktheidsuitkering en € 53 voor kinderen van ouders met een bijstandsuitkering. Deze kinderen hebben ook hogere zorgkosten dan gemiddeld binnen de groep 0-17-jarigen. Kinderen waarvan de ouders in hogere AVI-klassen zitten, hebben juist minderkosten. Deze lopen op tot € 110 voor 0-17-jarigen met hoogopgeleide ouders. Opvallend is dat kinderen met een studerende ouder gemiddeld relatief hoge zorgkosten hebben. Dit komt waarschijnlijk doordat het in deze klasse relatief vaak om 0- jarigen gaat en die hebben gemiddeld hogere zorgkosten dan oudere kinderen.

2 Het beeld is vergelijkbaar wanneer de hoogste AVI op het adres wordt afgezet tegen de hoogste AVI van de ouders. Ook dan wordt ruim 94 procent van de verzekerdenjaren in dezelfde klasse ingedeeld. De ver- schillen zijn dan met name groot in de lagere AVI-klassen, in het bijzonder IVA, arbeidsongeschikten excl.

IVA en student.

(4)

Het patroon is vergelijkbaar wanneer kinderen naar de hoogste AVI van de ouders worden inge- deeld. De IVA-groep neemt bij die indeling sterk in omvang af. Dat gaat gepaard met hogere meer- kosten van € 134. Ook het aantal kinderen met de klasse overige arbeidsongeschikten daalt sterk.

In totaal verschuift met de indeling van 0-17-jarigen in AVI-klassen in de laagste AVI van de ouders

€ 102.904.165. Dat is vergelijkbaar met de resultaatverschuiving bij een indeling naar laagste AVI van volwassenen op het adres. Wanneer de indeling van 0-17-jarigen gebaseerd wordt op de hoog- ste AVI van de ouders, dan is de totale verschuiving € 133.808.976. Dat is € 5 miljoen minder dan de totale resultaatverschuiving bij een indeling van 0-17-jarigen naar de hoogste AVI op het adres.

Tabel 2 Vooral meerkosten bij kinderen met ouders met een lage AVI

Somatisch Leeftijd Verzekerdenja-

ren Zorgkos-

ten Meerkos- ten (met AVI/SES)

Meerkos- ten (zon- AVI/SES) der AVI 18-min op basis van laagste AVI

ouders

IVA 0-17 jaar 20.258 1.290 83 90

Arbeidsongeschikten (excl. IVA) 0-17 jaar 222.707 1.600 167 181

Bijstandsgerechtigden 0-17 jaar 245.930 1.336 53 107

Student 0-17 jaar 17.223 1.756 -94 -79

Zelfstandigen 0-17 jaar 348.797 1.047 -70 -65

Hoogopgeleiden 0-17 jaar 226.924 1.217 -110 -136

Referentiegroep 0-17 jaar 2.301.450 1.114 0 -6

AVI 18-min op basis van hoogste AVI ouders

IVA 0-17 jaar 956 1.499 134 157

Arbeidsongeschikten (excl. IVA) 0-17 jaar 33.369 1.665 187 214

Bijstandsgerechtigden 0-17 jaar 184.031 1.390 83 139

Student 0-17 jaar 3.678 1.653 19 61

Zelfstandigen 0-17 jaar 495.200 1.017 -27 -19

Hoogopgeleiden 0-17 jaar 692.718 1.176 -77 -99

Referentiegroep 0-17 jaar 1.973.336 1.171 23 23

De tabel toont de meer- of minderkosten van 0-17-jarigen in het somatische model per AVI-klasse, zowel voor het huidige vereveningsmodel als een model zonder AVI en SES. De totale groep 0-17-jarigen is een kenmerk in het model, daarom zijn de gemiddelde meerkosten dan gelijk aan nul.

Bron: Berekening SEO Economisch Onderzoek, mede op basis van CBS microdata.

