© Malmberg, 's-Hertogenbosch | blz 1 van 1 Taal | Kinderboekenweek 2016 | groep 4-5
TAAL | HANDLEIDING | KINDERBOEKENWEEK 2016 | GROEP 4-5
Kinderboekenweek Voor altijd jong
Op reis met opa en oma
Lesduur: 30 minuten | Onderwerp: Kinderboekenweek
Dit is een extra schrijfles die aansluit bij de Kinderboekenweek.
Doel Schrijven:
• De kinderen leren dat ook een kort verhaal een begin, kern en eind heeft.
Materiaal
• Werkblad ‘Op reis met opa en oma’.
• Schrijfblad voor ieder kind.
Werkwijze
Vertel de kinderen dat het thema van de Kinderboekenweek dit jaar 'Opa en oma, voor altijd jong' is. Vraag: Waarom zal het ‘voor altijd jong’ heten? Laat de kinderen kort iets vertellen over hun eigen opa en oma, of over een opa en oma die ze kennen. Wat voor bijzondere dingen doen zij?
Vraag daarna: Gaan jullie opa’s en oma’s weleens op reis? Misschien zijn er kinderen die met hun opa en oma op vakantie zijn geweest. Wat voor leuke of bijzondere dingen doen ze als ze op reis gaan?
Deel dan de werkbladen uit. Vertel dat de kinderen een kort verhaaltje gaan schrijven over een opa en oma die op reis gaan.
Kijk samen naar het beginplaatje. Deze opa en oma gaan op vakantie! Wat gaan ze doen?
Dat kunnen de kinderen zelf beslissen door het volgende plaatje te kiezen.
Vertel dat elk verhaaltje een inleiding, kern en slot moet hebben. Leg eventueel nog even de begrippen uit die bovenaan het werkblad staan.
Hierna kunnen de kinderen het werkblad zelfstandig maken.
Afronding
Geef de kinderen de mogelijkheid het verhaal van een ander te lezen, of hang de verhalen op in de klas. Welke verschillende gebeurtenissen zijn er beschreven? Inventariseer dat. Benoem daarbij nog een keer het belang van een inleiding, kern en slot.