De indeling van 0-17-jarigen naar de laagste AVI van de ouders geeft een iets ander resultaat dan de indeling van 0-17-jarigen naar de laagste AVI op het adres (vergelijk Tabel 2 hierboven met Tabel 3.6 in Tempelman et al. (2019)). Het aantal verzekerdenjaren in lagere AVI-klassen, met name arbeidsongeschikt exclusief IVA en bijstand, is iets groter wanneer naar de laagste AVI van de ouders wordt gekeken in plaats van de laagste AVI op het adres. Het aantal verzekerdenjaren dat wordt ingedeeld in de AVI-klasse student is juist kleiner bij een indeling op basis van de ouders.

De meer- en minderkosten naar de laagste AVI van de ouders van 0-17-jarigen in het huidige model met AVI en SES zijn veelal vergelijkbaar met de meer- en minderkosten naar de laagste AVI op basis van het adres van 0-17-jarigen. Er zijn kleine afwijkingen bij de AVI-klassen IVA en bijstands-

(5)

gerechtigden. De meerkosten bij de 0-17-jarigen in de AVI-klasse IVA liggen met € 83 (ten op- zichte van € 90) iets lager wanneer de AVI-indeling wordt gebaseerd op de ouders. Ook de meer- kosten voor de groep met bijstand liggen bij die indeling iets lager: € 53 in plaats van € 59. Tot slot hebben 0-17-jarigen van ouders met als laagste AVI hoogopgeleid iets hogere minderkosten dan de 0-17-jarigen op een adres met hoogopgeleid als laagste AVI onder de volwassenen op het adres:

minderkosten van € 110 ten opzichte van € 98. De totale resultaatverschuiving is circa € 1 miljoen groter wanneer de AVI van 0-17-jarigen wordt gebaseerd op de laagste AVI van de ouders in plaats van de laagste AVI op het adres. Al met al levert de indeling van 0-17-jarigen in AVI-klassen op basis van de laagste AVI van de ouders een beeld op dat vergelijkbaar is met de indeling op basis van de laagste AVI op het adres.

Als 0-17-jarigen volgens de hoogste AVI van de ouders of de hoogste AVI op het adres in AVI- klassen worden ingedeeld, zijn er grotere verschillen. Het aantal verzekerdenjaren dat volgens de hoogste AVI van de ouders in een andere AVI-klasse wordt ingedeeld dan op basis van de hoogste AVI op het adres, is beperkt. Ruim 94 procent van de verzekerdenjaren valt met beide indelingen in dezelfde AVI-klasse. Desondanks valt een aanzienlijk kleiner deel van alle verzekerdenjaren op basis van de AVI van de ouders in de klassen IVA, arbeidsongeschikten exclusief IVA, bijstands- gerechtigden en student. 7 procent van alle verzekerdenjaren wordt in één van deze AVI-klassen ingedeeld volgens de hoogste AVI van de ouders, tegenover 19 procent van alle verzekerdenjaren bij een indeling naar de hoogste AVI op het adres. Dit komt mogelijk doordat 0-17-jarigen niet op één adres met de ouders wonen, waardoor de hogere AVI van de ouders zich niet vertaalt in de AVI op basis van het adres van 0-17-jarigen.

Ook de meerkosten in het huidige model met AVI en SES wijken af tussen beide AVI-indelingen.

De 0-17-jarigen van ouders met IVA hebben meerkosten van € 134, bij de 0-17-jarigen met IVA als hoogste AVI op het adres zijn de meerkosten gemiddeld € 14. Het gaat hier echter om een kleine groep. 0-17-jarigen met ouders met bijstand hebben meerkosten van € 83 in het huidige model met AVI en SES. De meerkosten van de groep 0-17-jarigen met bijstand als hoogste AVI op het adres zijn met € 69 lager. De meerkosten bij 0-17-jarigen in de AVI-klasse student verschil- len sterk tussen beide indelingen. 0-17-jarigen van ouders met als hoogste AVI student hebben meerkosten van € 19, maar 0-17-jarigen op een adres met student als hoogste AVI hebben juist minderkosten van € 95. Ook de gemiddelde zorgkosten van beide groepen verschillen: 0-17-jarigen van ouders met als hoogste AVI student hebben gemiddeld € 1.653 zorgkosten, maar voor 0-17- jarigen met student als hoogste AVI op het adres zijn de zorgkosten gemiddeld € 1.486.

De meerkosten naar AVI van de ouders van kinderen konden uitsluitend voor het somatische model worden bekeken. Het GGZ-model kon niet op de CBS-omgeving worden geschat vanwege het ontbreken van de benodigde SAS-software bij het CBS.3

3 Voor het schatten van het GGZ-model is het SAS-pakket SAS/OR nodig. Het CBS heeft uitsluitend een basisversie van SAS waarin dit pakket ontbreekt.

(6)

Wanbetalers voor de Zvw-premie

Schuldenproblematiek is een belangrijke oorzaak van problemen in gezinnen en daarmee van ge- bruik van zorg zoals jeugdhulp en maatschappelijke ondersteuning (Tempelman et al., 2018 en AEF, 2018). Er zijn geen integrale gegevens beschikbaar over problematische schulden bij huis- houdens. Dat maakt het lastig om een objectieve factor voor schuldenproblematiek in het risico- vereveningsmodel te toetsen. Een indicatie voor de aanwezigheid van problematische schulden is een betalingsachterstand op de betaling van de Zvw-premie. Dit betreft mogelijk een andere groep verzekerden dan degenen in een schuldsaneringstraject, zoals onderzocht in het groot onderhoud AVI en SES van 2019 (zie Tempelman et al., 2019). Een mogelijk nadeel van deze indicator is dat dit beïnvloedbaar is door zorgverzekeraars. Dat is een belangrijk criterium in de selectie van ver- eveningskenmerken.

Het CAK heeft een registratie van verzekerden met een betalingsachterstand op de betaling van de Zvw-premie. Via het CBS zijn deze gegevens toegankelijk voor onderzoeksdoeleinden. Voor alle verzekerden in het somatische OT-bestand is op deze manier vastgesteld of zij een betalingsach- terstand op de Zvw-premie hebben. Tabel 3 geeft aan dat met het huidige model met AVI en SES er vooral sprake is van meerkosten bij mensen met een betalingsachterstand op de Zvw-premie.

De meerkosten bedragen € 117. Degenen met een betalingsachterstand hebben relatief lage zorg- kosten. Met de toevoeging van dit kenmerk verschuift in totaal een bedrag van € 62.131.490.

Tabel 3 Vooral meerkosten somatisch model bij mensen met een betalingsachterstand op de Zvw-premie

Somatisch Verzekerdenjaren Zorgkosten Meerkosten (met

AVI/SES) Meerkosten (zon- der AVI/SES) Wanbetalers Zvw-premie

Geen wanbetaler 16.500.883 2.355 -2 -3

Wanbetaler Zvw-premie 248.972 2.146 117 202

De tabel toont de meer- of minderkosten van verzekerden in het somatische model voor wanbetalers voor de Zvw-premie en niet-wanbetalers voor de Zvw-premie, zowel voor het huidige vereveningsmodel als een model zonder AVI en SES.

Bron: Berekening SEO Economisch Onderzoek, mede op basis van CBS microdata.

De meerkosten naar de aanwezigheid van een betalingsachterstand konden uitsluitend voor het somatische model worden bekeken. Het GGZ-model kon niet op de CBS-omgeving worden ge- schat vanwege het ontbreken van de benodigde SAS-software bij het CBS.

Conclusie

De indeling van 0-17-jarigen naar AVI van de ouders is voor een groot deel gelijk aan de indeling van deze groep naar de AVI op het adres. Bijna 95 procent van de verzekerdenjaren wordt in dezelfde klasse ingedeeld. De meerkosten naar de laagste AVI-klasse van de ouders van 0-17-jari- gen in het huidige risicovereveningsmodel zijn veelal vergelijkbaar met de meerkosten naar de laag- ste AVI-klasse op het adres van 0-17-jarigen. Ook de totale resultaatverschuiving is in dezelfde orde van grootte. De verschillen tussen de hoogste AVI van de ouders en de hoogste AVI op het

(7)

adres zijn groter. Een aanzienlijk kleiner deel van alle verzekerdenjaren valt op basis van de AVI van de ouders in de klassen IVA, arbeidsongeschikten exclusief IVA, bijstandsgerechtigden en stu- dent. Vooral de meerkosten bij 0-17-jarigen in de AVI-klasse student verschillen sterk tussen de indeling naar hoogste AVI van de ouders en hoogste AVI op het adres.

In het huidige risicovereveningsmodel is sprake van meerkosten voor degenen met een betalings- achterstand op de Zvw-premie. Deze meerkosten zijn met gemiddeld € 117 behoorlijk in omvang.

Het gaat om een relatief kleine groep personen. Het betreft een veel kleinere groep dan degenen met een schuld, maar juist een wat grotere groep dan degenen in een schuldsaneringstraject zoals onderzocht in het groot onderhoud AVI/SES in 2019. Het totale bedrag dat verschuift is met € 62 miljoen relatief beperkt.

De AVI van de ouders van 0-17-jarigen en de betalingsachterstanden op de Zvw-premie zijn gege- vens die momenteel uitsluitend via het CBS beschikbaar zijn. De gegevens kunnen alleen via een beveiligde CBS-omgeving worden gebruikt. De indicatoren zijn daarom niet direct toepasbaar in de risicoverevening. Indien het wenselijk is om deze factoren op te nemen in de risicoverevening zal in overleg met de bronhouders bekeken moeten worden of deze gegevens beschikbaar gemaakt kunnen worden.

Literatuur

AEF (2018). Zoeken naar balans. Utrecht: AEF.

Tempelman, C., Muilwijk-Vriend, S., Kroon, L. & Lammers, M. (2019). WOR 963 Groot onder- houd aard van inkomen en sociaaleconomische status. SEO-rapport 2019-26. Amsterdam:

SEO Economisch Onderzoek.

Tempelman, C., Vriend, S., Kroon, L., Zwart, R. & Woerkens, C. van (2018). Verdeling van de bijstandsmiddelen 2019. De hoogte van een uitkering nader bekeken. SEO-rapport 2018- 41. Amsterdam: SEO Economisch Onderzoek.

Referenties

GERELATEERDE DOCUMENTEN

Wanneer u al bent opgenomen, wordt u een dag voor de ingreep overgeplaatst naar afdeling J.. Een verpleegkundige verzorgt de opname en geeft u

Van gesloten groepen ouders (waaronder gereformeerden) is bekend dat er laat hulpverlening wordt gevraagd en dat de problemen dan heftig zijn. Veel problemen worden niet naar

Om tegen te gaan dat leerlingen meermaals met dezelfde kaarten wordt getoetst, zijn er nu voor zowel DMT als AVI aparte pakketten beschikbaar voor de zorg.. Resultatenmonitor

Voor het GGZ-model geldt, in tegenstelling tot het somatische model, niet dat de meerkosten per subgroep gelijk zijn aan € 0, daarom is aan de tabel een kolom toegevoegd met de

Knutsel nu zelf jouw eigen kaft voor dit verhaal?. Je mag hem boetseren, tekenen, knippen, plakken,… alles

• Goede RTO en RPO – Kijk niet alleen naar back-up, maar let ook op business continuity en bereken hoeveel downtime jouw bedrijf aankan (RTO) en hoeveel dataverlies jij je

[r]

Er zijn kinderen in zijn klas, geloof het of niet, die weleens helemaal uit zichzelf, gewoon voor de lol een heel boek lezen.. Of nee, nog erger, een hele stapel